So Foot

In het recentste nummer van het bijzondere Franse maandblad So Foot staat een zes pagina lang portret van Luciano D’Onofrio tussen een doorwrochte analyse van het fenomeen ArjenRobben, een reportage over een transseksuele voetballer, een andere reportage over ploegen van spelers met een amputatie, een XXL-portret van de verschrikkelijke Chuck Blazer (symbool van de corruptie binnen de FIFA) en een interview met Jean-Pierre Bernès. Deze laatste en D’Onofrio staan in het dossier Les dessous affriolants du mercato (wat zoveel betekent als ‘de verleidelijke achterkant van de transferperiode’).

Het bewijst dat D’Onofrio niet alleen bij ons nog steeds beschouwd wordt als een machtige makelaar, ook al is hij dat officieel allang niet meer. “D’Onofrio en Bernès behoren tot de mannen die het meeste gewicht in de schaal werpen”, stelt So Foot. En ook: “Vóór Jorge Mendes was er Luciano D’Onofrio.” Er valt ook te lezen dat hij nog twee keer per week met Bernard Tapie belt en met hem ook op vakantie gaat. “Een geniale gast”, getuigt Tapie. “Hij heeft een visie en een echte voetbalcultuur. Hij is mijn maat.”

De voormalige gouden generatie van Standard blijft hem om raad vragen. Marouane Fellaini, Axel Witsel, Eliaquim Mangala, Steven Defour en nog enkele anderen blijven contact met hem houden. “Hij is nog altijd erg aanwezig in de coulissen en hij is een van de gewiekste van allemaal”, vertelt een andere makelaar. De komst van Defour en nadien Rolando naar Anderlecht, dat was zijn werk. Tijdens een galadiner van de Anderlechtaanhang zat hij aan tafel tussen Roger Vanden Stock en Herman Van Holsbeeck. Gaat hij in de raad van bestuur stappen, zoals de voorzitter en hijzelf dat graag zouden willen? Sinds enkele dagen sleept hij een last minder mee: hij wordt niet langer door het Belgische gerecht vervolgd wegens vermeende betrokkenheid bij enkele dubieuze transfers. De prijs daarvoor: zijn handtekening onder een regeling met het parket.

Daarmee komt een einde aan de gerechtelijke procedures, maar niet aan de mythe D’Onofrio. “Ik zou mezelf omschrijven als een raadgever van bevriende clubs”, zegt hij. “Het voetbal zal tot mijn dood in mijn DNA zitten.” Misschien dat het stopzetten van de rechtszaak bepaalde bestuursleden van Anderlecht, die voordien niet van hem moesten weten, nu toch kan overhalen? Dan mag hij in elk geval geen toenadering zoeken tot Standard, waar zijn vijand Roland Duchâtelet er niet meer is om het cordon sanitaire tegen hem op te houden.”

De voormalige gouden generatie van Standard blijft D’Onofrio om raad vragen: Fellaini, Witsel, Mangala, Defour…

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content