Sinds begin februari is Ralph Biggs weer in België te bewonderen.

De Antwerp Giants worden al een heel seizoen geteisterd door een hoge blessurelast. Om aan dat euvel te verhelpen werd naar versterking gezocht en die werd gevonden met Ralph Biggs, ondertussen 35 jaar maar een heus icoon in de Belgische competitie. Daar zorgden zijn succesvolle passages bij Oostende (twee titels), Luik (bekerwinst) en Charleroi voor.

Biggs starte het seizoen 2010/11 bij de Franse traditieclub Limoges. “Ik zocht naar een andere wending in mijn carrière”, zegt hij. “Toen Eddy Casteels me contacteerde, moest ik niet lang nadenken. Twee jaar geleden nam hij me zelfs mee naar Dallas op stage met de Belgian Lions.”

Hij werd ingehaald als vervanger voor de langdurig geblesseerde Brian Hopkins. “Ik moet in de eerste plaats de ploeg beter laten draaien”, weet de nieuwkomer. “Ik hoop nog zeker twee jaar te kunnen spelen, als mijn lichaam het toelaat tenminste. Fysiek voel ik me nog dik in orde, al voel ik ook dat ik niet meer de benen heb van een twintigjarige.”

Deze passage kan een mooi en passend slot worden van zijn basketbalcarrière, die hij voor het grootste gedeelte in België sleet. Acht jaar in totaal. “België is mijn tweede thuis”, erkent de uit Washington afkomstige guard. “Zelfs toen ik in Rusland speelde, zorgde ik ervoor dat ik af en toe een ommetje maakte langs hier.”

Biggs tekende in 1999 een contract bij Oostende, nadat hij zijn eerste stapjes in het Europese basketbal had gezet bij het Nederlandse Weert en daar tot MVP werd verkozen. Samen met JR Holden vormde hij een onweerstaanbaar Amerikaans duo bij de kustploeg. “Nadien vertrok ik net zoals mijn maatje naar Rusland. Perm en Samara waren best mooie clubs. Vorig seizoen speelde ik met Samara nog de finale van de Eurochallenge. Oké, je moest er het vele reizen en de barre weersomstandigheden in de winter bij nemen, maar ik was daar in de eerste plaats om te basketballen.”

Volgende woensdag mag Biggs naar Oostende, waar hij vier jaar speelde, om er voor een plek in de bekerfinale te strijden. “Dat blijft iets speciaals, maar je moet het ook niet overdrijven”, tempert hij. “Sowieso denk ik dat er met Antwerp nog leuke uitdagingen in het verschiet liggen. Ook voor de titel kan het theoretisch nog allemaal. Moeilijk, gezien de nog altijd overvolle ziekenboeg, toch is dat net het mooie aan sport: alles kan.”

DOOR MATTHIAS STOCKMANS & DANIEL DEVOS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content