De Ronde van Frankrijk die aanstaande zaterdag van start gaat, is niet de eerste de beste. Deze editie is immers de negentigste, bovendien in het jaar dat de Tour zijn honderdste verjaardag viert. Wie zondag 27 juli met de gele trui om de schouders het podium op zal mogen in Parijs, zal voor eeuwig en altijd herinnerd worden als de winnaar van de centenaire van ’s werelds grootste wielerwedstrijd.

Groot is de kans dat het Lance Armstrong zal zijn. Van de tweeëntwintig, hierboven op een rij gezette nog in leven zijnde ex-Tourwinnaars is hij de recentste. De in 1971 geboren Amerikaan won de Tour inmiddels vier keer op rij, van 1999 tot (voorlopig ?) 2002. Vijftien ritzeges prijken er al op zijn erelijst. Maar de Amerikaan bewees vooral buiten de sport over hoeveel karaktersterkte hij beschikt.

Zoals de eerste Amerikaanse Tourwinnaar Greg LeMond komt ook Armstrong uit het moutainbiken, maar laatstgenoemde kan een steviger erelijst voorleggen. Armstrong was al Amerikaans kampioen mountainbiking toen hij op 22-jarige leeftijd één van de jongste wereldkampioenen op de weg werd.

Opgenomen in de Cofidis-ploeg onder leiding van sportbestuurder Cyrille Guimard, verneemt hij dat hij kanker heeft. Met uitzaaiingen in het hoofd. De wielerloopbaan van Armstrong lijkt afgesloten en men geeft zelfs geen knip meer voor zijn leven. Hij krijgt de bons bij de ploeg-Guimard en ondergaat van 1996 tot 1998 chemotherapie. Toch vervolgt Armstrong de training, op zijn eigen ritme. Langzamerhand recupereert hij, geen seconde verliest hij het vertrouwen.

Na twee jaar keert hij terug. Waarbij Armstrong zich ontpopt tot een veelzijdig renner. Kwatongen schrijven het succes van de Amerikaan toe aan de geneesmiddelen die hij nam toen hij ziek was. Maar het geheim van Armstrong is veeleer dat hij zijn carrière als een zakenman beheert. En dat hij zich voorbereidt zoals geen andere coureur. Hij doet hoogtestages en, vooral, hij gaat vooraf alle cols verkennen, leert het parcours uit zijn hoofd. Soms legt hij een traject zeven tot acht keer af, neemt alle details in zich op. Armstrong kent de geografie van Frankrijk beter dan de meeste Fransen.

In wezen cultiveert Armstrong dezelfde paradox als destijds Greg LeMond : beiden komen uit een land waar wielrennen op de weg amper wordt beoefend, en toch pakken ze uit met technologische innovaties. Lance specialiseert zich in het kleine verzet. In een tijd waarin de meeste renners de grote molen ronddraaien, opteert hij voor de kleine omwentelingen. Maar altijd vindt hij de perfecte cadans.

Vier keer de Tour heeft Armstrong ondertussen gewonnen. Maar zijn grootste overwinning is en blijft die op zijn ziekte. Niettemin zou hij kunnen uitgroeien tot de eerste renner in de geschiedenis die zes keer de Ronde van Frankrijk wint.

Ferdi KÜbler

Tourwinnaar : 1950

Nationaliteit : Zwitser

Geboortejaar : 1919

Ploeg : nationale ploeg van Zwitserland

Tourpalmares : 2de en winnaar van de groene trui in 1954, 8 ritoverwinningen.

Andere overwinningen : wereldkampioen in 1951, 2 keer Luik-Bastenaken-Luik (1951, ’52), 5 keer kampioen van Zwitserland (1948, ’49, ’50,’51 en ’53).

De pionier van de atleten

Ferdi Kübler wordt vierentachtig op 24 juli. Hij is de ouderdomsdeken van de Ronde van Frankrijk. Zijn lichaam heeft zijn slanke lijn volledig gevrijwaard, maar zijn kameraden uit de koers zijn verdwenen. Kübler incarneert op zijn eentje de wielersport uit de jaren vijftig, met legendarische namen als Coppi, Bartali, Anquetil of Bobet. De Zwitser kan erover vertellen alsof het gisteren was. “We vormden een bende vrienden. In de koers bekampten we elkaar fel en gaven we elkaar geen geschenken. Maar na de koers verbroederden we. Die vriendschap bleef intact omdat we veel respect voor elkaar hadden. Want het waren moeilijke tijden, de omstandigheden waren niet te vergelijken met die van nu.” Kübler was de eerste Zwitser die de Tour won, wat hem tot volksheld verhief. Orson Welles geeft in 1950 de start. De favorieten falen. Coppi geeft op, Bobet zit door zijn beste krachten. Met Kübler ontdekt de Tour de kwaliteiten van de complete renner : goed temporijder en begenadigd klimmer. Het profiel van de atleet doet zijn intrede in het peloton.

