‘Ik stap in een wagen en ik wil winnen.’ Bas Leinders behoort tot de topfavorieten in de Formula Nissan. In afwachting van ?

Nee, een droom wil hij de Formule 1 niet noemen. “Het woord droom suggereert iets wat je niet kunt bereiken, en dat is bij mij niet het geval. Ik werk om in de Formule 1 te geraken. Ik voel me klaar om die uitdaging te beantwoorden. Morgen, overmorgen, het volgende seizoen, ooit…”

De Limburgse autoracer Bas Leinders zat er al een paar keer dicht tegenaan. Vorig jaar miste hij slechts op het nippertje de Grote Prijs van België Formule 1. “Ik zou met een Arrows rijden. Alles leek in orde. Ik beschikte over het nodige budget. Maar dan moest het team de factuur voor de motoren betalen en sprong alles kapot. Jammer, ik was vastbesloten om me te laten opmerken op het circuit van Francorchamps, dat ik ken als mijn binnenzak. Maar ik besef ook wel : als en indien, zo zijn er al veel wereldkampioen geworden.”

Toch had het anders kunnen lopen, beseft Leinders. Als hij, bijvoorbeeld, had kunnen profiteren van de inspanningen die de Koninklijke Belgische Automobiel Club (KBAC) zich momenteel getroost ten faveure van jonge rijders. “Stel dat ik ook onder de paraplu van een groot constructeur als Renault had kunnen schuilen. Dan was ik veel vlugger opgeklommen in de echelons. Had ik geen passages bij de Formule Ford, de Opel Lotus en de Duitse F3-kampioenschap moeten inlassen. Idem dito met Marlboro, dat zijn steun aan jonge Belgische rijders stopzette op het moment dat ik om de hoek kwam kijken. Marlboro had geld geïnvesteerd in jongens die niet konden winnen, en oriënteerde zich liever naar de rallysport. Doodzonde. Wie weet had ik een test bij McLaren kunnen afdwingen. Of de kans om in goede omstandigheden een seizoen in de F3000 mee te draaien.”

In afwachting neemt Bas Leinders deel aan de World Series Nissan, ofte Formula Nissan. Vorig seizoen eindigde hij in dat kampioenschap als derde. En ook dit jaar behoort hij – samen met Frank Montagny, Marc Gene, Enrique Bernoldi en Stéphane Sarazine – tot de topfavorieten. In het klassement staat Leinders momenteel als vijfde geparkeerd, vorige week nog finishte hij als tweede in de sprintrace van de Belgische manche in Zolder. In de hoofdrace werd hij van de weg geramd. Hij duldt niet dat er geringschattend over de Formula Nissan wordt gesproken. “Ik geloof in de toekomst van deze discipline. Over twee, drie jaar zal die bestaansrecht aan zichzelf ontlenen. Een beetje zoals de Amerikaanse CART-competitie. Dat raken de Series weg uit de wachtkamer van de Formule 1, want zo worden ze nu al te nadrukkelijk bekeken. Maar tegen 2005 willen de organisatoren het vermogen van de wagens optrekken van 465 naar 700 pk. Dan wordt de Formula Nissan nagenoeg even spectaculair als de Formule 1. Dat zal de overgang van de ene competitie naar de andere vergemakkelijken. De rol van wachtkamer van de Formule 1 zal dan voorbehouden blijven aan de F3000 en het nieuwe Renault-kampioenschap.”

Bas Leinders verblijft in Andalusië. “Ik wilde zo dicht mogelijk bij de thuisbasis van mijn team, Racing Engineering, wonen”, legt hij uit. “Die thuisbasis bevindt zich in San Lucar de Barrameda, op een half uurtje met de auto van het circuit van Jerez. Het is trouwens niet mijn eerste ervaring qua verblijf in het buitenland. Toen ik achttien was, week ik naar Groot-Brittannië uit om daar in de Formule Ford te rijden. Zoiets staalt je karakter.”

De keuze om in Spanje te gaan wonen, was mee ingegeven door een slechte ervaring. Bas Leinders : “Drie jaar geleden verdedigde ik de kleuren van Kid Jensen Racing, een team dat zich op een honderdtal kilometer van Londen had gevestigd. Ik kon me niet zo vaak naar de ateliers verplaatsen als ik gewild had. Een uur met het vliegtuig, dan nog een uur met de wagen, dat was moeilijk om te dragen voor het team dat de kosten voor zijn rekening had genomen. Nu ben ik op een paar minuten bij Racing Engineering, kan ik overleg plegen met mijn ingenieur en de mecaniciens, samen een stukje gaan eten, kortom een aangenaam en efficiënt werkklimaat uitbouwen.”

Zijn vrouw Judith gaf in België haar baan op om bij Leinders in Spanje te gaan wonen, samen met hun zoontje Esteban van vijftien maanden. Heeft een kind iets veranderd aan zijn rijgedrag tijdens de races ? “Het heeft me nog gedrevener gemaakt”, antwoordt Leinders. “Ik heb nu een familie te onderhouden. Want al beschouw ik me op en top als een professioneel autocoureur, ik kan me nog altijd niet het leven van een topsporter veroorloven. Van een mooie wagen laat staan een mooi huis kopen is voorlopig geen sprake. Ik ben 28 jaar, laten we zeggen dat ik vooruitgang boek. Hoe dan ook heeft de geboorte van Esteban mijn zin voor risico’s niet afgezwakt. De dag dat ik mijn voet van het gaspedaal neem omdat ik aan mijn familie denk, kan ik er beter mee ophouden.”

Aan zelfvertrouwen mangelt het Bas Leinders niet. Velen vinden hem arrogant. Hij reageert geprikkeld. “Wie dat beweert, kent me niet. Ik luister altijd naar mensen die me iets kunnen bijleren, die me kunnen helpen progressie te maken. Ik ben tevreden over het parcours dat ik al afgelegd heb, en het ontbreekt me niet aan zelfvertrouwen. Maar dat is iets anders dan arrogantie. Het is natuurlijk weer een typisch Belgische reactie. We slagen er maar niet in onze kwaliteiten in de verf te zetten. Altijd die bescheidenheid, die angst voor zelfrespect. Ik begrijp niet waar dat vandaan komt. Bekijk de resultaten die we boeken. Neem nu Kim Clijsters en Justine Henin, of onze wielrenners of motorcrossers. Er is toch geen enkele reden om te blozen ?”

Leinders doet er ieder geval niet aan mee. “Ik ga ervoor. Toen ik zes jaar was, stapte ik in een karaté car. Ik wilde weten hoe snel ik daarmee kon gaan en wou meteen werken aan mijn zwakke punten. En dat doe ik nu nog altijd. Ik stap in een wagen en ik wil winnen. Zo simpel is het.”

door Eric Faure

‘Zelfvertrouwen is iets anders dan arrogantie.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content