N igeriaan, 23 jaar, en een van de vele nieuwe Afrikanen in onze competitie. Het lijkt alsof de eersteklassers terugkeren in de tijd en Afrika weer in de mode is. Deze linksvoetige centrale verdediger, op papier de uitverkoren opvolger van Van Damme, is een oude bekende van Norton de Matos, vorig seizoen coach van de Antwerpse beloften. Pius is ook een oude bekende van Porto, een van de wingewesten van D’Onofrio. Govea had ook een Portoverleden, net als Rodrigues.
Net als de twee anderen brak ook Pius, die 1 miljoen euro kostte, niet door bij Porto, dat hem uitleende aan een hele reeks kleinere clubs: Aves, Cesarense, Sanjoanense, Tondela en Paços Ferreira. Olympiacos was de eerste ploeg die de Nigeriaan daar wilde weghalen en ook Standard praatte met zijn zaakwaarnemer, maar uiteindelijk haalde Antwerp hem binnen. Dankzij coach Bölöni, zo legde Pius in een interview uit: ‘Hij heeft in Portugal gewerkt, liet Ronaldo en Quaresma debuteren en pakte met Sporting de titel.’ Voldoende adelbrieven voor deze centrale verdediger, die vorig seizoen met Paços kampioen werd in tweede klasse.
Geen heilige
Pius is een echte Nigeriaan: trots, fysiek sterk, zelfverzekerd én ambitieus. Ramos noemt hij ‘ a crazy dog‘. Pius, in zijn eerste interview in de Belgische media: ‘Ik zag hem spelen en dacht: dat kan ik beter. Ik kan nu al haast met zekerheid zeggen dat Antwerp met mij erbij volgend seizoen minder goals zal slikken.’ De Nigeriaan noemt zichzelf een harde, die zich wil laten respecteren. Wat dat betekent, wisten ze onlangs in een oefenmatch tegen Valenciennes direct: Pius kreeg in een duel een elleboog tegen het hoofd, ging neer, veerde direct weer op en er waren wat ploegmaats nodig om hem te scheiden van de Franse spits die hem belaagd had. Scheidsrechter Dierick kon hem zonder kaart kalmeren maar had meteen al wat te zeggen aan zijn collega’s. Die Pius, ooit lang out met een knieletsel, is geen heilige. Zijn ambitie: ‘Ik kan veel hoger. Ik denk dat ik bij een van de topvijfclubs in Europa kan spelen.’
3 anekdotes 1 Afwezig (1)
Zoek niet naar Coopman op de ploegfoto. Coopman stond op het moment van de fotoshoot zijn vrouw bij in de verloskamer, waar hij vader werd van Maëlle, het zusje van Lyam.
2 Afwezig (2)
Zoek niet naar Lamkel Zé op de ploegfoto. Lamkel Zé, volgens zijn entourage in de ogen van Bölöni ‘de beste uit de kern van Antwerp’, vocht de voorbije maand een robbertje ‘ik wil een beter contract’ uit. Zijn beslissing om wat later dan geëist aan de voorbereiding te beginnen mondde uit in een verbanning naar de B-kern en geen stage.
3 Drone
Zeg nu nog dat Bölöni een ouderwetse trainer is. Toen we het oefenduel Antwerp-Valenciennes bijwoonden, hoorden we plots gezoem in de lucht. Een drone filmde vanuit de rug van Bolat de match. Modern, maar na drie kwartier heb je het met zo’n bromvlieg ook wel gehad.
jong talent Robbe Quirynen
Geboortejaar 2001, maar van alle jonge talenten staat hij misschien wel het verst. Het probleem van de Great Old is dat de jeugd er decennialang geen prioriteit was. Voor die inhaalbeweging is gemaakt, zal er nog veel water door de Schelde vloeien.
Quirynen is een product van de jeugdopleiding van Sint-Job, was nadien even aan de slag bij Cappellen, om twee jaar geleden bij Antwerp te belanden. Vorig seizoen, zijn tweede jaar op de Bosuil, ging het snel: in september tekende hij zijn eerste profcontract, in januari mocht hij met de A-ploeg mee op stage naar Spanje. Toen hij thuis via e-mail daarvan bericht kreeg, kon hij zijn vreugde niet op en stond hij, samen met ma en pa, euforisch te roepen in de woonkamer. In een oefenmatch tegen OHL debuteerde hij als linksachter, maar in principe is hij een rechtsachter. Zijn kwaliteiten: snelheid, spelinzicht en positiespel. Wat nog beter kan, is kracht, zeker voor de A-ploeg van Antwerp. Maar het talent is er, bewijst ook dit voorjaar zijn selectie bij de nationale U18.
3 vragen aan een clubmens: Patrick Goots
1 Zelfde trainer, zelfde geraamte: krijgen we hetzelfde Antwerp van de voorbije twee seizoenen?
‘Daar ben ik nog niet zo zeker van. Ik vond dat Antwerp onder twee jaar Bölöni wel evolueerde. In het begin kon je nog zeggen dat de organisatie van het grootste belang was en kon je er misschien wel de term ‘afbraakvoetbal’ op plakken. Vorig seizoen heb ik dat zien evolueren en met name in de play-offs, onder impuls van Govea en LamkelZé, vond ik ze mooi voetbal brengen. Ik herinner me de eerste twintig minuten op Genk, dat was klasse. Uiteraard zal Bölöni organisatie en discipline vooropstellen – ik zie ook nu weer in de voorbereiding dat ze weinig winnen, maar nog minder verliezen, en veel goals pakken ze niet – maar als hij het materiaal heeft, zal hij heus wel voetballen.’
2 Je noemt Lamkel Zé. Verrast door zijn lastige maand juli?
‘Ik vind dat je Europees voetbal – als dat er voor Antwerp aankomt, want dat was een serieus zomerfeuilleton – moet spelen met je beste spelers en dan duurt het lang voor hij terug in de A-kern zit, ja. Dat verrast me. Anderzijds weten wij niet hoe hard het achter de schermen gespeeld wordt. Mij viel op dat Mbokani direct na de wedstrijd tegen Charleroi zei dat het zijn laatste wedstrijd was voor Antwerp en vervolgens… bijtekende. Allicht na het krijgen van wat meer centjes. Ik kan me inbeelden dat Lamkel Zé, en dan vooral zijn manager, hetzelfde heeft geprobeerd.’
3 Laat Van Damme centraal achterin een gat door zijn vertrek?
‘Hij had een moeilijke start, maar haalde daarna een goed niveau. Ook hier weet je niet echt wat er speelde tussen speler en trainer. Ik hoor dat zijn vervanger kan voetballen, net als die nieuwe middenvelder, maar nu ook Arslanagic out is, is er wel weinig ervaring achterin. Ik vermoed dat D’Onofrio het hier niet zal bij laten en dat er de komende weken nog wel wat volk op de Bosuil zal neerstrijken.’
