PORTRET VAN EEN KILLER

© BELGAIMAGE

Doelpunten met hopen, een palmares om u tegen te zeggen en een iconisch statuut bij Arsenal. Het volstond allemaal niet om Thierry Henry een job in de Premier League of de Ligue 1 te bezorgen. Zo werd hij een buitenkansje voor Roberto Martínez. Maak kennis met de T3 van de Rode Duivels.

In december 2014 verliet Thierry Henry het toneel van het mondiale voetbal na een profloopbaan van twintig jaar en een fin de carrière bij de New York Red Bulls. In Italië, Spanje, de Verenigde Staten en (vooral) Engeland wordt hij geprezen als artiest. In Frankrijk heeft men een beperkte appreciatie voor het vage restbeeld van een icoon (niet eens een idool), zoals men dat heeft voor een familielid dat lang geleden naar Amerika is geëmigreerd om er fortuin te maken.

Enkele maanden later smulde de Franse pers van het monstercontract (30 miljoen euro) dat de ex-international tekende met de Engelse tv-zender Sky. In zekere zin geldt voor de voetballer die in de buurt van Parijs geboren werd: uit het oog is uit het hart. Hij speelde niet meer in de Franse competitie sinds hij eind 1998 naar Juventus vertrok en zijn fin de carrière bij Les Bleus (2008-2010) was gevuld met incidenten die zijn reputatie schade toebrachten. ‘Als ik erop terugkijk, dan kan ik niet anders zeggen dan dat er altijd een zeker misverstand heerste tussen Titi en het Franse publiek’, zegt Emmanuel Petit, zijn ploegmaat bij Arsenal en de nationale ploeg. ‘We hebben het nochtans wel over een van de beste drie, vier spelers uit de geschiedenis van Frankrijk en een van de beste spitsen van de wereld in zijn topperiode. Hij speelde voor de beste clubs en heeft zowat alles gewonnen, maar daar schijnt niemand zich hier van bewust te zijn.’

VOORGEPROGRAMMEERD

Die koele verhouding met de Franse supporters gaat ver terug en heeft voor een stuk te maken met zijn persoonlijkheid. Sinds hij naar het buitenland vertrok – eerst naar Turijn begin 1999 en een halfjaar later naar Londen – beheerste hij de codes van zijn beroep en toonde hij een groot aanpassingsvermogen. Zijn profiel – eerder glad – trekt sponsors aan. Moeite hoeft hij niet te doen. Voetbal is zijn leven.

‘Hij is altijd al dol geweest op voetbal’, vertelt Mickaël Landreau, zijn ploegmaat bij de nationale jeugdelftallen en bij Les Bleus. ‘Hij brengt al zijn tijd door met voetbal kijken op tv en op het internet. Je kunt hem niks nieuws vertellen over een speler, hij weet alles van iedereen. Het is bijna beangstigend.’ Door zijn bijna maniakale obsessie voor het voetbal bekijkt hij steeds meer wedstrijden. In Londen kijkt hij naar de Franse Ligue 2, wanneer hij in New York verblijft naar Barça via streaming, enzovoort. Tot wanhoop van zijn gezin vaak. Het heeft te maken met zijn opvoeding. Hij kreeg van zijn vader reeds als kind een erg ‘klassieke’ opvoeding (met de broeksriem als het nodig was) opdat hij de beste zou worden.

‘Zodra hij aankwam op het INF Clairefontaine (een opleidingscentrum van de Franse bond, hij was toen dertien, nvdr), was het duidelijk dat hij voorbestemd was voor iets bijzonders. In tegenstelling tot veel anderen ging hij voor niks minder dan het beste en hij werd daarbij niet gehinderd door valse bescheidenheid. Hij leefde echt voor het voetbal. Op zijn zeventiende werd hij prof, nog voor hij twintig was, speelde hij al een halve finale van de Champions League (met Monaco in 1998, nvdr) en enkele maanden nadien werd hij wereldkampioen. Hij leek wel voorgeprogrammeerd, niet alleen als speler, maar ook al om trainer te worden’, beweert een voormalige trainer van de voetbalbond die Henry onder zijn hoede heeft gehad.

