Na de bekerwinst staat Topvolley Precura Antwerpen ook in de finale van de play-offs. Coach Kris Tanghe en kapitein Yannick van Harskamp over de succesfactoren.

Bernard Samyn richtte zich tijdens de ploegvoorstelling bij het begin van het seizoen tot ‘de grote twee’, Knack Roeselare en Noliko Maaseik. “Geniet van deze Champions Leaguecampagne, want een van jullie zal er volgend jaar niet bij zijn.” Kris Tanghe krabde zich in het haar toen hij de gedurfde uitspraak van zijn voorzitter hoorde. De coach van Topvolley Precura Antwerpen wist meteen hoever de ambities van de club reikten.

Maar zie, een halfjaar later heeft Samyn zowaar gelijk gekregen: niet Maaseik, wel Antwerpen speelt de finale van de play-offs en zal samen met Roeselare België vertegenwoordigen in de Champions League 2014/15. De titelfinale is het tweede hoogtepunt in het droomseizoen dat Antwerpen beleeft. Na een ongezien spannende vijfde set had Precura in februari heel Antwerpen al in een delirium gebracht door in een uitverkochte Lotto Arena de beker van België te pakken.

“Het gaat allemaal bijzonder snel”, weet Kris Tanghe, die aan zijn derde seizoen als coach van Topvolley Antwerpen bezig is. “Toen ik hier begon, was een aantal basisspelers nog semiprof en konden we maar drie keer trainen in onze Arena in Deurne. Voor de overige trainingen moesten we uitwijken naar Sorghvliedt in Hoboken. Nu trainen we uitsluitend in de Arena en zijn alle spelers, die ook allemaal in Antwerpen wonen, prof. De club is op dat vlak structureel en professioneel geëvolueerd.”

Maar het zijn de spelers die op het terrein voor de resultaten zorgen, benadrukt Tanghe, en die spelersgroep was de sterkste die hij sinds zijn komst in handen kreeg. “Het potentieel was aanwezig. Dat is een noodzakelijke factor, maar met kwaliteit alleen kom je er niet. De spelers hebben zelf doelstellingen geformuleerd – daarbij hebben ze de lat hoog gelegd – en de wil om die te realiseren was heel groot. De groep heeft ook erg volwassen gereageerd op het proces dat we moesten doormaken. Onze Nederlanders sloten pas laat aan door het EK, hetzelfde geldt voor hoofdaanvaller Mads Ditlevsen. Martijn Colson viel in de zomer uit met een zware blessure en ook Balázs Bagics hebben we lange tijd moeten missen, waardoor we libero Gijs Jorna noodgedwongen moesten doorschuiven naar de receptiehoek. Kortom: het duurde tot na Nieuwjaar vooraleer we in onze typeopstelling konden aantreden.”

De regisseur

Een erg belangrijke schakel in het geoliede volleybalteam van Antwerpen is de Nederlandse spelverdeler Yannick van Harskamp, in het verleden succesvol met Maaseik en vorig jaar onder contract bij het Italiaanse Perugia. Tanghe zwaait met lof naar zijn kapitein. “Niet alleen sportief, technisch en tactisch, maar ook als motor van de ploeg is hij voor ons enorm belangrijk. Yannick is voor een groot deel verantwoordelijk voor de ontbolstering van een aantal van onze jonge spelers. Hij is zonder twijfel de regisseur van het Antwerpen van dit seizoen.”

De kapitein zelf blijft bescheiden. “Het klikt gewoon binnen het team, we laten met zijn állen elkaar beter spelen. Een ander punt: als het wat minder draait, dan kunnen we op karakter onze wedstrijden winnen.” Na wat aandringen wil hij toch kwijt: “Ik heb wat verhalen gedeeld over zaken die ik in het verleden als volleyballer heb meegemaakt en ik heb het gevoel dat mensen dat oppikken. Of dat effectief klopt, weet ik natuurlijk niet, maar ik probeer op die manier een positieve bijdrage te leveren.”

Van Harskamp moet alleszins meer verantwoordelijkheid opnemen dan bij het Maaseik waarmee hij twee titels en evenveel bekers won. “Ik kwam er terecht bij een club die al jaren aan de top stond. Ik werd aan het handje meegenomen en de weg gewezen. Dit seizoen heb ik op een heel andere manier beleefd. Niemand had hier enig idee hoe je een prijs moest winnen, maar dankzij de energie die mensen als Tim Verreth (algemeen manager, nvdr), Kris Tanghe en anderen hier de voorbije jaren leverden, slaagden de club én het team erin om op korte tijd de top te halen.”

Net als zijn spelverdeler relativeert ook de coach zijn eigen rol in het succes van Antwerpen. “Vorig jaar stelden we na een sterke reguliere competitie teleur tijdens de play-offs. Daaruit hebben we ook als trainersstaf geleerd”, aldus Tanghe. “We hebben meer rust ingebouwd en meer persoonlijke programma’s opgesteld, zodat we niet oververmoeid aan de eindronde begonnen. Als trainer probeer je een ploeg te smeden uit een geheel van individuen. Ik denk wel dat de chemie tussen coach en spelers voldoende aanwezig was om datgene wat ik als het beste voor het team beschouwde – hoe we zouden trainen en de wedstrijden tactisch zouden aanpakken – over te brengen. Maar ik wil mijn eigen positie absoluut niet overschatten, ik werk liever op de achtergrond.”

“De coach heeft een fijne persoonlijkheid,” zegt Van Harskamp daarover, “maar hij beïnvloedt wel degelijk onze prestaties. Hij is volleybalgek, analyseert het spelletje door en door. Hij leert ontzettend graag en je merkt dat hij dit seizoen als trainer weer een aantal stappen voorwaarts gezet heeft. Zo heeft hij een aantal zaken tactisch bijgeschaafd die ons beter deden volleyballen.” Wat precies? “Daarover laat ik onze opponenten liever in het ongewisse”, lacht hij.

Duur vel

Antwerpen staat nu in de finale, maar kan het daarin ook winnen van een Roeselare dat de play-offs domineerde? “We hebben het Champions Leagueticket voor volgend seizoen binnen en dat is fantastisch. Daar kijkt iedereen nu al naar uit. We stappen de finale in als onderliggende partij – dat is een realistische inschatting – maar je weet het nooit in finales. Roeselare zal zijn jubileumfeest (50-jarig bestaan, nvdr) luister willen bijzetten met een prijs. De beker hebben ze niet gepakt, ik ga er dus vanuit dat ze heel graag de landstitel willen. Als dat niet zo is, dan willen wij hem wel”, lacht Van Harskamp.

Kris Tanghe vult aan: “Op Yannick na is het voor iedereen de eerste keer dat ze in de play-offfinale staan. Het valt af te wachten hoe we daarmee omgaan, maar ik heb er vertrouwen in dat we ons vel duur zullen verkopen. We kennen onze tegenstander en hebben die goed geanalyseerd. Als Roeselare zijn topniveau haalt, dan wordt het heel moeilijk. Er is echter één factor die in ons voordeel kan spelen en dat is de druk. We hebben onze kers op de taart al gehad. Onze honger voor het kampioenschap is heel groot, maar wij moeten niet winnen. Voor Roeselare is de titel wel een must.”

DOOR ROEL VAN DEN BROECK – BEELDEN: BART VANDENBROUCKE

“Roeselare zal zijn jubileumjaar met de titel willen vieren. Als dat niet zo is, dan willen wij hem wel.” Yannick van Harskamp

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content