Slapende reus ontwaakt

© BELGAIMAGE

Wie dezer dagen het complex van Antwerp betreedt, gelooft zijn ogen niet. Wat tien maanden geleden nog één grote werf was, blinkt nu in het lentelicht. Een achterstand van jaren wordt op Antwerp met rasse schreden ingehaald, al blijven er groeipijnen. Een stand van zaken, vier dagen voor de derby.

Flashback naar 13 juni 2017. Neo-eersteklasser Antwerp heeft nieuws en kondigt dat aan via een persconferentie. Plaats van afspraak: het Kwadrogebouw, amper bereikbaar, vanwege grote verbouwingswerken aan de site en de sloop van de oude tribune. Een tribune waar jaren een gedoogbeleid heerste, want erg veilig was die allang niet meer. Niet de nieuwe hoofdtrainer wordt voorgesteld, maar een nieuwe sportief directeur: Luciano D’Onofrio. Luikenaar en architect van de revival van Standard. Drie dagen later is de verzamelde pers er opnieuw, dit keer voor de voorstelling van László Bölöni als hoofdcoach. Ook al ex-Standard. Samen beginnen ze aan een nieuw kunstje.

Maandag 2 april 2018. Antwerp-Oostende op speeldag één van play-off 2. We zijn geen tien maanden verder, maar de Bosuil ziet er totáál anders uit. een complete make-over. Van koterijen is hier – althans met de neus gericht naar de voorgevel van de nieuwe hoofdtribune – geen sprake meer. De parkings voor het stadion zijn af en verhard, gedaan met ploeteren door de modder in een zompige wei. Aan de linkerkant staat nog wat rollend materiaal op een groot veld, dat al omheind is. Volgend seizoen is dat het oefenveld van de A-ploeg. Gedaan met uitwijken naar Wommelgem, of stages in het buitenland (vier al in de loop van dit seizoen), om de gebrekkige werkomstandigheden te camoufleren. State of the art wordt dit, een terrein van maximale afmetingen, gedraineerd én verwarmd, zodat er ook tijdens de winter in optimale omstandigheden kan worden getraind. Op Anderlecht en in Brugge hebben ze dat ook al. Rechts van de vijver ligt een kunstgrasveld, mét verlichting, waar de jeugd ’s avonds kan trainen en de A-ploeg overdag terecht kan, als de omstandigheden dat vragen. Voor onze neus: de vernieuwde hoofdtribune, met flikkerende lichtjes. Een landmark in Deurne-Noord, waar vlakbij onlangs nog met handgranaten werd gegooid. Ook dat is deze wijk, de haven en haar drugs zijn vlakbij.

De nieuwe tribune is al een paar maanden in gebruik, maar pas af. Polen en Roemenen die er aan de slag waren, kregen hier ook onderdak, in verblijfscontainers. Op het hoogtepunt van de bouw stond er een containerdorp. Hun volgende taak: het droogleggen van de parkeerruimte onder tribune 3 en de verdere afwerking achter tribune 2. Water is een groot probleem in Deurne-Noord, de infrastructuurwerken leerden dat het niveau van de waterstand in de vijver dat van de stand van het grondwater benaderde. Er kwam heel wat expertise van Ghelamco aan te pas bij de bouw van de nieuwe tribune en het aanleggen van de velden. Eenmaal de kelders van tribune 3 zijn droog gemaakt, kunnen medewerkers hier hun auto kwijt.

Wat de komende weken ook wordt aangepakt, is de achterkant van de legendarische tribune 2. Die is er qua catering benard aan toe. Er staat nog een oud chalet, maar leun niet tegen de muur, hoor je, of je duwt ze bij wijze van spreken om. Dat alles gaat straks tegen de grond. De toegang tot tribune 2 en 3 voor de Antwerpfans wordt verbeterd en verbreed, en er komt ruimte voor nieuwe catering. Achter de tribune komen nieuwe velden voor de jeugd en de doelmannen. Het bestaande grasveld wordt verfraaid met een kleine tribune, zodat de beloften hun competitiewedstrijden niet meer op Rochus moeten afwerken, maar op de Bosuil. Met de zusterclub uit Deurne lopen onderhandelingen over het overnemen van het gebruiksrecht op twee grasvelden. Ook voor de jeugd. Die moet het nu op Antwerp stellen met trainingen op kunstgras. Alleen zo kan het gebrek aan terreinen worden opgevangen. Dat moet anders wil je echt een topclub worden, weten ze bij Antwerp.