TWEE WALLETJES

Dat de beste doelschutter uit de geschiedenis van de Franse nationale ploeg T3 wordt bij de Rode Duivels, omhult zijn parcours eens te meer met een zweempje mysterie. Hij werd bij Arsenal verwacht, zoals ZinédineZidane bij Real. Net als Eric Cantona of David Ginola is hij een echt idool aan de overkant van het Kanaal. De held van Highbury heeft al zijn standbeeld aan het Emirates Stadium. Hij is niet alleen de topschutter aller tijden van de Gunners, hij kwam ook nog eens terug in 2012, tijdens de winterstop van de MLS, voor een korte interim van zes matchen (en twee goals). Nog maar eens een bewijs van zijn toewijding aan de Londense club. ‘Hij is in de wieg gelegd om Arsenal te coachen, alleen weten we nog niet wanneer’, vertelt een jonge Afrikaan van Arsenal. ‘Veel anciens van de club klagen erover dat Arsène Wenger niet veel moet weten van vedetten die hem in de schaduw kunnen stellen. Maar dat geloof ik niet. Daar is de coach te slim voor. De officiële verklaring lijkt me de juiste: Titi kan niet van twee walletjes eten: de U18 trainen zoals hij vorig seizoen deed en tegelijk de club bekritiseren op tv. Dan moet er gekozen worden en Arsène heeft die keuze voor hem gemaakt.’

In juli dit jaar wilde Wenger zijn U18 opnieuw toevertrouwen aan de Franse ex-spits, die tegelijkertijd zijn examen voorbereidde om het UEFA A-trainersdiploma te behalen. Voorwaarde was wel dat hij zijn contract als tv-analist zou opzeggen. Henry weigerde dat. Op Twitter gaf hij mee: ‘Ik respecteer de beslissing van Arsène Wenger en ik wens de jongens, hun coach Kwame Ampadu en iedereen in de club het beste voor het komende seizoen.’

Enkele weken later, bij het begin van het seizoen in de Premier League, kon hij in alle vrijheid het woord nemen op Sky Sports om het over de nederlaag van Arsenal tegen Liverpool (3-4) te hebben: ‘Heel de zomer werd gezegd dat wij (sic) geld hadden en uitgaven zouden doen. Het seizoen is begonnen en we kunnen niet wedijveren met de andere clubs. Wat zit daarachter? Het lijkt alsof spelers niet voor Arsenal willen voetballen. Het lijkt wel moeilijk te zijn om spelers aan te trekken.’ Daarop ging hij iets diplomatischer voort: ‘De fans zijn niet weggegaan toen het 1-4 stond, ze zijn de spelers blijven steunen. Maar hoe je het ook draait of keert: ze zijn wel gefrustreerd door dit seizoensbegin.’ Henry zal nog niet morgen de coach van Arsenal worden, maar hij wil ook niet alle schepen achter zich verbranden.

OPVOLGER VAN ARSÈNE

Hoe dan ook, Wenger mag dan al weggehoond worden door een deel van de Arsenalfans, hij viert deze maand toch maar mooi zijn twintigste verjaardag als manager van de Gunners. De kritiek dat hij niet goed overweg kan met de anciens uit zijn kern, lijkt niet helemaal gegrond. Steve Bould is zijn adjunct, Freddie Ljungberg houdt zich met de jongeren bezig en Tony Adams, die zich ook met de U18 bezighield maar recent een hartoperatie achter de rug heeft, hoopt binnenkort terug te keren naar de club. Het geval van Mikel Arteta is een beetje bizar. Hij was al sinds 2011 bij de club en toen zijn contract in juni laatstleden afliep, gaf hij er de voorkeur aan om toe te treden tot de staf van Pep Guardiola bij Manchester City. Het geval-Patrick Vieira irriteert dan weer bij uitstek de harde kern van supporters. Vieira is een icoon van Arsenal (1995-2005), hij arriveerde nog een maand eerder dan Wenger en was kapitein van The Invincibles: het team dat tussen mei 2003 en oktober 2004 maar liefst 49 matchen ongeslagen bleef in de Premier League. De Fransman wachtte tevergeefs op een voorstel van de Gunners, ging dan de reserven trainen van Manchester City, zijn laatste club, en tekende vervolgens zijn eerste contract als T1 bij de profs bij New York City FC, een filiaal van de club uit Manchester. ‘Maar je kunt dat niet allemaal in de schoenen schuiven van Arsène Wenger. In het voetbal hangt veel af van de omstandigheden. Misschien was het voor Titi en Pat niet het juiste moment, was de timing niet goed. Als je ziet wat Wenger allemaal gedaan heeft voor de opbouw van een modern Arsenal, dan moet je niet aan hem twijfelen’, pleit de Kameroener Lauren EtaméMayer, die er tussen 2000 en 2006 voetbalde.

