Paul Put is zeker : had Lokeren naar hem geluisterd, het zou er nu niet zo slecht voor hebben gestaan. ‘Mijn ontslag was een moment van zwakte van de voorzitter.’ De ex-trainer spreekt.

Als we afspreken, is Paul Put net terug van het ziekenhuis. Hij volgt er een immuniteitskuur tegen wespensteken, een gevolg nog van de vorig jaar op training opgelopen prik, die hem toen zelfs even op intensieve zorgen deed belanden. Vijf jaar zal de behandeling, die progressief wordt afgebouwd, duren.

Voor het eerst in zijn leven is Put werkloos. Lokeren zette hem eind oktober aan de deur, maar het gekste moest toen nog komen. Overmand door spijt begon voorzitter Roger Lambrecht zijn ex-trainer te gijzelen. Het kwam zelfs in de krant dat hij volgend seizoen misschien wel gewoon weer als trainer aan de slag ging op Daknam. In ieder geval mocht Put niet naar Antwerp. Toen zijn advocaat een rechtszaak op gang bracht, bond Lokeren uiteindelijk toch in. Sinds anderhalve week heeft de werkloze trainer de handen vrij.

“Ik wil niemand aanvallen,” houdt Put zich op de vlakte, “dat is ook zo opgenomen in de dading tussen beide partijen. De voorzitter was héél emotioneel, maar ik denk dat hij gewoon beïnvloed werd door een andere entourage. En daarmee schiet ik niet op Willy Verhoost, niet op de spelers en evenmin op de pers. Ach, moeten namen nu echt ? Mijn ontslag was een paniekreactie, een moment van zwakte van de voorzitter. Dat heeft hij vrij snel ingezien. Ik heb veel te danken aan Lokeren en wie weet ga ik er in de toekomst nog werken.”

Lezen en wedstrijden bekijken, zowel in België als in Nederland, daar brengt hij de tijd mee door tegenwoordig. Toen Eddy Wauters – een buur in Zoersel – hem namens Antwerp belde, was Put op Cyprus. Twaalf dagen vakantie, zes dagen werk : hij verzorgde er een clinic voor coaches. “Ik was er eerder twee keer op stage met mijn ploeg. Wellicht is mijn werk toen opgevallen. Hoe ze anders bij mij terechtkwamen, mag Joost weten. Helaas viel het weer wat tegen.”

Tussendoor spreekt hij met clubs met het oog op volgend seizoen. Het liefst zou hij binnen een week of vijf ergens een contract tekenen, waarna hij al scoutend het seizoen al kan voorbereiden. Overigens, donderdagmiddag was hij in Nederland. Put grijnst : “Ik denk dat je de grenzen wat mag verleggen, daarom volg ik zoveel mogelijk matchen. Stel dat er een kans komt, dan ken je de spelers tenminste al. Ik heb nu de tijd om Roda te volgen, of wedstrijden in Tilburg, Breda of Roosendaal. Veel enthousiasme, dat wel, maar zeggen dat hun competitie ver boven de onze staat ? Zéker niet.”

Paul Put windt er geen doekjes om : hij mist de stress. Van de training, de wedstrijd, het weekend. En hij mist de kleedkamer. “Overal waar ik werkte, had ik een goed contact met de spelers en de mensen uit de entourage. Met een zwans en een lach en een complimentje krijg je veel gedaan. Die mensen mis ik nu.”