Roger Walkowiak

Tourwinnaar : 1956

Nationaliteit : Fransman

Geboortejaar : 1927

Ploeg : de ploeg van Nord-Est Centre

Tourpalmares : geen ritzeges.

De outsider stunt

Louison Bobet begint als topfavoriet, hij heeft de vorige drie Tours op zijn naam geschreven. Maar de tegenstand kondigt zich sterk aan, met vooral Charly Gaul en Federico Bahamontes. Roger Walkowiak van de regionale Franse ploeg Nord-Est Centre heeft niet de reputatie bijzonder ambitieus te zijn. Maar hij houdt één troef achter de hand : zijn trainer Ducazeaux gelooft blindelings in hem.

De tandem Walkowiak-Ducazeaux werd ‘het hoofd en de benen’ genoemd. Terwijl de trainer de tactiek bepaalde, probeerde de renners telkens voorin aanwezig te zijn zonder te diep in zijn krachtenvoorraad te putten. Walkowiak : “Terwijl ik foutloos fietste, stippelde Ducazaux de koers uit. Drie dagen had ik de gele trui gedragen en toen vroeg hij me om die leiderspositie op te geven, om te proberen in de Alpen het geel weer te veroveren. Voor mij was dat een moeilijke beslissing om te nemen, maar ik vertrouwde hem.”

Effectief, nadat hij zijn gele trui vrijwillig had kwijtgespeeld, valt Walkowiak in de Alpen aan en verschalkt de klimmers. Organisator Jacques Goddet verklaart achteraf dat hij één van de mooiste Tours heeft meegemaakt. Walkowiak wint met een voorsprong van slechts 1 minuut en 25 seconden.

Charly Gaul

Tourwinnaar : 1958

Nationaliteit : Luxemburger

Geboortejaar : 1932

Ploeg : het gemengde landenteam van Nederland en Luxemburg.

Tourpalmares : 2 keer 3de (in 1955 en ’61), 2 keer beste klimmer (in 1955 en ’56), 10 ritoverwinningen.

Andere overwinningen : 2 keer Ronde van Italië (in 1956 en ’59).

De engel van het gebergte

Dankzij zijn jongensachtige gezicht krijgt Charly Gaul een van de vleiendste bijnamen uit de geschiedenis van de wielersport. Met Federico Bahamontes behoort hij tot de beste klimmers ooit. Maar hij haat de hitte als de pest. In de kou voelt Gaul zich best en in de Ronde van 1958 is het weer wisselvallig. De passage door het massief van de Chartreuse verloopt zelfs in apocalyptische omstandigheden. Op dat moment heeft hij in het klassement al een achterstand van een kwartier. Maar die 16de juli geeft de ijsregen Gaul vleugels. De kou verkleumt de renners, een onweer barst los. Gaul loopt twaalf minuten uit op zijn concurrenten. Als wrakhout bereiken ze de aankomst. Anquetil spuwt bloed, Geminiani breekt los in een huilbui, Bahamontes raakt geen voet vooruit. Gaul : “Ik kan niet zeggen waarom ik zo van de regen hield, maar ze gaf me vleugels. Daarom dat ze me Engel noemden.”

Hij sukkelt wat met de gezondheid, tegenwoordig. Maar zijn goed humeur bewaart Charly Gaul nog altijd.

Federico Bahamontes

Tourwinnaar : 1959

Nationaliteit : Spanjaard

Geboortejaar : 1928

Ploeg : de nationale ploeg van Spanje

Tourpalmares : 2de in 1963, 3de in 1964, 6 keer beste klimmer (in 1954, ’58, ’59, ’62, ’63, ’64), 7 ritoverwinningen.

Andere overwinningen : kampioen van Spanje in 1958, 2 keer Ronde van Asturië (in 1955 en ’57).

De Adelaar van Toledo

Federico Bahamontes. Rank van gestalte, maar met beton in het hoofd : iemand die gewoon is zijn zin door te drijven. “Ik herinner me mijn eerste deelname in 1954. Een kleine zak was mijn enige bagage. Het was de complete chaos. Toen heb ik de kracht van de organisatie van de Tour ontdekt. In geen tijd kreeg ik een gevulde koffer in de hand en het rugnummer 41, een nummer dat geluk brengt. Met dat nummer werden al de meeste Tours gewonnen. Dat jaar won ik de bergprijs. Ik was bijzonder trots. Voor mij volstond dat.” In die mate dat hij op de top van een col op de andere renners wachtte, ondertussen aan een ijsje likkend. “Het is Coppi die me ertoe gebracht heeft ook eens naar het algemeen klassement te mikken.”

