Piet De Bel is één van de vele Ajax Oostendeproducten, maar vorig seizoen verkommerde de 2m08 lange center er op de bank. Dus koos hij voor een avontuur bij Power Wevelgem. Met als resulaat een selectie voor de Belgian Lions.

Daar moest je echter afhaken met een blessure.

Piet De Bel : Ik belandde bij simpele shotoefeningen op de voet van Christophe Beghin met als gevolg een scheur in de ligamenten en enkele weken inactiviteit. Maar ondertussen kan ik weer voluit trainen.

Als je achteraf het hoongelach over die nationale ploeg hoorde, was je dan niet opgelucht dat je geblesseerd uitviel ?

Neen. De nationale ploeg blijft voor mij nog altijd een hele eer. Ik had er graag bij gebleven.

Bij Oostende heeft men nu nood aan een bijkomende grote man, spijt dat je voor Wevelgem koos ?

Dat weet je niet op voorhand, hé. In Oostende liep het al twee jaar wat minder. Het eerste jaar viel nog mee omdat Tomas Van den Spiegel toen geblesseerd was, maar vorig seizoen mocht ik alleen meedoen als het echt niet anders kon. Als ik dan opkwam, had ik schrik om iets verkeerd te doen. Als ik hier iets fout doe, blijf ik gewoon staan. Zo slecht was het nu ook weer niet in Oostende, want je traint er elke dag tegen toppers als Beghin, Praskevicius en Van den Spiegel. Maar trainen alleen is niet genoeg, als jonge gast moet je veel spelen.

Hoe verloopt de samenwerking met coach Rajko Toroman ?

Hij roept veel, maar dat doet hij met iedereen. Het is een Joegoslaaf, hé, dat zijn speciale karakters. Ik heb dat met Djurovic ook al bij Oostende gekend. Ze roepen veel op het veld, maar daarnaast zijn ze niet de grootste communicators. Toroman blijkt naast het terrein een andere mens, hij maakt grapjes en is gemoedelijk. Maar hij zal je nooit moed inspreken.

Wevelgem begon goed met de winst in de Beker van de Koning, nu bengelen jullie onderaan de rangschikking. Heb je daar een verklaring voor ?

De vele blessures. Gregory Harris zal twee maanden uit zijn en Omar Sneed sukkelt al enkele maanden met problemen aan de buikspieren. Hij traint soms wel en soms niet mee. Daardoor oefenen we zelden met dezelfde groep en merk je dat het tijdens de wedstrijden wat stroever loopt. We proberen te vaak de boel individueel te forceren. Ikzelf pluk wel mijn rebounds – de reden waarom Wevelgem mij aantrok – maar op termijn moet ik nog beter kunnen. Een center piekt naar zijn 28ste toe, ik ben nu pas 21, heb dus nog wat tijd. Ik mag nog niet verwachten dat ik alle ballen krijg. Nee, voorlopig ben ik zeer tevreden in Wevelgem.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content