De jeugd huist nu ook nog in containers, kleedkamers plus bureaus. Ook dat moet anders, maar daar zijn ze nog niet helemaal uit. Achter het doel dat Sinan Bolat in de tweede helft tegen KV Oostende verdedigde, hangt nu een groot spandoek dat het zicht op het oude businessgebouw verbergt. Dat gaat eraan. Hier komen installaties, kleedkamers en bureaus, voor de jeugd en eventueel de A-ploeg. Daar is men nog niet helemaal uit. Het kan, maar ook dat is nog lang niet zeker, dat er nog een extra bouwlaag bovenop komt. Eind 2018, begin 2019 moet een en ander af zijn. Dan zal, op anderhalf jaar tijd, de make-over helemaal compleet zijn, met een gloednieuwe familietribune. Ook aanwezig: een gloednieuwe fitness.

Een en ander maakt ook de familie Mintjens blij. De eigendomsstructuur van de hele site zit wat ingewikkeld in elkaar. De NV bouwt, maar niet op eigen grond. De parkings langs de straatkant zijn stadseigendom, de rest is in handen van een familie die in het verleden de club geregeld financieel hielp en op die manier de gronden in handen kreeg. Paul Gheysens probeerde die al over te kopen, maar ving bot. Alle gebouwen en gebouwtjes (kleedkamers, chalet, materiaalkoten…) zijn gebouwd via een concessie, en die concessies lopen op verschillende tijdstippen af. Dat levert de familie geld op. De terreinen achter de oefenvelden zijn dan weer in stadshanden. Bestemming: recreatie. De club probeerde bij de stad, die er geen plannen mee heeft, al gebruiksrecht te verkrijgen, maar ving bot.

Organisatie

Ze komen van ver, den Antwerp, ook organisatorisch. Patrick De Cuyper, die de club overnam en weer overliet aan Paul Gheysens, zette niet echt een sterke structuur neer. Inmiddels is die er wel. Zijn lid van de raad van bestuur van de club: Paul Gheysens via twee vennootschappen, zijn zonen Simon en Michael, Luciano D’Onofrio én Barbara De Saedeleer, die vroeger nauw samenwerkte met Marc Coucke. Vier Vlaamse mensen die voornamelijk met de uitbouw van Ghelamco bezig zijn, en een Waals voetbaldier.

Voor coach Bölöni en co ligt de lat volgend seizoen hoger. Paul Gheysens wil play-off 1.
Voor coach Bölöni en co ligt de lat volgend seizoen hoger. Paul Gheysens wil play-off 1.© BELGAIMAGE

Daaronder is er de dagelijkse werking, uitgetekend rond een aantal polen, aangestuurd door vier jonge wolven: Yves Bekaert houdt de financiën in de gaten, Thomas Broeckaert doet de sales, Sven Jaecques leidt het sportieve en COO is Christophe Segers, die vroeger voor Uplace werkte en daar een van de rechterhanden was van Bart Verhaeghe. Hij was nooit officieel in dienst van Club Brugge, maar bracht er wel een tijdje heel veel uren door, toen het vastgoedproject in Brussel maar niet van de grond kwam. In Antwerp is hij neergezet door de Ghelamcobazen. Segers is een cijferman, sterk in data, en leert nu de voetbalcultuur.

Doe geen moeite om op de website van de club hun namen te zoeken. Ze zijn amper te vinden. Deels omdat ze nog nieuw zijn, er is het voorbije jaar wat gezocht en van personeel gewisseld, maar deels ook omdat ze allemaal graag vanuit de luwte werken. En dat is op dit moment een beetje het probleem van de club. Anderlecht heeft Herman Van Holsbeeck en sinds vorige week Luc Devroe als uithangbord. En Twitterkoning MarcCoucke uiteraard. Bij Club is er Vincent Mannaert en op geschikte momenten Bart Verhaeghe. In Genk laat Peter Croonen geregeld van zich horen, en Dimitri De Condé. In Luik het duo Bruno Venanzi en OlivierRenard. Bij Gent profileren Michel Louwagie en Ivan De Witte zich geregeld en op Mambourg regeren de Bayats. Enfin, Mehdi Bayat

Antwerp mist dat uithangbord. Paul Gheysens schuwt de media, de raad van bestuur heeft het te druk met zijn groep en Luciano D’Onofrio werkt ook liever in de luwte. Een CEO met naam en faam zou er zijn plaats kunnen vinden en de club naar buitenuit kunnen vertegenwoordigen (en intern sturen). