Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

De trainer is nieuw, maar de problemen zijn gebleven in Anderlecht. Op tien dagen van de competitiestart is Hugo Broos nog lang niet uit het puzzelwerk op zoek naar een stevige ploeg.

Neen, echt naar voetbal stond het hoofd van veel mensen zaterdagmiddag niet. Het was heet, ook in de Ardennen, waar het water van de Semois veel uitnodigender leek dan het beton van het Stade Louis-Dugauguez, de thuishaven van CS Sedan. Deze Franse eersteklasser hield voor eigen publiek een generale repetitie met het oog op de competitiestart volgend weekend tegen Sochaux. Hoewel de abonnees – zo’n achtduizend – gratis toegang hadden, was de kuip maar matig gevuld.

Voor Anderlecht was de wedstrijd ook een test. Volgend weekend is er nog de galamatch tegen Everton, maar stilaan moet de ploeg toch in de plooi vallen. Sedan stond al ver, dit kon dus een aardige waardemeter worden. Kortom: Sedan-Anderlecht, een leuk zomerwedstrijdje, de verplaatsing waard.

Niet helemaal tevreden over zijn tot dusver uitgeprobeerde 4-4-2, met Walter Baseggio naast Yves Vanderhaeghe, wilde Hugo Broos van de gelegenheid gebruik maken om eens wat nieuws uit te proberen. Een 4-3-3, bijvoorbeeld, een beetje naar Brugs model. Of moeten we zeggen naar het Noorse model dat Trond Sollied in ons land introduceerde. Of, zo u wil, een terugkeer naar een tactiek die Aimé Anthuenis vorig seizoen soms ook toepaste.

Want wie stond er in Sedan aan de aftrap op het middenveld? Juist, het trio Baseggio, Vanderhaeghe en BesnikHasi. Voor Vanderhaeghe een vrij comfortabele situatie, als libero op het middenveld kan hij op die manier of de tweede spits opvangen, of de spelmaker van de tegenpartij, en is er steun zowel links als rechts om uit te voetballen en het spel te laten kantelen. In theorie vergemakkelijkt ook de taak van Baseggio, die niet naar de door hem gehate linkerflank moet en tegelijk ook wat dieper speelt dan in een 4-4-2, en van daaruit zijn creativiteit kan ontwikkelen. Baseggio, zo liet Broos in een lokale krant als voorbeschouwing op deze test noteren, moet “mijn nieuwe spelmaker” worden. In die rol, links in de punt van de driehoek moet hij verdedigend minder werk opknappen en komt hij offensief beter aan zijn trekken.

Voorin bestonden de drie aanvallers uit Seol op links, Zane centraal en Hendrikx als rechtsbuiten. Zane (ex-Lilleström, daar is het Noorse model) is de Koller-kloon van paars-wit, een grote, sterke pivot. Hendrikx moest op rechts voor offensieve bewegingen zorgen. Seol kan na een aanpassingsjaar en een sterk WK doorbreken.

Tot zover de theorie. De praktijk werd geen onverdeeld succes.

Ten eerste : Hendrikx is geen man met acties op rechts. Hij vult die positie momenteel vooral in, omdat Mornar nog revalideert (pas maandag zou de Kroaat bij de groep aansluiten) en Dindane het seizoen aanvat met een schorsing van zes wedstrijden. Diep op rechts is het dus zoeken voor Broos en er voorlopig een speler gebruiken die daar eigenlijk niet past.

Ten tweede : op links kwam er van Seol evenmin veel gevaar. Ook hij is geen echte linksbuiten. Alternatieven zijn Tarek, nu nog geblesseerd, en Kolar, nog een tiener. Kolar presteerde sterk in het begin van de voorbereiding, maar was vorige week nog met Tsjechië aan de slag op het EK voor spelers tot 19 jaar. Zondag keerde hij terug. Hij liet al mooie dingen zien in Brussel, maar de vraag is of hij de sprong naar de A-ploeg al kan maken.

