Het was Anderlechttrainer Ariël Jacobs die vorige week vrijdag bij het wekelijkse persmoment bekendmaakte dat de Russische clubs het Belgische voetbal kapot dreigen te maken. Hij verwees daarvoor naar een van zijn spelers – Jelle Van Damme, zo bleek later – die een fenomenaal bod kreeg, maar niet wil gaan. “Hun koffer zit vol roebels. Als zij komen, dan is het moeilijk om hen te weerstaan.” Jacobs haalde de voorbeelden van Mbaye Leye, Ronald Vargas en Oguchi Onyewu aan. Dit drietal ging om verschillende redenen niet in op de lokroep van het grote geld bij Rubin Kazan. Eerder ketste ook een transfer van Stijn Stijnen af naar de kampioen. “Ik doe, net als mijn zoon Dick, op geen enkele wijze vertegenwoordigingswerk voor die club”, stelt de Nederlandse zaakwaarnemer Karel van Burik. “Wij werken alleen voor spelers. En je weet dat in het moderne voetbal alles snel kan veranderen, hé.”
Paul Courant, die de zaken van Vargas behartigt, kent de Russische markt. In het verleden loodste hij Ebou Sillah en Cédric Roussel naar Kazan. “Die laatste had na twee maanden zodanig veel heimwee dat hij geen zakdoek meer vond om uit te huilen”, stelt Courant. “Kazan is een olieregio, telt goede spelers en een sterke trainer. Maar je moet het volledige plaatje goed bekijken: het ligt op anderhalf uur vliegen van Moskou en het levensniveau is er totaal anders. Ze hebben ook nog niet de traditie van een Club Brugge of een Anderlecht in hun eigen land. Mannen als Axel Witsel en Steven Defour kunnen de status van Standard gebruiken voor een stap hoger, maar dan niet Rusland.”
Een tendens, daar spreekt Courant liever over. “Het is zeker geen nieuw fenomeen”, weet hij. “Eén ding moet je goed in gedachten houden: in Rusland is het nu ook crisis. Die sloeg al fel toe. De echte toppers willen niet naar daar. Bovendien kunnen de clubs ook niet meer de goede spelers in de grote voetballanden weglokken. De Russische mentaliteit kan je eenvoudig beschrijven: ze brengen eerst de speler zijn hoofd op hol met geld. Dat is niet reglementair, maar dan heb je het niet gemakkelijk om die jongens hun bovenkamer weer vrij te maken. Eigenlijk hebben die Russen, behalve bij Zenit onder Dick Advocaat, geen echt goede scoutingstructuren. Ze gaan af op tips van mensen die erop gebrand zijn veel geld te verdienen. Iedereen wordt daardoor op het verkeerde spoor gezet.”
FRéDéRIC VANHEULE
