Matz Sels – SOBERE IJSBEER

26.02.1992

GEBOREN IN Lint

Doelman

RUGNUMMER 1

CONTRACT TOT 2019

1m90 * 84 kg

De man met een ambitieus plan, een goedlachse perfectionist, die niks aan het toeval wil overlaten. Beschikt over de kunst om vaak de juiste keuzes te maken. Aan de zijde van een ex-topzwemster (al vijf jaar) blijkt Matz Sels vooral een nuchtere oud-student aan de topsportschool in Wilrijk die streeft naar veel gemoedelijkheid als hij thuis komt. Vader Luc speelde in de spits bij onder meer Katelijne, Heist en Kontich, waar hij later ook werd ingeschakeld als assistent-trainer. Van jongs af aan werd zijn zoon dus geconfronteerd met de populaire balsport. Tot op vandaag blijft zijn papa het eerste klankbord bij de nabespreking van een wedstrijd. Vader, moeder plus nog een oom en tante volgen bijna alle duels. De strenge evaluaties worden door de goalie goed gerelativeerd. Broer Jorn is ook een voetbalfan, vooral van Barcelona. Terwijl de oudste zijn tijd soms vult met het spelen van FIFA op de spelconsole heeft Matz geen interesse in Playstation. Liever trekt hij nog eens naar kinesist David Bombeke om daar extra lenigheids- en sprongkrachtoefeningen te doen. Of is hij bezig met zijn studie voor vastgoedmakelaar.

Dat hij prof wilde worden, stond in de sterren geschreven. Sels keek uren naar tv-beelden van Iker Casillas. Soberheid in combinatie met koelbloedigheid en onverstoorbaarheid, het is ook een eigenschap die Sels zich eigen maakte. Zijn jeugdmakkers Jason Adesanya, Tom Pietermaat en Mathias Nijs slaagden er niet in zich te handhaven op het hoogste niveau, maar blijven net als Glenn Claes (YR KV Mechelen)wel de eersten die een telefoontje krijgen van hun boezemvriend om na een wedstrijd nog iets te komen drinken bij hem thuis, of in de zomer om lekker te chillen bij een BBQ. Een huisman is hij wel degelijk, volgens zijn vriendin Jolien is Sels zelfs een kampioen in het stofzuigen. Zijn ideale ontspanning om aan alle drukte te ontsnappen? Even naar de kust rijden om daar te gaan uitwaaien en wandelen.

Sels is geen twijfelaar, maar iemand die bij de teambuildingactiviteiten meestal bij de winnaars hoort. In kleine groep komt hij zelfverzekerd en koel over, maar Sels zal nooit het hoogste woord voeren. Hij probeert zich altijd bescheiden op te stellen. Zich amuseren en gelukkig zijn, dat telt. Realiseerde zijn jongensdroom met de trofee voor beste doelman, plaatste het beeldje op de tv-kast als motivatiebron voor eventuele moeilijke momenten.

Lasse Nielsen – DROGE SNOEK

08.01.1988

GEBOREN IN Aalborg (Denemarken)

Verdediger

RUGNUMMER 23

CONTRACT TOT 2018

1m85 * 78 kg

De op duelkracht terende Deen Lasse Nielsen houdt zich het liefst low profile, zo onopvallend mogelijk op de achtergrond. Schijnwerperschuw is deze no-nonsensemandekker van Aalborg, waar de tweevoudige international nog anoniem over de straat kan rondlopen. Koestert zijn privéleven en zijn relatie met vriendin Nicole, met wie hij graag naar de bioscoop trekt om de meest recente kaskrakers te bekijken.

Nielsen is niet alleen nuchter en koel, maar vooral bijzonder veeleisend voor zichzelf. Hij streeft immers constant naar onmiddellijk rendement, toont zich altijd plichtsbewust en wil to the point worden benaderd. Verliet al op zijn achttiende het ouderlijke nest. Hij heeft geen onmiddellijke nood aan de adviezen van psychologe Eva Maenhout, want Nielsen is het voorbeeld van de voetbalprof die voortdurend aan introspectie doet. Hij wordt ook vaak geprezen voor zijn mentale sterkte. Als de verdediger problemen kent, probeert hij die eerst zelf op te lossen.

De Scandinaviër benadert de euforische momenten met een oprechte glimlach en is van nature uit een optimist. Bij de familie Nielsen haalt realisme de bovenhand. Zo was er ook geen directe familie aanwezig bij de titelviering van de Buffalo’s in mei, zijn ouders en oudere zus moesten immers werken. Heeft niet echt hobby’s, luistert wel graag naar hiphop en r&b, maar zonder specifieke voorkeur voor bepaalde artiesten.

De Deense rechtsvoetige verdediger huurt – na twee maanden verblijf in een hotel – een herenhuis in de buurt van het stadscentrum, want hij houdt van het historische kader van Gent. Sterk bezig met voeding: bij het boodschappen doen bekijkt hij heel nauwgezet de waarden van de aangekochte producten. In huis mag er wel geen zakje M&M’s rondslingeren, want aan de chocoladebolletjes kan hij moeilijk weerstaan. Nielsen is een persoon die spreekt zoals hij voetbalt: nooit echt spectaculair, maar altijd denkend aan efficiëntie en met veel overtuiging. Houdt van rust, vastigheid en blijft onder de meeste omstandigheden heel kalm.

