Zolang Anderlecht met minstens vier middenvelders speelt, heeft hij quasi altijd zijn plaats in de basisploeg, vindt hij. Martin Kolar over talen, regelmaat en persoonlijke statistieken.

Qua taalvaardigheid heeft hij vorderingen gemaakt. Toen hij vorig jaar bij Anderlecht debuteerde, moest de jonge Tsjechische middenvelder Martin Kolar bij interviews als tolk nog zijn landgenoot en ploegmaat Daniel Zitka inschakelen. Tegenwoordig behelpt hij zichzelf in een behoorlijk Frans.

“Ik heb wat dit betreft enorm veel te danken aan Luc Spaepen, de trainer van de minelfjarigen die ook de cursus Frans aan de buitenlanders van de A-kern geeft. Makkelijk was dat niet. Anders dan Hannu Tihinen, die behalve het Fins ook het Engels machtig is, kende ik alleen Tsjechisch. Ik had voorts wat flauwe noties van Russisch, en dat was het. In het begin kon ik niet het minste onderscheid maken tussen de talen die er in de kleedkamer van Anderlecht werden gesproken. Nederlands, Frans, Engels of zelfs Italiaans : wist ik veel. Het heeft zelfs meerdere maanden geduurd voor ik me er rekenschap van gaf dat Walter Baseggio en Bertrand Crasson geregeld in het Italiaans met elkaar converseerden.

“Gelukkig zijn die communicatieproblemen geleidelijk verdwenen. Dat ik in zulke zaken leergierig ben, heeft me flink geholpen. Met schrijven heb ik nu nog wat moeite, maar spreken gaat best. Sinds enkele weken heb ik er trouwens een tweede taalleraar bij : mijn Belgische vriendin Stéphanie. Dankzij haar gaat mijn woordenschat er elke dag op vooruit (lacht). En aangezien ze perfect tweetalig is, neem ik me voor om me ook eens op het Nederlands te storten.”

Van de feestdagen heeft Martin Kolar gebruikgemaakt om zijn vriendin voor te stellen aan zijn familie in Praag. Dat waren zalige dagen, temeer omdat hijzelf bij Anderlecht inmiddels de status van titularis heeft verworven. Vorig jaar lag dat anders. Kolar was veelbelovend gestart bij paars-wit, maar tegen eind 2002 had hij zijn stamplaats in het elftal moeten afstaan aan Ki-Hyeon Seol.

“De wedstrijd tegen Antwerp had zware gevolgen voor mij. De week voordien hadden we thuis tegen Gent slechts gelijkgespeeld. In Antwerp leden we onze eerste nederlaag van het seizoen en het was nog maar half september. Voor de volgende match, tegen Moeskroen, wijzigde coach Hugo Broos zijn tactisch concept en schakelde over van een 4-4-2 naar een 4-3-3. In dat systeem was er geen plaats meer voor Gilles De Bilde en voor mij. Aanvankelijk maakte ik me niet al te veel zorgen. Ik was ervan overtuigd dat ik mijn plaats in het team zou heroveren. Het leek me een kwestie van wachten tot Seol een mindere periode meemaakte. Maar hij speelde almaar sterker, met ook een schitterende prestatie tegen Bordeaux in de Uefabeker.

“Op het einde van de heenronde voetbalde Seol op vleugels. En zat ikzelf boordevol twijfels. Met een troebele geest en het moreel op nul ben ik op het einde van het jaar naar Tsjechië getrokken. Mijn ouders begrepen absoluut niet wat er aan de hand was en begonnen zich plotseling met alles te bemoeien. Kortom, dat was een verschrikkelijk moeilijke periode voor mij.

“Bizar genoeg kwam de ommekeer er in de thuismatch tegen Antwerp. Die avond werd Seol door het eigen publiek uitgefloten. Enkele dagen later viel hij – net als de hele ploeg trouwens – door de mand in de Europese bekermatch tegen Panathinaikos. Er hingen na deze collectieve wanprestatie opnieuw veranderingen in de lucht. Deze keer vielen die in mijn voordeel uit. Ik kreeg opnieuw een plaats in het basiselftal en ging er niet meer uit. Anderlecht eindigde de competitie bijzonder sterk, met tien overwinningen op rij – de non-match in Beveren niet meegerekend.”

