Argentinië stak volgens de statistieken het veel grotere Brazilië voorbij als voornaamste exportland van voetballers. De meeste spelers passeren eerst via de hoofdstad, waar de eersteklassers elkaar verdringen. Dé voetbalstad ter wereld is Buenos Aires. Een impressie.

E l tipo puede cambiar de todo. De cara, de casa, de familla, de novia, de religión, de dios, pero hay una cosa que no puede cambiar, Benjamin, no puede cambiar de pasión. (Pablo Sandoval)

(Een man kan van alles veranderen. Van gezicht, van huis, van familie, van vriendin, van godsdienst of god, maar er is één ding dat je niet kunt veranderen, Benjamin. Je kunt niet veranderen van passie.)

Bovenstaande is een dialoog uit de Argentijnse film El Secreto de sus Ojos, in 2010 met een Oscar bekroond als beste buitenlandse film. Een parel met verrassende wendingen en onder meer een voetbalscène tijdens een competitiewedstrijd tussen Huracán en Racing, twee ploegen uit Buenos Aires. Dé passie, naast politiek, van haast elke Argentijn. En die passie is geconcentreerd in de Capital Federal, de hoofdstad. Onderscheid dat je moet maken, want je hebt naast de stad Buenos Aires (3 miljoen inwoners) ook Gran Buenos Aires (de agglomeratie, zowat 13 miljoen inwoners) en de provincie Buenos Aires, waarvan La Plata (op ongeveer 100 km) de hoofdstad is. In universiteitsstad La Plata is Estudiantes de belangrijkste club.

Onze passie is Engels. Al jaren. En dus was voor ons jarenlang dé voetbalstad van de wereld Londen. Toen we er begin jaren tachtig iets meer dan drie weken verbleven, was de favoriete ontspanning ’s avonds het voetbal. Elke dag kon je wel ergens terecht: West Ham, Tottenham, Arsenal. Chelsea speelde toen nog in tweede klasse. Voor één pond had je toen nog een staanplaats en niks was uitverkocht, want voetbal had in die tijd een hele slechte reputatie. De f***s vlogen er langs je oren en elke wedstrijd werd er wel gevochten op de stands. Het was vaak schuilen en nu en dan even rennen, want chargerende politie maakte geen onderscheid.

Later werd het Engelse voetbal veel duurder en beschaafder. Roy Keane, de legendarische middenvelder van Manchester United, kon zich daar weleens aan ergeren. “Buitenshuis”, zei hij ooit naar aanleiding van een wedstrijd tegen Dinamo Kiev in de Champions League, “zijn onze fans fantastisch. Ik noem dat de hardcore fans. Maar thuis … Ze drinken wat, eten een paar broodjes met garnaal en beseffen allicht niet wat er op het veld gaande is. Ik denk niet dat de mensen die naar Old Trafford komen het woord voetbal kunnen spellen, laat staan het begrijpen.”

Een Madrileense derby zagen we nooit. Een Romeinse of eentje in Belgrado tussen Rode Ster en Partizan evenmin, wel toppers in Duitsland en Nederland. PSG-Marseille mocht er ook wezen qua sfeer, net als een nu al legendarische Celtic-Rangers. De eerste van Joos Valgaeren. 6-2, 3-0 na twaalf minuten. Met je buurman praten kon niet, vanwege te veel lawaai.

Maar als eind februari 2010 Huracán-Vélez een tiental minuten bezig is, zijn we compleet verkocht aan het Argentijnse voetbal. Het niveau is nochtans matig, dit zijn twee middenmoters in de Argentijnse Primera División, Huracán strijdt in deze clausura zelfs voor het behoud. Maar wat een passie in de (oude, uit cement opgetrokken) tribunes … Vuurspuwende ogen van de fans, gezang, gejuich, gevloek. Eentje ontbloot zijn kont als Huracán scoort en toont die aan de bezoekers. Veel politie, nu en dan wat getrek, vlaggen, rookbommen, en continu gezang van de barra brava. Passión.

