‘MIJN BESTE POSITIE? ALS IK MAAR MAG MEEDOEN’

© BELGAIMAGE

Een blitzstart op rechts, een dipje en eerherstel op de linkerflank. Dion Cools (20), anderhalf jaar bij Club Brugge, maakt de balans op.

Eindronde gewonnen in tweede klasse met Oud-Heverlee Leuven in 2015 en het jaar erna meteen de titel in de Jupiler Pro League: er zijn jongens van twintig die met veel minder tevreden moeten zijn. Dion Cools lacht. ‘Elk jaar een prijs, hé!’ Maar hij corrigeert even snel: ‘Het was niet echt een titel waar ik veel aan bijgedragen heb. Ik had liever een groter aandeel gehad, maar ja… In play-off 1 was ik er geen enkele keer meer bij, meestal kon ik niet veel meer doen dan de jongens aanmoedigen. Het was een mooie namiddag, die kampioenenmatch tegen Anderlecht, maar ik had liever op het veld gestaan. Mochten we opnieuw kampioen worden, dan zou die titel voor mij veel meer waarde hebben. Ik denk dat ik dit seizoen toch al driekwart van de wedstrijden heb gespeeld en in sommige matchen op de een of andere manier beslissend was.’

Hij zegt het zelfzeker, zonder naar arrogantie te neigen. Want, zo beseft hij: na anderhalf jaar in Brugge zijn er stappen gezet, maar de hoogtes en laagtes moeten uit zijn spel. ‘Dat heeft wellicht met de leeftijd te maken. En niet vergeten: Thomas Meunier had hier wel iets neergezet. Iedereen verwachtte van mij hetzelfde, maar als je ziet dat Thomas nu ook bij PSG de pannen van het dak speelt… Als hij in de Belgische competitie een steekje liet vallen, dan kon hij het met zijn snelheid nog rechtzetten. Daarom moet ik, nog meer dan Thomas, positioneel-defensief anders staan. Dat was een werkpunt, ook omdat ik niet als verdediger ben opgeleid, maar ik denk dat ik op dat vlak ben gegroeid.’

DOODMOE

Juni 2015. ‘Jeugdproduct van OHL moet Meunier opvolgen bij Club Brugge’, kopt een dagblad. Een verrassende transfer: negentien jaar en amper 32 wedstrijden in de Proximus League – tweede klasse – op de teller. ‘Geen gemakkelijke beslissing, maar Club drong écht aan en toonde dat het in mij geloofde. Ik had in Leuven nog een contract voor één seizoen, maar ik had niet het gevoel dat OHL me wilde houden.’

Een enorme stap, zo bleek uit een van zijn eerste tweets: ’19 jaar en 1 maand? Ik voel me lichamelijk een man van 45 jaar! #doodmoe’.

‘De voorbereiding was, vooral conditioneel, heel pittig’, vertelt hij. ‘Elke dag twee keer twee uur trainen. Veel lopen, zweten… Ik sliep nog op hotel, maar lag bijna elke avond om acht uur in bed, terwijl buiten de zon nog scheen. Helemaal kapot! En ’s morgens moesten we opnieuw om acht uur in Westkapelle zijn. In Leuven ging het trager, kon ik het soms wat rustiger aan doen. Hier moest ik me elke dag volledig geven.’

Welk carrièreplan spiegelde Club Brugge je voor?

DION COOLS: ‘Bij OHL speelden we een vergelijkbaar systeem. Yohan Croizet voor mij, die net als Lior Refaelov geregeld naar binnen kwam, zodat ik op de flank ruimte had. Club zag mij als opvolger van Meunier, daar moeten we niet flauw over doen. Hij is uiteindelijk toch nog een jaar gebleven, waardoor ik in zijn schaduw rustig kon opbouwen en bijleren.

‘In Leuven was het geen schande om een bal eens naar voren te trappen. Het voetbal in tweede klasse was anders: lange bal naar de spits, proberen bij te houden en dan zagen we wel wat we konden doen. Toen ik hier kwam, was het wennen, maar ik denk dat het steeds beter lukt om de combinaties en de looplijnen in te vullen. Ik heb een redelijk goede verre pass en ik probeer altijd te voetballen. Dat heeft voor een deel te maken met mijn vorming als aanvallende middenvelder. Ik moet nog meer beseffen dat er op verdedigen geen schoonheidsprijs staat.’

