Vorige week begon AA Gent aan de verkoop van de abonnementen voor het nieuwe seizoen. Waar staat de kampioen qua uitbouw van de club? Een rondgang.

Heel veel vakantie kregen ze niet bij de kampioen. Volgende week maandag worden de spelers alweer verwacht voor de start van de voorbereiding op het nieuwe seizoen. Grotendeels allemaal de bekende helden, het tekent de sterkte van het collectief. Geen forse transferbedragen in Gent, zoals in 2011 bij RC Genk, toen ThibautCourtois, João Carlos en MarvinOgunjimi gingen, een jaar later gevolgd door ChristianBenteke en KevinDe Bruyne. Ook geen gratis uittocht zoals bij Lierse, dat na de titel in 1997 nagenoeg een halve kern transfervrij zag vertrekken. Neen, Gent is een kampioen waar een paar spelers wel belangstelling opwekten bij andere clubs, maar zonder dat die er vol voor gingen. De Buffalo’s bleken vorig seizoen vooral sterk in het collectief, en dat weet de markt, die met voldoende scouts alle wedstrijden volgde.

Of, zoals een gewezen bondscoach het onlangs bij een toevallige ontmoeting uitdrukte: “Ik zat tijdens de play-offs een denkoefening te maken. Welke speler van Gent zou ik in de ploeg van Anderlecht droppen, om die sterker te maken? Ik kon geen enkele naam bedenken.” Dat blijkt ook uit het zomerprogramma van de kampioenen. Moses Simon was de enige met internationale verplichtingen. De Nigeriaan zit op het WK U20. Bij de beloften, zoals nog een paar andere jongeren van Gent in de Belgische. Bij de beteren in hun leeftijdscategorie van hun land, maar (nog) niet hoger.

Gent kan dus ‘rustig’ werken aan het jaar van de bevestiging, al is dat relatief. Scouting en directie vergaderen dezer dagen meerdere keren per week, om het te hebben over nieuwe namen, profielen voor een sterke as. Een goeie centrale verdediger, een stevige centrale middenvelder en een vervanger voor Laurent Depoitre, als die onbeschikbaar is, zijn de eerste prioriteiten.

Het geld van de Champions League direct weer uitgeven – een fout die ze intern bij RC Genk toegeven – willen ze bij Gent niet. Dus komt er geen nieuwe ring boven op de al bestaande zitjes, geen toename van de capaciteit met 5 à 6000 plaatsen, toch ongeveer 25 procent. Voor ze die investering van ongeveer 6 miljoen euro doen, moet Gent een jaar of vier bevestigen aan de Belgische top. Want ook dat beseffen ze daar goed: de groten (lees Anderlecht en Brugge) gaan niet zomaar toestaan dat er zich een derde club verankert aan de top. Club investeerde deze zomer al fors (ruim 6 miljoen euro) en Anderlecht plant volop.

Oefencomplex

Trainen doet AA Gent aan de Warmoezeniersweg, waar A-ploeg en (een deel van de) jeugd een oefencomplex delen. Aan de oevers van de Schelde, in een omgeving die niet echt sportvriendelijk valt te noemen. Gekneld, letterlijk, tussen B401, de invalsweg vanaf de snelweg naar Gent-Zuid, en de E17, de snelweg van Antwerpen naar Kortrijk. Even verderop loopt de E40. Niet dat we volksgezondheid op ideeën willen brengen, maar daar trainen lijkt met veel fijn stof in de lucht niet gezond. Bovendien hangt er constant verkeerslawaai, in de zomer amper gestopt door wat bomen. Menig trainer schreeuwde zich er al schor.

Ideaal is het niet. Een deel van de jeugd moet uitwijken naar de Blaarmeersen, waar de club terreinen van de stad huurt. Goeie velden, kunstgras, maar als de stadsdiensten staken, zijn ze niet toegankelijk. De beste jongeren krijgen een fitnessprogramma, daarvoor is een samenwerking opgezet met de Basic Fit vlakbij. Het is behelpen, uitbesteden.

De jeugd is vragende partij om de hele werking naar het oefencomplex over te hevelen. Door deze titel kan dat sneller dan verwacht. Stad en club onderzoeken de mogelijkheden voor het bouwen van een nieuw complex, dat ofwel voor de A-ploeg zal worden, ofwel voor de jeugd. Nieuws daaromtrent volgt snel, zegt men.

