MOOI EN MEEDOGENLOOS IN LUIK

© SERGE BAEKEN

Standard mag dan nog steeds dromen van play-off 1, het weifelende bestuur in het tijdperk-Venanzi en een interne strijd waar het laatste woord nog niet over gezegd is, zetten een flinke rem op de beoogde doelstellingen. Een onderzoek naar het verborgen gezicht van de rood-witte familie.

Het slachtoffer is een arme kauwgom die drie uur lang gekauwd en vermalen wordt. Aleksandar Jankovic kan op de terugvlucht van Marbella naar Luik zijn nervositeit niet verbergen. We schrijven 14 januari. Over acht dagen ontvangt Standard Club Brugge, voor het verplaatsingen onderneemt naar Eupen en Anderlecht. De stress laat de coach niet los en komt tot een climax twee dagen voor de komst van de regerende landskampioen. Na een deprimerende maand december keert Standard amper gerustgesteld terug uit stage. Er is in de eerste plaats de afwezigheid van Adrien Trebel en zijn nakende transfer naar Anderlecht, maar het is toch vooral de zaak-Belfodil (zie kader) die door de hoofden spookt.

‘Die affaire betekent een echt breekpunt’, zo luidt het op Sclessin. Op de trainingen blijft Ishak Belfodil zich wel professioneel gedragen, maar hij voelt zich bedrogen door Christophe Henrotay en Daniel Van Buyten en hij houdt hen verantwoordelijk voor het afspringen van zijn transfer naar Everton. Wanneer Van Buyten, die enkele dagen aanwezig is in Spanje, de Algerijn wil groeten, probeert die hem eerst te ontwijken om vervolgens Van Buyten eens flink de waarheid te zeggen. Op 13 januari, de dag na de match tegen Dortmund, uit Belfodil zijn frustraties.

In plaats van samen met de groep terug te reizen, vertrekt hij rechtstreeks naar Parijs in een poging om stoom af te laten.

De rest van de groep keert terug naar Luik. Ze zijn niet echt gerustgesteld over hun vorm. De spelers klagen over te weinig trainingsintensiteit tijdens de stage. Jankovic is ondertussen het vertrouwen verloren in Erik Roex, die op 1 februari zijn ontslag krijgt. Zijn methodes gebaseerd op cycli van zes tot acht weken zouden de spelers topfit aan de start van de play-offs moeten brengen. Maar die methodes vinden weinig bijval onder de spelers. Velen van hen gaan nog wat extra lopen of trekken naar het krachthonk na de training. Het is een geweldig groot contrast met de methode van de voormalige fysiektrainer Carlos Rodriguez, toen de spelers amper een bal zagen tijdens de eerste tien dagen maar wel heel veel moesten lopen en met gewichten werkten.

Veel spelers klagen ook over aanslepende blessures die nooit echt behandeld werden. In hun entourage wijst men met de vinger naar DocJean Verviers, die vrijwel onaantastbaar is door zijn vriendschap met Bruno Venanzi. Het botste eerder ook tussen Rodriguez en Verviers. Maar de rest van de medische staf ziet hoe de vork in de steel zit en doet er het zwijgen toe.

ROEX, EEN STERK SIGNAAL

Van buitenaf kan het ontslag van Roex een anekdote lijken, maar het is een heuse motie van wantrouwen jegens Daniel Van Buyten, die sinds de zomer zijn mannetjes installeert: Erik Roex maar ook en vooral Thierry Verjans, die tegelijk de rechterhand is van Big Dan en van Henrotay, en Philippe Vande Walle, de schoonbroer van Verjans, die de nochtans gereputeerde Jos Beckx als keeperstrainer is komen vervangen.

