Dit weekend start het Belgisch wielerseizoen. Sport/Voetbal Magazine peilde naar de verwachtingen van negen sportief verantwoordelijken.
Met welke ambities gaan de vier Belgische eersteklasseploegen van start ? En welke rol krijgen de Belgen in de buitenlandse topformaties ? Een vooruitblik met negen vooraanstaande sportief verantwoordelijken.
Marc Sergeant (sportdirecteur Lotto-Domo)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
In de eerste plaats hopen wij dat er niet steeds vergelijkingen zullen gemaakt worden met vorig seizoen of met een ploeg als Quick Step. Dit is een nieuwe ploeg, die niet over het budget beschikt van de héle grote. Dat neemt niet weg dat we met ambities van start gaan. Peter Van Petegem heeft die van hem niet onder stoelen of banken gestoken. Hij wil een wereldbekerklassieker winnen en zo hoog mogelijk eindigen in het eindklassement. Robbie McEwen moet een gooi kunnen doen naar de zege in Milaan-Sanremo. Ook in de Waalse klassiekers zullen we ons mannetje staan met Rik Verbrugghe en Serge Baguet. Rik is bovendien razend ambitieus om een goed klassement te rijden Giro en Tour te rijden. In die rondes zullen we in de vlakke etappes voluit de kaart McEwen trekken.
De voorbereiding verliep niet vlekkeloos.
Door de omstandigheden afgelopen winter zijn we organisatorisch nog altijd een beetje op achtervolgen aangewezen. Alles waar de naam Lotto-Domo op kwam, moest wachten op een definitieve beslissing. Maar over een paar weken moet alles écht gebruiksklaar zijn.
Er was ook het gedwongen afscheid van Walter Planckaert. Jij hebt hem tot het laatste moment in de ploeg proberen te houden ?
Klopt. Ik heb lang en graag met Walter samengewerkt, bij Panasonic en Histor. Maar ja, andere sponsors, andere belangen en wensen. Hendrik Redant en ik hebben ons systeem, dat we ook nu trachten toe te passen. Sommigen, zoals Claude Criquielion en Christophe Sercu, moeten daar misschien nog wat aan wennen.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Ik heb geen zin om nu al druk te leggen op Gert Steegmans. Wel ben ik ervan overtuigd dat we hier en daar een flits gaan zien van zijn enorme potentieel.
Patrick Lefevere (manager Quick Step-Davitamon)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Onze ploeg is vooral georiënteerd op het klassieke werk. Dan denken we in eerste instantie aan Paolo Bettini, Johan Museeuw, Tom Boonen en Frank Vandenbroucke. Johan loopt, vaak tot ergernis van de pers, niet te koop met zijn ambitie, maar hij hoopt van nog een keer de hoofdvogel af te schieten.
Aan de fysieke mogelijkheden van Vandenbroucke twijfelen weinigen, maar aan zijn mentale ?
Vorig jaar zag ik al een mentaal sterke Vandenbroucke. Hij heeft zich neergelegd bij wat hem overkomen is. En ook na die val in Parijs-Tours vond ik hem getuigen van veel strijdvaardigheid. In de Tourmed heeft hij me alvast bekoord. Dronkenschap achter het stuur is niet goed te keuren. Maar veertien dagen later loopt bij controles in Antwerpen 10 procent van de chauffeurs tegen de lamp. Ik heb nergens een lijstje gezien met de namen van die mensen.
Ook Tom Boonen zal volop in de schijnwerpers staan.
Als Tom zijn voorseizoen van vorig jaar kan bevestigen, mogen we al in onze handjes wrijven. Tom is een no-nonsense kerel die ervoor gaat en hoopt dat een jaartje ouder ook een jaartje beter betekent.
Je hebt misschien wel de beste ploeg voor de klassiekers, maar voor de Tour ?
We wilden Stefano Garzelli, maar die brak zijn woord. Aitor Gonzalez zat al in een transferkluwen en na de zaak-Boonen wilde ik me daar niet in mengen. En voor Jan Ullrich bleken we te laat. Daarom gaan we in de Tour nu voor ritwinst met Richard Virenque, met een frisse Laszlo Bodrogi en met een gemotiveerde Bettini.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Mijn zoon van tweeëntwintig, die nog gekoerst heeft met Nick Nuyens, heeft me altijd gezegd : ‘Nuyens is de beste van zijn lichting’. Ik hoop dat het klopt.