In de kleedkamer appreciëren ze vooral zijn droge humor, die je wel moet begrijpen. Wou als enige Wolfsburg als tegenstander. Kan heel grappig uit de hoek komen met gevatte opmerkingen. Intelligente persoon, die na zijn loopbaan overweegt om zijn kans te gaan in de economische of financiële wereld.

Rafinha – GEDULDIGE FENIKS

29.06.1982

GEBOREN IN Campinas (Brazilië)

Verdediger

RUGNUMMER 4

CONTRACT TOT 2016

1m83 * 81 kg

De nestor van de Gentse spelersgroep. In juni wordt hij 34 en gaat hij wellicht terug naar Finland, zijn tweede vaderland, het land waar hij de liefde en sportieve roem vond. ‘Wellicht’ want Rafinha is een oude kater met vele levens. Twee jaar geleden stond hij al eens dicht bij de Gentse uitgang, maar uiteindelijk bleef hij toch. En zie, aan zijn palmares, dat al twee Finse titels en één beker telde, voegde hij onverwacht nog een extra blaadje toe. Vorige zomer bleef hij ook, al hing het opnieuw aan een zijden draadje. De kinderen werden schoolrijp, Finland riep. Het kostte thuis wat overredingskracht voor hij mocht bijtekenen én een verhuizing naar Waterloo, waar de kinderen op de Scandinavische school terechtkonden. En opnieuw verbaasde hij, nog een Rafinha (verkleinwoordje voor Rafael) in de Champions League, het leven zit vol onverwachte wendingen.

Zijn leven zeker. Zijn moeder komt uit het zuiden van Brazilië, niet zo ver van de grens met Uruguay en verhuisde naar Campinas, op zo’n honderd kilometer van São Paulo, om er te werken en te trouwen. En om een paar jaar later te scheiden, niet in de allerbeste verstandhouding bovendien, wat de relatie met zijn vader, die naar een andere stad verhuisde, bemoeilijkte. Ze zou nadien nog eens hertrouwen, nog een zoon baren, en een tweede keer scheiden.

Opgroeien deed hij zoals de klassieke Braziliaan:’s morgens naar school, na de middag voetballen. Ma vond werk aan de universiteit, waar hij zelf ook een semester studeerde. Handel. Zijn droom is ooit nog die opleiding af te maken. Ze waren thuis niet rijk, maar hij nam wel snel zijn eigen verantwoordelijkheden. Rond zijn zestiende begon hij te werken. Eerst in een bedrijfje dat afhing van de universiteit waar ook zijn ma werkte. Daarna, tot zijn 22e, in de ziekenhuisapotheek. Administratie, aankoop en verdeling van geneesmiddelen.’s Avonds studeerde hij, in het weekend ging hij als amateur voetballen, op een gegeven moment in drie ploegjes tegelijk.

Het geluk zit in toeval. Toeval dat een Finse scout hem eens bezig zag. Of hij niet in Europa aan de slag wilde? Samen met een vriend nam hij de uitdaging aan. Ze gingen voetballen in Oulo, in het noorden van Finland, waar hij werd ondergedompeld in de saunacultuur, de donkere wat gesloten Finse humor leerde appreciëren en veel vrienden maakte. De rest is geschiedenis. Van tweedeklasser Oulo naar Tampere, van Tampere naar Helsinki en van Helsinki naar Gent.

Stefan Mitrovic – VURIGE HERDERSHOND

22.05.1990

GEBOREN IN Belgrado (Servië)

Verdediger

RUGNUMMER 13

CONTRACT TOT 2016

1m89 * 83 kg

Stefan Mitrovic is een Delije, een vurige fan van Rode Ster Belgrado. Hij groeide op in een tijd dat die club Europacup I én de wereldbeker won. Zijn voetbalpassie ontkiemde toen zijn vader hem op zijn zesde meenam naar het Red Starstadion voor de Europese wedstrijd tegen Barcelona. Sindsdien droomt hij ervan om daar ooit op het veld te kunnen staan en de fans van de Noordtribune gelukkig te maken. Zijn gedrevenheid om het tot profvoetballer te schoppen werd nog groter toen hij op zijn achttiende zijn moeder aan een slepende ziekte verloor en door de werkloosheid van zijn vader en broer in het door de oorlog economisch noodlijdende Servië een belangrijke kostwinner werd.

Het parcours dat hij sindsdien aflegde, is in meer dan één opzicht opvallend. Zo voetbalde hij, voor hij naar Gent kwam, in zeven verschillende clubs in zeven verschillende landen. In het seizoen 2012/13 toont hij zich bij KV Kortrijk een man van extremen. Bij zijn eerste basisplaats scoort hij, waarna hij een spurt inzet naar de kant van de tribune waar zijn vrouw Kristina zit om samen met haar te vieren. Maar kort daarna wordt hij uitgesloten. Hij blijkt een vrij snelle en sterke centrale verdediger te zijn, maar zijn impulsiviteit speelt hem parten. Zo gaat hij in de halve finale van de beker twee keer in de fout met evenveel tegendoelpunten tot gevolg.

De verrassende overstap naar toenmalig Europa Leaguewinnaar Benfica (voor 1,2 miljoen euro) blijkt dan ook snel te groot te zijn. Bij Valladolid en bij Freiburg slaagt hij er wel in zich in de ploeg te knokken. Hij komt er onder onder meer Messi, Ronaldo, Neymar, Benzema en Lewandowski tegen. En hij wint er van Barcelona en van Bayern München, en speelt gelijk tegen Real Madrid. Maar het is niet met zijn voeten dat hij het wereldnieuws haalt: dat gebeurt wel wanneer hij tijdens de EK-kwalificatiewedstrijd Servië-Albanië de vlag van Groot-Albanië van een drone trekt, waarna er op het veld een knokpartij ontstaat en de wedstrijd gestaakt wordt.