Daniel Van Buyten is er zich al enkele weken van bewust dat de macht hem aan het ontsnappen is en dat het voortaan Olivier Renard is die de sportieve touwtjes in handen heeft. Van Buyten zag zijn rol in augustus nochtans heel duidelijk: ‘Ik ben geen trainer, ik ben ook geen sportief directeur. Ik sta daarboven. Ik ben gekomen om Bruno te helpen met het structureren van de club op het sportieve vlak. Mijn baas, dat is Bruno, het is aan hem dat ik rekenschap moet afleggen. Ik ben hier niet om vrienden te maken.’

De uitlatingen van Big Dan in de media hebben nooit veel weerklank gehad, terwijl zijn ontrouwe rechterhand, Olivier Renard, gewoonlijk een groot deel van de Waalse pers op zijn hand had. Op de vaak terugkerende vraag wat hij de club precies heeft bijgedragen, antwoordt de Duitser (zoals een deel van de profkern hem noemt) karikaturaal met ‘het professionalisme van gesproeide velden’.

VAN BUYTEN EN DE JEUGD

Maar achter de schermen voert Venanzi wel de besluiten van Van Buyten uit. Die laatste verzekerde ons in augustus nog dat er in alle geledingen veranderingen zouden komen. Nadat hij het vel had gekregen van Christophe Dessy en nadien dat van Yannick Ferrera (ook een mannetje van Renard), moest begin september Bob Claes opkrassen.

Maar de dada van Big Dan, dat zijn de jongeren en wat de club aan hen kan verdienen. Ook al staat hij ver van Luciano D’Onofrio, zijn ambitie is om een model te kopiëren dat dankzij de generatie van Witsel, Defour, Fellaini en Carcela veel geld en titels opbracht. Van Buyten zegt dat hij alles doet om de jeugd aan boord te houden en stelt dat hij een einde gemaakt heeft aan de grote exodus van de voorbije jaren. Hij probeert ook de concurrentie enkele talenten af te vangen. Van Buyten zit vaak lang rond de tafel met de ouders. Dat is werk in de schaduw, ver van de media, maar hij krijgt er van veel mensen lof voor.

Van Buyten ligt ook aan de basis van de komst van de jonge Malinees Moussa Djenepo (18), of een jaar eerder van de Oegandese international Farouk Miya (uitgeleend aan Excel Mouscron). ‘Als afgevaardigd bestuurder moest Daniel, in tegenstelling tot ikzelf, niet van dag tot dag werken’, legt voormalig sportdirecteur Axel Lawarée uit. ‘Toen hij bijvoorbeeld besloot om Miya te transfereren, was ik het die van het ene moment op het andere naar Oeganda moest voor een reis waar ik mijn leven geriskeerd heb…’

VAN BUYTEN VS RENARD

Van bij het begin van zijn opdracht (die in juni afloopt) stelde Van Buyten zich afstandelijk op, volgens sommigen zelfs arrogant. De spelers hebben in het begin zogoed als geen contact met de nieuwkomer, die hen van ver observeert tijdens de trainingen. Van Buyten is een chef in de schaduw. Maar de wind keert met de komst van Olivier Renard, die hem snel naar het tweede plan duwt. ‘Als ik Bruno Venanzi bel, verwijst hij me altijd door naar Olivier’, vertelt een makelaar. De lucratieve transfer van Belfodil (sportief en financieel) versterkt zijn positie nog. Van Buyten vertelt over Renard: ‘Ik heb Olivier laten komen omdat ik weet dat hij competent en toegewijd is. Ik haal mensen in wie ik vertrouwen heb.’

Maar ook al zaten beiden nog samen op de eretribune tijdens het fiasco tegen Kortrijk, Renard en Van Buyten zijn geen goeie maatjes meer. De technisch directeur van Standard gaat beter om met de media. Hij kan wel beweren dat er geen ruis zit op de lijn met Big Dan, het is duidelijk dat Van Buyten steeds vaker solo slim speelt. De voorbije weken hield Renard dan ook zijn mond niet meer en klaagde hij bij verschillende mensen in de club het amateurisme van Van Buyten aan.

