Het voorbije weekend werd ook het Franse kampioenschap op gang getrapt. Rijsel OSC staat met een uitzonderlijk jonge ploeg voor een seizoen vol vraagtekens. Die heeft Kevin Mirallas alvast niet.

Op het voorbije EK voor beloften in Nederland, waar Jong België knap de halve finales bereikte, ontdekte het Belgische publiek Kevin Mirallas (19). Een hardwerkende, opportunistische spits die ze in de Franse competitie al langer kennen. Mirallas vertrok op vijftienjarige leeftijd bij Standard om in Rijsel zijn voetbalopleiding voort te zetten. Met succes. Vorig seizoen, zijn tweede jaar bij de A-kern, beëindigde hij met 23 wedstrijden en twee doelpunten achter zijn naam. Mooi, maar dit seizoen moet het beter. “Vorig seizoen wilde ik vooral speelgelegenheid afdwingen en voort evolueren,” aldus Mirallas, “maar ik was niet tevreden met die twee goals. Als spits hoop je meer te scoren. Nu ik wat extra ervaring en zelfvertrouwen heb, richt ik mij in het komende kampioenschap op tien doelpunten. Ik wéét gewoon dat ik een mooi seizoen tegemoet ga. Ik voel dat mijn ploegmaats me beter aanspelen en meer vertrouwen. Net zoals dat bij de beloften na een tijdje het geval was. Veel collega’s bij Rijsel keken vreemd op toen ik na het EK weer aanpikte. Ik gebruik veel beter mijn lichaam en als ik nu in duel ga, ben ik het die er als winnaar uitkomt. Dat zien de anderen ook.”

Nog veel te leren

Breek je dit seizoen definitief door ?

Kevin Mirallas :“Mijn ploegmaats zijn daarvan in ieder geval overtuigd. En dankzij mijn geslaagde EK wordt er volop over mij gepraat. Anderzijds besef ik dat die hoge verwachtingen tégen mij kunnen werken als de eerste competitiewedstrijden tegenvallen. Geen probleem, ik behoud het vertrouwen in mezelf.”

Op het EK voor beloften zwermden veel scouts om je heen. Was het moeilijk om het hoofd nadien koel te houden ?

“Ik ben meteen na het toernooi op vakantie vertrokken ( samen met zijn maatjes Sebastien Pocognoli en Faris Haroun, nvdr). Daar kon ik mijn hoofd leegmaken en me niet te veel van het voetbal aantrekken. Ik had sowieso al openlijk verklaard dat ik zeker nog één of twee jaartjes bij Rijsel zou blijven. Er waren natuurlijk veel aanbiedingen, maar mijn contract loopt nog twee jaar en er is me gezegd dat ik bijna zeker aan spelen zal toekomen.”

Heeft Rijsel veel moeite moeten doen om je te houden ?

“Volgens mijn manager niet, omdat we van meet af aan duidelijk stelden dat ik niet zou vertrekken. Op het financiële vlak ben ik hier tevreden, ik heb een mooi huis en mijn familie dichtbij.”

Vorig seizoen wilde Racing Santander je tijdens de winterstop overnemen. Was Spanje niet je droombestemming ?

“Ja, de trainer van Santander is met me komen praten en hij wilde me er meteen bij. Hij kon zelfs min of meer beloven dat ik zou spelen. Ik was zeker geïnteresseerd, maar na lang nadenken besefte ik dat ik nog veel te leren had vooraleer ik naar Spanje kon vertrekken. Die droom volgt later wel.”

Trainer Claude Puel overtuigde je om bij Rijsel te blijven ? Het viel wel op dat je na de winterstop meer aan de aftrap verscheen.

Puel is een speciale man. In het begin verliep de communicatie met hem zeer stroef, maar gaandeweg groeide zijn vertrouwen in mij en konden we steeds beter praten. Na het EK heeft hij me gefeliciteerd met mijn goede prestaties, maar hij zei er meteen bij dat er in Rijsel anders gespeeld wordt. Jean-François de Sart geeft bij Jong België veel vrijheid aan zijn offensieve spelers, terwijl Puel wil dat de aanvallers veel mee verdedigen.”

Machtswissel

Waarom is de Ligue 1 zo’n lastige competitie voor aanvallers ? Vorig seizoen werd Pedro Miguel Pauleta topschutter met amper 15 goals.

“Zet de topschutter van België in Frankrijk en hij zal hier ook maar een kwart van zijn totaal maken. Zonder afbreuk te willen doen aan de verdiensten van François Sterchele, maar door voor Club Brugge te kiezen heeft hij het zichzelf makkelijk gemaakt. In het buitenland zou hij grote ogen trekken … Kijk maar naar wat er met Luigi Pieroni is gebeurd. De verdediging hier laat bijzonder weinig ruimte. Maar het is dan dat de échte spitsen zich onderscheiden, zij vinden altijd het gaatje. Een jongen zoals Filippo Inzaghi bijvoorbeeld. Niet mijn favoriete stijl, hij raakt amper een bal, maar bij die ene baltoets scoort hij wel. Als jonge gast keek ik op naar een type als Raúl. Heel leep in de zestien, intelligent, soms op het achterplan verdwijnen en dan plots opduiken. Tegenwoordig ben ik een grote fan van Cristiano Ronaldo.”