Maar de Adelaar van Toledo heeft niet louter gemakkelijke tijden gekend. Ook daarop reageerde hij stijfhoofdig. In 1956 deed hij tijdens een verschrikkelijke etappe zijn schoenen uit en ging erop zitten. Hij weigerde verder te rijden, stond op het punt op te geven, maar eindigde nog als vierde. Drie jaar later won hij, als eerste Spanjaard, de Tour.

Felice Gimondi

Tourwinnaar : 1965

Nationaliteit : Italiaan

Geboortejaar : 1942

Ploeg : Salvarani

Tourpalmares : 2de in 1972, 7 ritzeges.

Andere overwinningen : wereldkampioen op de weg in 1973, 3 keer Ronde van Italië (in 1967, ’69, ’76), Ronde van Spanje in 1968, 2 keer Grote Prijs der Naties (in 1967 en ’68), Milaan-Sanremo in 1974, Parijs-Roubaix in 1966, 2 keer Ronde van Lombardije (in 1966 en ’73), kampioen van Italië in 1968 en ’72.

In naam van Sint-Isidoor

Felice Gimondi is 23 wanneer hij start in de Tour van 1965. Het jaar voordien heeft hij de Ronde van de Toekomst gewonnen, maar voorts is zijn erelijst nog aan de magere kant. Hij wordt bij Salvarani als invaller aangeduid. Maar Fantinato loopt een knieblessure op en door zijn forfait raakt Gimondi alsnog in de Tour. De elegantie en stijl van Gimondi, zijn kalmte en oprechtheid maskeren zijn vastberadenheid. “Van het moment dat ik wist dat ik de Tour zou rijden, voelde ik me klaar om me met de beste renners te meten, Raymond Poulidor voorop. Op de Mont Ventoux loste hij me. Daar hoorde ik beweren dat Poulidor onklopbaar was. Ik beschouwde die commentaren als een aanmoediging. Ik heb me tot het einde van de Tour dubbel geplooid. Op basis daarvan hebben ze me bedacht met de bijnaam Sint- Isidoor, de patroonheilige van de arbeiders. Als een razende hond heb ik die Tour gereden, elke meter geknokt. Ik heb die Tour puur op kracht gewonnen.”

Lucien Aimar

Tourwinnaar : 1966

Nationaliteit : Fransman

Geboortejaar : 1941

Ploeg : Ford-Geminiani

Tourpalmares : 1 ritoverwinning.

Andere overwinningen : kampioen van Frankrijk in 1968.

Geduld is een deugd

Lucien Aimar, de romanticus. De vriend van de vrouwen. Wanneer hij op zoek gaat naar geld om de Tour te kunnen rijden, belooft een danseres hem te helpen. In ruil vraagt ze dat haar naam in zwarte letters op een roze shirt wordt aangebracht. De Franse renner doet zijn intrede in de ploeg die de naam van de danseres, Da Kova, draagt.

Aimar moet wachten tot 1966. Eens te meer verwacht iedereen zich aan een spectaculair duel tussen Raymond Poulidor en Jacques Anquetil. Strateeg als hij is, rijdt Aimar ondertussen kalm en geconcentreerd zijn eigen koers, daarin bijgestaan door zijn coach, Geminiani, die de eindzege van Aimar had voorspeld. Op de col de l’Aubisque zorgt Aimar voor een superverrassing door te ontsnappen. Hij dwingt Anquetil definitief tot opgave en fietst ook Poulidor op achterstand. “In de Tour moet je er elke dag staan,” zegt Aimar, “voor mij was mijn eindwinst een bekroning voor mijn regelmaat. Bij de start was ik er nochtans helemaal niet van overtuigd dat ik kon winnen. Maar mijn trainer repliceerde : we betalen je niet om te verliezen, dus ofwel blijf je en win je, ofwel zoek je een andere ploeg. Ik had geen keuze meer.”

Roger Pingeon

Tourwinnaar : 1967

Nationaliteit : Fransman

Geboortejaar : 1940

Ploeg : de Franse nationale ploeg

Tourpalmares : 2de in 1969, 4 ritzeges.

Andere overwinningen : Ronde van Spanje in 1969.

De man van de hitte

“Dit wordt het jaar van Pouilidor” : ook in 1967 begint de Tour met dit leidmotief. In de Franse ploeg delen Poulidor en Lucien Aimar het kopmanschap en Roger Pingeon krijgt een knechtenrol. Maar op de Ballon d’Alsace valt Poulidor en beschadigt zijn fiets. Een ploegmaat staat zijn fiets af, maar die is niet op maat van de kopman afgesteld. Poulidor krijgt krampen en beëindigt de rit te voet en met een achterstand van vijftien minuten. Om de Franse ploeg te redden besluit hij zich in dienst te stellen van Pingeon, tot op dat moment een toonbeeld van regelmaat.