Ten derde : Clayton Zane zat volstrekt niet in de wedstrijd. Omdat hij zelf geen bal kon bijhouden tegenover twee stevig opzittende Franse verdedigers, maar ook omdat er onvoldoende steun uit het middenveld of van de flanken kwam. Broos: “Je moet altijd kijken naar de oorzaak waarom een speler niet presteert. Hij zat inderdaad niet in de wedstrijd, maar er waren verzachtende redenen. Begin er maar aan, zonder steun.”

Ten vierde : centraal konden de twee offensieve punten van de driehoek niet overtuigen. Organisatorisch mocht het dan wel goed in elkaar zitten – Sedan (met de Senegalese aanvaller Henri Camara nog op de bank) kon alleen met afstandsschoten doelman Daniël Zitka (negentig minuten in de ploeg) bedreigen – de omschakeling naar de aanval liet te wensen over. Baseggio bleef, de oude gewoonten allicht nog trouw, te diep achterin hangen en stond geregeld naast in plaats van voor Vanderhaeghe te voetballen. En aan de andere kant is Hasi van nature veeleer controlerend sterk dan dat hij à la Englebert de veertig meter heen en weer beloopt. Zeker in deze hitte. Een paar keer werd hij diep in de opening gestuurd, maar dat is zijn ding niet. Aansluiten bij de spits evenmin, en van automatismen met de flankverdedigers en -aanvallers was er al helemaal geen sprake. Allemaal zaken die inherent zijn aan de kwaliteiten van de speler, benadrukt Hugo Broos. De trainer zag zijn vermoedens gewoon bevestigd. Een alternatief voor die positie op het middenveld is er trouwens niet direct : Dindane is te offensief. Broos: “Hendrikx is wél een mogelijkheid, alleen heb ik hem door de onbeschikbaarheid van Mornar op dit moment op de flank nodig.”

Ten vijfde : achterin deed Anderlecht het met vier. Met als linksachter Olivier Deschacht, in afwachting van de komst van Michal Zewlakow, de Pool die sinds maandag in het Vanden Stockstadion traint en ook centraal inzetbaar is. Daar heeft Broos voldoende mogelijkheden. In Sedan speelde Olivier Doll (blessuregevoelig maar als hij fit is op die plaats een van de besten in België) aan de zijde van Glen De Boeck. Aleksander Ilic bleef negentig minuten op de bank. Daarnaast is er ook nog Hannu Tihinen, die zich blesseerde en momenteel wel meetraint, maar de duels moet vermijden.

Op de rechtsachter is er nog een vacature. Bertrand Crasson komt uit een slecht seizoen en wordt in Brussel stilaan afgeschreven. Hij is op één jaar van het einde van zijn contract. Vorige zomer werden er discrete pogingen ondernomen om de ex-international van de hand te doen, maar de speler zelf hapte niet toe en niemand meldde zich. Is het over voor hem? Crasson viel zaterdag slechts in op tien minuten van het einde, op vraag van de scheidsrechter nota bene. Die moest Baseggio uitsluiten voor een zware fout, maar had vooraf met de twee trainers afgesproken dat het rood in zijn zak zou blijven zitten en in zo’n situatie om een verplichte vervanging zou verzoeken. Junior kwam aan de aftrap als rechtsachter, maar ingevuld is die plaats dus nog lang niet.

Na de rust probeerde Hugo Broos een klassiekere 4-4-2 uit, met Nenad Jestrovic in de plaats van Zane en Gilles De Bilde als hangende spits in de plaats van Hasi. Aruna kwam, om ritme op te doen (want Europees mag de Ivoriaan wél spelen), op de rechterkant Hendrikx vervangen. Baseggio, die met een schot als enige voor de rust voor wat dreiging had gezorgd, ging weer wat dieper achterin postvatten. Het zorgde allemaal voor wat meer gevaar, snelheid en creativiteit van Brusselse zijde. Seol kwam aarzelend los van zijn man, De Bilde zorgde al eens voor een actie of een flits, en Jestrovic, tja, die moet het hebben van zijn goals, want in het samenspel brengt hij niet veel.

