Pepe Jeans Lennik speelt volgende week Europees in de CEV-cup, Knack Roeselare en Noliko Maaseik in de Champions League. De drie coaches wikken hun kansen.

Een stunt, dat was het : ruim drie weken geleden verraste Pepe Jeans Lennik vriend en vijand door zich in Ferrara te plaatsen voor de achtste finales van de CEV-cup. Zelfs Geert De Dobbeleer had er zich niet aan verwacht. “Als we ons kwalificeren, dan rijd ik met de fiets van Ferrara naar Lennik”, liet hij zich op de persvoorstelling ontvallen. Belofte maakt schuld : op 18 mei begint de manager van Lennik aan een fietstochtje van ruim 1300 kilometer.

Willen de spelers van Pepe Jeans de fysieke kwaliteiten van hun manager nog een keer op de proef stellen, dan zullen ze voor een nóg groter huzarenstukje moeten zorgen. Volgende week dinsdag komt immers Piacenza langs, co-leider in de Italiaanse A1. Van de kwartfinale durven ze in Lennik wellicht zelfs niet te dromen.

Respectievelijk een dag en twee dagen na Lennik-Piacenza beginnen ook landskampioen Noliko Maaseik en vice-kampioen Knack Roeselare aan hun Europese campagne in de Champions League. Op vraag van Sport/Voetbal Magazine wikten en wogen de coaches van de drie Belgische vertegenwoordigers in Europa hun toekomstige tegenstanders en hun eigen ploeg.

Claudio Gewehr : ‘Galawedstrijd’

Claudio Gewehr (Lennik) : “Je kan het feit dat we tegen Piacenza uitgeloot werden van twee kanten bekijken. Je kan zeggen : ons Europese avontuur kent allicht een kort vervolg, maar je kan ook – en zo zien wij het – blij zijn omdat we de mogelijkheid krijgen om de club en ons publiek een galawedstrijd aan te bieden tegen een van de beste clubteams van de wereld.

“We raken vrij moeilijk aan een video van Piacenza. Het verbaast me niet, want de Italiaanse ploegen willen hun positie op Europees niveau beschermen. Maar het zal nog wel lukken om beelden te pakken te krijgen. Via de statistieken die je op het internet kan raadplegen, krijg je ook al een basisidee van welke aanvallers het vaakst in stelling gebracht worden en wie er het best serveert of receptie neemt. Bovendien spreken de namen van de spelers voor zich. Nikola Grbic, Andrea Gardini, Simone Rosalba, Vigor Bovolenta, de drie Cubanen : stuk voor stuk gaat het om mannen die bij élke club terechtkunnen.

“Niets te verliezen ? Met die ingesteldheid mogen we niet aan de wedstrijd beginnen. Er moet altijd een bepaalde druk zijn, anders mis je een stuk gezonde agressiviteit. Ik wil absoluut vermijden dat we als toeristen gaan volleyballen. Op die manier pakten we het ook aan in Ferrara.

“We beseffen dat de omstandigheden in de vorige ronde meezaten. Ferrara liet zich verassen door Podgorica. Ze onderschatten die ploeg en betaalden dat cash achteraf. Maar dat neemt niet weg dat we voordien zélf onze twee wedstrijden met ruime cijfers wonnen dankzij goed volleybal. In de slotwedstrijd tegen ons kon Ferrara zich geen setverlies veroorloven. Alle druk lag op hun schouders, terwijl wij gesterkt door twee zeges met vertrouwen aan de partij begonnen.

“Ik ben tevreden over het niveau dat we nu al halen, ondanks het feit dat we veel nieuwe jongens moesten inpassen. In blok-verdediging boeken we elke week nog vooruitgang. Ook de feedback die ik van mijn spelers krijg op de wekelijkse analyse en de positieve communicatie vind ik zeer positief. Maar met de voeten op de grond blijven is de boodschap. Er zijn immers nog voldoende zaken die kunnen verbeteren. We spelen bijvoorbeeld nog te wisselvallig, moeten meer constant volleyballen.

“In vergelijking met vorig seizoen beschikken we over een bredere kern, kampen ook met minder blessures. Anderson Picolli scoort elke wedstrijd bijna twintig punten. Meer kan je van je opposite niet vragen. Bovendien werkt hij erg hard op training. Thomas Kröger geeft het team zeker een meerwaarde als libero. Tim Van Mierlo kon de ploeg enorm oppeppen tijdens de wedstrijden, maar technisch is Thomas beter.

“Net als vorig jaar kunnen we rekenen op twee goede spelverdelers, met ieder hun eigen stijl. Dat maakt het voor een tegenstander moeilijk om zich op ons in te stellen, omdat we veel variatie in ons spel kunnen leggen. Tim Joosen nam de verantwoordelijkheid van kapitein op zich en brengt zijn rust over op de anderen. Maar ik wil niemand vergeten, want ook over David Termote en de middenmannen ben ik zeer te spreken.”

Anders Kristiansson : ‘Winnen’

Anders Kristiansson (Noliko Maaseik) : “De ploegen in onze poule lijken me aan elkaar gewaagd, waarbij de twee Oost-Europese teams, Sofia en Kedzierzyn, er normaalgezien misschien ietsje boven uitsteken en Wenen als underdog begint. Kedzierzyn is op papier de favoriet, want de voorbije twee edities van de Champions League bereikten de Polen de Final Four. Ze wisselden weliswaar enkele spelers, maar dat geldt voor elke ploeg. Je zal maar heel zelden een team zien met net dezelfde kern als een jaar eerder. We zullen moeten afwachten of de veranderingen Kedzierzyn sterker maakten dan wel verzwakten. Daar heb ik momenteel nog geen zicht op, we spelen pas in januari voor het eerst tegen hen.

“Sofia is thuis bijzonder moeilijk te verslaan. Vorig seizoen moesten we er heel goed volleyballen én kenden we het nodige geluk om er met 2-3 te winnen. We konden er trouwens als enige ploeg gaan winnen. Thuis, in Bree, speelden we misschien wel onze beste wedstrijd, zeker tactisch, van de Champions- Leaguecampagne.

“Wenen kent de pech dat het in een weinig tot de verbeelding sprekende competitie moet spelen, maar het reist geregeld naar Tsjechië, Kroatië en Italië om er tegen sterkere ploegen oefenwedstrijden af te werken. De Weense buitenlanders beschikken over heel wat ervaring : de Kroaten Darko Antunovic en Roko Sikiric, de Poolse setter MaciejDobrowolski, de Tsjechische libero Martin Kop, de beste Finse middenman Janno Heikkinen en zijn landgenoot en oude bekende Jussi Heino.

“We kiezen opnieuw voor een oefenstage in Treviso. Ook in België kan je tegen goede ploegen sparren, but you can not always stay in the family. De voorbije twee seizoenen trokken we ook op stage vlak voor de Champions League en nadien brachten we goed volleybal in het begin van die Europese competitie. Of dat nu dé reden daarvoor was, weet ik niet, je moet het ook niet overschatten. Maar alles wat we de eerste maanden doen, is opgebouwd om er te staan in de Champions League en in de belangrijke fase van de competitie.

“Ik heb het gevoel dat we klaar zijn voor de opdracht. We staan er ook niet voor bekend om er publiciteit voor te maken als we met blessures af te rekenen krijgen, in tegenstelling tot sommige andere clubs. Akkoord, niemand moest geopereerd worden, zoals met Jonas Napier bij Roeselare wel het geval was. Maar Michael Mayer was ruim een maand out, met achtereenvolgens een buikspier-, voet- en rugblessure en Joao Paulo Bravo en Kristof Hoho misten ook enkele wedstrijden. Wij praatten echter liever over wie er wél op het terrein staat.