De Mitrovic die we dit seizoen bij AA Gent zien, is iets rustiger in vergelijking met die van bij KV Kortrijk: even gedreven en even onvervaard, maar wat meer controle over zijn emoties. Hij is overigens nog altijd tattoovrij. Dat kan alleen veranderen zodra hij vader is geworden, vertelde hij ons onlangs. Hoe graag hij zijn rottweiler Lothar ook ziet.

Nana Asare – BEDEESDE PANTER

11.07.1986

GEBOREN IN Kumasi (Ghana)

Verdediger

RUGNUMMER 21

CONTRACT TOT 2019

1m74 * 66 kg

Een tafelspringer zal de 29-jarige Ghanese Belg nooit worden, daarvoor is hij te bedeesd. Liever verstopt hij zich zwijgend achter zijn glimlach, die hij gebruikt als pantser voor de mensen die hij niet goed kent. Binnendringen in zijn persoonlijke levenssfeer is niet zo eenvoudig, want die beschermt Nana Asare net als zijn dichte familie (zijn vrouw en drie kinderen) heel goed. Op het veld toont de oud-speler van R Antwerp FC, YR KV Mechelen en FC Utrecht zich een profvoetballer zonder rem of vrees, daarbuiten blijkt hij veelal een nederige man die zich terugtrekt in zijn eigen wereld, waarin geloof en de bijbel een primordiale rol hebben. Hij heeft rust om zich heen nodig. Eten, bidden, internetten, op Playstation spelen of bellen met familieleden in Afrika, het biedt allemaal soelaas tegenover het veel te drukke en jachtige leven in Europa.

Maar pas helemaal openbloeien doet deze nederige linksvoetige verdediger wanneer het over de Grace World Foundation gaat, een organisatie die viermaal per jaar naar Ghana trekt en daar geld doneert aan de minder bedeelden, de gehandicapten, wezen en dakloze straatkinderen. Het achterliggende idee is om eigen scholen te bouwen en hun boodschap te verspreiden over geheel Afrika en ver daarbuiten. Echt veel ruchtbaarheid willen en krijgen deze wereldverbeteraars niet, toch slagen ze erin veel dromen te realiseren en mensen nieuwe kansen te geven. Want Asare, die de Foundation financieel steunt, denkt daarbij constant aan het hoogst denkbare doel van de mens: kostbare levens redden.

Inspiratie haalt Asare bij zijn grote voorbeeld Michael Essien én uit zijn favoriete film ‘Coach Carter’, waarin de bekende Amerikaanse acteur Samuel L. Jackson een basketbaltrainer speelt die het uiterste van zijn spelers en hun entourage eist.

Asare zelf groeide in Kumasi, de op een na grootste stad in Ghana, in relatieve welvaart, samen met zijn oudere broer en zus. Zijn ouders hebben een goed draaiende handel in kleding en andere spullen. Als kind verkocht Nana suiker op straat, als amper elfjarige hielp hij mee in de supermarkt van een kennis. Twee jaar later werd hij, samen met zeventien andere kinderen op een totaal van achthonderd, ontdekt door voetbalscouts en kreeg hij een kans in de voetbalschool Fetteh Football Academy Feyenoord. Op dat internaat volgde hij gratis onderwijs, maar veranderde ook zijn karakter: de jongen werd man, die teerde op vechtlust, plichtsbewustzijn en een ijzeren discipline.

Thomas Foket – GULLE RENKOEKOEK

25.09.1994

GEBOREN IN Brussel

Verdediger

RUGNUMMER 32

CONTRACT TOT 2018

1m79 * 75 kg

Het is dat assistent-bondscoach Vitalbrommerke Borkelmans al met het epitheton ornans ging lopen, anders hadden we het aan (de rechtsvoetige) Thomas Foket kunnen geven. Bijna letterlijk, want in zijn eerste contract met AA Gent stond opgenomen dat de club de student een… brommer moest geven voor de verplaatsingen van en naar zijn kot in de stad. Uiteindelijk hoefde het niet want Foket verkoos de fiets, een vervoermiddel waarmee de één jaar oudere Hannes Van der Bruggen, ook een tijdje voetballer-student, toen ook naar training durfde komen.

Foket, lang geleden introvert, is een ket uit de Brusselse rand, aan wie je geen speelgoedgeweertje moet geven of hij gaat er als een volleerd schutter mee zwaaien. Geen pint of hij drinkt ze leeg. Geen tien meter of hij loopt die vol (100 keer desnoods, begiftigd als hij is met een VO2 max om u tegen te zeggen) en geen bal of hij schiet die wel hoog in de winkelhaak. Zijn doelpunt tegen Valencia ging de wereld rond en leverde hem veel lof op.

Gulle jongen, in alles. Een intelligente student rechten, die ooit met volle teugen genoot van het kotleven maar inmiddels is gelouterd en weer netjes van thuis uit vertrekt. Het scheelt in ecologische voetafdruk, maar ook in ernst. Nooit te beroerd voor een grap. Heeft u hem zien lachen toen Benito Raman de Brugse fans schoffeerde? Inmiddels weet hij wel al beter wanneer iets kan of niet. Zo was hij ooit getuige van de mislukte duik van de eeuw, maar hij wist een luide lach nog net te beheersen. Net.