Drie dagen later zien we weer een match van Vélez, dit keer tegen het legendarische Boca. Helaas niet in La Bombonera, het stadion van Boca. Passie, liefde, trots en glorie, staat te lezen boven de ingang. Voor ons staat een meisje, begin twintig. Het is hartje zomer en heet, ze draagt een opwaaiend zomerjurkje, laag uitgesneden op de rug. Fier draagt ze haar tattoo, met het wapenschild van de ploeg. Opnieuw een knotsgekke match, die eindigt op 4-3. Bij Boca schittert Riquelme en scoort Palermo. Maar Vélez is als team beter, het zou dit najaar tot het einde strijden voor de titel. Als even voor affluiten de sfeer wel heel heet wordt op de populares (de staanplaatsen – wie een zitje wil, trekt naar de platea) trekken we ons terug. We staan tussen de hinchas van Vélez, vlak bij wat agenten, maar die steken geen poot uit als fans met elkaar op de vuist gaan. Gepassioneerd volgen ze het spel.

’s Anderendaags is er River Plate tegen San Lorenzo. En twee dagen later speelt Argentinos thuis. En in Avellaneda is er de clásico Indepediente-Racing … Keuze genoeg. En vrijwel altijd tickets, behalve voor een clásico. Dan moet je langs op de zwarte markt, of bij een van de agentschappen die voetbalbezoeken organiseren. Beter dat (en iets duurder) dan via straatventers, want we lopen twee opgelichte Nederlanders tegen het lijf. Kaartjes gekocht voor Boca, 100 dollar het stuk. Helaas de toegang geweigerd, want ze bleken vals. Maar keuze genoeg, zoals blijkt uit volgend overzicht van de eersteklassers in de stad.

De groten

Naam:Club Atlético

Boca Juniors

Wijk: La Boca

Stadion: Alberto J. Amando

alias La Bombonera

(de snoepjesdoos)

Titels: 29

Belangrijkste spelers:Diego Maradona, Martín Palermo, Roberto Abbondanzieri, Roberto Mouzo, Juan Riquelme, Carlos Montoya, Nicolás Burdisso, Antonio Rattín

Ontstaansgeschiedenis: Dé populairste club van het land, aan de rand van de rivier. Ongeveer vier Argentijnen op tien noemen zich supporter van Boca. Het (meest populaire) verhaal wil dat de clubkleuren (geel en blauw) werden gekozen na heel wat discussie, beslecht met de beslissing dat de ploeg de kleuren zou aannemen van de eerste boot die aanmeerde. Dat was een Zweedse.

Opmerkelijk:Het stadion, dat ook wordt gebruikt voor rockconcerten, is een must voor toeristen (het ligt op tien minuutjes van het centrum, een gids brengt je ook in de kleedkamers). La Doce, de twaalfde man, de barra brava (harde kern), heeft veel macht binnen de club en is berucht voor illegale handel, geweld en afpersing. Die beheert de straten (parkings, winkeltjes) rond het stadion.

Naam:Club Atlético River Plate

Wijk: Belgrano

Stadion: Estadio Monumental

Titels: 34

Belangrijkste spelers:Ubaldo

Fillol, Daniel Passarella,

Alberto Tarantini, Mario

Kempes, Nery Pumpido, Ariel Ortega, Sergio Goycochea, Hernán Crespo, Enzo Francescoli, Javier Saviola, Pablo Aimar,

Marcelo Salas, Claudio Caniggia.

Ontstaansgeschiedenis:Los Millionarios genoemd, vanwege de hoge transfersommen die de ploeg al vanaf de jaren dertig betaalde. Zowel Boca als River werden in dezelfde wijk (La Boca) van Buenos Aires gesticht, vandaar de grote rivaliteit. In 1922 verliet River het zuidoosten van de stad, maar het is wel de oudste van de twee. Havenarbeiders die grote kisten laadden en losten, gebruikten hun vrije tijd om te voetballen. Op een van die kisten stond geschreven ‘The River Plate’.

Opmerkelijk:Noa Boca Juniors de meest populaire club in Argentinië, maar als het gaat om de prijzen is dit de belangrijkste club van het land. Met Daniel Passarella, eind vorig jaar verkozen tot voorzitter, heeft het aan de top een ex-speler en ex-trainer. El Monumental, het stadion van River, was ook het stadion van de finale van het WK’78. Het lijkt nog geen haar veranderd.