Pingeon dankt zijn Tourwinst vooral aan een lange solo-ontsnapping in de vijfde rit. “Het was die zomer erg warm en ik had nooit last van de hitte, integendeel. Toen ik de andere renners zag lossen, begreep ik dat ik in de temperatuur een bondgenoot kon vinden. Ik pakte die dag de gele trui en die wou ik het koste wat het kost verdedigen. Ik had ook het geluk dat ik nooit in paniek raakte. Ik had een truc. Omdat we op onze hotelkamers geen televisie hadden, dook ik elke avond in een politieroman. Zo kon ik aan andere dingen denken. En dan sliep ik in zonder te zitten kauwen op de rit van ’s anderendaags.”

Jan Janssen

Tourwinnaar : 1968

Nationaliteit : Nederlander

Geboortejaar : 1940

Ploeg : nationale ploeg van Nederland

Tourpalmares : 2de in 1966, 3 keer winnaar van de groene trui (in 1964, ’65 en ’67), 7 ritoverwinningen.

Andere overwinningen : wereldkampioen op de weg in 1964, Ronde van Spanje in 1967, Parijs-Roubaix in 1967, Parijs-Nice in 1964.

De professor

Met zijn bril en zijn ernstig voorkomen krijgt Jan Janssen de bijnaam de professor. De Nederlander, die lange tijd voor Franse teams fietste, vecht in de Tour van 1968 een duel uit met topfavoriet (nog maar eens) en publiekslieveling Raymond Poulidor. De Fransman staat er goed voor, de eindoverwinning wenkt. Maar dan kent Poulidor één van de grootste tegenslagen uit zijn loopbaan : op weg naar Frontomeux wordt hij door een moto aangereden en zwaar geblesseerd afgevoerd.

Jan Janssen behaalt de eindzege in de slottijdrit, waarin hij over gele trui Herman Vanspringel wipt en in het klassement 38 seconden voorsprong telt. “Heel mijn leven zal ik me die aankomst in Vincennes herinneren. Alle mensen staan met hun armen in de hemel en in de menigte zie ik mijn zwangere vrouw en houd ik mijn dochtertje van vier jaar aan de hand. Ze heeft een bloementuil bij zich. Dat beeld zal ik nooit vergeten, want mijn dochter was mijn beloning, zij was het voor wie ik me al die inspanningen getroostte.”

Eddy Merckx

Tourwinnaar : 1969, ’70, ’71, ’72 en ’74

Nationaliteit : Belg

Geboortejaar : 1945

Ploeg : Faema, Molteni

Tourpalmares : 2de in 1975, 3 keer de groene trui (1969, ’71 en ’72), 2 keer de bergprijs (in 1969 en ’70), 34 ritzeges.

Andere overwinningen : 3 keer wereldkampioen op de weg (1967, ’71, ’74), 5 keer Ronde van Italië (1968, ’70, ’72, ’73, ’74), Ronde van Spanje in 1973, 7 keer Milaan-Sanremo (1966, ’67, ’69, ’71, ’72, ’75, ’76), 5 keer Luik-Bastenaken-Luik (1969, ’71, ’72, ’73, ’75), 3 keer Parijs-Roubaix (1968, ’70, ’73), 2 keer Ronde van Vlaanderen (1969, ’75), 2 keer Ronde van Lombardije (1971, ’72), 1 keer kampioen van België (1970).

De kannibaal

Door de gulzigheid waarmee hij overwinningen najoeg, waarbij hij weinig kruimels voor zijn concurrenten overliet, werd Eddy Merckx de kannibaal genoemd. Weinig renners verzamelen de kwaliteiten die hij bezat : soms onklopbaar in de sprint, goed klimmer, onvermoeibaar temporijder, aanvalslust, moed, vrijwel onkwetsbaar, strijdlust. “Ik heb vlug begrepen dat de eerste voorwaarde om de Tour te winnen is : afzien. Zodra ik begon te fietsen, ben ik gestopt met me te amuseren. Ik wou slechts deelnemen aan de Tour om hem te winnen en ik moet wel als een beest hebben gekoerst als een jong meisje me op dag de bijnaam kannibaal gaf. Een naam die de journalisten gretig overnamen. Er stak veel waarheid in : ik wilde eigenlijk niets aan de anderen laten.”

BERNARD THEVENET

Tourwinnaar : 1975 en ’77

Nationaliteit : Fransman

Geboortejaar : 1948

Ploeg : Peugeot

Tourpalmares : 2de in 1973, 9 ritzeges.

Andere overwinningen : Ronde van Catalonië in 1974, 2 keer de Dauphiné Libéré (1975 en ’76), Ronde van Romandië in 1972, kampioen van Frankrijk in 1973, Internationaal Criterium in 1974.

