‘NIEMAND ZIT TE WACHTEN OP ONS’

© BELGAIMAGE

Gesprek met drie internationals die symbool staan voor het nieuwe Luxemburgse zelfbewustzijn: Laurent Jans (Waasland-Beveren), Anthony Moris (KV Mechelen) en Aurélien Joachim (Lierse).

Zet drie Luxemburgers aan een tafel en de discussies oriënteren zich vanzelfsprekend richting de belangrijkste economische poot van het land: de banken. Over Luxemburg wordt al spottend gezegd dat er meer financiële instellingen zijn dan inwoners. ‘De tijd dat Fransen en Belgen de grens overstaken met een aktetas vol geld ligt wel achter ons’, lacht Laurent Jans. ‘Van een aantal ploegmaats heb ik wel al de vraag gekregen hoe ze een rekening kunnen openen in Luxemburg.’

Behalve over hun hoge levensstandaard – Luxemburg is het op een na welvarendste land ter wereld – zijn de Luxo’s ook bijzonder trots op hun culinaire lekkernijen. Jans: ‘Je moet absoluut eens een kom bouneschlupp proeven. Dat is soep met bonen, aardappelen en ajuin. Of bestel kniddelen, een soort gnocchi.’

Wat men niet kent, heeft men niet lief, luidt het spreekwoord. Hoe staat het Luxemburgse clubvoetbal ervoor?

LAURENT JANS: ‘Fola Esch, Dudelange, Jeunesse d’Esch en Differdange – de vier topclubs in Luxemburg – hebben een straatlengte voorsprong op de rest. Denk die clubs weg en het kampioenschap stelt niet veel voor.’

ANTHONY MORIS: ‘Ik zou het niveau van de competitie toch niet onderschatten. Je komt er niet zomaar uitbollen. Ik weet dat Giuseppe Rossini geen bal heeft geraakt bij Progrès Niederkorn.’

JANS: ‘Het is nu wachten op de eerste Luxemburgse club die de poules haalt in de Champions League. Vier seizoenen geleden was Dudelange er héél dichtbij toen ze er pas in de derde voorronde uit gingen.’

NIET RENDABEL

Klopt het dat een topspeler in Luxemburg tot 4000 euro in de maand kan verdienen?

MORIS: ‘Je zal er niet ver naast zitten. Iemand die overdag werkt en dat met voetbal combineert, kan makkelijk afklokken op 10.000 euro. Voor het geld moet een Luxemburgse voetballer niet naar het buitenland trekken. En dus kiezen veel jongeren voor zekerheid: een jobke en voetbal.’

JANS: ‘Ik kan mij ergeren aan die mentaliteit. Die jonge gasten moeten meer risico’s durven nemen. Probeer tenminste een profcontract af te dwingen in het buitenland! Dat zou goed zijn voor de nationale ploeg en voor het Luxemburgse voetbal in zijn geheel. Voetballers hebben het té goed in Luxemburg. Dat geldt eigenlijk voor de hele samenleving. Het minimumloon bedraagt 1800 euro netto. Een beginnende leerkracht verdient 3000 euro netto per maand en tegen het einde van een loopbaan kan dat oplopen tot 5000 euro.’

Jij en Aurélien waren niet bang om een blauwtje op te lopen in het buitenland.

AURÉLIEN JOACHIM: ‘Mijn transfer van Dudelange naar Willem II was een investering in mijn carrière. Letterlijk. De voorzitter kwam terug op een eerder gemaakte belofte en wilde mij niet meer gratis laten vertrekken. Willem II heeft uiteindelijk 100.000 euro voor mij betaald, een bedrag dat ik van mijn salaris heb moeten afhouden. Het is moeilijk te geloven, maar in Nederland lag mijn loon beduidend lager dan in Luxemburg. Waarom ik het toch gedaan heb? Hoeveel Luxemburgers zullen later kunnen zeggen dat ze tegen Ajax, Feyenoord en PSV hebben gevoetbald?’

JANS: ‘Clubbestuurders in Luxemburg beginnen nu ook geld te ruiken. Ze durven tot 400.000 euro te vragen voor een speler. Gelukkig had ik een clausule laten opnemen in mijn contract dat ik vrij was zodra een profclub zich zou melden.’

Zou het Luxemburgse voetbal er geen baat bij hebben om een professionele competitie op te richten?

JOACHIM: ‘Ik zie niet in waarom clubs nog meer geld in een amateurcompetitie zouden moeten steken. Voor die vijfhonderd supporters die naar de wedstrijden komen? Een topper lokt al eens duizend man, maar de BGL Ligue zal nooit een publiekstrekker worden.’

JANS: ‘Wie profvoetballer wil worden, heeft niets te zoeken in Luxemburg. Dieumerci Ndongala is daar een goed voorbeeld van.