Naam: Club Atlético San

Lorenzo de Almagro

Wijk: Almagro, Boedo,

Bajo Flores

Stadion: Estadio Pedro Bidegain alias Nuevo Gasómetro

Titels: 13

Belangrijkste spelers:Alberto Acosta, Sergio Villar, Roberto Telch, Ricardo La Volpe, Pablo Zabaleta

Ontstaansgeschiedenis: Eén van de vijf ‘groten’ van het Argentijnse voetbal, al werd in deze eeuw maar twee keer (in 2001 en 2007) een titel gepakt. Gesticht door jongeren uit de laagste sociale klassen die op een braakliggend veldje voetbalden en zich onaantastbaar waanden. Een priester uit de buurt was de enige die impact op het zootje had. De buurt heette Almagro, de priester LorenzoMassa. Vandaar de naam. Omdat het eerste stadion qua structuur van buitenaf op een gasfabriek leek, kreeg het die bijnaam.

Opmerkelijk:Altijd enorm populair geweest. Zelfs toen sportief een dieptepunt werd bereikt en de ploeg in 1982 één seizoen (het enige in de geschiedenis) in tweede speelde, kwamen er 75.000 (!) toeschouwers naar een thuiswedstrijd tegen Tigre kijken.

De uitdagers

Naam:Club Atlético Vélez

Sarsfield

Wijk: Liniers, Villa Luro

Stadion: José Amalfitani,

bijgenaamd El Fortín.

Titels: 7

Belangrijkste spelers:Carlos

Bianchi, Raúl Cardozo, José Luis Chilavert, Jonás Gutiérrez, Nicolás Otamendi, Daniel Willington, Mauricio Pellegrino, Diego Simeone, Mauro Zárate

Ontstaansgeschiedenis: Is dit jaar bezig aan zijn eeuwfeest en deed in de voorbije apertura tot het einde mee voor de titel. Stilaan een van de groten van het Argentijnse voetbal en zeker dé club uit het oosten van de stad, met een van de meest bekeken stadions ter wereld: het ligt pal naast een drukke snelweg. Omdat in 1914, na een moeilijke aanloop, de meerderheid van de socios van Italiaanse afkomst bleek, adopteerde men de kleuren van de Italiaanse vlag als clubkleuren. Het was journalist José ‘Don Pepe’ Amalfitani die zijn job bij La Prensa opgaf om de club te leiden, het stadion draagt zijn naam.

Opmerkelijk:Op het veld van Vélez werd de eerste avondwedstrijd in Argentinië gespeeld. Dat gebeurde op 7 december 1928. Rond het terrein werden houten palen geheid en die bevatten elk 39 schijnwerpers met in elk 3.000 lampen.

Naam: Argentinos Juniors

Wijk: La Paternal

Stadion: Diego Armando

Maradona

Titels: 3

Belangrijkste spelers: Diego Maradona, Sergio Batista (opvolger van Maradona als bondscoach), Lucás Biglia, Fernando Redondo, Juan Riquelme, Nicolás Pareja, José Pekerman, Esteban Cambiasso

Ontstaansgeschiedenis: socialisten liggen aan de basis van de creatie van de Asociación Atlética, al waren de oorspronkelijke kleuren groen-wit, in plaats van het huidige rood-wit. Verdween haast in de jaren dertig, toen de spoorwegen het veld nodig hadden.

Opmerkelijk: Werd razend populair toen de jonge Diego Maradona er zijn voetbalkunsten toonde. Hij scoorde in totaal 116 goals voor de club. Hij zou er voetballen van 1976 tot 1981. Toen in 2003 het verbouwde stadion weer in gebruik werd genomen, kreeg het de naam van de ster mee. Onverwacht kampioen van de clausura 2010.

Naam:Club Atlético Huracán

Wijk: Parque Patricios

Stadion: Estadio Tomás Adolfo Ducó alias El Palacio

Titels: 5

Belangrijkste spelers:René Houseman, César Luis Menotti, Alfio Basile, Carlos Babington, Osvaldo Ardiles

Ontstaansgeschiedenis: Buur van San Lorenzo, de twee stadions lagen een tijdje langs dezelfde avenida, op een paar cuadras (blokken) van elkaar. Voorzitter Babington was zelf voetballer én trainer van de ploeg. De club is bijgenaamd El Globo, nadat een ballonvaarder in het begin van de twintigste eeuw met reclame voor de ploeg op zijn ballon van Argentinië naar Brazilië vloog. Gewezen voorzitter Tomás Adolfo Ducó, naar wie het stadion officieel is genoemd, was een kolonel die in 1943 mee aan de basis lag van een staatsgreep. Juan Domingo Perón, die een paar jaar na die staatsgreep aan de macht kwam, was zijn schoonbroer.