Er zijn wel wat parallellen met zijn Brugse voornaamgenoot Meunier. Gent haalde Foket in Dilbeek weg om zijn offensieve impulsen en talenten (en ook wel omdat voor Anderlecht de combinatie universiteit-topsport moeilijk was), maar Trond Sollied geloofde meer in zijn capaciteiten als rechtsachter. Net als Meunier was Foket, wiens vader indertijd een goeie box-to-box was, daar zelf niet zo van overtuigd. Zijn entourage evenmin. Die was in alle staten en blij dat Gent hem in 2013 uitleende aan Oostende. Daar zou hij hun ongelijk bewijzen.

Niet dus, hij wist er niet één keer te scoren. Dus bleef hij een (offensieve) verdediger, aan wie tactisch wel wat werk is. Geen eenvoudige taak, want dat weet Hein inmiddels ook: hoe hoger het opleidingsniveau van een voetballer, hoe lastiger om hen duidelijk te maken wat je wilt. Of zouden ze dat opzettelijk doen?

Sven Kums – KRACHTIGE MIER

26.02.1988

GEBOREN IN Asse

Middenvelder

RUGNUMMER 14

CONTRACT TOT 2018

1m75 * 70 kg

Het is nu amper voor te stellen, maar toen Sven Kums bij de jeugd van Anderlecht speelde, had hij lange, lichtblonde lokken en stond hij bekend als ‘die kapitein met zijn lang haar’. Een kapsel dat hij lang behield, onder lichte dwang van moeder Lydia, die vond dat zijn kracht, zoals bij de mythische figuur Samson, in zijn haar zat. Het bleek een misvatting. Kums’ kracht zat/zit in zijn voeten, en allicht nog het meest in zijn hoofd. ‘De mentaliteit van de allergrootsten, genre Steven Gerrard‘, aldus Hein Vanhaezebrouck.

Een instelling die Kums al van jongs af had: nooit uitgaan of alcohol drinken, met vader Ludo tot en met zijn periode bij KV Kortrijk op zondagmiddag zijn (trap)techniek bijvijlen, bij KVK op aanraden van Hein VH een sportdokter opzoeken en drie jaar lang een krachtprogramma volgen. Driemaal per week, sessies van twee uur, zo intensief dat de Dilbekenaar soms half flauwviel als hij niet genoeg gegeten had. Op die manier beitelde de pinkbrede middenvelder, ook toen hij in 2011 naar Heerenveen verkaste, langzaam aan een stevig(er) lichaam.

Door gewichten te heffen, maar ook door een proteïnedieet, cruciaal voor de spieropbouw, te volgen: ontbijt met eieren en kippenwit, na de training een eiwitshake, als lunch weer vlees en kip, een vieruurtje met parmaham en ’s avonds opnieuw een warme maaltijd. Ook nu, bij AA Gent, let Kums nauwgezet op zijn voeding. Na een bloedtest vorig seizoen gaf de clubdiëtiste alle spelers de raad wat ze in aanloop naar een match wel of niet op het menu mochten zetten. Wegens beter of slechter voor hun spijsvertering en energielevering. Sindsdien eet Kums voor elke wedstrijd vis, spinazie, linzen en zoete (oranje) aardappelen. Frieten? Heel zelden. Toen hij en zijn vrouw Caroline enkele weken geleden niets in huis hadden, reden ze naar de frituur, maar daar was het schuldgevoel zo groot dat ze rechtsomkeer maakten. En dan maar vroeg in bed kropen…

Ook dat is meer regel dan uitzondering. De avond van de Gouden Schoen zat Kums na de tv-uitzending en de huldiging bij zijn jeugdclub VC Dilbeek pas om drie uur in bed – vier, vijf uur later dan in zijn dagelijkse routine. Zelfs de timing van de feesten bij de familie Kums wordt aangepast: start om 18 uur, afgelopen tegen 22 uur, zodat Sven tijdig onder de wol kan kruipen. En de volgende dag steevast drie kwartier vóór het tijdstip waarop de spelers aanwezig moeten zijn, op het oefencomplex van AA Gent al spierversterkende oefeningen kan doen…

Renato Neto – ZACHTAARDIGE MUIS

27.09.1991

GEBOREN IN Camacan (Brazilië)

Middenvelder

RUGNUMMER 10

CONTRACT TOT 2017

1m86 * 83 kg

Renato Cardoso Porto Neto: Doctor Jekyll en Mister Hyde van de Ghelamco Arena. Brok graniet en stoere krijger op het middenveld, eenmaal de lichten gedoofd zo snel mogelijk naar de rust en stilte van Ruddervoorde, een slaapdorpje in de rand van Brugge. Trotse en zachte vader van Louise. Drie jaar al, maar nog altijd zijn baby. Gek op kinderen, zoals ze hem ook bij Cercle Brugge herinneren. Amper achttien jaar en een passant bij de Vereniging, maar na de training toch geregeld tijd vrijmaken om met de U9 te dollen.

Van Brazilië naar Brugge, een beslissende stap naar volwassenheid. Gegroeid als voetballer, als mens en als… kok. Ploegmaats wisten het: omelet met tomaten om vingers en duimen bij af te likken. Hij leerde er Tina kennen, die een eigen carrière opgaf en hem naar Lissabon volgde. Later naar Hongarije, in 2013 naar Gent. Eindelijk herenigd met Bob Peeters, onder wie hij in Brugge was opengebloeid, en de familie van Tina, met wie hij een goede relatie had. Voetballen bij Sporting Club de Portugal was de grote tienerdroom, maar er is meer in het leven dan voetbal.