Hij brak helemaal door bij Jeunesse d’Esch, maar bij zijn terugkeer in België moest hij onder aan de ladder herbeginnen. Via La Louvière in derde klasse en Charleroi is hij uiteindelijk toch bij een Belgische topclub beland. Maar zijn parcours bewijst dat in België niemand zit te wachten op spelers uit de Luxemburgse competitie.’

Op de transfermarkt is het dus een nadeel om een Luxemburger te zijn?

JOACHIM: ‘Zo is dat. Na het verbreken van mijn contract bij Burton Albion, toen nog spelend in de Engelse derde klasse, werd ik tijdens de winterstop tevergeefs aangeboden bij eerste- en tweedeklassers in België. Ik kan mij zo de reactie van sommige voorzitters inbeelden: ‘Een Luxemburger? Die nemen we niet.’ In april won ik de titel in tweede klasse met White Star Brussel en opeens kreeg ik telefoon van dezelfde clubs die in januari nog nee hadden gezegd…’

MORIS: ‘Elke transferperiode laat ik de naam van Joachim vallen bij het bestuur van KV Mechelen. Ik zeg erbij dat hij bijna niets moet kosten. Maar ze hebben er nooit iets mee gedaan.’

Op de eerste Luxemburger in de Premier League is het dus nog even wachten?

JOACHIM: (richt zich tot Jans) ‘Jouw naam werd toch genoemd bij Southampton? Of was het Aston Villa?’

JANS: (haalt zijn schouders op) Bepaalde clubs volgen mij… Meer kan ik daar niets over zeggen. Een transfer van een Luxemburger naar Engeland zou iets in gang kunnen zetten. Misschien zal er dan positief over ons gesproken worden.’

LUXEMBURGSE KANJER

Het gaat crescendo met de nationale ploeg. Wat is er de laatste jaren veranderd?

JOACHIM: ‘Vroeger telde de ploeg hoogstens twee profspelers, nu kan ik er voor de vuist weg tien opnoemen. En: de bondscoach, Luc Holtz, heeft onze spelfilosofie compleet omgegooid. Hij predikt aanvallend voetbal over de grond. Onder Guy Hellers moesten we met elf verdedigen om de schade te beperken. Ik heb vijf jaar aan een stuk op mijn eigen speelhelft gespeeld.’

MORIS: ‘Holtz wil het publiek vermaken. Mijn vader amuseert zich naar eigen zeggen meer bij wedstrijden van Luxemburg dan van KV Mechelen. De trainer heeft ons zelfs zover gekregen dat we niet meer met een klein hartje de grote voetballanden bekampen.’

JANS: ‘Kijk naar de resultaten: in vier van onze vijf WK-kwalificatiewedstrijden hebben we gescoord. In Bulgarije zelfs drie keer, maar we verliezen die match nog in de 93e minuut. Soms is ons voetbal té speels.’

Waar ontbreekt het jullie aan om net als Albanië, IJsland of Noord-Ierland een EK te spelen?

JANS: ‘Zij kunnen teren op spelers uit grote competities. Maar het verschil met die landen is niet zo groot hoor. De voorbije twee jaar hebben we Albanië en Griekenland geklopt. Geef ons een gunstige loting en misschien geraken wij ook op een toernooi. Nu moeten we als derde eindigen in een poule met Frankrijk, Nederland, Zweden en Bulgarije om barrages te kunnen spelen.’

Met een goede doelman en een vlot scorende spits geraak je toch al een eindje?

JOACHIM: ‘Hadden wij maar een Thibaut Courtois tussen de palen staan…’

MORIS: ‘Smeerlap! Dan kan je evengoed Spiderman in doel zetten.’ (grijnst)

JOACHIM: ‘Ik moet eerlijk bekennen dat Anthony ons tegen Wit-Rusland op zijn eentje een punt heeft bezorgd. Die Wit-Russen hebben zonder overdrijven twintig keer naar doel getrapt! Maar Anthony pakte alles.’

JANS: ‘Wij pakken enkel punten als de keeper een begenadigde dag heeft. Dat is nu eenmaal het lot van een klein voetballand.’

Jullie hebben toch Vincent Thill van Metz? Op zijn zestiende is hij al een vaste waarde in de nationale ploeg.

JOACHIM: ‘Thill heeft nog alles te bewijzen. Bij de nationale ploeg wordt hij nu in de etalage gezet door de bondscoach – een manier om hem bij Metz aan een profcontract te helpen. Maar voorlopig speelt Thill zijn wedstrijden bij Metz B in vijfde klasse.’

MORIS: ‘Heeft hij het profiel van een toptalent? Jazeker. Anders zouden Bayern München en Hoffenheim hem niet van dichtbij gevolgd hebben. Maar op een vergelijkbare leeftijd stond Eden Hazard al vast in de ploeg bij Lille en werd hij verkozen tot beste speler van Frankrijk. Dat noem ik een kanjer.’

