SCHREEUW OM ERKENNING

Bladerend doorheen oude nummers van dit magazine wil je weleens stilstaan bij vroegere interviews. Zoals met Michel Preud’homme bijvoorbeeld, in januari 1983. De toenmalige doelman van Standard herlaadde de batterijen in het Zwitserse skioord Haute-Nendaz en dit blad was er welkom voor een uitgebreide babbel. Preud’homme constateerde, zes jaar na zijn debuut in de eerste ploeg, dat wat vroeger als een jeugdzonde werd gezien, plots was uitgegroeid tot een blunder van formaat. Hij noemde het een proces van gewenning.

Niettemin vond Michel Preud’homme dat zijn sportieve prestaties onrechtvaardig werden beoordeeld. Hij gaf toe dat hij dit moeilijk kon verteren. Maar de laatste maanden, zo benadrukte Preud’homme, had hij alles leren relativeren. Hij benaderde journalisten nu helemaal anders. Veel losser en minder voorzichtig. Hij zei gewoon wat hij dacht. En dat, stelde hij vast, scheen hem waardering op te leveren. Maar op hetzelfde moment moest er hem nog iets anders van het hart: dat er veel meer werd stilgestaan bij de belangrijke reddingen die Jean-Marie Pfaff verrichtte, dan bij een penalty die hij, Preud’homme, tijdens een wedstrijd tussen Standard en Club Brugge op een cruciaal moment had gestopt. Hij benadrukte dat dit niets met een gebrek aan respect voor Pfaff te maken had, hij wilde het gewoon even aangeven.

Michel Preud’homme en zijn eeuwige hunker naar erkenning. Hij had het al als doelman. Dat is vreemd voor iemand die op een gegeven moment tot de beste keeper van de wereld was uitgegroeid, die de absolute hoeksteen was van de memorabele successen van KV Mechelen en op het WK van 1994 in Amerika imponeerde met buitenaardse reddingen. Ongemeen veeleisend was Preud’homme voor zichzelf, een man opgesloten in zijn eigen leefwereld, geobsedeerd om steeds weer zijn grenzen te willen verleggen.

Als trainer is Michel Preud’homme dezelfde gebleven: professioneel, gedreven, fanatiek. Maar met een extreme gevoeligheid voor kritiek die nog verder gaat dan in zijn periode als voetballer. Het heeft te maken met zijn instelling: Preud’homme doet er alles aan om het maximum uit de groep te halen. Hij schreeuwt dit soms uit, want hij vindt dat de media dit te weinig zien. Telkens weer zijn er momenten dat hij de controle over zichzelf verliest, zoals vorige week na de non-vertoning tegen FC Kopenhagen. Preud’homme die moeite had met de toon in de pers, met de confronterende statistieken, met de terechte vaststelling dat de tocht van Club Brugge doorheen de Champions League was uitgegroeid tot een martelgang. Weer wees hij naar de bevrijdende titel die zes maanden geleden was behaald, naar de beker die voordien werd gepakt, alsof dat er op dat moment toe doet, alsof je ieder slecht moment onder tafel moet vegen door te wijzen naar een beter verleden.

Je vraagt je af hoe een man met de status van Peud’homme zich op zijn 57e zo kan opwinden, hoe hij zich zo snel in de hoek gedrumd voelt en lijkt te roepen om erkenning, terwijl die er wel degelijk is, hier en daar zelfs in extreme mate. En zo’n nukkige persconferentie botst met zijn natuurlijke karakter: dat van een joviale en warme man. Preud’homme weet dat hij zich soms beter beheerst, het bestuur heeft hem er al herhaaldelijk op gewezen, maar het is en blijft sterker dan hemzelf. Je zou denken dat zo iemand beter geen kranten meer leest en onverstoorbaar zijn eigen gang gaat. Het zou zijn gemoedsrust zeker ten goede komen. Maar Preud’homme kan het niet. Hij ligt er wakker van als zelfs een onschuldige analist kanttekeningen maakt bij het spel van zijn ploeg. Want die, herhaalt hij steeds weer, weet niet hoe hard er wordt gewerkt.

Misschien zit daar wel de oorsprong van die onvrede: dat Preud’homme zijn eigen normen bij de spelers legt, maar geregeld constateert dat ze niet dezelfde wilskracht hebben als hij, niet dezelfde ernst en beroepsliefde. Dat zorgt bij hem voor frustratie en irritatie. Want natuurlijk ziet Preud’homme dat Club in de Champions League op een pijnlijke manier met zijn internationale grenzen werd geconfronteerd, uiteraard merkt hij dat er in sommige wedstrijden te weinig kwaliteit wordt gebracht, zoals afgelopen zondag op Anderlecht. Dat plaatsen, daarmee leren leven, blijft moeilijk voor hem. Michel Preud’homme is het slachtoffer van zijn eigen perfectionisme.

DOOR JACQUES SYS, @JacquesSys

Misschien leest Preud’homme beter geen kranten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content