Gérard Bulens (manager Landbouwkrediet-Colnago)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Ons belangrijkste objectief is de vorming van jongeren. Daarom zijn 16 renners van onze ploeg jonger dan 23. Daarnaast werken we met commerciële partners die publiciteit willen, een van de redenen waarom we Ludo Dierckxsens, een van de populairste Belgische renners, inlijfden. We rekenen ten derde ook op renners die zich opnieuw willen lanceren, zoals Tom Steels en Ludovic Capelle.
Hoe ver staat Tom Steels nog verwijderd van zijn allerbeste niveau ?
Momenteel schat ik hem op 75 procent van zijn mogelijkheden. De fysieke tests die hij onderging, wezen uit dat hij op de goede weg is. Topspurters als hem moeten trouwens geen 100 procent zijn, in het zich van de meet kunnen ze altijd nog eens extra diep gaan. Als hij vrij blijft van ziektes en blessures, zie ik hem binnen de maand weer op nagenoeg topniveau. In de klassiekers die hem liggen, kan hij weer een rol van betekenis spelen en dan denk ik aan wedstrijden als Het Volk, Harelbeke en, waarom niet, Parijs-Roubaix en Milaan-Sanremo.
Met Capelle als zijn locomotief ?
Die taak is voor andere renners weggelegd, zoals Yuri Metlushenko en Wesley Van Speybroeck. Van Capelle verwachten we dat hij zelf kan uitgroeien tot een van de snelste renners van het peloton.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Yaraslov Popovych is in staat het goede van vorig seizoen te bevestigen. Mikhail Timochine en Tomas Vaitkus zijn nog erg jong en zullen het aanvankelijk niet gemakkelijk hebben bij de profs. Ook Lorenzo Bernucci is jong, maar hij kan in de eendagswedstrijden toch al voor een verrassing zorgen.
Hilaire Vanderschueren (sportdirecteur Palmans)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Hetzelfde parcours afleggen dan vorig seizoen en daarbij proberen in de finale nog wat langer mee te gaan. Fabien de Waele, Hendrik Van Dijck, Michel Vanhaecke, Geert Omloop, Roger Hammond, … zo’n vijftien renners uit onze ploeg kunnen in de eendagswedstrijden in het voorjaar iets laten zien. De vorm van de dag, de omstandigheden zullen uitmaken wie we naar voor schuiven. Van een kopman is geen sprake, of beter : iedereen is kopman.
Ben je niet bang dat jullie het zwakke broertje zullen zijn onder de eersteklassers ?
Dat we dankzij de sterke prestaties van vorig seizoen bij de eersteklassers horen geeft voldoening aan heel het team. Het is nu aan ons om te bewijzen dat we erin thuis horen. Met budget dat we bezitten, zouden we het zwakke broertje móeten zijn, maar voor ons vormt het een heel belangrijk gegeven dat wij iedereen betalen. En dat kunnen niet alle eersteklasseploegen zeggen.
Hoe blij ben je met de komst van Walter Planckaert ?
We hebben lang met getrokken messen tegenover elkaar gestaan, elkaar op sportief vlak bekampt, maar nu heb ik er alles aan gedaan om hem erbij te krijgen. Het zag er lange tijd naar uit dat we dit seizoen geen geld meer konden vrijmaken om er nog een ploegleider bij te halen. Dat het toch lukte en we een vakman als Walter erbij hebben, stemt me heel tevreden.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Blijft hij gespaard van miserie, dan verwacht ik zeker Kristof Trouvé. In de Ardense klassiekers zie ik Björn Leukemans ver meegaan.
Walter Godefroot (manager Telekom)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Door het verdwijnen van de onvervangbare Jan Ullrich hebben we geopteerd om onze ploeg in de breedte te versterken. De kasseiklassiekers liggen Daniele Nardello en Steffen Wesemann het best, in Milaan-Sanremo heeft Erik Zabel dan weer het recht het kopmanschap alleen op te eisen. Voor de Waalse klassiekers rekenen we op Mario Aerts en Paolo Savoldelli. En vanaf dan richten we al onze pijlen op de Tour, dat blijft de belangrijkste afspraak.
Gaat Zabel daarin weer resoluut voor groen ?
Hij is 32 en zal veeleer de verantwoordelijkheid als wegkapitein opnemen. Ik vind niet dat hij ingeboet heeft aan snelheid. Dat wordt al vier jaar gezegd, maar hij blijft ontegensprekelijk de meest regelmatige sprinter. Maar ik denk niet dat hij nog wakker ligt van de groene trui. Voor de Tour wapenden we ons op een ander vlak, met Girowinnaar Savoldelli, Santiago Botero, de enige die Lance Armstrong kon kloppen in tijdritten, en Cadel Evans, volgens velen het grootste talent van de laatste jaren. En dan spreek ik nog niet over Aerts, Alexandre Vinokourov en Andreas Klöden.
