MOCHT HIJ LEVENSLANG KUNNEN TENNISSEN!

© BELGAIMAGE

Zes maanden stond Roger Federer (35) met een knieblessure aan de kant. Hij had het tennis gemist, maar de sport had vooral hém gemist. Dat bleek bij zijn comeback in Australië. Federer-manie!

Hij wilde absoluut naar de Spelen in Rio, een van zijn grote doelen in 2016. Voor het enkeltoernooi maakte Roger Federer zich weinig illusies. De laatste keer dat hij een grand slam binnenhaalde was in 2012, op Wimbledon tegen Andy Murray, die hem een dikke maand erna op hetzelfde gras van het olympisch goud zou houden. De teller stond op zeventien grand slams, méér zouden er wellicht niet meer volgen. In de volgende vier seizoenen botste hij in de finale drie keer op Novak Djokovic – de autoritaire nummer een – en strandde hij vijf keer in de halve finale.

In het dubbel lagen er wel mogelijkheden. Bij de heren aan de zijde van Stan Wawrinka, met wie hij in 2008 gewonnen had. Ook met Martina Hingis, die na haar comeback aan de zijde van Leander Paes vier grandslamtitels in het dubbel gemengd pakte, zou hij als favoriet vertrekken. Maar de Spelen waren om een nog andere reden belangrijk: in Sidney (2000) had hij Miroslava Vavrinec leren kennen. Een matige tennisser uit Tsjecho-Slowakije, die na haar naturalisatie net als Federer de Zwitserse kleuren verdedigde. Toen Mirka in 2002 met een blessure een punt achter haar carrière zette, werd ze zijn manager én vriendin. In 2009 trouwden ze. Nog in datzelfde jaar werd de identieke tweeling Myla Rose en Charlene geboren, vijf jaar later zette ze nog een tweeling op de wereld: Leo en Lennart.

Ze zouden allemaal naar Rio afreizen. Want, zo liet hij al verschillende keren horen: ‘We haten het om zonder kinderen te moeten vertrekken. Het vraagt wat organisatie, maar we zouden het niet anders willen. Mirka neemt het meeste werk voor zich, ik probeer bij te springen wanneer mijn programma het toelaat.’

Begin 2016, op de Australian Open, waren de Federers – zes stuks – au grand complet. Hij speelde een prima toernooi, maar botste na winst tegen onder andere David Goffin en Tomás Berdych nog maar eens op Djokovic. Een paar uur na zijn halve finale, toen hij in de familiesuite het bad voor de twee meisjes liet vollopen, ging er een pijnscheut door de linkerknie. ‘Een onschuldige beweging, zoals je er dertig of veertig op een dag maakt. Niets ernstigs, dacht ik.’

Maar de pijn verdween niet. Een scheurtje in de meniscus. Op 3 februari werd hij voor het eerst in zijn carrière geopereerd, na twaalf dagen hinken op krukken begon hij aan zijn revalidatie. Amper twee maanden na zijn operatie maakte hij in Monte Carlo zijn comeback, maar toen begon de rug – een probleem sinds 2008 – opnieuw op te spelen en gaf hij forfait voor Roland Garros. Na Wimbledon, waar hij in de halve finale na vijf slopende sets van Milos Raonic verloor -, zette hij een punt achter zijn seizoen én zijn olympische droom.

‘Een vreselijke domper,’ vertelde hij aan The Guardian, ‘maar de specialisten waren heel duidelijk: als ik nog een paar jaar wil tennissen – en dat is de bedoeling -, dan moet ik mijn knie de tijd geven om helemaal te genezen. Een moeilijke beslissing, maar anderzijds moet ik ook blij zijn dat ik tijdens mijn carrière van grote fysieke problemen gespaard ben gebleven.’

HIKEN IN DE BERGEN

Een break van zes maanden, dat was hem niet meer overkomen sinds hij in 1998 op zijn 17e prof was geworden. Hij wilde het hoofd helemaal leegmaken en stelde, een paar jaar vroeger dan verwacht, een bucketlist op. ‘Alles doen, was onmogelijk. Ik heb mijn lijstje voor vijftig procent afgewerkt, wat ook al mooi is’, zei hij onlangs aan de Nieuw-Zeelandse sportwebsite stuff.