Goede start, maar onder Víctor Fernández uitgefloten door het (toen nog) kritische Gentse publiek. Zware woorden in de media, dat ook: ‘Renato Neto, de grootste ontgoocheling van het seizoen. Onherkenbaar. De man die de motor had moeten zijn, kreeg tegen Cercle zelfs krampen.’

Hij vond troost bij Tina, bij Louise en bij zijn ouders in Brazilië, met wie hij bijna elke dag skypete. Maar: gewend om tegenslagen te verwerken. Op zijn twaalfde thuis vertrokken, door vijf staten met de bus, op zoek naar het grote voetbalgeluk in Santa Catarina. Elf maanden van huis, voor amper 70 euro per week, soms moest mama – een huisvrouw – wat reais opsturen.

Dankbaar. Het staat op de linkerarm getatoeëerd: I love my family. Nog meer tattoos. Zijn naam op de buik, Louise op de arm. Op de pols Mickey Mouse, op Tina’s pols Minnie Mouse. Wanneer de twee elkaar raken, lijkt het alsof de twee bekende stripmuizen kussen. En, sinds kort, Mickey Mouse met een voetbal en daaronder de datum waarop hij met AA Gent geschiedenis schreef: 21 mei 2015.

In de woonkamer weerklinkt de pagode baiano, de populairste stijl van de samba in zijn geboortestreek. Funk, hiphop van Lil Wayne, R&B of Bob Marley, oervader van de donkere muziek. Een stukje Zuid-Amerika in Ruddervoorde, rustpunt in de hectiek van het voetbalbestaan.

Brecht Dejaegere – HANDZAME KWIKSTAART

29.05.1991

GEBOREN IN Handzame

Middenvelder

RUGNUMMER 19

CONTRACT TOT 2018

1m73 * 70 kg

Brecht Dejaegere is een plattelander. Hij groeide op in een West-Vlaamse varkensfokkerij, weet hoe buitenlucht ruikt en hoe je een zwienestal kuist. Van thuis kreeg hij ook de passie voor voetbal mee: de boerderij kijkt uit op het stadion van Sterk Vlug Dapper Handzame, vader was Clubabonnee en legde naast het erf een voetbalveldje aan voor zijn drie zonen. Als duiveltje verhuist Brechtje al naar Club Brugge. Hij is een talentrijk keepertje dat graag meevoetbalt én dribbelt voor zijn doelmond.

Maar hij is laat rijp, blijft lang klein en frêle en bij de U16 is er bij de club van zijn hart geen plaats meer voor hem. Zelfs in Roeselare willen ze hem niet. Hij wil stoppen, maar op aandringen van zijn pa test hij als veldspeler bij de toenmalige tweedeklasser KV Kortrijk. Daar treffen ze gelukkig een trainer die klaar ziet, want anders was Brecht met een gebroken hart in het provinciale voetbal verzeild geraakt, vrezen de Dejaegeres. Hij ontwikkelt er zich tot een middenvelder met veel grinta, werkt als bachelorstudent LO nog extra aan zijn lichaam en volgt een eiwitdieet.

Een contractje van KVK krijgt hij pas wanneer er één prof te weinig blijkt te zijn om aan de licentievoorwaarden te voldoen. Maar een goed jaar later (en al bijna 21 geworden) is zijn gloriemoment eindelijk gekomen: bij een invalbeurt scoort hij, waarna hij aan de omheining zijn vriendin gaat kussen. Met een aflopend contract legt hij een aanbod van onder meer Club Brugge naast zich neer en kiest hij voor de grotere speelkansen en doorgroeimogelijkheden in Kortrijk. Dat leidt twee seizoenen later tot een transfer naar AA Gent, ter waarde van meer dan een miljoen euro.

Maar het is pas wanneer Hein Vanhaezebrouck een jaar later dezelfde overgang maakt dat hij er doorgroeit. Dejaegere mag dan overlopen van liefde voor voetbal, werkkracht en winnaarsmentaliteit, hij blijkt allesbehalve over te lopen van zelfvertrouwen. Hij bekent voor de wedstrijd zelfs soms te moeten overgeven van de stress. Ook omdat hij zijn ouders, die veel voor hem deden en met hoge verwachtingen toekijken, niet wil ontgoochelen. Onder coaching van psychologe Eva Maenhout slaagt hij erin de druk te verminderen en zich meer te ontspannen. Hij woont alleen intussen, is meer zichzelf geworden en viert meer het leven. Zijn acties maakt de vliegende keeper van weleer nu met steeds meer succes in het andere strafschopgebied.

Danijel Milicevic – VAARDIGE SLECHTVALK

05.01.1985

GEBOREN IN Bellinzona (Zwitserland)

Middenvelder

RUGNUMMER 77

CONTRACT TOT 2019

1m71 * 63 kg

Danijel Milicevic is een stilist. Met open geest streeft hij naar perfectie, verbondenheid en harmonie. Alles wil hij piekfijn in orde zien. Kleding, kapsel, schoenen et cetera, maar ook menselijke relaties. Hij woont in het centrum van Gent en rijdt er zowel met de fiets rond als met de wagen – met die van de club of met zijn eigen Maserati. En hij gaat er geregeld op café en op restaurant, al dan niet met een vriend of een vriendin.

