Waar heb je Jessica leren kennen ?

“In fitnesscentrum ‘de Arena’, ik ging daar geregeld naartoe met mijn maat Mike Mampuya. Ik wist ook dat Jessica een kapperszaak had en daar sprong ik dan wel eens binnen. In het begin was het wel een beetje moeilijk omdat zij enkel Nederlands spreekt en verstaat en ik enkel Frans. Maar na drie à vier maanden was mijn Nederlands al een pak beter. Mijn ouders stonden in het begin een beetje sceptisch tegenover onze relatie omdat zij 24 was en ik maar 16.”

Wat trekt je aan in Jessica ?

“Ze is een heel gemakkelijke persoon om mee samen te leven. Eigenlijk de perfecte vriendin. Ze doet bijna alles voor mij en zoekt nooit problemen. Het enige minpuntje aan haar is het gebrekkige Frans. Maar daar werken we aan, hé.”

Wie zette de eerste stap ?

“Ik was toch eerder timide, terwijl Jessica heel sociaal is en makkelijk contact legt.” ( Jessica : “Mijn ouders hadden lange tijd een café en ikzelf heb nu een kapperszaak, zo leer je al vanzelf veel volk kennen.”)

Je woonde in die periode alleen in Genk ?

“Ja, ik was pas zestien. Maar ik kreeg veel steun van mijn oudere broer Arnaud en van mijn neef. Ik ben altijd een hevige familiemens geweest. Ik heb ook nog een kleinere broer, Douglas, hij is nu tien jaar oud en komt hier vaak slapen. Hij is bijzonder fier op mij : ik heb onlangs ontdekt dat zijn klasagenda vol staat met foto’s van mij.”

Je studies heb je niet afgemaakt ?

“Ik zat op de voetbalschool van Standard. Maar studeren was absoluut niet aan mij besteed. Niet dat ik een ruziestoker of een dromer was, het interesseerde mij gewoon niet. Ik wilde alles op mijn voetbal zetten en dat was al zwaar genoeg, want bij Standard trainden we al tweemaal per dag.”

Je prille jeugd stond volledig in het teken van voetbal ?

“Ja. Ik begon op mijn vijfde, direct als doelman, dat is een familietraditie bij ons. Mijn grootvader, mijn vader en mijn broer waren allen goalies.”

Had je een favoriete club ?

“Neen, ik ben nooit iemand geweest die favorieten had. Geen favoriete spelers, geen favoriete films, geen favoriete muziek, niks…

En voorbeelden in doel ?

“Ik had wel een voorkeur voor Jorge Campos, de kleurrijke Mexicaanse doelman. Verder had je nog Barthez, Kahn en nu ook Iker Casillas. In België zag ik Philippe Vande Walle graag bezig. Ik houd van een beetje kleur, mensen die het ordinaire overstijgen. Copa van Beveren en Luciano van GBA, bijvoorbeeld.”

In eerste klasse sta je vooralsnog vooral bekend omwille van je looks. Vind je die aandacht fijn ?

“Natuurlijk. Als ik merk dat de mensen me aanstaren, vind ik dat prettig. ( Jessica : “De mensen denken steeds dat hij David Beckham is.”) Als je bekend wordt, verwacht men die glamourkant een beetje. Ik heb een paar keer bewust het kapsel van Beckham gekopieerd. Op de club lachten ze daar af en toe mee.”

Ben je bijgelovig ?

“Ik zoek altijd naar mijn familie in de tribunes. Als ik mijn vader niet kan vinden, gaat het niet. Als we op verplaatsing spelen, weet ik meestal ongeveer waar mijn vader zit en vanaf het moment dat ik het veld opstap, zoek ik hem. Sinds mijn zesde draag ik ook hetzelfde hemdje onder mijn keeperstenue. Een Franse vriend van mijn vader, hij was afkomstig van Lyon, gaf me dat twaalf jaar geleden.”

door Matthias Stockmans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content