Het Franse kampioenschap is gedevalueerd, wordt gezegd, aangezien er een pak grote namen verdween.

“Er zijn inderdaad grote namen vertrokken en het blijft afwachten of de nieuwelingen hetzelfde niveau halen, maar hoe dan ook blijft de Franse competitie van hoog niveau. Fysiek zeer veeleisend en technisch onderlegd. Ik ben ervan overtuigd dat een spits die het in Frankrijk kan maken, het overal kan maken. Daarom besliste ik ook nog één of twee jaar te blijven.”

Bij Rijsel is het stilaan tijd voor een machtswissel. Een heleboel gevestigde namen vertrok: Kader Keita, Mathieu Bodmer, Efstathios Tavlaridis … Een nieuwe lichting jongeren staat te popelen om het over te nemen.

“Misschien lopen er in onze huidige kern minder individualiteiten rond, maar collectief staan we sterker. Tijdens de voorbereiding bewezen we over voldoende kwaliteit te beschikken. We versloegen Charleroi met 5-0 en nadien klopten we ook Nice. We zijn jong, maar gooi ons in het zwembad en we zullen wel zwemmen.

“Een club als Rijsel leeft van zijn jeugdopleiding. Dat er elk jaar jongens naar een grotere club vertrekken, is normaal. En elke keer wordt dat gat opgevuld met eigen jeugd. Dit seizoen tekenden weer negen jongeren een profcontract. Ze krijgen hier de kans om op 18- of 19-jarige leeftijd al ervaring op te doen op het hoogste niveau, dat is uitzonderlijk.”

Pad geëffend

Heb je geen spijt dat je zo snel uit België bent vertrokken ? Standard geeft nu wél kansen aan de jeugd.

“Neen, ik denk dat mijn evolutie mijn gelijk bewijst. Ik heb enkel spijt dat ik niet bij Standard kon doorbreken, want dat was toch altijd al mijn clubje. Ik heb er veel vrienden achtergelaten destijds. Maar misschien hebben Sebastien Pocognoli, Jonathan Legear en ik op één of andere manier toch het pad geëffend voor de rest.”

Vergelijk de jeugdopleiding van Standard eens met die van Rijsel ?

“Bij Standard is die zeker degelijk. De kloof tussen de opleiding in Luik en die in Rijsel is niet zo groot als veel mensen denken. Akkoord, hier gaat het er nog professioneler aan toe, er wordt meer gefocust op het fysieke en individuele aspect. Maar bij Standard heb ik toch ook goede trainers gekend ; oud-voetballers zoals Simon Tahamata en Alex Czerniatynski.”

In welk opzicht is de opleiding bij Rijsel professioneler ?

“Net voor ik Standard verliet, trainde ik er mee met de reserveploeg, daar merkte ik dat het verschil tussen de anciens en ons niet zo groot was. Toen ik bij Rijsel aankwam, werd ik ook in een oudere leeftijdscategorie gedropt, maar daar had ik het toch meteen moeilijk met het niveauverschil, hoor. Ik heb tijd nodig gehad om me aan te passen aan de fysieke vereisten van het Franse voetbal.”

Czerniatynski getuigde dat je buiten het veld een aangename jongen bent, maar dat je op de mat wel venijnig uit de hoek kan komen.

“Dat klopt. Ik heb een beetje un sale caractère. Vroeger heb ik veel rode kaarten gekregen, voor domme dingen. Als ik te hard getackeld werd, durfde ik wel eens fout reageren. Door ouder te worden leer je jezelf beter te beheersen, ik ben nu veel kalmer op een veld. Intelligenter. Dat leer je door met profs om te gaan.”

Andere spelopvatting

Was je verbaasd door de zelfdiscipline die de meeste Franse spelers op dat vlak aan de dag kunnen leggen ?

“Zeker. Bij Rijsel is al een pak talent nooit doorgebroken door een verkeerde mentaliteit. Onder anderen Franck Ribéry heeft hier nog in de jeugdopleiding gezeten en hij werd doorgestuurd vanwege zijn slecht karakter. Hij had niet voldoende discipline en de club heeft geen seconde getwijfeld om hem buiten te zetten. Zo leer je snel dat je hier maar beter overal op tijd komt en de regels respecteert.”

Jeugdcoördinator Jean-Michel Vandamme van Rijsel vertelde dat je in het begin moest wennen aan de andere, meer collectieve mentaliteit.

