‘Mijn spelers moeten uitgaan van hun eigen kwaliteiten’

Philippe Dufermont, neef van voorzitter Jean-Pierre, heeft al zijn relaties aangesproken om de technische staf van Moeskroen te vernieuwen. Resultaat: de Italiaan Amedeo Carboni wordt technisch directeur en de Serviër Miroslav Djukic (43) trainer van de Henegouwers. Die laatste heeft als speler een indrukwekkend palmares (Deportivo La Coruña, Valencia, Tenerife, 48 selecties voor de nationale ploeg van Servië). Als trainer (nationale min-21-jarigen, Partizan Belgrado, nationale & olympische ploeg Servië) kan hij niet zoveel adelbrieven voorleggen, maar in 2007 werd hij in zijn vaderland wel verkozen tot Trainer van het Jaar.

Dat u de min-21-jarigen van Servië getraind hebt, bewijst uw interesse voor jongeren?

Miroslav Djukic: “Inderdaad, maar in een eerste ploeg is het toch onontbeerlijk om hen te omringen met ervaren spelers. Jongeren kennen nog veel ups en downs. Ik schrik er wel niet voor terug om jonge voetballers voor de leeuwen te gooien, maar ze moeten zich dan wel bewijzen. Ik zal hun fouten aanvaarden en er de verantwoordelijkheid voor nemen op voorwaarde dat ze bereid zijn te werken.”

Met de min-21-jarigen stond u in de halve finales van het EK 2007 oog in oog met de jonge Rode Duivels, geen goede herinnering voor Jean-François de Sart.

“Inderdaad, we hebben België toen geklopt met 2-0. In de finale hebben we dan de duimen moeten leggen tegen Nederland.”

Op de Olympische Spelen in 2008 schopten de Belgen het wel tot de halve finale. Servië stelde teleur.

“We hebben toen de grootste moeite gehad om een competitieve ploeg tussen de lijnen te brengen. De Duitse, Franse en Nederlandse clubs wilden hun spelers niet laten gaan. Bovendien lag ik overhoop met de voorzitter van de Servische voetbalbond. Hij wou dat ik de spelers van Partizan Belgrado thuisliet omdat ze de voorrondes van de Champions League moesten spelen. Daar was ik tegen, waarna ik ontslagen werd. Ik vind dat de nationale ploeg meer gewicht heeft dan een club.”

Waar staat u voor als trainer: offensief of defensief voetbal?

“Ik hou van mooi voetbal, dus ben ik eerder offensief ingesteld, maar het is belangrijk een evenwicht te vinden. Een goede aanval begint immers altijd bij een goede verdediging.”

Hoe goed bent u vertrouwd met het Belgische voetbal?

“Ik heb al veel beelden gezien. Ook van wedstrijden van Moeskroen. Ik zal de specifieke kenmerken van de andere eersteklasseploegen nog moeten ontdekken, maar ik ben geen trainer die zich overdreven aanpast aan de tegenstander. Mijn spelers moeten vooral uitgaan van hun eigen kwaliteiten.”

Als speler was u een centrale verdediger. U hebt zelfs nog twee finales van de Champions League gespeeld.

“Allebei met Valencia verloren, helaas: in 2001 tegen Bayern München en in 2002 tegen Real Madrid. Maar ik ben met Valencia wel kampioen geworden in 2002 en heb twee keer de Spaanse beker gewonnen: met Valencia in 1999 en met Deportivo in 1995.”

Als verdediger zie je het spel voor je. Is dat een voordeel later als trainer?

“Waarschijnlijk wel. Ik denk dat mijn sterke punten als trainer de volgende zijn: communicatie, duidelijkheid en tactische sterkte.”

DANIEL DEVOS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content