“Fysiek is er geen enkel probleem. En volleybaltechnisch ? We moesten weinig nieuwe spelers inpassen, ons spelpeil kan je dan ook vergelijken met vorig jaar. De cijfers leren dat we ietsje beter aanvallen en ietsje minder goed blokkeren, maar de verschillen zijn miniem. We nemen deel aan de Champions League om wedstrijden te winnen, niet gewoon om erbij te zijn.”

Dominique Baeyens : ‘Onzekerheid’

Dominique Baeyens (Knack Roeselare) : “Aan een poule als de onze vertrek je met de gedachte dat je van elke ploeg kan winnen, maar ook kan verliezen. Onze groep is met andere woorden erg uitgebalanceerd. Dat biedt als voordeel dat er geen enkele ploeg bijzit waarvan je op voorhand zegt : die kunnen we nooit verslaan of er moet een half mirakel gebeuren. Anderzijds betekent het ook dat je, als je wat minder speelt, serieus de boot kunt ingaan.

“Belgrado kan ik op dit moment nog het minst goed beoordelen, omdat we nog niet over veel informatie beschikken over dat team. De andere twee ploegen bekeek ik al op video. Dit Almería is beter dan de ploeg die we vorig seizoen tegenover ons kregen. Het versterkte zich met onder andere de Canadese middenman Brett Youngberg en de Hongaarse receptieaanvaller Peter Veres, die de voorbije drie jaar in de A1 in Italië volleybalde. Net als bij de meeste andere Spaanse ploegen lijkt de financiële armslag toegenomen.

“Ik ga ermee akkoord dat Parijs niet meer over de ploeg beschikt die drie seizoenen geleden de Champions League won. Tegen die ploeg zouden we toen weinig kansen gemaakt hebben. Onder meer Hubert Henno, een van de beste libero’s van de wereld, speelt er niet meer. Maar ze staan ook nu weer ongeslagen aan de leiding in Frankrijk : dat zegt ook iets. Ze bezitten nog altijd veel individuele kwaliteiten. In hun rangen tellen ze onder meer Mathias Patin, een van de twee spelverdelers die bij de nationale ploeg het mooie weer maken, en Oliver Kieffer, toch een van de beste middenblokkeerders van het afgelopen EK. Op de opposite staat een relatief jonge Canadees, maar die speelde er vorig seizoen ook al en toen werd Parijs toch ook kampioen in een sterke competitie als de Franse. Hij haalt misschien nog niet het niveau van Paul Duerden enkele jaren geleden, maar je moet er niet aan twijfelen dat hij kwaliteiten heeft.

“Onze eigen voorbereiding op de Champions League verliep niet te best, carrément slecht, zeg maar. Individueel en conditioneel staan we er, maar tot voor de wedstrijd in Maaseik afgelopen weekend konden we nog geen enkele keer in het voorziene stramien spelen. Door de ernstige blessure van Jonas Napier en het tegelijkertijd uitvallen van Kid-Gilmar of Bram Van Ghelue moesten we voortdurend naar tussenoplossingen zoeken. Die volstaan voor de Belgische competitie, toch zeker in deze fase die – hoe je het ook draait of keert – beperkt blijft tot Spielerei, maar niet voor de Champions League.

“Doordat we alles door elkaar moesten gooien – Iván Contreras bijvoorbeeld opnieuw in receptie uitspelen, terwijl het de bedoeling was hem daar eindelijk van te verlossen door hem puur als opposite te gebruiken – staan we qua ploegautomatismen nog nergens. Ik kan dus niet inschatten hoe sterk wij zijn of waar onze zwakke punten liggen. Onzekerheid dus, ja. Maar kom, Ward Loyson en Ruben Van der Ougstraete maakten al een mooie progressie omdat ze meer speelden dan gepland. Het is dus niet allemaal kommer en kwel.”

door Roel Van den broeck

‘Niets te verliezen ? Er moet altijd een bepaalde druk zijn, we mogen niet als toeristen volleyballen.’ (Claudio Gewehr)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content