Bovendien werd Renard opgezadeld met een coach die hij niet in zijn hart draagt. Het was het duo Verjans-Vande Walle dat bij Van Buyten aandrong op de komst van Jankovic. In heel het trainersdossier heeft Renard omzeggens geen inspraak gehad en de aanstelling van de Serviër zit hem dwars. Onlangs nog zei Renard zijn mening over het systeem met drie achterspelers van Jankovic, dat niet efficiënt en te weinig ingeoefend zou zijn.

DE MACHT VAN HENROTAY

Wanneer Christophe Henrotay (zoon van makelaar en ex-bestuurslid Roger Henrotay) in Boekarest naar de derby Dynamo-Steaua gaat om er Collins Fai te bekijken, ontmoet hij daar Olivier Renard, die er in dienst van KV Mechelen voor een andere speler is. Na de match gaan beide mannen samen eten en praten ze lang over voetbal. Na zijn terugkeer uit Roemenië belt Henrotay naar Van Buyten om te zeggen: ‘Ik heb een sportief directeur voor jou gevonden!’ Op 17 februari wordt Renard aangesteld als vervanger van Axel Lawarée, die aan de kant wordt geschoven. Het is een van de vele voorbeelden die de invloed aantonen van Henrotay op Van Buyten en op heel Standard.

‘Ik heb geen enkele invloed op het sportief beleid van de club’, zegt Henrotay ons nochtans in eerste instantie. Nadien geeft hij wel toe dat dankzij zijn netwerk spelers gekomen zijn als Collins Fai, Mathieu Dossevi, Konstantinos Laifis, Sambou Yattabaré, Gabriel Boschilia en onlangs nog Danilo. Henrotay heeft ook een vinger in de pap als er een speler verkocht moet worden. Zo stelde hij Trebel voor aan Gent en Anderlecht en ontving hij aanbiedingen uit China voor Trebel en Ivan Santini.

Christophe Henrotay kent Bruno Venanzi al een jaar of tien – hun echtgenotes zijn boezemvriendinnen. Henrotay zet Venanzi ertoe aan om Standard over te nemen als opvolger van Roland Duchâtelet. De Luikse spelersmakelaar verzekert ons dat hij bijna geen enkele commissie neemt op spelers die hij naar Sclessin brengt ‘omdat ik een langetermijnvisie heb.’ Heeft hij dan aandelen in Standard, zoals velen beweren? ‘Op die vraag antwoord ik niet,’ zegt hij. Op de persconferentie waarop Venanzi wordt voorgesteld als de nieuwe baas, zegt die de enige eigenaar te zijn van alle aandelen die Duchâtelet bezat: ‘Er staat niemand achter mij, ik ben niemands stroman. Ik ben de enige investeerder.’

In Venanzi’s eerste seizoen aan het hoofd van de club blijft Henrotay bemiddelaar spelen en brengt hij de nieuwe voorzitter in contact met een aantal belangrijke mensen uit het Engelse voetbal. In Athene tafelen ze samen met de voorzitter van Olympiacos en met makelaar en ex-doelman Ranko Stojic. Henrotay is ook goed bevriend met Herman Van Holsbeeck en brengt de nieuwe Standardbaas samen met de algemeen directeur van Anderlecht. Dat de relaties tussen beide historische rivalen momenteel zo goed zijn – Trebel is daar een recent bewijs van – komt vooral door Henrotay. Ook Van Buyten is onder de indruk van het netwerk van zijn vriend Christophe, die close is met Vadim Vasiljev, de vicevoorzitter van Monaco, en met Jorge Mendes. Van Buyten mag de machtigste makelaar van de planeet ontmoeten in de loge van Cristiano Ronaldo bij een thuiswedstrijd van Real Madrid.