Doel bereikt

Wanneer Bernard Thévenet in 1970 als vervanger in de ploeg van Peugeot aan de Tour deelneemt, laat hij al niemand onverschillig. Zelfs Eddy Merckx wantrouwt de jonge Fransman en schildert hem als een toekomstig kampioen en Tourwinnaar. In 1975 is het zo ver. In de rit van Pra-Loup spartelt Raymond Poulidor, slachtoffer van een bronchitis, wordt Felice Gimondi gelost en vecht Thévenet een memorabel duel uit met Merckx. Hij zet hem op drie minuten en ’s anderendaags pakt hij nog eens drie minuten op de kannibaal. In de gele trui rijdt hij over l’Izoard.

“Toen ik jong was,” herinnert Thévenet zich, “had ik een boek met tips van Louison Bobet aan wielrenners. Bobet beweerde dat je in het geel op l’Izoard moest passeren om een groot Tourrenner genoemd te kunnen worden. Dat heb ik in 1975 gerealiseerd en dan nog wel in een tweestrijd met Merckx. Bobet had gelijk. Sinds mijn twee Tourzeges voel ik me sereen. Ik heb het gevoel dat ik met die twee overwinningen een deel van mijn doel heb bereikt.”

Lucien Van Impe

Tourwinnaar : 1976

Nationaliteit : Belg

Geboortejaar : 1946

Ploeg : Gitane

Tourpalmares : 2de in 1981, 3 keer 3de (in 1971, ’75 en ’77), 6 keer de bergprijs (in 1971, ’72, ’75, ’77, ’81, ’83), 8 ritzeges.

Andere overwinningen : kampioen van België in 1983.

De onzekere klimmer

Hij dacht dat hij niet uit het stof van kampioenen was opgetrokken. Lucien Van Impe vergenoegde zich vrijwel jaarlijks met de prijs van beste klimmer. Zes keer veroverde hij die trofee en daarmee verdient hij zijn plaats naast de beste klimmers in de geschiedenis van de Tour.

Voor zijn ploegleider volstaat dat niet. Cyrille Guimard hanteert elke dag een andere tactiek om zijn renner naar de eindwinst te loodsen. In 1976 pakt Van Impe de gele trui alvorens in de Pyreneeën aan te vallen. Guimard vindt dat het nog te vroeg is, verzoekt Van Impe om niet elke aanval te beantwoorden en de trui in te leveren. Een staaltje poker, maar geen misrekening, zo blijkt. Van Impe eindigt nooit ver achter de eersten en in de Pyreneeënrit van Saint-Lary krijgt hij het licht op groen van Guimard. Van Impe herovert de gele trui en zal aanvallen tot in Parijs. Guimard moedigt hem aan, draagt hem bijna. Waardoor het voor Van Impe onmogelijk wordt om nog langer aan zichzelf te twijfelen. Het is de eindzege van een begenadigd klimmer en van een meester-tacticus.

BERNARD HINAULT

Tourwinnaar : 1978, ’79, ’81, ’82, ’85

Nationaliteit : Fransman

Geboortejaar : 1954

Ploeg : Renault-Gitane, La Vie Claire

Tourpalmares : 2de in 1984 en ’86, bergprijs in 1986, 28 ritzeges.

Andere overwinningen : wereldkampioen op de weg in 1980, 3 keer Ronde van Italië (1980, ’82, ’85), 2 keer Ronde van Spanje (1978, ’83), Grote Prijs der Naties (1977, ’78, ’79, ’82, ’84), kampioen van Frankrijk (1978), Parijs-Roubaix (1981).

Een beest met koud bloed

Gereputeerd als een beest met koud bloed is Bernard Hinault vooral bekend onder de bijnaam Le Blaireau û De Das. Aan zijn grote talent voegt hij een enorme veeleisendheid tegenover zichzelf toe. Hinault wint evenveel Tours als Eddy Merckx en Miguel Indurain, maar kan de beste totaalscore voorleggen. Op 32-jarige leeftijd zet hij een punt achter zijn carrière. Hij bevindt zich dan nog op het hoogtepunt van zijn kunnen, maar wil de weg naar beneden liever niet meemaken. Het karakter van de geboren winnaar. “De Tour is een echt plezier, maar een plezier dat pijn doet. Het is een wedstrijd die ongenadig is, je moet er klaar voor zijn en er tot op het laatste in geloven, ook in de momenten dat je verslagen lijkt. Ik verplichtte mezelf om bepaalde koersen te rijden en die niet te winnen, om me zo te kunnen reserveren voor andere wedstrijden. Je moet niet proberen alle overwinningen te behalen, veel meer komt het erop aan geen belangrijke overwinningen te missen.”