Twee pistes liggen nog open: de A-ploeg zou exclusief blijven waar ze nu is, samen met de beloften (Gent besliste in het voorjaar om U19 en beloften samen te gooien, zie kader). Dat zou de druk op het huidige oefencomplex, waar nu slechts vier terreinen beschikbaar zijn voor alle ploegen, verlichten. In dat geval wijkt de jeugd uit. Omgekeerd kan ook: een nieuw complex voor de A-ploeg en de jeugd die het huidige oefencomplex helemaal kan benutten.

Het zou voor de jeugdwerking veel betekenen. Die werd door de club jarenlang verwaarloosd. Schuldafbouw, werking van de eerste ploeg, stadion, genoeg andere prioriteiten. Resultaat: de beste spelers werden weggeplukt: Vadis Odjidja, Kevin De Bruyne,… Het voorbije decennium drongen er maar twee door tot de basisploeg: Hannes Van Der Bruggen en Benito Raman.

Dat moet anders. Door het nieuwe stadion en de titel is budgettair meer mogelijk. Meer mensen in vaste dienst, betere begeleiding, intensere rekrutering. Tot in het Brusselse, maar ook bij Zulte Waregem, nu het daar wat moeilijker gaat, Kortrijk en in het Waasland. Manu Ferrera, sinds april 2014 voltijds bij de jeugd: “We hebben nog een grote achterstand, maar zetten stappen. Door de titel worden we ook aantrekkelijk, dat merkte ik tijdens de gesprekken met de ouders in april.”

Zaak is ook de jeugdploegen zo attractief mogelijk te maken. “De goeie komen niet om voor de tiende plaats te spelen”, zegt Ferrera. Dus wordt bij de jeugd ook hard gewerkt aan een cultuur van winnen. Dit seizoen eindigden vrijwel alle teams, op de U15 na, in de linkerkolom van de rangschikking. Dat moet volgend jaar de top worden. Ferrera: “Het is niet zo dat bij de jeugd resultaat niet belangrijk is. Alle grote ploegen staan bovenin.”

Cel begeleiding

Hotel Lepelbed, Melle. Wie nieuw is bij AA Gent, komt zogoed als altijd eerst hier terecht, toch de buitenlanders. Op die manier krijgt de club de tijd om woonst en administratie in orde te maken. En wie hier logeert, wordt ook geobserveerd. Is hij gedisciplineerd? Kan hij zich schikken naar de regels? Dat de stad een eindje weg is, maakt de verlokkingen kleiner.

Luc Dhaenens komt hier vaak. Dhaenens – schoonvader van ex-profvoetballer Tony Sergeant – werkte vroeger voor Zulte Waregem en verhuisde in 2008 naar Gent. Eerst als scout. Vervolgens coördineerde hij mee de aanleg van een kunstgrasveld op het oefencomplex en later ging hij zich ook bezighouden met de begeleiding van talentvolle jongeren. De term ‘sociale cel’ hoort hij liever niet, spelers zijn geen ‘socialegevallen’.

Lid van de cel scouting (ze zijn met zeven, de talentenjagers van Gent) én begeleiding, hij heeft de handen vol. Gent heeft een programma opgezet voor een tiental beloftevolle jongeren, die hij samen met Etienne De Wispelaere begeleidt. Dhaenens: “We polsen naar hun resultaten op school, hun evolutie binnen de club, hun doelstellingen op korte en lange termijn.” Af en toe moeten zaakwaarnemers de levieten worden gelezen, want “er hangt wat rond die jongens”. Begeleiding bij schoolproblemen, zoeken naar gastgezinnen, het coördineren van de zes chauffeurs die af en aan rijden, Gent verzorgt steeds beter de organisatie rond de werking, om ook op die manier het verschil te maken. Dhaenens: “Een paar maanden geleden was er plots sprake van een mogelijke samenwerking met Manchester United en de komst van Zuid-Amerikanen.” Dhaenens anticipeerde op een akkoord en zocht alvast iemand die Spaans sprak, om die jongens te begeleiden. Uiteindelijk ging de deal niet door.

