Vanaf 1 januari behoren partydrugs als cannabis, cocaïne, heroïne en marihuana niet meer tot de ‘gangbare’ dopingproducten.

Om de twee jaar evalueert het Wereldantidopingagentschap WADA zijn internationale antidopingcode. Op de nieuwe versie, vanaf 1 januari 2021 van kracht, krijgen partydrugs als cannabis, cocaïne, xtc en heroïne een andere status. Volgens het WADA hebben de voorbije twee jaar ‘behoorlijk veel’ sportfederaties aangekaart dat sommige producten hoofdzakelijk worden gebruikt in een sociale context. Als een atleet betrapt wordt, is de aangetroffen dosis meestal zo laag dat het geen prestatiebevorderend effect kan hebben. Dat leidde in het verleden dikwijls tot onnodige en dure dopingzaken.

WADA heeft de reglementering nu aangepast waardoor de straffen aanzienlijk minder zijn: geen twee jaar meer, maar maximaal drie maanden. Als de atleet een rehabilitatieprogramma wil volgen, kan dat zelfs tot één maand worden teruggebracht.

Dat wil echter niet zeggen dat een atleet vanaf 2021 op een competitiedag naar hartenlust coke kan snuiven of cannabis kan roken. De betrapte sporter moet nog altijd kunnen aantonen dat hij het middel buiten de competitie nam. Voor elke partydrug blijft ook een grenswaarde ingesteld. Wordt die limiet overschreden bij een dopingtest afgenomen in competitie, dan wordt de normale dopingprocedure gevolgd.

In de NBA worden de regels, wat betreft marihuana, dan weer minder streng. Gezien de ‘mentale stress’ om te spelen tijdens een pandemie, liet de NBA weten dat er dit seizoen geen willekeurige controles uitgevoerd zullen worden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content