In Warschau werd de voorronde geloot van het Euro 2012 in Polen en Oekraïne. Maar meer dan op het toernooi zelf lag het zwaartepunt bij wat ernaast leeft.

Voor een gebeurtenis die tijdens de rechtstreekse televisie-uitzending als niet minder dan historisch wordt omschreven, ziet de ronde congreszaal waarin de loting voor het Euro 2012 wordt gehouden er nochtans niet navenant gevuld uit: amper de helft van de zitjes is ingenomen.

‘Historisch’ wordt het eerstvolgende Europees kampioenschap voorál omdat het voor het eerst in twee Oost-Europese landen wordt georganiseerd. Om het gebeuren nog meer gewicht te geven wordt Frédéric Chopin, Pools componist-pianist en honderd jaar geleden geboren, er nog bij gehaald, net als het vijftigjarig jubileum van het door Henri Delauny in het leven geroepen kampioenschap.

Maar het bescheiden decor van het torenhoge Paleis voor Cultuur en Wetenschap in het barkoude Warschau reflecteerde veel meer de realiteit. Want ook al kwam de Poolse eerste minister vertellen dat Polen en Oekraïne de eerste winnaars zijn van het toernooi door het teamwork dat met de gezamenlijke organisatie tot stand komt, gemakkelijk is het lang niet altijd, zoals ook de Poolse ex-voetballer Grzegorz Lato ons een dag eerder vertelde.

“Wij zitten in de Europese Unie en Oekraïne niet, dat wordt een groot probleem. De grens van de Europese Unie is de grens van Polen met Oekraïne. Wie naar Polen komt, is vrij te gaan waar hij wil, maar niet aan de andere kant.” Grzegorz Lato is net als Wlodek Lubanski, de huidige assistent-trainer van Lokeren, een van de grote namen die het EK ondersteunen. Voor de rechtstreekse televisie-uitzending van start gaat, verschijnt hun palmares in een filmpje. En niet alleen dat van hen, ook dat van Pohl, Deyna, Gorski, Boniek en Dudek voor Polen en Bannikov, Blokhin, Lobanovsky, Shevchenko voor Oekraïne. Zij moeten de sportieve status van de organiserende landen onderstrepen.

Lato stond van 1980 tot 1982 met Lubanski en Preben Larsen in de aanval van Lokeren. Nu is hij voorzitter van de Poolse voetbalbond. “De Poolse overheid pompt heel veel geld in het EK. We willen dat de toeristen die straks naar het Europees kampioenschap komen, zien dat Polen moeite gedaan heeft.”

De euro’s, zloty’s en hryvnia’s vliegen je trouwens om de oren als wordt uitgelegd wat het Europees kampioenschap beide landen kost. Niet alleen stadions, maar ook hotels, wegen en luchthavens zullen worden gebouwd of verbouwd. De vier speelsteden voor de kwartfinales moeten nog worden aangeduid, maar één ding is nu al duidelijk: het toernooi wordt voor beide landen meer dan voetbal. Het wordt een manier om het nationale voetbal op te krikken, meer supporters te lokken, spelers in het thuisland te houden en de economie een extra injectie te geven.

Je m’en fous!’

In de wandelgangen wordt Engels bondscoach Fabio Capello geïnterpelleerd over zijn beslissing om John Terry bij de nationale ploeg de kapiteinsband af te nemen. Commentaar weigert hij.

Nochtans had Michel Platini daags voordien zonder omwegen alles duidelijk gemaakt aan de pers. Het was voor de voormalige sterspeler op eieren lopen omdat hij destijds bij Saint-Etienne in een gelijkaardige situatie was beland. Jean-François Larios, die een affaire met de ex-vrouw van Platini had, moest toen zelfs de club verlaten. Tot drie keer toe kreeg de Franse UEFA-voorzitter van Engelse journalisten een vraag over de relationele escapade van de Chelseaverdediger. “Jullie hebben rare problemen in Engeland.” Uiteindelijk voorkwam hij een vierde poging door de zaak met een grijns tot haar juiste proporties te herleiden: “‘ Je m’en fous complètement!‘ Het is júllie probleem in Engeland. Wat wil je dat ik zeg? We zijn hier voor het EK.”

Maar ook wat dat laatste betrof, kreeg de UEFA-voorzitter vervelende vragen. Waarom er tijdens het toernooi op vrijdag of zaterdag en dinsdag wordt gespeeld en niet op zaterdag en woensdag, zoals vroeger? Of het niet erg is dat twee UEFA-scheidsrechters niet naar het WK in Zuid-Afrika kunnen omdat er twee uit Nieuw-Zeeland zijn afgevaardigd?