Jongeren van buiten de Europese Gemeenschap mogen pas vanaf hun achttien jaar een contract tekenen. Gent haalt ze voor stages geregeld wat vroeger, zodat ze, tijdens verblijven van een maand, kunnen kennismaken met club en stad. Dhaenens: “Zo bind je ze al een beetje.” Gent, zegt hij, zal op de transfermarkt blijven zoeken naar spelers tussen 21 en 24. Jongens die nog niet te veel verdienen, mét doorverkoopwaarde. Weinig afgewerkte producten. Dhaenens: “Zulke mensen hebben veel begeleiding nodig.”

Sexy club

Ghelamco Arena, vierde verdieping. Een pas afgeleverde bloementuil wordt in een vaas geschikt. Afzender: Club Brugge. Hier leggen Patrick Lips, commercieel directeur, en Dries Slootmans, marketingcoördinator en sales, de hand aan de nieuwe initiatieven voor volgend seizoen. Sinds de bekendmaking van de kalender vorige maandag kunnen ze concreet aan de slag.

De titel was het laatste puzzelstukje, zeggen ze in koor. Het stadion was er al, maar om verdere stappen te zetten, ontbrak nog sportief succes. Slootmans: “De titel gaf deals net dat extra duwtje dat ze nodig hadden om gerealiseerd te worden. Op een bepaald niveau, lees financieel, wil men ook een bepaald palmares. Het sportieve succes van nu versterkt ons totaalconcept. We zijn uniek. Onze promenade, de sfeeracties, mensen die hier op verschillende niveaus wat kunnen eten, de studentenfanfare die rondloopt op de promenade, het schminken van kinderen, clowns,… Alles wordt uitgeschreven en voorbereid.”

Lips: “De negentig minuten blijven de essentie, maar je moet meer geven dan dat. En daarin zijn we geslaagd. Het is een beetje de totaalbeleving die ze in Amerika ook kennen.”

Dat momentum willen ze nu vasthouden, om AA Gent als nationaal merk nog verder uit te bouwen, want op dit moment is het imago nog te regionaal. Dus wil men blijven innoveren, zoals al gebeurde met de supportersapp, met nieuwe initiatieven rond communicatie, nog meer sfeeracties, het werken rond de band met de stad. Slootmans: “125.000 mensen voor de titelviering, dat is gigantisch. Straks in de Champions League het eerbetoon aan Luc De Vos in de 52e minuut, met de stroboscopische lichtjes, dat zijn dingen waarmee we ons moeten blijven onderscheiden.”

Commercieel liep de vernieuwing van de contracten iets vlotter dan anders. Alle beschikbare plaatsen – in Gent lopen contracten altijd over twee jaar – zijn uitverkocht, voor de boxen hanteren ze wachtlijsten. Nog tijdens play-off 1 tekende Napoleon Games een contract als nieuwe rugsponsor en onderhandelingen met een mouwsponsor worden dezer dagen afgerond. Daags na de titel zetten vertegenwoordigers van Maes Pils hun handtekening onder een contract dat hun naam aan de hoofdtribune verbindt. Daarmee zijn alle naming rights van de tribunes verkocht.

Dat je niet voor alle zitjes een abonnement kan kopen, is een bewuste keuze. Er zijn maximaal 18.000 abonnementen te koop. Gent moet tickets beschikbaar houden voor commerciële deals én losse verkoop. Slootmans: “Je moet nieuw publiek de kans geven om eens te komen kijken.” Lips: “Toen duidelijk werd dat we een nieuw stadion kregen, zegden Nederlanders: probeer zo snel mogelijk schaarste te creëren. Dan denken mensen: dat is populair, we gaan proberen er ook bij te raken.” Slootmans: “Pas als de vraag groter blijft dan het aanbod, kunnen we denken aan uitbreiding.”

Lips: “Door het behalen van de titel krijgen we ook de winnaarsmentaliteit bij ons imago. Als we vroeger ergens kwamen, werd er ‘Buffalo kwak kwak kwak’ geroepen. Dat gaan ze nu niet meer kunnen.” Slootmans: “De club is sexy en we gaan hard werken om dat zo te houden. Mét de steun van de fans, want zij waren een essentieel onderdeel van ons succes.”

DOOR PETER T’KINT

Stad en club onderzoeken de mogelijkheden voor het bouwen van een nieuw oefencomplex.

“Buffalo kwak kwak kwak, dat roepen ze nu niet meer.” Patrick Lips

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content