‘Bij het begin van vorig seizoen lag mijn niveau veel lager dan dat van de andere spelers’, zegt Georg Wiebel. Ondertussen groeide hij bij Noliko Maaseik uit tot de sterkhouder in het midden.

Net als Knack Roeselare speelt Noliko Maaseik vanavond zijn eerste wedstrijd in de Champions League. Maaseik neemt het thuis, in de Breese Expodroom, op tegen het Poolse Czestochowa, vorig jaar organiserend Final Fourfinalist in de Top Teams Cup. In de halve finale werden de Polen toen verslagen door een sterk volleyballend Roeselare. Maaseikcoach Anders Kristiansson vroeg en kreeg alvast de video van die wedstrijd van zijn Roeselaarse collega Dominique Baeyens. In ruil kreeg Roeselare videomateriaal van Daytona Modena, Knacks eerste opponent in de Champions League.

Na de succesvolle campagne vorig seizoen rekenen de Maaseikse supporters ook nu op een kwartfinaleplaats van Noliko. Om daarin te slagen zullen de Limburgers vooral moeten afrekenen met het Griekse Olympiakos Piraeus, op papier de lastigste klant in poule A. “In de wetenschap dat van de vijf poules alleen de drie beste tweedes zich plaatsen voor de kwartfinales, mag Maaseik zich eigenlijk thuis tegen Czestochowa of Sofia geen misstap veroorloven”, weet ook Georg Wiebel.

De Duitse middenman (25), die begin vorig seizoen overkwam van Wuppertal, gelooft in de mogelijkheden van Maaseik. “In het begin van het seizoen was het net als vorig jaar nog wat zoeken omdat we maar liefst zeven nieuwkomers moesten inpassen. Deze jonge groep presteerde misschien nog niet altijd even constant – ik denk daarbij in de eerste plaats aan onze stage in Italië, waar we eerst verloren van Schio uit de A2, maar de dag nadien wel gelijke tred hielden met Sisley Treviso, topper in de A1. Toch denk ik dat we nog meer mogelijkheden hebben dan vorig seizoen.”

Met Martin Lébl moest Maaseik in het tussenseizoen nochtans zijn beste speler laten gaan. “Klopt. Martin kreeg natuurlijk heel veel ballen voor een middenman, speelde ook achteraan om van positie zes pipe te komen. Die troef kunnen we nu niet meer uitspelen. Daarom hadden we meer hitting power nodig aan de buitenkanten. Door Paulo ( Bravo, nvdr) binnen te halen, is dat zeker gelukt. Jussi Heino was heel goed in receptie en verdediging en speelde slim als aanvaller, maar miste toch wat kracht om uit te halen.”

Er zit meer variatie in het aanvalspel van de landskampioen, vindt Wiebel. “Als de bal vorig jaar niet naar Lébl ging, dan belandde hij vaak bij onze opposite. Tegenstanders kunnen zich nu moeilijker op ons instellen, we zijn minder berekenbaar. Elke aanvaller krijgt zijn deel van het werk. Ook voor mij aangenaam, uiteraard. Ik word vaker aangespeeld en kan me zo meer laten opmerken.”

Meer potentie, meer variatie, het klinkt allemaal heel positief. Of hij dan op niets kritiek kan uiten ? “( lacht). Eigenlijk niet. Er heerste hier vorig seizoen een opperbeste sfeer en dat geldt nog altijd. Deze groep is wel wat minder uitbundig, minder luidruchtig ook. Maar nee, kritiek… Heino en Hansen deden het erg goed in receptie, maar ook op dat vlak moesten we niet inbinden. Wel integendeel, want vorig seizoen stond Martin mee in voor de receptie en dat was toch niet zijn specialiteit. Nu hebben we drie receptiespelers achterin staan, waarbij Hanano zich manifesteert als een uitstekende libero.”

De laatste échte test in de aanloop naar de wedstrijd van vanavond tegen Czestochowa, de vlot gewonnen topper tegen Roeselare, versterkte het zelfvertrouwen bij Maaseik. “We leverden vooral een uitstekende ploegprestatie. Door de stage in Italië konden we ons spelpeil nog wat opkrikken, maar toch : voor een jonge ploeg als de onze gaat de Champions League vrij vroeg van start. We moeten nog progressie maken.”

