De onverzettelijkheid straalt van zijn houding af en de voetbalouderdom lijkt geen vat te hebben op Paolo Maldini (34). De verdediger van AC Milan geniet van zijn fitheid en inspireert jongere collega’s.

Op zestienjarige leeftijd debuteerde Paolo Maldini in de Serie A voor AC Milan. De getalenteerde puber maakte in het uitduel met Udinese zijn opwachting als zoon van Milanlegende Cesare Maldini. Ruim achttien jaar en vele honderden wedstrijden later is hij niet langer de zoon van, maar geldt Cesare als de vader van Milanmonument Paolo. “In het begin was het niet makkelijk voor me”, bekent hij nu. “Ik was altijd de zoon van Cesare, een instituut in de club Milan. Ik wist dat hij een begrip was, maar ik ondervond de werkelijke impact daarvan pas toen ik zelf tot de selectie behoorde. Nadat ik in het seizoen 1985/86 27 wedstrijden voor Milan speelde en een vaste waarde was geworden, begon mijn loopbaan pas echt.”

Vader Cesare en moeder Marisa Mazzucchelli voedden zes kinderen op. Paolo, geboren op 26 juni 1968, is de vierde. Zijn oudere zussen Monica, Donatella en Valentina vertroetelden en bemoederden de nieuwste aanwinst. Nadat Paolo’s broertjes Alessandro en Piercesare het gezin completeerden, was het over met de verwennerij. De Maldini’s komen oorspronkelijk uit Trieste, de stad in het noordoosten van Italië tegen de grens met Slovenië. In 1954 verhuisden Cesare en Marisa naar Milaan. “Ik ken Trieste zeer goed. We hebben er nog steeds familie en we gingen er regelmatig heen in de vakanties.”

Paolo woonde er nooit, hij is Milanees in hart en nieren. Met zijn vrouw Adriana Fossa, een Italiaans-Venezolaans model, en zijn twee zoons Christian en Daniel voelt Paolo zich meer dan thuis in zijn stad, het mekka van de mode. Hoewel hij al sinds 1994 gelukkig getrouwd is, neemt zijn schare vrouwelijke fans eerder toe dan af. Maldini is met zijn frisse uitstraling en atletische lichaam een perfect uithangbord voor cosmeticagigant L’Oréal. Ook heeft hij sponsorovereenkomsten met Opel, Nike en de Marzotto-groep.

Terwijl rijke Europese topclubs in de jaren tachtig en negentig enorme bedragen uitgaven aan nieuwe spelers, mengde Paolo Maldini zich nooit in het transfergewoel. Er was wel eens belangstelling, maar de verdediger bleef zijn eerste liefde trouw. “Ik heb nooit een reden gezien deze club te moeten verlaten.” Paddy Agnew, journalist bij World Soccer omschreef hem ooit als “Gods meest fantastische geschenk aan een voetbalcoach”. Maldini is dan ook een modelprof die nooit collega’s, tegenstanders of trainers afvalt, zowel op als buiten het veld is hij te allen tijde een gentleman.

Hij heeft de voetbalwereld om zich heen zien veranderen, zag veel spelers komen en gaan en voetbalde met en tegen de groten der aarde. De positie van Maldini (linksback of centraal achterin) stond nimmer ter discussie. ” Franco Baresi en Marco van Basten waren de beste spelers met wie ik ooit gespeeld heb. Franco heeft buiten Italië niet de waardering gekregen die hij verdiende. Marco is de beste spits die ik ooit aan het werk heb gezien. Diego Maradona was de beste tegenstander die ik ooit trof. Zijn aanwezigheid inspireerde zijn ploeggenoten enorm.”

Maldini veroverde met Milan liefst zestien hoofdprijzen. De opsomming is indrukwekkend en als het aan hem ligt nog niet ten einde : landskampioen in 1988, 1992, 1993, 1994, 1996 en 1999, winnaar van de Europa Cup I én de Europese Super Cup in 1989, 1990 en 1994, de Wereldbeker in 1989 en 1990 en de Italiaanse Super Cup in 1992 en 1993. Alleen de Italiaanse beker ontbreekt op zijn erelijst, maar dat telt in Italië niet als een schande. Maldini doet er zelfs wat lacherig over. “Als ik mijn loopbaan zonder Coppa Italia moet afsluiten, dan heb ik daarmee vrede.”

Cesare en Paolo Maldini hebben bovendien een plaats in de geschiedenisboeken veroverd met een gezamenlijk totaal van tien landstitels in dezelfde familie. De broers Varglien, die van 1931 tot en met 1935 vijf keer op rij kampioen werden met Juventus, gingen hen voor.

Tijdens vier WK’s en drie EK’s ondernam Paolo Maldini verwoede pogingen een hoofdprijs met de nationale ploeg van Italië te behalen. Het gemis daaraan zit hem dwars. Maldini debuteerde in de Squadra Azzurra op 31 maart 1988 tegen Joegoslavië (1-1) onder toenmalig bondscoach Azeglio Vicini. In 1994 verloor hij de WK-finale in de Verenigde Staten van Brazilië en in 2000 de finale van het EK in De Kuip tegen Frankrijk. Toch noemt hij de uitschakeling na strafschoppen in de halve finale van het WK in 1990, in eigen land tegen Argentinië, het absolute dieptepunt van zijn interlandcarrière. “We hadden alles om dat toernooi te winnen, alles leek in ons voordeel uit te vallen en toch ging het mis tegen het Argentinië van Maradona. Brazilië was in 1994 simpelweg te sterk, maar in 1990 hadden we de kans wereldkampioen te worden.”

