Over de titel van Anderlecht

© belgaimage - christophe ketels

Uiteraard heeft Silvio Proto ook een en ander te vertellen over de titel van zijn ex-club. Enkele markante uitspraken:

‘Anderlecht is een mooie kampioen, want een kampioen is altijd mooi. Waarom zegt men dat Anderlecht geen mooie kampioen is terwijl men dat niet over Club Brugge of AA Gent heeft gezegd? Omdat men altijd verwacht dat Anderlecht wint in grote stijl. Dat verwacht men niet per se van de andere ploegen. Maar als je kampioen speelt, ben jij groot en de rest is klein, want die zijn achter jou geëindigd.’

‘Als je veel wint, wek je afgunst op. Mensen willen afwisseling. Ik vind dat PSG heel mooi voetbal speelt, maar ik ben blij dat Monaco kampioen is.’

‘Ik hou van de stijl van dit Anderlecht. Ik zou wel keeper willen zijn in zo’n ploeg, ik zou weinig goals binnen krijgen. Het uitgangspunt van René Weiler vind ik top: we houden alles tegen en we maken goals.’

‘De supporters van Anderlecht zijn twee jaar gekleineerd geweest. Ook wij, de spelers voelden ons gekleineerd. Ik heb twee jaar na elkaar de slechtste vakanties van mijn leven doorgebracht. Mijn geweten was zuiver en toch knaagde het vanbinnen. Voor de supporters was de manier waarop dus van geen tel dit jaar. Zij wilden maar één ding: de titel. Volgend jaar zal dat anders zijn. Er zal al eens gefloten worden als het spel niet mooier om te zien is.’

‘Ik was bij Anderlecht op het einde van een cyclus gekomen, want alle buitengewone dingen die ik deed werden beschouwd als normaal. In het begin van dit seizoen hebben ze gemerkt dat alles wat ik daar deed, toch niet zo gewoontjes was…’

‘Ik heb geen plezier in het ongeluk van anderen. Ik zeg niet dat ik me ellendig voelde door wat er in het begin van het seizoen met Davy Roef is gebeurd, maar ik had wel met hem te doen. Ik heb ook wel gezien dat hij in vijftien wedstrijden meer krediet gekregen heeft dan ik in tien jaar. Zijn missers werden anders bekeken dan de mijne.’

‘Toen ik vorig seizoen om meer discipline vroeg, kreeg ik te horen: rustig aan, je bent te hard. Ze vonden me dan maar een rare. Ik zie dat Weiler direct heeft uitgevoerd wat ik had gevraagd.’

‘Ze zeiden dat ik de jongeren zenuwachtig maakte. Nu vraag ik je: noem mij eens één jongere die ik zenuwachtig gemaakt heb!’

‘Ik zou graag eens iets gaan eten met Antony Vanden Borre. Ik zou met hem willen praten, om te horen of hij echt datgene dacht wat de gazetten geschreven hebben. Hij heeft gezegd dat hij problemen had met enkele ploegmaats bij Anderlecht en ik zou willen weten of ik me aangesproken moet voelen. Ik heb nooit een probleem gehad met hem, niet op het veld en niet in de kleedkamer. Niet dat hij direct een vriend van me was, maar ik hoef ook geen twintig vrienden te hebben, noch bij Anderlecht noch bij Oostende. Ik heb twintig collega’s nodig die bereid zijn om te knokken voor goede resultaten.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content