“Bij Standard werd in dienst van mij gespeeld, maar bij Rijsel kwam ik in een omgeving terecht waar iedereen kan scoren. Dat is een heel andere spelopvatting.”

“Mirallas is geobsedeerd door het doel”, hoorden we van verscheidene mensen die jou goed kennen.

“Een paar jaar geleden was ik inderdaad te persoonlijk op een veld, maar een aanvaller moet van nature toch voor een doelpunt gaan? Als ik kan scoren, doe ik dat, en die mentaliteit zal altijd zo blijven.”

Vergelijk eens de Mirallas van drie jaar geleden met die van nu ?

“Met Claude Puel stuitte ik hier op een trainer die me gunstig gezind is, maar hij wilde dat ik de bal sneller afspeelde en minder dribbelde. Dat leerde ik ondertussen. Zelfvertrouwen heb ik altijd gehad, maar het voorbije EK bevrijdde me helemaal.”

Op een bepaald moment werd je even genoemd bij Anderlecht en Standard. Zou je een terugkeer naar België overwegen ?

“Neen. Te snel naar België terugkeren zou een flater zijn. Hier kan ik zo veel meer bijleren. Ook al sloot, of sluit, ik niets uit. Maar gezien ik in Rijsel dicht bij een basisplaats sta, is die discussie eigenlijk overbodig.”

Spannende, harde strijd

Wat is de ambitie van Rijsel dit seizoen ? Vorig seizoen eindigde de ploeg op een teleurstellende tiende stek.

“Dit seizoen spelen we geen Europees voetbal, we moeten in de competitie mikken op een plek bij de eerste zes. Maar ons hoofddoel is de Franse beker. Nu we niet Europees spelen, moet het makkelijker zijn om daarop te focussen.”

Wat schortte er vorig seizoen ?

“We werden in de achtste finales van de Champions League uitgeschakeld.”

Tegen Manchester United is dat geen oneer.

“Het was toch een mentale schok voor ons, we waren er echt van overtuigd dat we ver konden raken. Na die uitschakeling lieten verscheidene spelers zich wat gaan ; ze speelden om elders een contract te versieren en vergaten zo het collectieve aspect.”

Zal het dit seizoen in de Ligue 1 weer Lyon tegen de rest zijn ?

“Ik denk het niet. Lyon heeft toch heel wat kleppers laten gaan en de nieuwe namen zijn niet van dezelfde waarde. Volgens mij zal de Ligue 1 dit seizoen op een spannende en harde strijd uitdraaien … en Lyon wordt geen kampioen. De voorbije jaren waren ze uitzonderlijk sterk, maar je weet dat er ooit een moment komt dat de bladzijde omgedraaid wordt. Op het einde van vorig seizoen merkte je al dat de machine wat stokte.”

Als Lyon geen kampioen wordt, welke ploeg dan wel ?

“Marseille zal zich in het titeldebat mengen, net als Toulouse en Bordeaux. En wie weet worden wij met onze jonge ploeg de verrassing. Ook PSG kan een revelatie worden. Al enkele jaren wordt daar hoog van de toren geblazen en telkens draaide het op niets uit. Nu bleef het daar bijzonder kalm, dat kan misschien een goed voorteken zijn.”

De goede keuze

En kan Mirallas een topschutter worden van twintig goals per seizoen ?

“Nu nog niet, maar de komende jaren misschien wel. Op mijn 22ste bijvoorbeeld moet het kunnen. Nu mag ik al tevreden zijn dat ik op negentienjarige leeftijd titularis ben in de Franse competitie.”

Zeker omdat je haast móést slagen als profvoetballer. Je maakte de middelbare school niet af en je vader reisde je achterna om je voetbalcarrière in Rijsel van dichtbij op te volgen.

“De begeleiding van mijn vader heeft me enorm geholpen om hier geïntegreerd te raken, want op je vijftiende alleen naar Frankrijk komen is niet simpel. Mijn vader kent veel van voetbal en steunt me enorm. Ik stopte met school om me beter te kunnen verzorgen voor mijn voetbalcarrière. Dat was mijn keuze en voorlopig lijkt dat ook de goede.”

Je hebt de Spaanse en de Belgische nationaliteit, in welke mate voel jij je nog Spanjaard ?

“Ik spreek en versta maar een klein beetje Spaans. Mijn vader komt uit de streek rond Barcelona. Ik heb nog steeds een hechte band met dat gedeelte van de familie, maar ben zelf opgegroeid in België. Daarom koos ik ook voor de Belgische nationale ploeg. Ik hoop dat ik ooit bij de A-ploeg mag spelen.”

Goed nieuws dan voor jou : Emile Mpenza haakt af bij de Rode Duivels.

“Spijtig voor hem en voor de nationale ploeg, maar het opent wel perspectieven voor mij. Ik verstop niet dat het mijn ambitie is om de A-selectie te halen … al wil ik geen etappes overslaan.” S

Door Matthias Stockmans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content