In Zwitserland, waar de familie amper een maand op een jaar samen is, regelde hij uitstapjes naar plaatsen waar hij als tiener met zijn vader Robert rondzwierf. Hij stoeide met de kinderen, zonder hen te moeten zeggen: ‘Voorzichtig, ik heb morgen een wedstrijd.’ Ze gingen naar nationale parken die hij nog nooit had bezocht of ontvingen vrienden in hun huis aan de boorden van het meer van Zürich. ‘Het was cool om te zeggen: ‘Wie nodigen we volgende week dinsdag eens uit?’ We waren precies normale mensen. Tijd kunnen doorbrengen met de familie en vrienden, laat opblijven, lekker uitslapen.’

In november trok hij naar de grand prix in Abu Dhabi – nog een kruisje op zijn bucketlist – en ging hij met Mirka drie weken op reis: hun eerste tripje zonder kinderen in zeven jaar. Ze zaten op de eerste rij tijdens de Fashion Week in Parijs. ‘Niet meteen mijn idee, maar het was best leuk.’

En, zo bekende hij: ‘Het is geen moment in mij opgekomen om te stoppen met tennissen. Toen ik de beslissing nam om zes maanden geen toernooien te spelen, had ik het even moeilijk, maar we hebben uiteindelijk een fantastische tijd gehad. Maar, en dat had ik niet verwacht: ik volgde alle toernooien op de voet. Ik kon er niet aan weerstaan om te kijken wat speler x of y gepresteerd had. Ik houd te veel van de sport.’

The Swiss Maestro zag hoe zijn landgenoot Stan Wawrinka de finale van de US Open won van Novak Djokovic en hoe de Serviër begin november de eerste plaats op de wereldranglijst aan Andy Murray moest laten. Federer, die zelf 302 weken op nummer een stond, wist toen al dat hij zijn pechjaar jaar op een 16e plaats zou afsluiten, zijn laagste positie sinds 2001.

Hij wilde zelfs even vroeger beginnen met de trainingen, maar na overleg met Mirka en de specialisten leek volledige rust – mentaal en fysiek – toch de verstandigste optie. ‘Dat zal mijn carrière nóg verlengen.’ De oudste tweeling (zeven jaar), vond het wel een vreemde periode, vertelde Federer eind december aan The New York Times. ‘Ze vroegen: ‘Wanneer vertrekken we opnieuw, papa? Speel je ook straks in Australië?’ Dat betekent dat ook zij het leven op het circuit mooi vinden. Een extra motivatie.’

Natuurlijk speelde hij af en toe. De eerste drie maanden een uurtje per dag, een paar maanden erna ging hij met zijn fitnesscoach Pierre Paganini aan de slag. Voorzichtig. Een dag trainen, een dag rust. In oktober speelde hij zijn eerste puntjes, pas eind november pikte hij in Dubai zijn oude ritme weer op. Trainingswedstrijden met de Fransman Lucas Pouille, waarvan er eentje live op Periscope werd gestreamd. ‘Het niveau is goed, maar het gevoel is toch anders als je zes maanden uit het circuit bent weggeweest. Andere jaren stop je zes weken, vertrek je naar Australië en begint alles opnieuw. Ik kijk er nog meer dan andere jaren naar uit.’ Wat hij toen nog niet besefte: Perth, waar hij de Hopmancup zou spelen, zou de Zwitserse legende met open armen ontvangen.

KING OF THE BONGO

Perth baadde in de zon, die 29e december van 2016, toen Roger Federer bij een temperatuur van 25 graden naar het trainingsveld stapte. 6000 fans wilden erbij zijn, nooit eerder gezien. Federer-manie! Een week lang. Het toernooi geldt als het officieuze WK voor landenteams, maar op de Hopmancup wordt vooral genoten. Geen punten op de wereldranglijst te verdedigen of te verdienen, het prijzengeld is marginaal en het prestige minimaal. Losse sfeer, zowel op als naast het terrein.

Maar zo veel speelse luchtigheid en kinderlijke blijdschap, tot zelfs massale aanvallen van gekte, dat was lang niet meer voorgevallen in West-Australië. Een golf van geluk spoelde aan vanop het strand, opgewekt door Roger Federer. Maar Federer veroorzaakte niet alleen deze golf, hij surfte er zelf ook op mee. Hij gunde zichzelf en zijn gezin het volledige toeristische programma. Hij ontmoette redders op Cottesloe Beach, voer met zijn gevolg op een snikhete dag naar Rottnest Island, maakte kennis met babykangoeroe Casper, bezocht met Mirka en de tweelingdochters de musical Singin’ In The Rain en bereidde zich als fervente bongospeler op een tweede carrière voor.