‘Los van de zaak-Henry en de zaak-Vieira kun je je afvragen of Wenger wel in staat is om de scepter door te geven’, zegt een Franse technicus die in Engeland heeft gewerkt. ‘Misschien wil hij wel sterven in de dug-out? Het is dan ook niet gemakkelijk om een opvolger aan te duiden als hij er eigenlijk geen wil hebben. In Madrid wilde sterke man Florentino Pérez dat Zinédine Zidane de ploeg zou overnemen. Zidane is raadgever van de voorzitter geweest, nadien adjunct van José Mourinho en Carlo Ancelotti en ten slotte trainer van de reserven. Iedereen in Spanje wist dat hij vroeg of laat hoofdcoach zou worden. Dat was de wil van de voorzitter. In Engeland, waar een voorzitter veel minder op het voorplan treedt, ligt dat moeilijker. Mannen als Wenger of Alex Ferguson hebben heel wat in de pap te brokken wat hun opvolger betreft.’

Zidane en Henry, het zijn anders nooit de beste vrienden geweest. Hoewel ze meer dan acht jaar en tientallen wedstrijden samen speelden bij Les Bleus (1997-2006), samen in de selectie zaten van vijf grote toernooien, twee WK-finales speelden en een EK wonnen, konden de ex-speler van Cannes en die van Monaco elkaar amper luchten. Zelfs hun grote talent bracht hen niet dichter bij elkaar. ‘Topvoetballers zijn roofdieren. Kijk naar Alfredo Di Stéfano, Johan Cruijff, Franz Beckenbauer, Michel Platini… Die delen hun macht niet. Zij dirigeren hun ploeg en trekken zich niks aan van democratie. Vaak is het de oudere die niet graag een jongere ziet opkomen. Op een erf kan er maar één haan zijn, zoals men zegt’, vertelt een oud-voetballer uit de jaren negentig, die nu bondscoach is in Afrika. Zijn naam ziet hij liever niet gepubliceerd.

HALFJAAR TURIJN

Sinds hij op zijn zeventiende zijn debuut maakte bij AS Monaco in 1994, werd Thierry Henry bestempeld als een toekomstige topvedette. In tegenstelling tot vele anderen ontgoochelde hij niet, noch in clubverband noch bij de nationale ploeg. Toch blijft er een wat bittere nasmaak in de mond van de Fransen en van anderen… In de jeugdploegen, en dan met name de U20 op het WK van 1997 in Maleisië, speelde hij aan de zijde van zijn maatjes David Trezeguet en Nicolas Anelka. Eigenlijk drie midvoors voor één plaats. Henry speelde op links, Trezeguet centraal en Anelka op rechts. Een nederlaag tegen Brazilië (0-3) bezegelde hun lot. Gérard Houllier zette Anelka op de bank. ‘Trezeguet en Anelka waren allebei kameraden van Henry, maar het werkte niet. We waren jong en we dachten dat we nog echte vrienden konden hebben in het voetbal. Titi was de draaischijf van die bende en hij wist al wat dat was, een ‘carrière’. Hij wist waar hij heen wilde’, herinnert Cédric Mouret zich, die opgeleid werd bij Cannes maar snel zijn heil zocht in het amateurvoetbal.

Die neiging van Henry om iets onvoltooid te laten loopt als een rode draad door zijn carrière, behalve bij Arsenal, waar de fans hem op handen dragen en Wenger hem opnieuw centraal posteert. Op een surrealistisch WK in 1998 – waar hij de Franse topschutter wordt met drie goals, ook al is hij na de 1/8 finale geen titularis meer – durft hij in de kwartfinale tegen Italië een penalty te nemen. Op zijn twintigste en terwijl de anciens zoals Didier Deschamps en Marcel Desailly zich wegsteken! Maar het vervolg verloopt moeizaam. Hoewel hij wereldkampioen is, wordt hij teruggezet naar de beloften. ‘Het beste bewijs dat hij de goeie ingesteldheid heeft en dat hij bescheiden is’, weerlegt Houllier. ‘Het is een echte prof, die zich overal weet aan te passen.’ Niet veel later tekent hij bij Juventus, waar hij maar een half seizoen blijft. Marcelo Lippi, die hem erbij wilde, wordt in februari ontslagen en onder Ancelotti is hij meestal invaller. ‘Als hij langer gebleven was, dan had hij zijn plaats wel veroverd. De coach liet hem als linksbuiten spelen (zijn plaats bij Monaco, nvdr) en buiten een wedstrijd op Lazio, die met 1-3 werd gewonnen, bleef hij onder de verwachtingen. Maar zijn plaats in de groep en zijn talent stonden niet ter discussie’, wist Jocelyn Blanchard, voormalige bianconero, na dat seizoen te vertellen.