Platini ontweek de vragen door zijn eerder al gelanceerde idee nog eens onder de aandacht te brengen: dat hij meer heil ziet in menselijke in plaats van technische hulpmiddelen. Daarom werd in de Europa League al geëxperimenteerd met een additionele assistent-scheidsrechter als extra paar ogen achter het doel. Hij voegde daaraan toe dat het EK geen gemakkelijk avontuur wordt door de financiële crisis en politieke onenigheden. Elk land heeft zijn eigen problemen, en daar liggen andere landen niet noodzakelijk wakker van, besloot hij.

Pot 4

Na de loting blijft het in de wandelgangen, waar de trainers uit elke groep hun mening komen geven over de loting, tevergeefs zoeken naar een bondscoach die de poule als “gemakkelijk” omschrijft. François De Keersmaecker heeft het, nadat Dick Advocaat de groep van België heel moeilijk, maar interessant noemde, over een zware loting. Twee verre (en dure) verplaatsingen naar Kazachstan en Azerbeidzjan, maar wel een tegenstander als Duitsland die qua toeschouwers en tv-gelden positiever oogt. “Je vertrekt in pot 4 als een van de underdogs en ik denk dat we die rol moeten en kunnen spelen”, concludeert hij.

Bernd Storck, de Duitse bondscoach van Kazachstan, is de enige trainer die zich met zijn ploeg onder die van België schat, terwijl Berti Vogts er voor Azerbeidzjan de nadruk op legt dat zijn ploeg de inschikkelijkheid van de clubtrainers nodig heeft om spelers meer voor oefenkampen op te kunnen roepen. Bij de Belgen, vindt Vogts, zit veel jong en vers bloed, wat belooft voor de toekomst.

Duitsland en Turkije worden door alle andere ploegen in groep A terecht tot de favorieten naar voren geschoven. Joachim Löw zou geen bondscoach van Duitsland zijn als hij daar onderuit zou proberen te raken. Van Turkije was geen bondscoach afgevaardigd wegens nog niet in functie. Eerstdaags hoopt de Turkse voetbalbond evenwel “een grote naam” voor te stellen. Vooral de naam van Guus Hiddink, bondscoach van Rusland, doet de ronde. Dat zou van de poule een Duits-Nederlands onderonsje maken, zeker in de wetenschap dat de Duitstalige Oostenrijkse bondscoach Dietmar Constantini ooit trainer was bij het Duitse FSV Mainz 05. Zijn ploeg, Oostenrijk, kan voor de Belgen een sleutelrol spelen: met de klasse van Duitsland en Turkije aan de ene kant en de magere statistieken van Kazachstan en Azerbeidzjan aan de andere kan het Oostenrijk zijn dat de favorieten punten ontneemt.

Expertise

Veel meer dan zijn obligate commentaar op de tegenstanders, zijn het ten slotte Dick Advocaats uitspraken over wat er bij de voetbalbond leeft die vlak na de loting opzien baren.

– “Ik heb meer problemen met mensen die alles buiten de voorzitter om aan de media doorbriefen dan met mensen die fouten maken.”

– “Zonder de voorzitter wordt het voor mij heel moeilijk om te blijven. Want hij heeft mij gehaald. Maar ik denk niet dat hij weggaat.”

– “Ik stop bij AZ en ik ben bondscoach van België.”

Zeggen dat hij het ook blíjft, lijkt voor Dick Advocaat een brug te ver, waardoor je je niet van de indruk kunt ontdoen dat zijn vroegtijdig vaarwel aan de nationale ploeg dichterbij is dan de kwalificatie voor het Europees kampioenschap. De bondscoach lijkt stilaan genoeg te krijgen van het gehakketak bij de voetbalbond.

“We gaan er met volle energie tegenaan”, geeft Advocaat nog mee, waarna hij er ter wille van AZ wel nog twijfel over laat bestaan of hij wel naar Duitsland zal gaan om daar invloed uit te oefenen bij het opstellen van de kalender met de kwalificatiewedstrijden. Bondsvoorzitter François De Keers-maecker zal zijn trainer daarvan proberen te overtuigen. Ondertussen gaat hij zelf ook in op de crisis waarin het Belgisch voetbal zich bevindt en de helpende hand die Michel D’Hooghe hem reikte. “Als zo iemand zijn expertise aanbiedt, denk ik niet dat het verstandig zou zijn om dat af te slaan. In het kader van de dialoog en met bepaalde nieuwe ideeën kunnen we eruit komen. Jammer alleen dat zo’n crisis daarvoor nodig is, maar ze heeft bepaalde pijnpunten blootgelegd. We hebben de nodige lessen getrokken, wees gerust.”

Maar uiteindelijk komt in het Belgische kamp de enige quote van de middag die over de kern van de zaak gaat uit de mond van Dick Advocaat. “Laten we”, sprak de Nederlander toen hem een zoveelste keer werd gevraagd wat hij van de tegenstanders vond, “zelf eerst maar eens een team krijgen dat mee kan doen.”

door raoul de groote beelden: reporters

Jullie hebben rare problemen in Engeland. Michel Platini

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content