Helaas voor Anderlecht – maar dat wist Aimé Anthuenis ook al – is deze oplossing verdedigend de meest kwetsbare. Met het verstrijken van de tijd ging Seol diep post vatten, quasi op dezelfde hoogte als Jestrovic, deed Dindane hetzelfde op rechts, en speelde Anderlecht in de praktijk bij balverlies met vier mensen voor de bal. Sedan, dat ook zijn tweede Senegalese ster Diao liet invallen (al verkocht aan Liverpool, maar hij blijft tot de winterstop in Noord-Frankrijk), profiteerde daarvan en speelde Vanderhaeghe en Beseggio op het middenveld kapot. Broos: “Ik wilde het eens uitproberen, maar je zag zo de ruimtes vallen. Het was voor Yves absoluut niet houdbaar, zeker niet toen Walter op het einde ook een paar keer niet meer tijdig kon terugkeren.”

Vanderhaeghe, in een comfortabele zetel voor de rust, baalde na afloop als een stekker. Niet geheel onverwacht, al kwam de eerste goal op een doorgekopte corner, scoorde Sedan in deze periode. Eindstand : 2-0. Ook in deze offensieve opstelling wist Anderlecht overigens nauwelijks een kans af te dwingen.

Conclusie? Hugo Broos: “Het ene is het ene, en het andere is het andere.” Lees: defensief kan Anderlecht met de opstelling uit de eerste helft een wedstrijd bevriezen. Offensief bak je er dan niets van. En veel offensief volk inbrengen houdt, zoals na de rust bleek, in verdedigend opzicht zelfmoord in. “We maken elkaar kapot”, zuchtte Vanderhaeghe niet onterecht. Allicht bedoelt Broos dit als hij het heeft over het onevenwicht in de kern : “Het zijn gewoon allemaal de kwaliteiten van de spelers waarmee je rekening moet houden. Gilles, Aruna, Seol : het zijn nu eenmaal jongens die offensief sterk zijn, maar die verdedigend wat minder doen. Het zal schuiven worden, zoeken naar een ideale mix.”

Broos zegde nog dat hij af en toe tactisch inzicht mist bij zijn spelers.Is het dat de een er wat te hard op rekent dat de ander een steel opraapt, of een opening dichtloopt ? Broos was niet geheel verrast toen hem vorige week de klacht bereikte dat de spelers moe waren. Zijn repliek : dat je moe hoort te zijn in een voorbereiding. Er wordt hard en lang getraind, met situaties waarbij de coach geregeld de boel stillegt om te corrigeren. Broos: “Al bij al was het een leerrijke wedstrijd. Het ene voldoet niet, het andere ook niet. Maar ongerust maak ik me niet, we hebben nog wel even.”

Misschien brengt nog een laatste transfer wel de oplossing. De Tsjech Kolousek zou aanspraak kunnen maken op een positie achter de spits, de plaats waar Gilles De Bilde na de rust speelde. Wél werkkrachtig, een goed schot, een goeie vrije trap. “Zijn komst zou me in staat stellen om wél voor een 4-4-2 te kiezen”, zei Broos aarzelend na de nederlaag in Sedan. Alleen : Kolousek is ook linksvoetig. Hoe moet het dan met Baseggio, terug in een defensievere rol? En wie is de ideale rechterflank?

Vragen, veel vragen. Neen, Anderlecht is er nog niet uit.

door Peter T’Kint

‘Met Kolousek erbij zou ik wél voor een 4-4-2 kunnen kiezen.’ (Hugo Broos)

‘Ik maak me nog niet ongerust, we hebben nog wel even.’ (Hugo Broos)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content