Maar zijn zelfvertrouwen, dat is niet aangetast. “Mijn ambitie is duidelijk : de absolute top bereiken. Mijn ogen zijn open gegaan tijdens de Pro License. Ik zat in de eerste lichting. Een sterke lichting, maar het was wel PP, toen de trainer van Geel, die meestal de demonstratietrainingen moest geven. Van veel spelers die met mij hebben gewerkt en die ook elders al speelden – Noren, Zweden, IJslanders -, kreeg ik veel lof. You deserve a better team than this, zeggen ze. Lambrecht noemt me topdrie, Petter Rudi belt me nog geregeld. Dat geeft me een gerust gemoed. Ik hoef niet wakker te liggen van een andere trainer : ik heb genoeg ervaring, ik kan op mijn eigen benen staan. Het heeft te maken met vakkennis, maar ook met psychologie, denk ik. En met kunnen meedenken in een structuur en een organisatie. Daar ben ik vrij sterk in. Het is een beetje eigen aan tweelingen : het zijn leidinggevende figuren, mensen met gevoel voor organisatie en structuur.”

Over zijn manier van werken : “Je moet je spelers altijd inpompen dat ze goed zijn. Op de duur gaan ze het geloven. Ik gaf ze alles mee wat ze moesten weten over de tegenstander, maar psychologie was minstens even belangrijk.”

Geïnteresseerd volgt hij wat Sven-Göran Eriksson, bondscoach van Engeland, bereikte met een mental trainer. “De Engelse nationale ploeg stelde nooit veel voor, maar nu lijkt het te lukken. Wat ze deden bij Brazilië, fascineert me ook. Hun bondscoach liet zich inspireren door Adolf Hitler. Overal kan je wat halen, ook bij Hitler. In dit geval over mental brainwashing en disicipline. Een trainer is geen kopieermachine, maar een filter, een spons. Ik ben een fan van slagzinnen : je kan ze gebruiken in je speech voor een wedstrijd. Soms zit er heel veel in weinig woorden. Ons probleem is dan dat je die slagzinnen moet kunnen vertalen in het Frans en het Engels. Ik schrijf mijn speeches vaak uit, in de twee talen, omdat het allemaal toch steek moet houden. Soms heb ik dan een taalvaardiger iemand nodig, om precies te verwoorden wat ik denk.”

Profvoetballers, stelde hij vast, ook de toppers, zijn soms twijfelaars. Hij geeft een verrassend voorbeeld. ” Kristinsson. Als er één iemand is die het nummer tien van Degryse mag dragen, is hij het. Maar Kristinsson presteert nooit 34 wedstrijden op dat niveau, dat is ook bekend. Tegen mij zei hij ooit : coach, op Antwerp speel ik altijd slecht. Dan concludeer ik dat zo’n speler niet blaakt van zelfvertrouwen. Bangoura was ook iemand die veel vertrouwen nodig had. Als je dat weet, moet je ingrijpen. Ik had de gewoonte om voor de wedstrijd met de spelbepalende figuren te praten, om ze op hun gemak te stellen. Maar vaak bleek dat moeilijk te lukken.”

Komen we bij de vraag waarom het de verkeerde kant opging met Lokeren dit seizoen, zodat al gauw zijn ontslag volgde. Voor Paul Put is het zo klaar als een klontje : “Omdat ze mijn analyse pas nu, in de winterstop, hebben gevolgd. Op het moment dat we vorig seizoen ons Europees ticket pakten, wisten we al dat Bangoura en Kimoto, samen goed voor 24 doelpunten, de club zouden verlaten. We wisten ook dat Gretarsson, 17 goals, onder het mes moest. En we wisten dat De Beule, 12 goals, door zijn beste krachten zat door de vele wedstrijden van de laatste twee jaar. Hij is jong en dus kon er een terugval volgen. Van onze doelmannen wisten we dat zowel Dabanovic als Van der Jeugt met de knie sukkelden en op de moeilijke momenten niet de punten pakten die ze zouden moeten pakken. Ik gaf aan dat we daar allemaal op moesten inspelen. Ik rekende erop dat Lambrecht, nu hij eindelijk de prijs had waarvan hij zo droomde, een inspanning zou doen. Milojevic kwam, maar dat ook hij meteen met de knie zou sukkelen, dat was pech. De inspanningen die de club deed in de winterstop, bevestigen alleen maar mijn analyse.”