Op 18 juni 2002 beëindigde hij zijn interlandloopbaan met de veelbesproken nederlaag tegen gastland Zuid-Korea in de achtste finale van het WK. Een te vroeg, maar enigszins kenmerkend einde van Maldini als international. Ondanks verschillende pogingen hem over te halen, blijft hij bij zijn besluit. “Doorgaan tot en met het EK van 2004 zou kunnen, maar het is tijd voor de jongeren. Ik wil me in mijn laatste jaren als prof concentreren op mijn club.” Maldini droeg het Italiaanse shirt 126 keer en is daarmee recordhouder van zijn land. Hij laat Dino Zoff (112), Giacinto Facchetti (94), Franco Baresi (81) en Giuseppe Bergomi (81) ver achter zich.

Als speler van AC Milan maakte Paolo Maldini zeven verschillende trainers mee. Met Arrigo Sacchi werkte hij bij zowel Milan als de nationale ploeg. De Zweed Nils Liedholm, voormalig sterspeler van de club, liet hem als jongen van zestien debuteren. Maldini : “Ik keek tegen hem op en bewonderde hem. Hij had duidelijk verstand van het spel. Onder Arrigo Sacchi en Fabio Capello behaalde Maldini de grootste successen uit zijn loopbaan. “Twee prima trainers. Ze hadden beiden natuurlijk prima spelers tot hun beschikking, maar ze slaagden er ook in daar daadwerkelijk iets mee te doen.”

Onder Oscar Washington Tabarez, Alberto Zaccheroni en Fatih Terim presteerde Milan nadien moeizamer. “Tabarez was achteraf gezien gewoon een verkeerde keuze. Zaccheroni paste wél in het rijtje van Sacchi en Capello. Hij had iets minder uitstraling dan die twee, maar hij had zeker kwaliteiten. Onbegrijpelijk dat hij nu geen club heeft. Terim was een goede, enthousiaste coach, maar hij duldde nauwelijks tegenspraak. Dat brak hem op.

Als international maakte Maldini vijf bondscoaches mee : Azeglio Vicini (1986/91), Arrigo Sacchi (1991/96), vader Cesare Maldini (1996/98), Dino Zoff (1998/2000) en Giovanni Trapattoni (2000/2002). “Vicini, Zoff en mijn vader zijn rustige mensen. Sacchi is een obsessieve perfectionist, altijd onzeker. In 1995 vroeg Sacchi ons of hij Gianluca Vialli terug moest halen. Dat soort beslissingen moet de coach nemen, niet de spelers. Trapattoni is een eerlijke, aardige, enthousiaste man met een grote kennis van voetbal.”

Maldini geeft toe dat zijn moeilijkste tijd als international die onder zijn vader was. “Mijn moeder werd tijdens die periode tien jaar ouder. Sommige spelers gedroegen zich anders tegen mij, omdat mijn vader bondscoach was. Het is normaal in een kleedkamer dat er over de coach wordt gesproken en dat er grappen over hem worden gemaakt, maar zodra ik binnenkwam veranderde het onderwerp van gesprek. Mijn vader was zeer teleurgesteld toen hij zijn ontslag kreeg, ik ook. Nadat ik zag hoe zeer het hem aangreep, nam ik me voor nooit coach te zullen worden.”

Paolo Maldini hoopt met het huidige Milan nog minimaal één titel of beker te kunnen toevoegen aan zijn palmares. “We hebben weer een sterke ploeg, die in staat is iets te winnen. Ik ben er trots op dat ik aanvoerder mag zijn van deze ploeg. Dit seizoen, en hopelijk het volgende ook, doet Milan weer volop mee om de prijzen. Dat verlangt iedereen rondom de club en dat is terecht gezien de samenstelling van de selectie. Achterin zijn we er met Alessandro Nesta sterker op geworden. Hij kan zich de komende jaren opwerken tot de leider van deze ploeg.”

Ook het vertrouwen in de spitsen is groot. “Voorin beschikken we over veel mogelijkheden. Met Rivaldo, Inzaghi, Shevchenko en Tomasson ben je verzekerd van doelpunten. Milan kan weer aanvallend denken en spelen zoals het dat eigenlijk wil. Ik heb nog een contract tot medio 2004 en maak dat zeker vol. Wat er daarna gebeurt, zien we dan wel weer. Ik moet er niet aan denken dat ik een afscheidswedstrijd krijg. Dat betekent dat het definitief voorbij is en daarmee wil ik op dit moment nog niet geconfronteerd worden.”

door Chris Tempelman

‘Een afscheidswedstrijd betekent dat het definitief voorbij is en daarmee wil ik nu nog niet geconfronteerd worden.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content