‘Mili’ groeide op in het Italiaanse deel van Zwitserland, in een dal voorbij de Gotthardtunnel, met aan weerszijden bergen tot drieduizend meter hoog. Zijn ouders zijn Bosnische Serviërs, die na hun huwelijk om economische redenen naar Ticino verhuisden. Vader is er zelfstandig automecanicien, stichtte er een voetbalclub voor de Servische gemeenschap en nam zijn zoon ook vaak mee naar AC Milan. Andrij Sjevtsjenko was een van de idolen van de jonge Danijel, die daarom in België met het rugnummer 7 wou spelen. Waar 7 niet vrij was, koos hij voor 77 – twee keer 7.

Zijn hang naar schoonheid zit ook in zijn spel: zijn handelsmerk is zijn feeling voor timing en techniek, zijn vernuft en zijn vaardigheid. Hij werd Zwitsers belofte-international, in een ploeg met onder meer Ivan Rakitic, maar kreeg in zijn land vaak het verwijt dat hij te licht en te fragiel was. In België werkte hij zich vanuit de tweede klasse op tot een sleutelspeler van de landskampioen. Milicevic combineert Servische passie met Zwitserse zakelijkheid en Italiaanse stijl.

Ook zijn voetbaluitrusting getuigt van oog voor detail: hij bezit scheenbeschermers met de namen van zijn ouders en zijn zus op – en met ‘DM 77’ genaamtekende schoenen. De eerste tattoo die hij liet zetten, was: ‘Love’, gevolgd door de eerste letters van de voornaam van zijn vader, zijn moeder en zijn zus. Zijn band met familie en vrienden is heel hecht. Zelfs in de Champions Leauguewedstrijd in Lyon, waar Gentsupporters niet toegelaten werden, waren zijn naasten met een delegatie van tien aanwezig. Zijn beste ‘vriend’ is zijn acht jaar oudere zus. Als ze in België op bezoek komt, maakt ze voor hem weleens zijn favoriete tiramisu klaar. JulianaMilicevic woont in Toscane en is… styliste.

Thomas Matton – NUTTIGE KARIBOE

24.10.1995

GEBOREN IN Gent

Middenvelder

RUGNUMMER 8

CONTRACT TOT 2017

1m79 * 72 kg

Thomas Matton komt uit de Vlaamse Ardennen en is ook een uitstekende fietser. Als voetballer combineert hij met een maximale zuurstofopnamecapaciteit van boven de zeventig een groot duurvermogen met een goeie intervalsnelheid. Maar het is vooral met zijn inzicht en zijn techniek dat hij de aandacht trekt. Bij Club Brugge mocht hij als frêle belofte van Trond Sollied, Jan Ceulemans en Emilio Ferrera weleens meetrainen met de A-kern.

Maar om echt prof te worden moest hij naar de toenmalige tweedeklasser OH Leuven verhuizen. Onder de leiding van Rudi Cossey, tegenwoordig assistent-coach bij AA Gent nota bene, maakte hij er meteen indruk met onder meer twaalf competitiegoals. Waarna hij voor de eersteklasser Zulte Waregem tekent. Vier jaar later trekt hij naar KV Kortrijk en vorige zomer vertrok hij er transfervrij naar landskampioen AA Gent. Daar bleek hij intussen al bijzonder nuttig en maakte hij tegen Zenit Sint-Petersburg de honderdste goal van een Belgische club in de Champions League.

Hein Vanhaezebrouck, die zowel in Kortrijk als in Gent op zijn komst aandrong, noemde hem al een van de beste spelers in België. Maar de vele blessures remden de carrière van de offensieve middenvelder af. Dat hij nog altijd voetbalt, na het vele gedwongen stoppen en opnieuw beginnen, getuigt van volharding. Matton is dan ook zeer down-to-earth. Hij weet wat hij wil. Zo richtte hij in het tuinhuis van zijn ouders een fitnessruimte in. En in 2014 hervatte hij de universitaire studie lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen die hij destijds als belofte van Club – tegen de zin van zijn ouders – al na twee maanden stopzette om alles op het voetbal te kunnen zetten.

Na zijn spelerscarrière wil hij conditietrainer worden. Zijn vier jaar oudere zus is psychologe met een eigen praktijk, zijn vader is ingenieur, zijn moeder werkt op de politierechtbank in Oudenaarde en zijn vriendin geeft les aan de Hogeschool Gent. Niet als enige in de familie is Thomas kleurenblind. Als kind schreef zijn mama de namen van de kleuren op zijn kleurpotloden. Het liefst speelt hij tegen een tegenstander die witte shirts draagt. Zoals Real Madrid bijvoorbeeld. Zinédine Zidane, de huidige Realcoach, is trouwens een van zijn jeugdidolen. Misschien komt hij hem nog tegen.

Kenny Saief – IJDELE AREND

17.12.1993

GEBOREN IN Panama City, Florida (Verenigde Staten)

Aanvaller

RUGNUMMER 15

CONTRACT TOT 2017

1m75 * 76 kg

Een buitenbeentje vormt de Israëlische belofte-international, want Kenny Saief werd geboren in Amerika omdat zijn ouders er uitzendkrachten waren met een tijdelijk buitenlands visum. Op zijn derde keerden ze echter terug naar het strand en de kust. Zijn papa, een ingenieur in de staal- en metaalindustrie, richtte in Isfiya een eigen zaak op. Een succesverhaal, met vijftig werknemers, tot het moment dat vader Farag ongeveer zeven jaar geleden in een bad met chemicaliën viel. De bloeiende onderneming werd gestopt, een leven in de rolstoel werd zijn lot. Constant moest Farag een zuurstoffles in de buurt hebben, met zijn echtgenote en de broers Din (20) en Sefi (15) in de buurt.