Vorig jaar werden we gecontacteerd door meerdere trainers van de Académie die hun beklag deden over de manier waarop het bedrijf van Henrotay betrokken is bij het opleidingscentrum. Volgens hen zou Daniel Van Buyten alle jonge goudhaantjes naar zijn ex-makelaar sturen. Van Buyten legt uit dat hij aan de jongeren vertelt dat de beste makelaars hun papa en mama zijn. ‘Maar als ze mij vragen welke makelaar ze het best nemen, dan is het normaal dat ik Christophe aanraad.’ Henrotay verdedigt zich en zegt dat hij behalve Dorian Dhaeze, Jérôme Déom en Lillo Guarneri eigenlijk geen belangen van jeugdspelers behartigt. ‘Gaan ze me verwijten dat ik die spelers bij Standard wil houden in plaats van hen naar het buitenland te laten vertrekken?’, riposteert Henrotay ironisch. De Jonge Déom (17) krijgt alleszins een voorkeursbehandeling in de laatste thuismatch van Standard in play-off 2 tegen Waasland-Beveren. Twintig minuten voor tijd mag hij invallen en dat bevel komt rechtstreeks van boven. ‘Toevallig waren die avond veel ouders van jeugdspelers uitgenodigd’, weet Lawarée nog. ‘Zo werd hen een mooi signaal gegeven…’

HET SYMBOOL DOMPÉ

De zaak-Jean-Luc Dompé is een goed voorbeeld van een sportpolitiek waarbij niet alle neuzen in dezelfde richting wijzen. In januari 2016 zet Yannick Ferrera het bestuur onder druk om Junior Edmilson te nemen, die hij nog kent van bij STVV. Van Buyten verkiest Dompé, wiens makelaar vader Henrotay is. Hoewel de besprekingen met Edmilson vergevorderd zijn en de speler ervan droomt om terug te keren naar Standard, verklaart Van Buyten in de pers dat de transfer is afgeblazen. Uiteindelijk krijgt Ferrera zowel Edmilson als Dompé, maar van die laatste moet hij wegens diens gedrag niet weten. De Fransman wordt al snel naar de B-kern verwezen, lacht met die straf en bazuint rond dat hij de beschermeling van Van Buyten is.

Axel Lawarée heeft enkele maanden aan de zijde van Van Buyten gewerkt. ‘Maar hij heeft me heel die tijd niet aangesproken.’ Hij houdt er geen goede herinneringen aan over. ‘Complete chaos. Hij liet spelers komen testen, ik zag facturen van vliegtuigen, hotels, makelaarscommissies en ik kreeg nooit iets te zien dat ik kon verantwoorden. Hij besliste alles van het ene moment op het andere, Venanzi was daarvan onder de indruk. Qua naamsbekendheid werp ik natuurlijk minder gewicht in de schaal… Maar tegenwoordig is Renard de echte sportieve baas.’

Van Buyten heeft de laatste weken begrepen dat zijn toekomst niet op Sclessin ligt. Hij denkt soms na over de mogelijkheid om als trainer aan de slag te gaan, of als makelaar. Men vraagt zich af of hij zijn mandaat nog wel zal uitdoen of al eerder zijn ontslag zal geven. De ‘mannetjes’ van Big Dan, Verjans en Vande Walle, zitten ook op de wip – over de trainingen van Vande Walle, die geen bal kan trappen door een blessure, is niet iedereen te spreken.

BAYAT IS BACK

Een mogelijk vertrek van Van Buyten en zijn gevolg zou betekenen dat Renard eindelijk de handen vrij heeft. Die is ervan overtuigd dat geen enkele deur in het voetbal definitief dicht is. De transfer van Dieumerci Ndongala is daar de perfecte illustratie van, want die luidt de terugkeer in van Mogi Bayat op Sclessin.