Sinds hij in Maaseik neerstreek, maakte Wiebel zelf in elk geval een enorme progressie. “Bij het begin van vorig seizoen lag mijn niveau veel lager dan dat van de andere spelers”, spaart Wiebel zichzelf niet. “Vanaf nieuwjaar volleybalde ik fatsoenlijk en dit seizoen kreeg ik een belangrijkere rol in het team en tot dusver mag ik niet klagen. Of ik verrast was bij mijn overstap naar Maaseik over het verschil met de anderen ? Nee, niet echt. Ik wist wat me hier te wachten stond. Ik maakte me aanvankelijk wel een beetje zorgen of ik niet te licht zou wegen. Dat wel.”

Licht wegen, letterlijk dan, deed Wiebel in zijn jeugdjaren, die hij doorbracht in Freiburg. Daar sloot hij zich op zijn dertiende aan bij de plaatselijke volleybalclub, een liftploeg tussen tweede en derde klasse. “Het laatste jaar dat ik er in de jeugd speelde, werden we Duits kampioen. Een echte verrassing was dat. Tussendoor verbleef ik een jaar op het volleybalinternaat van Frankfurt.” In Duitsland gold hij van jongsaf als een talent. “Al snel werd ik opgeroepen voor regionale selecties en wat later ook voor het nationale juniorenteam.”

In 1996 verhuisde Wiebel van Freiburg naar topklasser Moers, waar hij het eerste jaar als semiprof volleybal combineerde met zijn burgerdienst. “Ik werkte in een bejaardentehuis. Het leger zag ik immers niet zitten, want ik ben nogal een pacifistisch type. In mijn eerste jaar bij Moers, waarin ik maar weinig speelde, hadden we eigenlijk kampioen moeten worden. We beschikten over een erg sterk team met onder meer de Nederlandse toppers Peter Blangé en Ronald Soodsma.”

Na twee seizoenen Moers maakte Wiebel de overstap naar Wuppertal, waar hij ook definitief middenman werd. “Voordien skipperde ik altijd tussen het centrum en de buitenkanten, maar bij Wuppertal stonden al twee gevestigde waarden op de receptie-hoek. Vandaar. Net als in Moers zat er ook in die drie seizoenen Wuppertal niet meer in dan telkens tweede plaatsen, zowel in de play-offs als in de beker. We stuitten elke keer op een ongenaakbaar Friedrichshafen.”

Ondertussen had hij ook een plaats veroverd in de nationale selectie. “Niet dat ik altijd speelde, maar officieel staan er toch 55 interlands op mijn palmares. Sinds de Roemeen Moculescu, die ook trainer is van Friedrichshafen, bondscoach is, werd ik maar één keer meer opgeroepen. Ik kan begrijpen dat hij voor andere spelers kiest – in het midden heeft Duitsland verscheidene opties – maar ik vind het wel jammer dat hij niet eens informeert bij Maaseik hoe ik evolueer. Ik blijf in elk geval werken én hopen dat ik een plaatsje kan afdwingen in de selectie voor het EK volgend jaar in Duitsland.”

Toen hij in het vorige tussenseizoen de beslissing nam om naar Maaseik te komen, had Wiebel ook nog andere buitenlandse aanbiedingen op zak. “Bij Wuppertal wilde ik niet langer blijven en elders in Duitsland was, op Friedrichshafen na, een stap terug. Het buitenland lag dus voor de hand. In Spanje kon ik terecht bij Soria en Almería. Financieel waren het aanlokkelijke voorstellen, maar op sportief vlak maakte ik de beste keuze. Daarover bestaat geen twijfel. Toen Maaseik me een contract aanbood, twijfelde ik geen moment.”

Hoe hoog liggen tot slot zijn ambities ? “Voor mij was het al fantastisch om vorig seizoen twee prijzen te pakken, nadat ik in Duitsland altijd tevreden moest zijn met een tweede plaats. Laat ons eerst al proberen om even goed te doen als vorig seizoen, ook in de Champions League.”

Om die laatste doelstelling te realiseren doet Maaseik er best aan vanavond te winnen.

door Roel Van den broeck

‘Het leger zag ik niet zitten, ik ben nogal een pacifistisch type.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content