Kenny kreeg een nieuwe taak: kostwinner worden en in het buitenland de droom van zijn beste vriend realiseren: schitteren in het voetbal. Zijn papa maakte als belangrijkste persoon in zijn leven het kampioenschap, noch de goede prestaties in de CL mee, want hij overleed op amper 55-jarige leeftijd in februari 2015. Een wonde die niet meer kan helen, maar de geschreven boodschap op papier die zijn vader hem meegaf, liet Saief op zijn linkerarm aanbrengen via een tattoo. Ook drukte hij zijn zoon op het hart om voor Israël te kiezen als nationale ploeg (en niet de VS), om zo een voorbeeldfunctie te vervullen voor de jeugd in zijn land.

Saief, die zich graag plagerig ’the boss’ laat noemen, blijkt een gevoelig type. Iemand die veel structuur nodig heeft. Via Whatsapp en Skype is de vaak verstrooide Israëli, die wel houdt van wat showgehalte, dagelijks in contact met het thuisfront. In Gent werd hij opgevangen door ‘gids’ Rami Gershon. Zijn Belgische vriendin helpt hem zijn ontgoochelingen te verbijten, want de linkerflankspeler moet mentaal harder worden en vooral meer positivisme tonen.

Elke week trekt de stijlvolle Saief naar kapper Hervé, staat ’s ochtends minstens een uur voor de spiegel, waarvan de helft van de tijd wordt besteed aan het haar. Een jood is hij niet. Saief behoort tot de druzen, een kleine en mysterieuze religieuze gemeenschap. Strikte regels, oprechtheid en een goede gezondheidszorg primeren. Hij moet nog anderhalf jaar van zijn verplichte legerdienst vervullen. Saief leerde er incasseren in extreme omstandigheden en kreeg er één dwingende opdracht mee: nooit opgeven. Zijn rugnummer werd ook niet zomaar lukraak gekozen. Als er maar een vijf in zit, een verwijzing naar de vijfkleurige druzenvlag.

Moses Simon – GUITIGE EEKHOORN

12.07.1995

GEBOREN IN Jos (Nigeria)

Aanvaller

RUGNUMMER 27

CONTRACT TOT 2019

1m68 * 67 kg

Moses Simon, zonnetje in de al warme Gentse kleedkamer, waar spelers elkaar nog succes gunnen. Een groep zonder ego’s, gedroomde habitat voor de schuchtere Nigeriaan. Brede glimlach en hagelwitte tanden, elke dag weer, ook toen hij na de voorbereiding worstelde met de naweeën van een WK met de Nigeriaanse U20, met ziektes en blessures, en zelfs even naar de Gentse beloften werd gestuurd. Een wake-upcall, gevolgd door vaak indringende gesprekken met de leden van de technisch staf.

Het stak dat hij zijn ‘oude’ niveau niet haalde. Zes maanden lang een wervelwind op de flank. Speels, onbevangen en overtuigd van zichzelf liet hij Thomas Meunier en Anthony Vanden Borre alle hoeken van het veld zien. In geen tijd werd hij de nieuwe chouchou van de Ghelamco Arena. Zes goals en vier assists in amper negen competitiewedstrijden.

En: hoog knuffelbeergehalte. Een spektakelmannetje, opgegroeid in de vruchtbare voetbalgrond in Jos. Snel, onweerstaanbare dribbels, ontembaar, acties in snelheid – uitzonderlijk – en altijd genietend. Want: voetbal is maar een spelletje.

Tussen de meer dan 100 attracties op de Halfvastenfoor was de kleine Nigeriaan dé trekpleister toen de A-kern op de vooravond van play-off 1 door de kermis paradeerde. Privébewakers moesten hem voorbij de honderden fans loodsen. Het begin van een langgerekt orgasme in de Oost-Vlaamse hoofdstad, de climax volgde op 21 mei 2015.

En, volgens Michel Louwagie: Moses, man van 20 miljoen. Hoge vlucht, harde landing. Uitgedoofd. Krampachtig. Vertrouwen op hol geslagen. Twijfels. En toch de wil en het besef om te moeten terugvechten. Zoals in de zomer van 2013, toen hij net als honderden landgenoten droomde van voetbal in Europa. Gelinkt aan Liverpool en Tottenham, maar afgetest bij Ajax: ontgoocheld, maar niet ‘klein’ te krijgen.

Achttien jaar, herkansing bij Futbalovy Klub AS Trencín, een clubje in het westen van Slovakije. Na amper zes maanden dé sensatie van Stadión na Sihoti en de… bowlingbaan. AA Gent sloeg toe. God reisde mee, samen met de technische staf en Nana Asare, zijn trouwe ‘partner’ tijdens het moeilijk seizoenbegin.

Nood aan schouderklopjes, week na week beter worden, opnieuw belangrijk zijn, wedstrijden beslissen. En: een traditioneel huwelijksfeest met zijn vriendin, met wie hij straks in Gent gaat samenwonen. Opnieuw een stukje meer stabiliteit op weg naar nieuwe avonturen langs de zijlijn.