Joop Zoetemelk

Tourwinnaar : 1980

Nationaliteit : Nederlander

Geboortejaar : 1946

Ploeg : Raleigh

Tourpalmares : 5 keer 2de (in 1970, ’71, ’76, ’78 en ’82), 11 ritzeges.

Andere overwinningen : wereldkampioen op de weg in 1985, Ronde van Spanje in 1979, Parijs-Nice in 1974, ’75 en ’79, kampioen van Nederland in 1973, Blois-Chaville in 1977.

De ongelukkige held

Zestien keer verschijnt Joop Zoetemelk aan de start van de Tour. Telkens gelooft hij in de overwinning. Maar telkens komt hij te kort. Bij vijf gelegenheden eindigt hij als tweede. Zeven keer klautert hij op het podium, al laat hij dat record aan Raymond Poulidor. In die zestien jaar botst hij op Eddy Merckx en Bernard Hinault.

In 1980 plukt hij, op 33-jarige leeftijd en bij zijn zevende poging, eindelijk de beloning voor zijn doorzettingsvermogen en zijn regelmaat. “De Tour is een groot deel van mijn leven. En al heb ik er momenten van lijden gekend, van zware valpartijen en van schrik, ik bewaar vandaag alleen goede herinneringen aan de Tour. Ik ben zeer gehecht aan Frankrijk, ik ben trouwens met een Française getrouwd. Maar vooral de Nederlanders bezorgden me kippenvel. En in het jaar dat ik won, weet ik nog hoe ontroerd ik was door al die supporters met tulpen in hun handen op de Champs-Elysées. Op het ogenblik schat je het belang van het moment niet in, maar later dringt dat goed tot je door.”

Laurent Fignon

Tourwinnaar : 1983 en ’84

Nationaliteit : Fransman

Geboortejaar : 1960

Ploeg : Renault

Tourpalmares : 2de in 1989, 9 ritzeges.

Andere overwinningen : Ronde van Italië in 1989, GP der Naties in 1989, 2 keer Milaan-Sanremo (in 1988 en ’89), kampioen van Frankrijk in 1984.

Laurent de Magnifieke

Van nature uit voorzien van macht en zeer getalenteerd op een fiets is Laurent Fignon gevormd zoals Bernard Hinault. Wat al te gemakkelijk schrijft men zijn eerste Tourzege toe aan toeval. Pascal Simon heeft lange tijd de leiding, maar breekt zijn schouderblad en moet de leidersplaats in de Alpen overlaten aan Fignon. Die laat de kans niet liggen. Het jaar nadien zet hij alle criticasters een hak : in 1984 eindigt Bernard Hinault als tweede en Greg LeMond als derde. Fignon wint dat jaar drie tijdritten.

Van al zijn exploten herinnert Fignon zich vooral de eerste dag dat hij de gele trui droeg. “Dat is de dag waarop alles wordt beslist. Eens je die trui draagt, wil je er alles aan doen om hem te houden. Die gele trui werkt als een soort adrenaline.” Het is wegens die adrenaline dat het publiek hem Laurent de Magnifieke noemt. En dankzij zijn hogere studies – vrij uitzonderlijk voor de renners van zijn generatie – werd hij ook de intellectueel van de Tour genoemd. Maar het is vooral de eerst troetelnaam die overeind gebleven is, nu Fignon een succesvol zakenman is geworden.

Greg LeMond

Tourwinnaar : 1986, ’89 en ’90

Nationaliteit : Amerikaan

Geboortejaar : 1961

Ploeg : ADR, La Vie Claire

Tourpalmares : 2de in 1985, 3de in 1984, 5 ritzeges.

Andere overwinningen : 2 keer wereldkampioen op de weg (in 1983 en ’89), Dauphiné Libéré in 1983.

De held uit Amerika

“De overwinning van Greg LeMond is ook die van Amerika.” Ondernemer Bernard Tapie, de grote baas van de ploeg LeMond- Hinault, had het goed begrepen. Tot dan was de Tour een Europese aangelegenheid, maar dat jaar begint de internationalisering. In de geschiedenis van de Tour betekent de zege van LeMond een keerpunt. Hij introduceerde nieuwe trends in de wielersport, was altijd op zoek naar technologische nieuwigheden en ook naar financiële investeringen. De salarissen van de renners gingen pijlsnel de hoogte in en grote ondernemingen stapten in het avontuur dat de Tour is. LeMond pakte ook uit met een stuur waarop hij de onderarmen kon laten rusten.

Aanbeden door het Europese publiek, verwerft Greg LeMond zich de reputatie altijd ontspannen en vol zelfvertrouwen te zijn. Die gaven speelt hij in 1989 uit tegenover een totaal gestreste Laurent Fignon. In de ultieme tijdrit van Versailles naar Parijs wordt over winst en verlies beslist. LeMond haalt het met een verschil van acht seconden, de kleinste winstmarge ooit in de geschiedenis van de Tour.