Heeft hij zich toch zelf ook niet miskeken op Baldvinsson, de opvolger van Bangoura ? “Neen”, antwoordt Put. “Ik heb altijd gezegd dat hij op links wel wat kon en dat ook mocht, want daar was de spoeling dun. Niet als spits, want daar heeft hij me nooit kunnen overtuigen. Bij Franky (Van der Elst, nvdr) speelt hij ook op links. Nochtans is hij gekocht als spits, op voorspraak van Didier Frenay en op basis van zijn wedstrijd in de Uefacup tegen Anderlecht (met Stabaek, nvdr). Aan inzet geen gebrek, maar het vernuft en het balgevoel van een spits heeft hij niet.”

Ook gehoord als verwijt aan zijn adres : dat spelers individueel te weinig vooruitgang boekten omdat er onvoldoende specifiek mee werd gewerkt. Weer gaat Put niet akkoord. Hij haalt Zoundi aan als voorbeeld : “Onder Leekens twee keer vijf minuten ingevallen, maar bij mij naast Bangoura een geweldig seizoen gespeeld. Dat hij nu al twee jaar in de lappenmand ligt, kan ik niet helpen. Kimoto lag in de vuilnisbak, maar zit nu bij Standard. Doba was tactisch zéér zwak, maar speelde altijd. Coulibali was altijd weg of geblesseerd, had de conditie van mijn overgrootvader, maar na het volgen van een specifiek programma speelde hij heel vorig seizoen, waarna ze ook hem konden verkopen. De Beule heeft zich ontwikkeld, Vidarsson ook. En als Standard Bangoura wil, zal hij toch iets kunnen. Maar het is ook wel zo dat je een ploeg die in de top speelt, fris moet houden. En dan stap je misschien wel over bepaalde individuele zaken heen. Dan geef je ze op een vrije dag geen individuele trainingen om ze niet nog meer te belasten.”

Bovendien, haalt Put nog aan, is het niet simpel om individueel te werken met Afrikanen. Hun fierheid, weet je wel. Waarom moet ik apart trainen, coach ? Toch gaat Willy Reynders, uit Afrika teruggehaald, nu wel individueel werken met de spelers. “Heeft hij nog gedaan”, weet Put. “Zijn eerste individuele training was met zeven spelers. Is dat individueel ? En moeten wij internationals nog zeggen hoe ze moeten voorzetten of een bal stoppen ? Mijn ervaring leert me dat een goede speler zich direct doorzet. Als je er vier, vijf of soms zes maanden aan moet schaven, vergeet het dan maar.”

Is de Afrikapolitiek van Lokeren mislukt ? “In zekere zin wel”, denkt Paul Put. “Willy Verhoost of de voorzitter verwijt ik niks. Maar in jullie blad repliceerde Willy Reynders op mijn analyse dat ik ‘super de luxe zou krijgen met vijf nieuwe top-Kameroeners’. Die inschatting was alleszins niet juist. Drie spelers hebben we direct mogen doorschuiven, twee hebben we krediet gegeven, maar ook zij konden ons niet overtuigen. De Afrikapolitiek is bezig te mislukken op een moment dat er meer geld werd ingestopt en er met Willy een speciale scout werd gestuurd. Maar ik werd niet gevolgd. Daarom ging het met Franky Van der Elst ook niet beter. Lambrecht ziet dat nu in.”

Had het van hem afgehangen, hij had Lokeren Belgisch laten inkopen. ” De Brul, Hoefkens, haalbare jongens waarvan ik wist dat ze op revanche uit waren. Verdedigers die er staan én ook scoren. Mocht ik er nu nog coach zijn, ik zou met de ogen dicht Sandy Martens nemen. Praat wat op die jongen in en je hebt een ongelooflijk goeie speler.”

door Peter T’Kint

‘Mijn ogen zijn opengegaan : ik hoef niet wakker te liggen van een andere trainer.”De inschatting van Willy Reynders was niet juist.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content