Laurent Depoitre – GOEDAARDIGE GRIZZLY

07.12.1988

GEBOREN IN Doornik

Aanvaller

RUGNUMMER 9

CONTRACT TOT 2017

1m90 * 95 kg

Op oefenkamp kijken ze al lang niet meer vreemd op wanneer het busje met het materiaal toekomt en in de koffer Thomas Foket verstopt ligt. In het oefencentrum schrikken ze in de kleedkamer ook niet langer als er iemand met een nat pak binnenkomt wegens een emmer water op de deur die per toeval omviel. Bij een fitnessbeurt gebeurt het weleens dat er een paar voorwerpen door de lucht vliegen of de medicine ball plots voor andere doeleinden wordt gebruikt. Dit soort van kwajongensstreken en practical jokes werd het handelsmerk van Laurent Depoitre en ‘partner in crime’ Foket. Medespelers moeten op hun hoede zijn als het voormalige KV Oostendeduo iets van plan is. Aanvoerder Sven Kums, Brecht Dejaegere en Hannes Van Der Bruggen fungeren vaak als slachtoffer van dienst voor de targetman, die altijd de vermoorde onschuld speelt. De pocketvoetballers durven vaak geen tegenactie op poten te zetten, wegens de fysieke kracht van de Henegouwer, die volgens zijn vriendin Shana nochtans over een hoog teddybeergehalte beschikt.

Depoitre is moeilijk te doorgronden. Hij is rustig en timide van aard, en oprecht bescheiden. Het prototype van de student die altijd tot het laatste moment wacht om optimaal te presteren en zich door zijn wiskundige en analytische vermogen niet zomaar neerlegt bij beslissingen. Coach Hein Vanhaezebrouck spreekt dan al lachend over de spits die constant antwoordt met het nu al legendarische ‘oui, mais…’. Net als zijn vader Pierre is Lolo een bon vivant, die vroeger vaak moeilijk kon weerstaan aan frituureten.

Heeft een voorliefde voor snelle wagens, kon net zo goed (zoals zijn opa en papa) een waterpolo-international zijn en is een denkerstype. Zal nooit overhaast beslissingen nemen en laat zich niet makkelijk opjagen, maar blijft graag zen. Voetbal was lang een hobby, pas nu werkelijk zijn beroep. Hij wordt door iedereen geprezen om zijn collectief denken. Moest lang opboksen tegen vooroordelen over zijn bonkige speelstijl, maar bloeide helemaal open tijdens het kampioensjaar en overtuigde heel Europa met zijn optredens in de Champions League. Is de enige speler die tot nu toe het eerste voorstel tot contractverlenging van algemeen manager Michel Louwagie weigerde, maar laat – als gewiekste onderhandelaar en cijferliefhebber – de deur op een kier staan.

Kalifa Coulibaly – SOLITAIRE JACHTLUIPAARD

21.08.1991

GEBOREN IN Bamako (Mali)

Aanvaller

RUGNUMMER 7

CONTRACT TOT 2019

1m97 * 86 kg

Vraag bij een eventueel bezoek aan de Malinese hoofdstad Bamako niet naar de profvoetballer Coulibaly, want gegarandeerd krijg je de opsomming van een handvol balgoochelaars met dezelfde achternaam. Sinds zijn goal in de toegevoegde tijd van het Champions Leagueduel bij Olympique Lyon kreeg ook Kalifa het etiket van superheld opgekleefd, een status die hij vanaf nu deelt met zijn vader Mamadou ‘Benny’ Coulibaly. Een voormalige international, die zijn sporen verdiende bij AS Réal Bamako en vooral imponeerde door zijn fysieke sterkte. Maar de boomlange centrumspits zag hem nooit aan het werk, wat hij als een gemis beschouwt. De jonge Coulibaly beseft dat hij nog lang niet kan tippen aan de loopbaan van zijn grote idool Frédéric Oumar Kanouté, die tussen 2005 en 2012 opvallende prestaties leverde met FC Sevilla: 290 doelpunten in 136 wedstrijden, maar bovenal ook twee UEFA Cups – de voorganger van de Europa League. De oud-spits engageerde zich ook via de mensenrechtenorganisatie Fundación Kanouté. Verder dan dezelfde manier van voetballen – als targetman goed de bal afschermen, proberen te kaatsen en veel betrokkenheid tonen als diep aanspeelpunt – komt Boia, zoals de grote vriendelijke reus door zijn Malinese vrienden wordt aangesproken, niet.

Maar Coulibaly streeft naar dezelfde soberheid als zijn voorbeeld, wat hem via de dagelijkse praatjes met zijn vader ook zo wordt ingepeperd. Hij oogt wat bedeesd en verlegen, alleen op de tonen van zijn geliefkoosde Ivoriaanse, Nigeriaanse en Malinese muziek zie je op zijn appartement in Gentbrugge zijn heupen swingen. Eenzaamheid vreest hij niet langer, na het vertrek van zijn buddy’s Yaya Soumahoro en Serge Tabekou. Dat overkwam hem wel in Parijs, in februari 2011, toen Coulibaly werd geconfronteerd met een sneeuwtapijt van minstens vijftien centimeter en hij op de eerste trainingen moest ervaren dat zijn tenen bevroren. Zijn vader had hem gewaarschuwd voor de harde leerschool in Europa, gelukkig woonde hij in Saint- Germain-en-Laye samen met Kalifa Traoré. De Angersverdediger blijft een vriend voor het leven. De terreuraanslagen in Parijs en Bamako haalden hem eventjes uit zijn evenwicht, want Coulibaly is een gevoelige jongen die sterk begaan is met het lot van zijn familie en kennissen. Als sporter kan hij gemotiveerd worden door hem hard te confronteren met de werkelijkheid.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content