LANDVERRAAD

Miralem Pjanic, die nu voor Juventus en Bosnië en Herzegovina speelt, had bijna het shirt van Luxemburg aangetrokken. Moet de voetbalbond alle middelen inzetten om dergelijke spelers te overtuigen voor Luxemburg te kiezen?

JANS: ‘Nee, je moet uit overtuiging voor een land kiezen, niet omdat een voetbalbobo op jou heeft ingepraat. Pjanic heeft voor zichzelf de afweging gemaakt en voor Bosnië en Herzegovina gekozen. Geef hem eens ongelijk: hij heeft intussen het WK gespeeld en hij zit nu bij Juventus. Voor Luxemburg was het een gemiste kans, want Pjanic was op en top Luxemburger. Hij is heel vroeg naar Luxemburg geëmigreerd en van de U13 tot de U17 heeft hij voor onze jeugdelftallen gespeeld.’

MORIS: ‘Ik heb mij ooit door hetzelfde dilemma moeten worstelen: België of Luxemburg? Ik ben in België geboren en via mijn overgrootvader heb ik Luxemburgs bloed. Tot bij de beloften speelde ik voor België, daarna heb ik met mijn volle verstand voor Luxemburg gekozen.’

JOACHIM: ‘Voor mij was de keuze snel gemaakt: mijn vader is Luxemburger en ik ben er opgegroeid. Een keer heb ik mijn vaderland ‘verraden’. Ik moet een jaar of zestien geweest zijn en ik heb toen met de Belgische U16 deelgenomen aan een toernooi. Maar op mijn achttiende lag mijn keuze definitief vast. Ik identificeer mij sterk met de nationale ploeg, de kleuren en het embleem met die roude Léiw (rode leeuw, nvdr).

Is Luxemburg nog een voetbaldwerg in Europa of is het dat stadium intussen voorbij?

MORIS: ‘Sla er de FIFA-ranking op na: we staan op een 130e plaats tussen Tadzjikistan en Palestina…’

JANS: ‘Mij zegt die ranking niet veel. We zijn twee keer ongeslagen gebleven tegen Kaapverdië, een land dat de 80e plaats bekleedt en niet lang geleden de kwartfinales van de Afrika Cup haalde. In Europa is het gewoon véél moeilijker om punten te sprokkelen dan elders in de wereld.’

Merk je aan de houding van sommige tegenstanders dat ze jullie nog altijd niet serieus nemen?

JANS: ‘Vooral de scheidsrechters geven ons het gevoel dat we minderwaardig zijn. Ik herinner mij een match tegen Spanje waarin de arbiter floot als we maar in de buurt van Iniesta kwamen. Omgekeerd moesten we al een vreselijke tuimeling maken om een fout mee te krijgen.’

JOACHIM: ‘In die wedstrijd ben ik een paar keer in aanvaring gekomen met Fàbregas.

Hij gedroeg zich als een ettertje en heeft zelfs mijn moeder zwaar beledigd. Naar zijn gevoel was ik te handtastelijk. (grijnst) Het is niet omdat er Fàbregas op je shirt staat dat je geen por mag krijgen van een Luxemburger.’

MORIS: ‘Aan de wedstrijd tegen de Rode Duivels hou ik een naar gevoel over. Ik kan het mij ingebeeld hebben, maar hun lichaamstaal, hun manier van kijken en hun nonchalante spel neigden een beetje naar verwaandheid. Achteraf heb ik gehoord dat de tv-commentator van een Franstalige zender, Stéphane Pauwels, ons de hele match heeft zitten uitlachen.’

JOACHIM: ‘Sommige ploegen kunnen nog veel leren van de Italianen. Voor de match zijn de spelers ons een voor een komen groeten. Dat vind ik pas grote klasse. En Giorgio Chiellini is de coolste gast die ik op een voetbalveld ben tegengekomen. Die man kent geen stress. Tijdens de wedstrijd gaf hij mij zelfs raad. Al lachend zei hij: ‘Je rechtsback moet zijn flank dichtgooien. Mijn lange ballen geraken er te gemakkelijk door.”

Ga je als kleine Luxemburger na een match tegen Italië op truitjesjacht?

JANS: ‘Mijn collectie mag gezien worden: ik heb het shirt van Balotelli, Eden Hazard, Fàbregas, Jordi Alba. Soms vraag ik mij af wat zij met mijn truitje gedaan hebben. Wie weet heeft Balotelli dat van mij thuis ingekaderd? (lacht)

JOACHIM: ‘Of hij heeft het bij het verlaten van het stadion weggegeven aan de eerste de beste supporter. (doodserieus) Wedden dat Pepe elke ochtend mijn shirt aantrekt onder zijn uitrusting van Real Madrid?’

DOOR ALAIN ELIASY – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Onze bondscoach wil het publiek vermaken. Mijn vader amuseert zich meer bij wedstrijden van Luxemburg dan van KV Mechelen.’ – ANTHONY MORIS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content