Stephen Roche

Tourwinnaar : 1987

Nationaliteit : Ier

Geboortejaar : 1959

Ploeg : Carrera

Tourpalmares : 3de in 1985, 3 ritzeges.

Andere overwinningen : wereldkampioen op de weg in 1987, Ronde van Italië in 1987, Parijs-Nice in 1981.

Het jaar J

De Tour had zich tot buiten Europa uitgestrekt, hij was veramerikaniseerd, maar na driekwart eeuw stond er nog altijd geen renner van de ander kant van het Kanaal op de erelijst. Hoop lag op de schouders van Stephen Roche, maar de Ier zag zich de weg versperd door een andere Angelsaksische renner, die moeilijk te kloppen bleek : Greg LeMond.

De eindzege in de Tour is nooit het werk van één man alleen, maar van een hele ploeg, en van een ploegleider. Roche zocht steun bij Geminiani. Die ontwaarde een potentiële Tourwinnaar in de Ier en toog aan het werk. In 1985 loodste hij Roche naar de derde plaats in de eindstand.

Twee jaar later komt de voorspelling van Gemiani uit. Roche profiteert optimaal van zijn regelmaat en de kansen die zich voordoen. Want de omstandigheden spelen in de Tour een belangrijke rol. Roche buit een lekke band van leider Jean-François Bernard uit om hem kostbare tijd aan te smeren en de race te winnen. 1987 is voor Roche het jaar waarin alles lukt, want dat jaar triomfeert hij ook in de Ronde van Italië en wordt hij wereldkampioen.

Pedro Delgado

Tourwinnaar : 1988

Nationaliteit : Spanjaard

Geboortejaar : 1960

Ploeg : Reynolds

Tourpalmares : 2de in 1987, 3de in 1989, 4 ritzeges.

Andere overwinningen : 2 keer Ronde van Spanje (in 1985 en ’89).

Kampioen in de schaduw

“Ik ben me op de Tour beginnen voor te bereiden in 1983”, zegt Pedro Delgado, “en gaf me twee jaar de tijd om mijn topniveau te halen. In 1985 moest ik er dus klaar voor zijn. Maar vlak voor de start brak ik mijn sleutelbeen. Het volgende jaar had ik net een familiaal drama meegemaakt : de dood van mijn moeder. Fysiek voelde ik me sterk en aan zelfvertrouwen ontbrak het niet, maar het hoofd was er niet bij.”

In 1987 komt Delgado eindelijk zijn belofte na en wordt tweede. Het jaar daarop haalt hij de eindzege binnen, maar wordt hij ook het middelpunt van een zware polemiek. De Spanjaard wordt van doping verdacht, maar de eindzege wordt hem niet ontnomen. Het product dat bij hem wordt aangetroffen, staat op de zwarte lijst van het IOC, maar niet op die van de internationale wielerfederatie. Bijgevolg is het geen verboden middel, maar Delgado ontsnapt niet aan stormen van kritiek.

Het jaar daarop start hij als topfavoriet, maar mist zijn proloog en kan de schade niet meer herstellen. Ondanks de dopingschaduw blijft Delgado in het geheugen gegrift als een groot kampioen met bijzondere klimmerskwaliteiten.

Miguel Indurain

Tourwinnaar : 1991, ’92, ’93, ’94, ’95

Nationaliteit : Spanjaard

Geboortejaar : 1964

Ploeg : Reynolds-Banesto

Tourpalmares : 12 ritzeges.

Andere overwinningen : wereldkampioen tijdrijden in 1995, 2 keer Ronde van Italië (in 1992 en ’93), olympisch kampioen tijdrijden in 1996, 2 keer Parijs-Nice (in 1989 en ’90), kampioen van Spanje in 1992.

Meneer economie

Miguel Indurain is tot dusver de enige renner met vijf opeenvolgende Tourzeges. Gevormd aan dezelfde school als Pedro Delgado, manifesteert hij zich als een specialist in het tijdrijden. Hij laat zich wat dat betreft inspireren door de methode- Anquetil : de Ronde van Frankrijk winnen dankzij enkele beslissende momenten. De rest van de tijd rijdt Indurain uitgesproken defensief. In de bergritten zit hij vooraan in de kopgroep, maar beperkt zich tot volgen. Indurain rekent meer dan hij rijdt. Elke overbodige inspanning weert hij. Het is de tactiek van de schildpad. In alle omstandigheden blijft hij kalm en onverstoorbaar. Elk moment heeft hij zichzelf onder controle, hij toont geen enkele emotie. Van het economisch met energie omspringen heeft Indurain een levensconcept gemaakt.

In 1996 begint hij aan de Tour met een zesde opeenvolgende zege en een record als ambitie. Maar hij faalt. Uitgerekend in zijn eigen Pamplona buigt hij het hoofd.