Hoe kijk je terug op het vertrek van Ullrich en Pevenage ?
Ullrich heeft correct gehandeld door in oktober zijn beslissing kenbaar te maken. Dat Rudy Pevenage op 30 december bij mij thuis leugens komt vertellen en zeggen dat hij om familiale redenen verhuist, daar heb ik het wel moeilijk mee. Ik wil er geen woorden meer aan verspillen.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Het merendeel bewees zijn kwaliteiten al. Klöden ? In een echte doorbraak van hem geloof ik niet. Hij zal mooie zaken tonen, maar groot in grote omstandigheden ? Daar vrees ik voor.
Rudy Pevenage (sportdirecteur Coast)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Voor de kasseiklassiekers zijn wij niet goed gewapend. De renners die in die wedstrijden voor de zege konden strijden, Lars Michaelsen en Frank Hoj, hebben de ploeg verlaten. De Spaanse coureurs beginnen zich de laatste jaren ook te interesseren voor het klassieke werk en in die optiek geloof ik dat wij op het heuvelachtig parcours van de Waalse klassiekers en de Gold Race wel een goed resultaat kunnen neerzetten. Maar onze ploeg is natuurlijk vooral geschikt voor rittenwedstrijden, met onder meer Angel Casero, Alex Zülle en Jan Ullrich.
Welke garantie heb je dat je een goede keuze gemaakt hebt door Ullrich ‘blindelings’ te volgen ?
Ik besef ten volle dat ik een groot risico aanga. Maar ik denk dat het dat risico waard is, want ik geloof niet alleen in de klasse van Jan, maar ook in zijn wil om terug te keren aan de top.
Hoe snel verwacht je die terugkeer ?
Ik zou het een succes noemen als Jan dit jaar met een goede conditie aan de start van de Tour verschijnt. Hij mag tenslotte pas beginnen koersen eind maart, en dat na anderhalf jaar afwezigheid in competitie. Maar zonder tegenslag kan hij wel een goed najaar rijden met de Vuelta en het WK.
Team Coast is een Top-10 ploeg. Kunnen jullie die status wettigen ?
Het wordt heel moeilijk om die status te behouden. Maar dat we, ook onafhankelijk van Ullrich, geen meeloper zijn, zullen we bewijzen.
Jouw afscheid bij Telekom werd er een in mineur.
Tja, omdat Walter Godefroot wild om zich heen slaat en mij altijd maar belangrijker maakt. Ik had mij het ook anders voorgesteld, maar Walter begreep mijn standpunt niet.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Ik verwacht veel van onze sprinter, Steffen Radochla, die vorig seizoen toch al de Grote Prijs Van Steenbergen won. Tobias Steinhauser zie ik in de Ronde van Zwitserland of die van Duitsland het podium halen.
Theo de Rooy (sportdirecteur Rabobank)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Met het oog op de wereldbeker investeerden we in Oscar Freire. Zijn integratie verloopt in elk geval vlot, hoewel zijn Engels soms wel eens voor hilariteit zorgt. Als je woorden als beach en bitch door elkaar haalt… ( lacht).
We willen Oscar ervan overtuigen dat hij zich niet tevreden mag stellen met het winnen van een paar massasprinten, ook al is dat in de belangrijkste wedstrijden van het jaar, de Tour en het WK. Het komt er voor hem op aan zoveel mogelijk met ervaren renners als Marc Wauters de baan op te gaan. Die opdracht ligt Marc ook het best, op die manier is hij uiterst nuttig voor de ploeg en kan hij soms zélf een graantje meepikken.
Een andere Belg, Sven Nys, probeert het opnieuw op de weg. Wat vind jij daarvan ?
Zijn toekomst op langere termijn ligt volgens mij toch in het veld, maar je mag iemands ambitie niet afpakken. Sven Nys is zo verschrikkelijk gek van het spelletje, hij wil zijn grenzen ontdekken op de weg.
Met Erik Dekker gaat het niet zo goed.
Tja, die knieblessure… Bijzonder jammer. Temeer omdat hij in alle jaren Rabobank maar één voorjaar klachtenvrij heeft gefietst. Toen werd hij met 2 cm geklopt in de Ronde van Vlaanderen.
Droomt Michael Boogerd nog altijd van de Ronde van Vlaanderen ?
De uitstraling van die wedstrijd staat hem op het lijf geschreven : zwoegen, raggen, lek rijden, terugkomen. Het is een koers voor vechters zoals Michael, maar je moet je toch de vraag stellen of hij de fysiek heeft om zoveel kilometers over kasseien te bonken.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Kevin de Weert heeft ambitie en talent, maar hij moet zichzelf de tijd gunnen om profrenner te worden. We gaan hem ongetwijfeld zien, maar waar en wanneer ?
