Méér punten gepakt, méér gewonnen en méér gescoord dan vorig seizoen en toch zwellen de geruchten over een trainerswissel bij KV Oostende aan. Wat is er aan de hand in het Albertpark?

Frederik Vanderbiest: een vol jaar gefêteerd voor het goede werk, voor zijn aandoenlijke enthousiasme en voor een onverhoopt resultaat in het debuutseizoen in de Jupiler Pro League. Negende plaats, play-off 2 gewonnen en ei zo na een tripje naar het Koning Boudewijnstadion mogen boeken. Er werd nog net geen standbeeld opgetrokken voor de Brusselaar, die de kustploeg het jaar ervoor ook al freewheelend naar de titel in tweede klasse had geleid.

En toch: op zaterdag 18 april titelde Het Nieuwsblad dat KV Oostende een nieuwe coach zoekt. Yves Vanderhaeghe (KV Kortrijk) bedankte voor het aanbod, terwijl Ivan Vukomanovic (ex-Standard, die KV Oostende dit seizoen in de kleedkamers ging feliciteren voor het geleverde spel) ook werd benaderd. In het Albertpark, waar ’s avonds met 2-0 van Westerlo werd gewonnen, bleef een officiële reactie uit. “Geen commentaar.” Vanderbiest wordt door zijn bazen op geen enkel moment uit de wind gezet. Niet door voorzitter Marc Coucke en evenmin door Luc Devroe, die hij in de herfst van 2013 een serieuze duw in de rug gaf toen Marc Coucke met drie namen voor de functie van sportief directeur op de proppen kwam.

Drie dagen erna pas, op dinsdag, reageerde Coucke op Twitter en kvo.be. “Op dit moment is ons voltallige bestuur bezig met een serene analyse waarbij alle facetten worden bekeken. We overleggen met Fred Vanderbiest, toch wel dé grondlegger van het actuele KV Oostende. Dus op dit moment niets geloven van alle geruchten omtrent de trainer van ons weireldploegsje volgend seizoen. Momenteel staat het denken voorop, niet het handelen.”

Maar waar rook is, is meestal ook vuur. In het voetbalmilieu vielen nóg namen van mogelijke opvolgers: Bob Peeters, Trond Sollied en de onvermijdelijke Georges Leekens. Maar waarom is KV Oostende op zoek naar een nieuwe trainer? Wat wordt Vanderbiest verweten?

“Nooit in de problemen komen”, klonk het bij de start van het seizoen bij LucDevroe. Opdracht volbracht: in vergelijking met vorig seizoen pakte KV Oostende in 30 wedstrijden 4 punten meer (38/34), het won 2 matchen meer (11/9), maar in het klassement moest het één plaatsje (van 9 naar 10) inleveren.

Dus: nooit in de problemen gekomen, maar stiekem droomde de clubleiding van meer. Waarom? Op basis van winst in play-off 2, toen het in de finale na twee gelijke spelen tegen KV Kortrijk (2-2) trefzekerder was in de strafschoppenreeks? Neen, toch? Na zes wedstrijden, tegen een ontgoochelend AA Gent, en tegen Waasland-Beveren en Lierse, twee clubs die na een troosteloos seizoen volop experimenteerden?

In een debuutseizoen móét niets, maar na 30 competitiematchen was het duidelijk dat het schoentje voorin knelde: 28 goals, samen met Waasland-Beveren het minste van eerste klasse. En dat mét Laurent Depoitre. De Doornikse spits scoorde weliswaar ‘slechts’10 keer (competitie en beker), maar wroette en beukte en gunde Fernando Canesin en Franck Berrier hun moments de gloire.

Na Depoitres (gratis) vertrek naar de Ghelamco Arena, waar hij miljoenentransfer David Pollet naar de bank speelde, koos Luc Devroe met Elimane Coulibaly (34) en Bjorn Ruytinx (33) voor “zekerheid en metier”. Dat viel tegen. Coulibaly scoorde 6 keer, invaller Ruytinx slechts 3 keer, en ze waren vooral veel minder aanwezig dan Depoitre, waardoor de twee vedetten Canesin en Berrier (samen 6 goals) tien meter lager moesten spelen en amper bepalend waren.

De spagaat

De clubleiding vindt dat KVO minder attractief en dominant voetbalt dan vorig seizoen. Een terechte analyse, maar volgens Vanderbiest is de Oostendse kern krap. Kritiek die hij in februari, na de thuisnederlaag tegen Charleroi, ook naar buiten toe ventileerde. “Te weinig kwaliteit voor eerste klasse. Zonder kwaliteitsinjectie vechten we volgend seizoen tot de laatste speeldag voor het behoud. We hebben twee spitsen, een linksvoetige middenvelder en een centrale verdediger nodig.”

Luc Devroe, die zich als eindverantwoordelijke voor de transfers geviseerd voelde, sprak er zijn trainer op aan. Een centrale verdediger zou er niet komen, hoorde de T1, want hij had Antonio Milicgekregen. Een 21-jarige Kroatische jeugdinternational, die ooit in de belangstelling van Juventus en Franse eersteklassers stond. Te weinig, vindt Vanderbiest, die hem tegen Kortrijk (1-7) na 36 minuten uit zijn lijden verloste, waarna de Kroaat in de volgende drie maanden amper twee keer in de basis stond. Tot grote ergernis van Devroe.

De linksvoetige middenvelder werd in Bergen gevonden: Yannick Loemba, een… rechtsvoetige Congolees van 24, die vier jaar geleden nog in tweede provinciale voetbalde en uit de StarFactorystal van Didier Frenay komt. Net zoals Ante Blazevic, een 18-jarige Kroatische spits die vorig jaar in mei een contract voor drie seizoenen tekende, maar tot (opnieuw) wanhoop van Devroe amper 34 minuten op het veld stond.

De sportief directeur predikt geduld om zijn transfers te laten renderen, maar geduld is niet meteen de grootste eigenschap van Vanderbiest, die bovendien beseft dat hij – in tegenstelling tot zijn baas – alleen op de korte termijn zal worden getaxeerd.

Maar zeggen dat het transferbeleid volledig faalt, is te kort door de bocht. De twee andere wintertransfers – Sebastien Locinho (AA Gent) en Knowledge Musona (TSG 1899 Hoffenheim) – vielen na enkele maanden wél in de smaak. Ook Carl Hoefkens speelde meer dan werd verwacht, terwijl huurling John Jairo Ruiz (Lille OSC) flitsend startte en gevaarlijk was, maar in de loop van het seizoen wegzakte. Logisch: jong (21) en een bleutje op het hoogste niveau. Dat geldt ook voor de twee controlerende middenvelders Andile Jali en Sébastien Siani en de centrale verdedigers Frédéric Brillant en Baptiste Schmisser, vorig seizoen vier nieuwkomers in de Jupiler Pro League.

Het verleden is wat het is, ook voor een trainer die na het ontslag van Thierry Pister (februari 2011) in het vak is gerold. Behoud in tweede (2011), eindronde (2012), promotie (2013), winst in play-off 2 (2014), bevestiging in 2015. Is het realistisch om volgend seizoen met deze kern, aangevuld met middenvelder Kevin Vandendriessche (Mouscron-Péruwelz) van play-off 1 te dromen? Ja, volgens Luc Devroe. Twijfelachtig, volgens Frederik Vanderbiest, die beseft dat een groot deel van zijn kern in een recent verleden in tweede, derde en vierde klasse voetbalde en ofwel óp ofwel piepjong is. Een spagaat.

DOOR CHRIS TETAERT – FOTO: BELGAIMAGE