De Bongo Cam en trommelende toeschouwers, niet weg te denken in Perth. Fans die in beeld kwamen, werden verondersteld om op fictieve bongo’s mee te trommelen. Federer deed er uitbundig aan mee en leek in niets op de elegante heer die door het tijdschrift GQ tot ‘meest stijlvolle man’ was verkozen.

De video was binnen de paar seconden een hit op het internet. Niet bij zijn vader Robert, die zijn zoon per e-mail liet weten dat hij best meteen kon ophouden met die ongein. De trommelaar was wel drie keer goed voor een uitverkochte arena, inclusief toeschouwersrecords, en alleen al zijn aanwezigheid maakte de Australiërs zo blij dat ze zich lieten gaan in poëtische ontboezemingen. Er was een man die tijdens een wedstrijd van de Zwitser een tekst omhoog hield: ‘Omdat hij zo veel harten gestolen had, verdient hij geen pensioen. Zijn straf zou erin moeten bestaan om levenslang te spelen.’

UITBUNDIG ONTHAAL

Ook in de coulissen was Federer niet af te remmen. Toen Belinda Bencic, zijn Zwitserse partner, na het tweede gemengd dubbel op een al wat later uur de deur naar de fitnesszaal opendeed, ontving hij haar met een kreet van enthousiasme. Alsof hij haar een jaar niet had gezien. ‘Ik kende hem niet zo goed’, vertelde de zestien jaar jongere Bencic. ‘Ik was tamelijk zenuwachtig in het begin, maar Roger is zó relaxed. Daarom speelt hij zoals hij speelt.’

De grootste supporter van de comeback was Federer zelf. ‘Ik had een fantastische week. Mijn gezin heeft zich uitstekend geamuseerd, de training verliep opperbest, het onthaal was onvergetelijk, de wedstrijden plezant en ik heb veel gespeeld’, jubelde hij. ‘Ik ben volmaakt gelukkig.’

Vijftien jaar was hij al niet meer in Perth geweest, dacht hij – destijds speelde hij er gemengd dubbel met Mirka. Op het uitbundige welkom dat hem te beurt viel, reageerde hij bijna zo emotioneel als een van zijn tweelingdochters, over wie hij nadien zei: ‘Misschien was ze vooral zo gelukkig omdat ik weer kan tennissen.’

Hij vertelde ook dat hij zijn toegejuichte rentree nog beter vond dan hij had verwacht. De naweeën van de partij tegen Aleksander Zverev, die hij in tweeënhalf hoogst amusante uren verloren had, waren zoals verwacht wel te merken. Dat was ook een van de redenen waarom hij naar Perth gekomen was, vertelde hij. ‘Ik wou de pijn in mijn lichaam voelen, om daarop voorbereid te zijn. Alles ging supergoed, maar het kan nog veel beter.’

De knie hield prima stand. Sedert drie, vier weken dacht hij er nog amper aan. Hij was blij dat hij zich bij het tennissen weer met zijn slagen en tactiek kon bezighouden, zonder te moeten opletten of het met de knie wel allemaal oké was. Maar het was niet allemaal rozengeur en maneschijn. Omdat hij zijn punten als finalist van vorig jaar in Brisbane niet verdedigde, viel hij op de wereldranglijst terug naar plaats 17, waardoor hij op toernooien sneller dan gewoonlijk tegen hoog geklasseerde spelers kan uitkomen. Maar ook dat nam hij gelaten op. ‘Zolang ik fit en gezond ben, maakt het niet uit waar ik op de tabel terechtkom. Ik hoop dat mijn lage plaats op de ranking eerder een probleem voor de anderen zal zijn dan voor mij.’

DOOR DORIS HENKEL EN CHRIS TETAERT – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Roger is zó relaxed. Daarom speelt hij zoals hij speelt.’ – BELINDA BENCIC

‘De voorbije maanden waren we precies normale mensen.’ – ROGER FEDERER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content