Opmerkelijk:wie wil weten hoe de sfeer is bij een thuiswedstrijd van Huracán moet maar even kijken naar El Secreto de sus Ojos.

Naam:Club Atlético All Boys

Wijk: Floresta, Monte Castro

Stadion: Estadio Islas

Malvinas Floresta

Titels:

Belangrijkste spelers:

Carlos Tévez, Néstor Fabbri

Ontstaansgeschiedenis:

Het kleine broertje van Argentinos, met wie het om de macht in de barrio (buurt) strijdt. Ze vonden zichzelf nog kinderen, de stichters van de club, en hoorden graag Engels, vandaar de naam. Mannen met idealen, daarom wit (zuiverheid) met wat zwarte toetsen als clubkleuren. Het geld voor de eerste tribune werd verdiend met een dansavond.

Opmerkelijk:‘FC De Kampioenen’ van Argentinië. De makers van de Argentijnse telenovela Son Amores kozen de club (en wat spelers) uit om een deel van de verhaallijnen te draaien. Het stadion wordt vaak gebruikt voor rockconcerten, alle Argentijnse groten (Intoxicados, Ojos Locos, Los Ratones Paranoicos) passeerden er. Elk jaar, op 22 december, daalt hier de Kerstman neer uit een helikopter, in het bijzijn van duizenden kinderen.

De rivier over

Naam:

Racing Club

Wijk:

Avellaneda

Stadion:

Estadio Juan

Domingo Perón

Titels: 16

Belangrijkste spelers: Roberto Ayala, Alfio Basile, Ubaldo Fillol, Diego Milito, Diego Simeone.

Ontstaansgeschiedenis: Juridisch net buiten de stad, maar je moet slechts één brug over de rivier Riachuelo (de meest vervuilde ter wereld zeggen Argentijnen) over en je bent er al. Het stadion van Racing ligt letterlijk in de schaduw (in vogelvlucht 400 meter) van dat van Independiente, de derby’s zijn er hot, de buurt is compleet verpauperd. La Academia, zoals de bijnaam van de club luidt, is een van de groten van het Argentijnse voetbal. De wijk is een mierennest van immigranten, de ploeg noemt zich de eerste die door criollos (letterlijk zij die in Zuid-Amerika werden geboren uit Europese ouders, later werd dat verbreed tot autochtonen) werd gesticht. In 1910, het eeuwfeest van de onafhankelijkheid ten opzichte van Spanje, nam Racing de nationale kleuren (blauw en wit) aan.

Opmerkelijk: dé club van het establishment, de erfgenamen (al noemen ze zich ginder allemáál wel peronisten) van Juan Domingo Perón. De onlangs overleden Nestor Kirchner, man van (en achter) president Cristina Fernández, was een fan van Racing. “Ik heb meer geleden door het voetbal dan door de politiek”, liet hij zich ooit ontvallen. Toen Racing vorig seizoen tegen de degradatie moest strijden, beloofde hij vier grote flatscreens als de ploeg zich zou redden. Het gebeurde en Kirchner leverde de toestellen zelf af.

Naam: Club Atlético

Independiente

Wijk: Avellaneda

Stadion: Libertadores de

América

Titels: 16

Belangrijkste spelers:Arsenio Erico, Ricardo Bochini, Daniel Bertoni, Diego Forlán, Sergio Agüero, Jorge Burruchaga,

Nicolás Frutos, Oscar Ustari.

Ontstaansgeschiedenis: De Diablos Rojos van Argentinië. Als Fulham de ploeg is van Harrods (vanwege dezelfde eigenaar), dan is Independiente de ploeg van een gelijkaardig warenhuis, vroeger op de hoek van de Avenida de Mayo en Perú. La ciudad de Londres heette die en je kon er alles kopen wat je nodig had. De jongere werknemers vonden er samen vertier bij een voetbalclub. Een paar jaar eerder was Nottingham Forest (rood en wit) op bezoek in de stad, volgens sommigen werden die kleuren overgenomen. Wellicht komen de kleuren uit een socialistisch protest tegen de lokale hiërarchie.

Opmerkelijk: met zeven keer winst in de Copa Libertadores is Independiente de belangrijkste ploeg in Latijns-Amerika.