Kolar was gelanceerd en trok de lijn door naar het huidige seizoen. In het begin diende hij nog even zijn stek in de ploeg af te staan aan concurrent Seol, die toen een sterke periode had. Sinds de Koreaan door knieproblemen wordt geplaagd, is Kolar niet meer weg te denken uit het fanionteam van Anderlecht.

“Zolang de trainer een systeem met vier of vijf middenvelders hanteert – zoals hij al het hele seizoen doet -, heb ik mijn plaats in de ploeg. Schakelt hij weer over naar drie middenvelders, dan krijg ik het moeilijk. In zo’n systeem voel ik me veel minder op mijn gemak, terwijl Seol in meerdere spelconcepten past. Maar ik geloof niet dat Broos nog zal teruggrijpen naar een tactiek die – onder meer in de match tegen Panathinaikos – haar beperkingen heeft getoond. Vooral omdat Anderlecht al maanden prima loopt te voetballen en dat gebeurt dan toch telkens met minstens vier middenvelders.

“Ik heb er dus wel vertrouwen in, al moest ik in het verleden op basis van puur tactische beslissingen wel een paar speelbeurten overslaan. Aan de andere kant, op de rechterflank, heeft Christian Wilhelmsson al hetzelfde meegemaakt. Soms kiest de trainer voor één van ons twee. Voor de uitwedstrijd tegen Bayern München bijvoorbeeld opteerde hij voor Wilhelmsson en bleef ik aan de kant. En oké, Anderlecht speelde daar een puike wedstrijd. Maar we hebben ook al goede matchen geleverd waarin zowel Wilhelmsson als ik aan de aftrap verschenen. Denk maar aan onze thuiswedstrijd tegen Celtic Glasgow, tot vandaag is dat het toppunt uit mijn carrière. Met tien tegen elf Celtic verslaan, in een geweldige sfeer : onvergetelijk.”

Martin Kolar wil in de terugronde ook zijn persoonlijke statistieken verfraaien. Hij sloot de heenronde af zonder doelpunt en met één povere assist achter zijn naam – al compenseerde hij veel met zijn werkkracht en loopvermogen. Kolar toont zich alomtegenwoordig, beschikt over een brede actieradius, hij lijkt wel een marathonloper.

“Een groot loopvermogen is zonder twijfel het handelsmerk van de moderne Tsjechische voetballer. Dat zie je ook bij Pavel Nedved, die zich bij Juventus de naad uit de broek loopt. Of bij Tomas Rosicky, die bij Borussia Dortmund veel werk verzet. Hard labeur is ook aan mij besteed, al vind ik wel dat ik mijn persoonlijke productiviteit moet optillen. Bij Bohemians Praag behoorde ik elk seizoen tot de beste doelschutters en ook inzake assists scoorde ik er telkens goed. Dat moet er bij Anderlecht nog uitkomen. Maar mijn eerste goal is voor spoedig, ik voel het. En als de ban gebroken is, ben ik vertrokken.

“Wat me ondertussen verheugt, is de regelmaat die ik in de heenronde aan de dag heb gelegd. Een jaar geleden nog begon ik sterk aan het seizoen, maar na twee maanden voelde ik me leeg. Dit seizoen slaag ik erin om de krachten beter te doseren. Ik zit niet meer zo tussen hoogten en laagten te schommelen. Dat geldt niet alleen voor mij. Eigenlijk presteert de hele ploeg dit seizoen veel meer op een constante basis. Door die continuïteit in ons niveau zijn we kunnen uitlopen in de competitie. Er wachten ons nog moeilijk uitwedstrijden, maar die kampioenstitel zou ons eigenlijk niet meer mogen ontsnappen.

door Bruno Govers

‘Ik ben erop gebrand de titel én de beker te pakken.’

‘Old Trafford, San Siro, Camp Nou : het zijn dromen die dichterbij komen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content