OHL zakt na drie seizoenen terug naar de tweede klasse. Eén speeldag voor het einde van de eindronde hebben de Leuvenaren mathematische zekerheid over de degradatie. “We moeten dit nu even laten bezinken”, zegt een zwaar ontgoochelde CEO Paul Van der Schueren. “We zitten serieus in de put, al zagen we het ook wel wat aankomen. We zijn vastbesloten om terug te komen. Ik denk toch dat we iets hebben opgebouwd de voorbije jaren. Dat willen we niet verloren laten gaan. We hebben aangetoond dat er in deze regio een draagvlak is voor een club in eerste klasse. Alleen riskeren wij, zoals tien andere clubs, altijd dat er gebeurt wat ons nu overkomt. Bergen had ook twee goede jaren achter de rug, zelfs betere dan wij, en zij zijn ook gedegradeerd.”
De degradatie blijft niet zonder gevolgen. Het mes gaat in het budget, de stadionplannen (waarvoor de club een bouwvergunning heeft) gaan de koelkast in en verwacht wordt dat het aantal abonnees en de gemiddelde toeschouwersopkomst een terugval zal kennen. Woordvoerder Chris Vandebroeck: “We trekken ons op aan de zekerheid dat we in tweede klasse kunnen terugvallen op een structuur en een infrastructuur die in orde is, en op een potentieel aan supporters en sponsors van wie we toch hopen dat ze achter ons zullen blijven staan. We zetten een stap achteruit om er nadien weer twee vooruit te zetten. Dat klinkt als een cliché, maar het is onze bedoeling om zo snel mogelijk onze plaats weer in te nemen. Makkelijk wordt het niet: Westerlo heeft er twee jaar over gedaan en de eindronde met tweedeklassers heeft aangetoond dat het ons niet op een presenteerblaadje zal worden aangeboden.”
Prioritair is nu de aanwerving van een technisch directeur. Vandebroeck: “We moeten leren uit onze fouten. Op heel veel vlakken is er goed gewerkt, maar niet op het sportieve vlak: dat was een debacle. De aanwerving van een technisch directeur zit in de eindfase. Hij zal de sportieve lijnen moeten uittekenen. Volgende week hopen we de knoop door te hakken. We hebben twee kandidaten overgehouden, die ook bereid waren om in tweede klasse aan de slag te gaan.” Zeker is dat Franky Van der Elst niet een van die twee is.
Zolang de technisch directeur niet is aangesteld, valt er ook geen beslissing over Ivan Leko. Met de opvolger van Ronny Van Geneugden en Herman Vermeulen bestond de afspraak dat hij zou aanblijven wanneer hij OHL in eerste klasse hield. In geval van degradatie waren er geen afspraken. Leko zelf zou al hebben aangegeven dat hij openstaat voor een verlengd verblijf. Vandebroeck: “Ik sluit niets uit, maar eerst moeten we een technisch directeur aanstellen. Tot en met de 0-3-overwinning op Eupen heeft Ivan een perfect parcours gelopen. Hoe daar nadien die nul op negen op is kunnen volgen, blijft een raadsel. Onbewust is er een vorm van gemakzucht in de groep geslopen. Ivan heeft dat ook niet kunnen voorkomen. Net als Van Geneugden en Vermeulen heeft hij de kleedkamermentaliteit niet recht gekregen.”
Een laatste schaduwzijde van de degradatie is een mogelijke uitstroom van jong talent. Maar, verzekert Vandebroeck: “Onze jeugdwerking blijft een speerpunt. Tweede klasse geeft ons de gelegenheid om weer meer kansen te geven aan jong en Belgisch talent. Hopelijk komen onze talenten ook tot dat inzicht.” ?
DOOR JAN HAUSPIE