Naam:Arsenal Fútbol Club

Wijk: Sarandí, Avellaneda

Stadion: Julio Humberto

Grondona

Titels:

Belangrijkste spelers:

Jorge Burruchaga, Hector Grondona, Dario Espinola

Ontstaansgeschiedenis:

Het ‘speeltje’ van de familie Grondona. Julio Humberto was een van de stichters, zijn broer (tevens costichter) Hector de topschutter aller tijden en Julio Ricardo, de zoon van Julio Humberto, de huidige voorzitter. Voor wie de familie Grondona niet kent: Julio Humberto ís het Argentijnse voetbalestablishment. Hij was bijna twintig jaar voorzitter van Arsenal, werd het daarna even van Indepediente en is sinds 1979 voorzitter van de Argentijnse voetbalbond. De man is tevens vicevoorzitter van de FIFA.

Opmerkelijk: de club werd laat gesticht (in 1957), in een wijk (Avellaneda) die op voetbalvlak al verdeeld was tussen Racing en Independiente. Om niemand voor het hoofd te stoten koos men als clubkleuren voor het rood van de ene en het hemelsblauw van de andere. De naam komt van de Londense club die werd bewonderd om zijn prestaties.

In de rand: clubs uit de voorsteden

Naam:Club Atlético Banfield

Wijk: Banfield

Stadion: Florencio Sola

Titels: 1

Belangrijkste spelers:Renato Civelli, Javier Sanguinetti

Ontstaansgeschiedenis: zoals de naam al doet vermoeden: gesticht door Engelsen uit de wijk op het einde van de negentiende eeuw. De kleuren (oranje-groen) verwijzen naar Ierse (mede)stichters. De eerste spelers waren quasi allemaal Brits. Pas acht jaar later werd de naam verspaanst en sloten ook autochtonen zich aan. Banfield ligt zowat 14 km ten zuiden van de hoofdstad. De bijnaam El Taladro (de boor) die iedere Argentijnse voetballer kent, komt uit een nazikrant, die tijdens WO II na een zege van Banfield bij Indepediente titelde dat de club alle ambities van de ploeg uit Avellaneda “in de grond boorde”.

Opmerkelijk:toen ex-speler Jésus Dátolo (tweevoudig international, nu Español) voor het Italiaanse gaymagazine Romeo Mag poseerde toen hij voor Napels speelde, bestudeerde dat team of er geen sancties tegen de speler mogelijk waren. Hij zou de viriliteit van de Italiaanse liga in twijfel hebben getrokken.

Naam: Club Atlético Lanús

Wijk: Lanús

Stadion: Estadio Ciudad de

Lanús, Néstor Díaz Pérez,

bijgenaamd La Fortaleza

Titels: 1

Belangrijkste spelers:

Angel Manolo Silva, Gerardo Martino, Oscar Ruggeri

Ontstaansgeschiedenis: Net als Banfield uit het zuiden. Bij de onderlinge duels spreekt men stilaan over de Clásico del Sur. Lanús is de geboorteplaats van Diego Maradona, maar voor de plaatselijke club speelde hij nooit. Het was Héctor Cúper die in de jaren negentig Lanús na moeilijke jaren weer op de Argentijnse kaart zette. De club is nu een van de toppers inzake jeugdopleiding.

Opmerkelijk:de club wordt geleid door Luis Zubeldía (29) en die was bij zijn aanstelling de jongste trainer ooit in Argentinië. Zubeldía, ex-speler, was een grote belofte bij de jeugd, ook als international, maar moest op zijn 23e stoppen met een knieletsel.

Naam:

Club Atlético Tigre

Wijk: Victoria

Stadion: José Dellagiovanna

Titels: –

Belangrijkste spelers:

Carlos Luna

Ontstaansgeschiedenis:

Een randgeval, letterlijk, een eindje rijden richting noorden. Na River (uit de wijk Belgrano) gaapt er in die buurt een leegte. Tigre vult die op. Heel populair.

Opmerkelijk: De eerste Argentijnse club die een internationale wedstrijd speelde: in 1913 tegen Central Montevideo uit Uruguay (2-2).

DOOR PETER T’KINT

Vuurspuwende ogen, gezang, gejuich, gevloek. Eentje ontbloot zijn kont en toont die aan de bezoekers.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content