Alain Bondue (manager Cofidis)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Wij hopen op het einde van het seizoen toe te treden tot de Top-10 ploegen. In de Vlaamse wedstrijden zie ik de vier Belgen uit onze ploeg vooraan. We hebben niet één leider en bekijken alles in functie van het wedstrijdverloop, maar Jo Planckaert en Nico Mattan geef ik iets meer kans dan Peter Farazijn en Chris Peers, ook al omdat die laatste twee minder snel zijn. De Ronde van Frankrijk is de belangrijkste koers van het jaar, zeker voor een Franse ploeg. We vertrekken dan ook met meerdere doelstellingen. We hopen met David Montcoutié op een plaats in de topvijf, met Andrei Kivilev op een plaats in de toptien en met bijvoorbeeld David Millar op enkele dagen gele trui. En we willen een rit of ritten kapen, wanneer het kan.
David Millar uitte vorige maand zware kritiek op de verloning bij Cofidis, die voor een aantal renners gebaseerd is op resultaten. Het zou individualisme in de hand werken ?
David Millar heeft al drie jaar zo’n contract. De eerste twee seizoenen klaagde hij niet, maar nu zijn resultaten tegenvielen, c’était un système de merde. Zijn kritiek vind ik onterecht en onrechtvaardig. Moi, j’ai fait un peu de vélo dans ma jeunesse. We verdienden niet veel geld en we kregen een vast bedrag. Maar ook toen reden sommige renners alleen voor zichzelf.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
( Affirmatief) Janek Tombak. In de voorjaarswedstrijden gaan we hem zien, zonder twijfel. Ook onze Nieuw-Zeelandse neoprof Hayden Roulston laat het beste verhopen. Angelo Lopeboselli kan dan weer doorbreken in kleinere rittenwedstrijden. Hij heeft er de klimmerskwaliteiten voor.
Dirk Demol (sportdirecteur US Postal)
Welke verwachtingen koesteren jullie dit seizoen ?
Ik vertel je geen geheim als ik zeg dat we gaan toewerken naar één hoofddoel : de Ronde van Frankrijk. Maar ook in de Ronde van Spanje starten we met ambities, want met Roberto Heras hebben zeker een kandidaat-winnaar. We zouden ook dolgraag voor het eerst met onze ploeg een wereldbekerwedstrijd winnen.
Wie kan Armstrong wat doen in de Tour ?
Once komt altijd met een heel sterk blok naar de Tour, Ullrich zal er weer bij zijn en we mogen ook niet naast het versterkte Telekomgeheel kijken. Maar bang is Lance van niemand, ze gaan goeie papieren nodig hebben om hem te kloppen.
Voor de klassiekers verloren jullie met Tom Boonen nochtans een belangrijke pion.
Tom presteerde vorig seizoen veel beter dan wie ook had verwacht. In die zin vind ik dat wij vorig jaar op hetzelfde moment op papier zeker geen betere ploeg hadden dan nu. Integendeel. ViatcheslavEkimov is er weer helemaal klaar voor, Max Van Heewijk was vorig jaar toch achtste in Parijs-Roubaix en Guennadi Mikhailov kan ook een beetje met ne velo rijden.. Dat tikkeltje geluk ontbrak hem tot dusver altijd, maar vroeg of laat gaat George Hincapie toch een keer een wereldbekerwedstrijd winnen. Bovendien wil Armstrong zich dit jaar in de Amstel Gold Race nog een keer testen. Ook in Luik-Bastenaken-Luik wil hij zich meten met de besten. Het verschil met de vorige seizoen zal vormen dat hij nu al drie korte rittenwedstrijden in de benen zal hebben en niet tussentijds naar Amerika zal afzakken.
Hoe heb jij als mentor van Tom Boonen zijn vertrek ervaren ?
Ik heb daar een erg slecht gevoel bij gehad, en dat weet Tom ook. Het neemt niet weg dat ik voor zo’n lefgozer als hem heel veel respect blijf hebben. Als hij een rugnummer op heeft, is hij bereid om erin te vliegen. Hij kan de opvolger van Museeuw worden, en ik weet waarover ik spreek, want ik heb jaren met Johan samen gereden en zelfs de kamer gedeeld.
Wie kan bij jullie uitgroeien tot de revelatie ?
Floyd Landis, die in zijn eerste jaar in Europa al als tweede eindigde in de Dauphiné. En dan is er nog David Zabriskie, die enkele jaren geleden bij de beloften de Landenprijs won. Onthoud die naam maar.
door Roel Van den broeck
