Rode lantaarn met ambitie

© BELGAIMAGE

Na het vertrek van Luciano D’Onofrio en de komst van Brian Priske slaat de motor bij Antwerp voorlopig nog niet aan.

De supporters hadden zich de eerste match van het nieuwe seizoen op de Bosuil mét publiek wellicht anders voorgesteld. Na het laatste fluitsignaal van de wedstrijd tegen KV Kortrijk, waarin Jean Butez ongetwijfeld de beste Antwerpspeler op het veld was, stond de Great Old met 0 op 6 op de laatste plaats van het klassement. De nieuwe manier van voetballen van Brian Priske, na de al brutale overgangen van László Bölöni op Ivan Leko en van de Kroaat op Frankie Vercauteren, lijkt nog niet verteerd door de spelersgroep. Nochtans waren de signalen na de laatste vriendschappelijke wedstrijd tegen AS Monaco bemoedigend en waren de Deense coach en zijn staf dus ook hoopvol gestemd voor het begin van de competitie.

In de wandelgangen van de Bosuil hoor je dat de zomermercato nog lang niet gedaan is.

Een deel van de verklaring voor de mislukte start vinden we als we een blik op het veld werpen. Lior Refaelov, Dieumerci Mbokani en Didier Lamkel Zé waren vorig seizoen goed voor 49 procent van de Antwerpse doelpunten. Zonder die drie zoekt stamnummer 1 naar een nieuwe offensieve adem. Michael Frey, die zijn komst naar de havenstad te danken heeft aan een geslaagde uitleenbeurt aan Waasland-Beveren, lijkt eerder een supersub, terwijl Michel-Ange Balikwisha nog kampt met een blessure. Ex-Ajacied Viktor Fischer was nog maar net gearriveerd op de Bosuil of hij mocht al opdraven tegen KV Kortrijk. Dat is tekenend voor de beperkte mogelijkheden die Brian Priske heeft in de aanvallende sector.

Ook in de kantoren van Antwerp waait er een andere wind. Het tijdperk- D’Onofrio is voorbij: gedaan met de geleende spelers en de inkomende transfers met nul doorverkoopwaarde. Die politiek werd gecompenseerd door een miljoeneninjectie van Paul Gheysens, mede mogelijk gemaakt door de gezondheidscrisis die de sancties met betrekking tot de financial fair play even in de koelkast zette. De transfers worden nu gedaan door algemeen manager Sven Jaecques, die een minder gevuld adresboekje heeft dan zijn voorganger maar die op termijn wel op een modernere manier wil werken. De vruchten van dit nieuwe beleid laten evenwel op zich wachten: slechts twee van de negen zomertransfers stonden afgelopen zondag op het veld.

Priske, van zijn kant, blijft de krijtlijnen van zijn voetbal benadrukken: intensiteit en kracht. In de zone van de waarheid rekent hij vooral op de ingevingen van zijn offensieve spelers. Bij gebrek daaraan heeft de Great Old voorlopig alleen de weg naar de netten kunnen vinden via een afgeweken trap van Frey en een individuele actie van Benson Manuel, terug op het voorplan gekomen. Voor Lamkel Zé, daarentegen, lijkt er weinig hoop. De club zal het nog moeilijk hebben om een behoorlijke som geld aan hem over te houden gezien zijn extrasportieve gedrag. Om de kassa voor een eerste keer sinds de komst van Paul Gheysens te doen rinkelen, is het misschien uitkijken naar de transfer van Aurélio Buta, die dicht bij Celtic zou staan, of Koji Miyoshi, die met Japan hoge ogen gooit op het olympisch voetbaltoernooi. De recordtransfer staat nog altijd op naam van Karel D’Haene, voor wie Trabzonspor in 2003 2,5 miljoen euro ophoestte. Een grotere club worden betekent ook dat je meerwaarde moet creëren op spelers die zo miljoenen opleveren voor de clubkas.

In volle overgangsfase vergeet Antwerp echter niet om ambitieus te zijn. In de wandelgangen van de Bosuil hoor je dat de zomermercato nog lang niet gedaan is en dat de meest ronkende namen nog in aantocht zijn. Luciano D’onofrio had ook de gewoonte om toe te slaan in money time. Op dat vlak is er blijkbaar nog niks veranderd.

Voor meer nieuws zie www.sportmagazine.be

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content