Eerste grandslamzege in 1997, gestopt in 2002, mislukte comeback in 2006 én een dopingschorsing van twee jaar, maar op 35-jarige leeftijd lijkt Martina Hingis beter dat ooit. Via haar rentree in de Fed Cup mikt de Zwitserse met Roger Federer op de olympische titel in Rio.

Volgens je concurrentes in het dubbelcircuit kan je nog een aantal seizoenen spelen. Vind je dat ook?

“Nóg een paar jaar? In het dubbelspel gaat het soms sneller dan in het enkel, zeker wat reflexen betreft, maar het loopt momenteel goed. Ik word heel weinig op snelheid gepakt en mijn balgevoel is nog altijd intact. Het enige vraagteken is: hoe snel kan ik van zware wedstrijden recupereren? Dat duurt toch iets langer dan pakweg tien jaar geleden.”

Wat is je doel voor dit seizoen?

“Een grandslamfinale in dubbel dames winnen. Met Flavia Pennetta moet dat haalbaar zijn. En ik wil nog een aantal plaatsen op de WTA-ranking stijgen (Hingis staat momenteel vierde, nvdr). Opnieuw nummer een van de wereld worden? Daar ben ik minder mee bezig, een grandslamtitel is mijn eerste doel. Als dat lukt, dan stijg ik automatisch in de ranking.”

Een terugkeer in het enkelcircuit zit er niet meer in?

“Neen. Dat is vooral fysiek veel te zwaar. Ik heb geen zin meer om elke dag vier uur hard te trainen. Ik heb het al eens geprobeerd – in 2006 – en het was geen succes. Op tactisch vlak ben ik niet bang, maar het zou me enorm irriteren dat het lichaam het hoofd niet kan volgen.”

Je bent nog steeds een hype: vind je dat leuk?

“Iedereen heeft graag aandacht. Wie iets anders vertelt, liegt. Ik heb gemerkt dat ze vooral in de Verenigde Staten van zulke comebackverhalen houden.”

In welke mate is geld nog belangrijk. In 2014 was je met 376.000 dollar het nummer 77 op de wereldranglijst.

“Na aftrek van belastingen en kosten blijft er niet zo veel over, hoor. Maar: het prijzengeld is verre van slecht. Toen ik begin dit jaar met Sabine (Lisicki, nvdr) in Miami won, verdiende ik bijna evenveel als in de periode van mijn eerste grandslamtitels in het enkelspel. Ik ben twee jaar coach geweest en verdiende toen 2000 euro per week.”

Zou je na je carrière opnieuw willen coachen?

“Ja, maar zo lang ik zelf kan tennissen, blijf ik spelen. Na mijn korte ervaring heb ik het gevoel dat je een betere coach bent als je ouder dan veertig bent, omdat je meer respect van de speelsters kunt afdwingen. Coachen is niet zo gemakkelijk als de meeste mensen denken.”

DOOR DORIS HENKEL

“Ik heb gemerkt dat ze vooral in de Verenigde Staten van comebackverhalen houden.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content