Sven Nys droomt al van nieuwe records.

Het leek wel of hij een wereldtitel had gewonnen, vertelde Sven Nys voor hij naar Middelkerke afzakte, waar hij zaterdagavond zijn tiende Superprestigetrofee in ontvangst mocht nemen. Zoveel aandacht genoot de Kannibaal van Baal de jongste dagen. “Ik schrik ervan”, zei hij. “Ik ben al enkele jaren recordhouder in dit klassement. Maar blijkbaar spreekt zo’n tiende overwinning nog meer aan. Het ís ook een unieke prestatie natuurlijk. Vorig jaar zat die tiende zege er al in, zonder mijn materiaalpech in Diegem. Als je er dan zo dicht bij bent, wordt het alleen maar een nog grotere uitdaging.”

De Superprestige, die in 1982 het daglicht zag, heeft van alle veldritklassementen de langste erelijst. “Je kan er generaties crossers tegenover elkaar mee afwegen”, merkt Nys op. “Ik heb nu zes eindzeges meer dan Hennie Stamsnijder en zeven meer dan Roland Liboton. Maar je hoort me niet zeggen dat ik de beste veldrijder aller tijden ben. Er zijn jongens die het in andere facetten van deze sport veel beter deden dan ik, bijvoorbeeld op de WK’s. Maar op het gebied van regelmaat en aantal overwinningen per seizoen kan ik zeggen dat niemand heeft gedaan wat ik aan het doen ben. Wat niet betekent dat ik een betere crosser ben dan Liboton of Eric De Vlaeminck vroeger. Zoiets valt moeilijk te bepalen.”

Een decennium aan de top vertaalt zich voor Nys in indrukwekkende cijfers: 43 dag- en 7 eindzeges in de wereldbeker, 38 dag- en 7 eindzeges in de GvA-trofee, 54 dag- en 10 eindzeges in de Superprestige. Dat laatste klassement blijkt dus ook zijn succesvolste biotoop. Hoe komt dat eigenlijk? “In de wereldbeker is er ieder jaar een aantal wedstrijden die meer op snelheid dan techniek gericht zijn”, legt Nys uit, die er niettemin nog van droomt om ook daar zijn aantal dagzeges nog tot 50 op te drijven. “De omlopen van de Superprestige en de GvA-Trofee sluiten doorgaans beter op mijn mogelijkheden aan. Van de GvA-trofee maakte ik echter maar na verloop van tijd een doel, toen die organisatie serieus begon te groeien. Anders zou ik allicht ook daarin al nog meer hebben bereikt.”

Zondag moet Nys een voorsprong van twee punten verdedigen op Kevin Pauwels in Oostmalle, waar de laatste manche van de GvA-Trofee wordt gereden. Slaagt hij in zijn opzet, dan behaalt Nys zijn achtste eindzege. “Ook in dat klassement is de tien haalbaar”, denkt de renner van Landbouwkrediet, die nog drie veldritwinters voor de boeg heeft voor hij zijn loopbaan in 2014 zal beëindigen. “Alleen kan die achtste GvA-Trofee zondag weleens de moeilijkste klassementszege uit heel mijn carrière worden. Oostmalle is een snel parcours met veel lange en rechte stukken. Het wordt een wedstrijd waarin niet de fysieke capaciteiten de doorslag zullen geven, maar de tactiek. Het zal één tegen allen zijn: ik tegen vijf, zes renners van Telenet-Fidea. Zij zullen allen hetzelfde doel nastreven: Pauwels die wedstrijd laten winnen. Dat wordt niet makkelijk voor mij. Ik schat mijn kansen op fiftyfifty.”

DOOR BENEDICT VANCLOOSTER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content