‘Het niveau is gestegen’

Kwam Westerlo bij het begin van de competitie nog moeilijk tot scoren, met de 4-1 van zaterdag tegen Tubeke onderstreepte de ploeg dat daar de jongste weken geen sprake meer van is. Westerlo staat waar het voor het seizoen wou staan: net onder de toppers. Een van de gevestigde waarden in het succes is centrale verdediger Nico Van Kerckhoven.

Nico Van Kerckhoven: “Ons voetbal van de laatste weken is bevredigend te noemen. De eerste weken was het niet denderend, maar pakten we punten. Als je met geluk wint, bouw je vertrouwen op en dat zag je eerder al tegen Club Brugge. De voorbije weken hebben we getoond dat we over ons scoringsprobleem heen zijn. Punten pakken tegen de grote clubs, dat is misschien nog een minpuntje. De komende weken staan Anderlecht en Genk op het programma, ik hoop dat we dan nog eens zoals vroeger kunnen winnen.”

Waarom staat Westerlo waar het wou staan: net onder de toppers?

” Ceulemans doet een beroep op anderen, zoals Sarki en Adams, spelers met snelheid en technisch vermogen. Maar wat je op onze bank ziet, uit zich ook op het veld: er is concurrentie. Je moet eigenlijk basisspelers teleurstellen, want Van Imschoot, Mennes of Van Hout, die zouden bij andere ploegen in de basis staan. In elke speler schuilt er een pluspunt voor Westerlo. Dit is mijn vierde seizoen hier en ik moet zeggen: het niveau is de afgelopen jaren gestegen. En we kunnen alleen nog maar groeien.”

Je bent inmiddels 37, maar vooralsnog niet aan je seizoen te veel bezig.

“Omdat ik niet meer van de jongste ben, volg ik een aangepast trainingsschema: ik train maar één keer op het veld per dag. Als we twee keer trainen, is de andere training voor mij een duurloop, fitness of een behandeling. Ik heb in de voorbereiding kunnen doen wat ik moest doen, maar hoe ouder de speler, hoe meer je de vraag krijgt of je er wel gaat staan. Ik zal elke week moeten blijven presteren, want anders komt de kritiek dat ik te oud ben. Maar in mijn positie, centraal in de verdediging, is ervaring zeker belangrijk.”

Tegen Zulte Waregem overwoog je tijdens de rust binnen te blijven omdat je een appelflauwte kreeg. Nadien nog last van gehad?

“Ik werd enkele ogenblikken duizelig. Ik ken mijn lichaam, maar ik vond het vreemd dat ik zwarte vlekken zag. Ik heb met de dokter gepraat: wellicht gewoon iets te weinig gegeten.”

Je bent met Günther Vanaudenaerde de enige bij Westerlo die nog geen minuut heeft gemist deze competitie.

“Ik lig daar niet wakker van. Ik voel me goed en ik amuseer mij. Op mijn leeftijd kan elke blessure fataal zijn, dus ik geniet elke week.”

Is dit je laatste seizoen?

“Mijn contract loopt nog tot einde juni, maar ik vind het te vroeg om te zeggen: ik stop. Ik bekijk het van week tot week. In principe is het op professioneel vlak gedaan – als je 38 bent mag je blij zijn dat je nog zolang hebt gespeeld -, maar ik sluit niets uit.”

Je had je ook kandidaat kunnen stellen als opvolger van David Paas.

“Neen ( lacht). Met alle respect, maar die taak is niet voor mij weggelegd. Met twintig jaar ervaring als profvoetballer zie ik mij eerder ergens in de scouting, de jeugd of als trainer terechtkomen. Het is nog een open vraag, maar ik heb met de manager al eens gesproken wat de mogelijkheden zijn.”

raoul de groote