Bjarne Riis

Tourwinnaar : 1996

Nationaliteit : Deen

Geboortejaar : 1964

Ploeg : Team Deutsche Telekom

Tourpalmares : 3de in 1995, 4 ritzeges.

Andere overwinningen : 3 keer kampioen van Denemarken (in 1992, ’95, ’96), Ronde van Denemarken in 1995.

De zege van de wilskracht

Eén groot vraagteken beheerst deze Tour : zal Miguel Indurain erin slagen absoluut recordhouder met zes overwinningen te worden of zal men zijn opvolger ontdekken ?

Aanvankelijk legt een debutant Indurain het vuur aan de schenen : Jan Ullrich verslaat de Spanjaard in een individuele tijdrit. De opgave van Laurent Jalabert en de neergang van Indurain geeft nieuw talent de kans zich te manifesteren. De overwinning van Bjarne Riis is vooral die van de wilskracht en de volharding. In zijn zevende deelname – waarbij hij twee keer in de topvijf raakt – profiteert hij van de val van Indurain om de hoogste prijs binnen te halen. Maar de Deen is dan als 32 jaar, dezelfde leeftijd als Indurain, die na die Ronde van Frankrijk zijn carrière afsluit. Dat geeft aan dat de ware opvolger van Indurain nog niet gevonden is en dat de triomf van Riis in een overgangsperiode komt. Maar heel Scandinavië gaat uit de bol voor deze prestatie : de Tourzege van Riis wordt er opgetekend in de annalen van de sportgeschiedenis. Inmiddels heeft Bjarne Riis zich tot ploegleider omgevormd.

Jan Ullrich

Tourwinnaar : 1997

Nationaliteit : Duitser

Geboortejaar : 1973

Ploeg : Team Deutsche Telekom

Tourpalmares : 2de in 1996, 1998, 2000, 2001.

Andere overwinningen : 2 keer wereldkampioen tijdrijden (in 1999 en 2001), olympisch kampioen in 2000, Ronde van Spanje in 1999, 2 keer kampioen van Duitsland (in 1997 en 2001).

Het gewicht van talent

Iedereen is het erover eens : daar heb je de opvolger van Miguel Indurain. Hij is Duits, jong en heeft het atletisch karkas waaruit Tourwinnaars zijn opgetrokken. In de Tour van 1996 ontpopt Jan Ullrich zich tot revelatie door als tweede te eindigen achter zijn ploegmaat Bjarne Riis. Een jaar later trekt hij alle registers open. In het hooggebergte, in de moeilijkste ritten, blijft hij in het spoor van Richard Virenque, al drie jaar winnaar van de bergprijs. Vooral in de tijdritten toont hij zich superieur aan zijn Franse concurrent.

De laatste Duitser op een Tourpodium dateert van 1932. Het brede publiek ziet Ullrich vertrokken voor een hele serie Tourtriomfen. Toch kaapt hij de hoogste prijs niet meer weg, al plaatst hij zich wel nog drie keer als tweede – telkens achter Lance Armstrong. Anders dan de Amerikaan wordt Ullrich weinig wilskracht toegedicht. Soms moet hij in het aanschijn van de Tour in allerijl nog zeven, acht overtollige kilo’s kwijtspelen. Mogelijk heeft Ullrich zijn laatste woord nog niet gesproken.

Marco Pantani

Tourwinnaar : 1998

Nationaliteit : Italiaan

Geboortejaar : 1970

Ploeg : Mercatone Uno

Tourpalmares : 3de in 1994 en ’97, 8 ritzeges.

Andere overwinningen : Ronde van Italië in 1998.

Piraat met flaporen

Marco Pantani beweegt zich als een atypisch personage in het peloton. Zijn look maakt deel uit van zijn roem. Ongelukkig genoeg wint hij de meest zwarte Tour uit de geschiedenis, de Tour van de dopingaffaires. De heksenjacht moe gaat het peloton zelfs over tot een staking. Psychologisch voelen de renners zich op het einde van hun bobijntje, ze zijn het slachtoffer van algemene twijfel omtrent de ware atletische kwaliteiten binnen de wielrennerij.

Het spel zit op de wagen met de aanhouding van verzorger Willy Voet, met aan boord van zijn wagen een hele apotheek verboden middelen. Richard Virenque verlaat wenend de Tour. Door het wegvallen van de Festina-ploeg is de concurrentie van Pantani onthoofd. Al blijft de Italiaan wel het spektakel verzorgen. Hij breekt het record van de klim van l’Alpe d’Huez en brengt met zijn krachtpatserijen de herinneringen aan geboren klimmers genre Gaul en Bahamontes naar boven. Pantani illustreert dat klimmersgaven kunnen worden omgezet in Tourwinst.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content