GRANDSLAM MET BARCELONA

Buiten de lange voorspoedige periode bij Arsenal weet Henry nooit echt de harten van de fans en de waarnemers te veroveren. In het klassement van de Ballon d’Or – een goede graadmeter – eindigt hij zeven keer op rij (tussen 2000 en 2006) bij de eerste tien, maar de hoogste bekroning krijgt hij nooit. Net zoals Raúl, ook altijd erbij, blijft hij een koning zonder kroon. In 2007, op zijn dertigste, beseft hij dat hij met Arsenal nooit de Champions League zal winnen (hoewel de Gunners het jaar ervoor finalist waren) en tekent hij voor FC Barcelona. Hij blijft er drie jaar.

Zijn prestaties zijn het eerste seizoen maar zozo. De Catalaanse supporters verwachten meer van een Europese vedette. Gelukkig voor hem neemt Pep Guardiola het jaar daarop de ploeg over. Barça completeert meteen een grandslam: titel, beker, Spaanse supercup, Europese supercup, Champions League en de wereldbeker voor clubs. Mooi, daar is hij voor gekomen. ‘Thierry heeft het slim aangepakt. Hij integreerde zich in de groep en leerde snel Spaans’, vertelt de Malinese international Seydou Keita, zijn ploegmaat bij Barcelona. ‘Het eerste jaar bevond het team zich aan het einde van een cyclus en in zijn derde jaar kreeg hij het lastig door de concurrentie met Pedro, maar in dat tweede seizoen was hij fantastisch en speelde hij een belangrijke rol.’

TOPCOACH IN WORDING

Na zijn carrière in Amerika verwachtten al zijn ex-ploegmaats dat hij trainer zou worden, bij Arsenal of toch op z’n minst ergens anders in Engeland. ‘Als je van de Premier League en de grootste Europese clubs geproefd heb, dan is het moeilijk om terug te keren naar Frankrijk om daar te coachen’, merkt Stéphane Guivarch op, zijn oud-ploeggenoot bij Les Bleus.

Het is niet alleen dat Henry in Engeland, Spanje en Italië gevoetbald heeft, het is ook dat er in Frankrijk weinig vraag lijkt te zijn naar oud-internationals als trainer. Slechts acht spelers van Frankrijk ’98 zitten nu op de trainersbank. Didier Deschamps kon al in 2001 aan de slag, maar Laurent Blanc bijvoorbeeld heeft tot zijn 42e moeten wachten voor Bordeaux in hem geïnteresseerd was. Vieira is naar New York vertrokken, terwijl Charbonnier analist geworden is en Alain Boghossian, de beste van zijn lichting, nu werkloos is, na een periode als assistent bij de Franse nationale ploeg (2008-2012). Zidane is coach van Real Madrid en Henry is dus T3 van de Rode Duivels.

‘In Frankrijk leven we al sinds jaar en dag met almachtige voorzitters, plaatselijke notabelen die bekend worden dankzij het voetbal’, zegt een Franse trainer die anoniem wil blijven. ‘Ze delen hun aanzien niet graag met voormalige vedetten van de nationale ploeg. Liever dan een topcoach en dus ook een presterende ploeg kiezen ze voor een matige trainer op wie ze alle grip hebben. Er is veel incompetentie in Frankrijk. Als je de passie van Titi kent en weet van welke grote trainers hij heeft kunnen leren – Tigana, Jacquet, Lippi, Ancelotti, Wenger, Rijkaard, Guardiola – dan is dat pure verspilling. Enfin, het maakt niet uit hoe, maar een grote coach zal hij op een dag zeker worden.’

Dat laatste doet denken aan wat Bixente Lizarazu onlangs nog in L’Equipe vertelde: ‘België is een prestigieuze ploeg met uitstekende spelers. Voor hem is het fantastisch om zijn carrière zo te beginnen, maar hij zal niet voor eeuwig assistent blijven, dat staat vast.’

DOOR RICO RIZZITELLI – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Je kunt hem niks nieuws vertellen over een speler, hij weet alles van iedereen. Het is bijna beangstigend.’ – MICKAËL LANDREAU

‘Als je de passie van Henry kent en weet van welke grote trainers hij heeft kunnen leren, dan is het pure verspilling dat hij nog geen T1 is.’ – ANONIEME FRANSE TRAINER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content