Toen je op stage in de rug werd gepakt, kreeg je van Michel Preud’homme een preek voor de voltallige groep. Hoe gaat een jongen van negentien daarmee om?

COOLS: ‘Dat is balen, natuurlijk, maar hij wil iedereen beter maken en daardoor kon ik het ook plaatsen. Ook dat is het grote verschil tussen Leuven en Brugge: als je José Izquierdo in je rug laat lopen, dan wordt dat meteen afgestraft. Gedaan. Door de blessure van Thomas heb ik in het begin van vorig seizoen veel gespeeld, met een doelpunt en een assist tegen Panathinaikos als uitschieter, maar in Manchester werd ik met mijn twee voeten op de grond gezet.’

In Manchester, tegen Memphis Depay. Je sprak achteraf van je slechtste wedstrijd ooit, maar was je daar niet te streng voor jezelf?

COOLS: ‘Ik had toen echt het gevoel dat ik tegen Depay veel tekortkwam. Het ging zó veel sneller. Pas dan besef je waarvoor je werkt, waarom je al die uren traint. Nu zou ik die match anders, volwassener, aanpakken. Maar Depay heeft er wel voor gezorgd dat ik de volgende maanden nog amper heb gespeeld (13 minuten in de terugwedstrijd en een helft in de beker, nvdr).’

Vond je dat terecht?

COOLS: ‘Ik weet het niet. Ik kan me geen moment voor de geest halen waarop ik zei: ‘Nu moet ik spelen.’ Ik hoopte op meer minuten, dat wel, ook omdat ik de smaak te pakken had. Weken in de spotlights, plots in de schaduw. De moeilijkste maanden van mijn carrière, hoe pril die ook was. Ik had het nog nooit meegemaakt, speelde altijd. Youri Tielemans was zestien toen hij debuteerde, maar volgens mij is het geen schande om pas op je twintigste door te breken. Zeker niet in de verdediging, waar ervaring een grote rol speelt. Maar ik denk dat ik in de loop van vorig seizoen heb kunnen oppikken wat onze trainer van een flankverdediger verlangt.’

KRITISCH

Toen Club Ricardo van Rhijn binnenhaalde, beschouwde je dat als een motie van wantrouwen?

COOLS: ‘Ik wist dat er sowieso iemand zou bijkomen, niet dat het een grote naam zou zijn die zich na zijn topmomenten bij Ajax in Brugge opnieuw wilde bewijzen. We spelen veel wedstrijden en hebben vaak zo veel blessures dat ik vroeg of laat wel een kans zou krijgen. En mijn voordeel is dat ik nu ook op links kan spelen.’

Heb je het gevoel dat de technische staf in jou eerder een linkerflankverdediger ziet?

COOLS: ‘Dat moet je aan hen vragen. Als zij zeggen dat ik op links moet spelen, dan doe ik dat. Ik heb er vorig seizoen ook een paar keer gespeeld, maar toen viel dat voor de buitenwereld blijkbaar minder op. Ik weet niet of dat mijn beste positie is, als ik maar mag meedoen. (lacht) Zoveel verschil is er niet. Ik heb vandaag op training alleen maar voorzetten met links getrapt, al heb ik wel meer de neiging om naar binnen te kappen. Maar dat kan in bepaalde situaties een voordeel zijn.’

COOLS: ‘Misschien leg ik mezelf op rechts te veel druk op, ja, en speelde ik er niet altijd mijn beste wedstrijden. Op momenten waarop de ploeg goed draait, vallen mindere wedstrijden niet altijd op. Hopelijk is het toeval dat we, toen ik op rechts stond, een pak wedstrijden hebben verloren. (lacht) En met mij als linksback bijna geen enkele.’

Na een mindere reeks van Club werd jij persoonlijk geviseerd door de supporters. Hoe ga je daarmee om?

COOLS: ‘Ik lees zulke reacties op supportersforums soms ook, maar ik kan het plaatsen en laat me er niet door afleiden. Als ik slecht heb gespeeld, dan kan ik het accepteren. Ik kan me slecht voelen, maar dan vooral omdat ík niet goed was. Dat kan ik zelf wel inschatten. Op training, bijvoorbeeld, verlies ik soms de focus. Niet altijd even geconcentreerd, foute passes. Ik ben best wel kritisch op mezelf.’

DOOR CHRIS TETAERT – FOTO BELGAIMAGE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content