België sluit voorjaar af op tweede plaats.

DOOR benedict vanclooster

Wat staat er nog overeind van de klaagmuur die sommige media tijdens de Vlaamse voorjaarswedstrijden overhaast optrokken? De Belgische renners leefden onvoldoende voor hun sport, de ploegleiders hadden de trein van de professionele vernieuwing gemist, de sponsors investeerden te weinig om de Angelsaksische concurrentie het hoofd te bieden.

Uit Vlaamse navelstaarderij wordt wel eens vergeten dat de balans van het voorjaar pas na Luik-Bastenaken-Luik wordt opgemaakt. En wat leert het UCI-klassement van afgelopen maandag? België klom naar de tweede plaats (achter Spanje) en Philippe Gilbert, deze lente de meest regelmatige renner, veroverde de leidersplaats in de individuele stand. Tom Boonen bezet een knappe zesde plek.

De twee vaandeldragers van de Belgische wielersport waren op de afspraak. Gilbert bewees de jongste weken dat hij niet alleen in het najaar de wereldtop kan verslaan. Sterker nog: op een terrein waar de Belgen al jaren geen prijzen meer winnen, groeide hij uit tot de sterkste. De stap voorwaarts die hij alweer zette, leverde hem winst op in de Amstel Gold Race. In Luik-Bastenaken-Luik, waarin hij net als vorig jaar vierde werd, ontbrak het hem alleen aan een helper in de finale.

Dit laatste probleem was in de klassiekers van het Noorden ook al Boonens pijnpunt. Op de Vlaamse bulten en kasseien overklaste de oud-wereldkampioen als in zijn beste dagen Jan en alleman. Behalve dan Fabian Cancellara, waartegen niemand opgewassen bleek.

Alleen door een numeriek overwicht te creëren had Quick-Step een kasseiklassieker kunnen winnen. Maar daarvoor had Stijn Devolder op zijn niveau van vorig jaar moeten presteren. De West-Vlaming ondervond echter hoe riskant het is om alle pijlen op één week te richten.

Intussen zou Tom Boonen zijn oog hebben laten vallen op Björn Leukemans om de flanken bij Quick-Step te komen versterken. De Antwerpenaar reed nooit beter, versierde vijf toptienplaatsen in (semi-) klassiekers, maar kan het zelf moeilijk afmaken. Blijft hij kopman bij Vacansoleil of kiest hij voor een sluipschuttersrol in de schaduw?

Dat het comfortabeler is om vanuit de tweede rij te opereren, zullen Nick Nuyens en Johan Vansummeren alleen maar beamen. Nuyens werd de voorbije weken achtervolgd door onwaarschijnlijk veel pech. Vansummeren kende ook wel tegenspoed, maar gleed als nieuwe leider bij Garmin-Transitions te onzichtbaar door het voorjaar.

Dat laatste kan niet gezegd worden van de Belgische jeugd. Sprintrevelatie Jens Keukeleire (21) is gezwind op de eerste sport gestegen van de ladder die mogelijk naar de top leidt. De aanvalslustige Thomas De Gendt (23) moest in de Brabantse Pijl alleen Sébastien Rosseler laten voorgaan. Maar het hoogst in te schatten is allicht het optreden van Sep Vanmarcke (21), die in Gent-Wevelgem ei zo na voor dé verrassing van het voorjaar zorgde.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content