Enkele weken eerder had Mogi Bayat geholpen bij het vertrek van Dino Arslanagic naar Excel Mouscron, terwijl hij in augustus al geprobeerd had om enkele spelers van FC Nantes aan te trekken, onder wie de spits Yacine Bammou. De hyperactieve Bayat heeft niet geaarzeld om zich weer van een plekje in de zon te verzekeren, want hij trachtte de grote belofte Anaxis Dinsifwa bij Standard te laten tekenen, een jongen van net zestien die in de belangstelling staat van buiten- en binnenlandse clubs (Gent en Anderlecht). Bayat probeerde ook zijn nieuwe partner Vincent Mannaert te helpen om Edmilson naar Brugge te halen.

VENANZI EN DE PRIVILEGES

Bruno Venanzi zit vandaag in nauwe schoentjes. Voor de match tegen Celta de Vigo verklaarde hij tegenover de pers dat een tweede keer play-off 1 missen een catastrofe zou zijn. Welnu, Standard stevent recht op die catastrofe af. De oorzaak is de wanordelijke sportieve visie. Standard schijnt voortdurend achterop te hinken en dat met paniektransfers te willen verdoezelen: 111 transferbewegingen in vier transferperiodes, het is het beste bewijs dat er in het tijdperk-Venanzi geen enkele stabiliteit zit.

Kort voor hij ontslagen werd, had Bob Claes nochtans voorspeld dat zijn baas met zijn kop tegen de muur zou lopen gezien de mensen in zijn entourage. ‘Bruno gaat conflicten uit de weg’, legt Lawarée uit. ‘Maar hij weet wat hij doet, hij zal de aanstaande ontslagen wel verantwoorden.’

Het enige goede nieuws van de laatste tijd is dat het aantal profspelers deze winter gereduceerd werd. Het teveel aan spelers woog op de sfeer. Sommigen hadden zelfs geen plaats meer om zich om te kleden. Elke ochtend stuurde de staf enkele spelers naar de C-kern, die Eric Deflandre zelfs niet meer wilde coachen.

Het lijkt er ook op dat Venanzi sommige mensen de ogen geopend heeft wat betreft bepaalde spelers die lang op een voetstuk geplaatst waren. Of het nu Ferrera of Jankovic is: de coach van Standard heeft niet dezelfde macht als een René Weiler bij Anderlecht of Michel Preud’homme bij Club Brugge. Toen Ferrera bepaalde spelers naar de B-kern verwees, kreeg hij stante pede een mail van zijn voorzitter dat hij die spelers moest terugroepen. Venanzi slikte de grillen van de ‘Franse vedetten’ met wie Renard zo veel miserie had. De echtgenote van Adrien Trebel kreeg een job bij Lampiris terwijl de broer van Mathieu Dossevi scout mag worden voor Standard.

Venanzi kan gelukkig rekenen op supporters die zogoed als onbewogen bleven bij het debacle tegen Kortrijk. Maar zijn communicatie met de hevigste supportersgroepen zal Sclessin ook niet eeuwig in bedwang kunnen houden, al lijkt het al een tijdje apathisch en uitgedoofd. Bijna zesenhalf jaar geleden, bij het begin van het seizoen 2010/11, won Standard met 1-0 van Kortrijk. Toen was tribune 3 bezaaid met spandoeken die de sportieve politiek van de club hekelden, en drongen fans na de match de parking van de spelers binnen – nochtans zou Standard anderhalf jaar later nog een tweede plaats pakken. De tijden zijn echt wel veranderd op Standard…

DOOR THOMAS BRICMONT – ILLUSTRATIE SERGE BAEKEN

De voorbije weken hield Olivier Renard zijn mond niet meer en klaagde hij bij verschillende mensen in de club het amateurisme van Daniel Van Buyten aan.

Bruno Venanzi verklaarde tegenover de pers dat een tweede keer play-off 1 missen een catastrofe zou zijn. Welnu, Standard stevent recht op die catastrofe af.

Daniel Van Buyten heeft de laatste weken begrepen dat zijn toekomst niet op Sclessin ligt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content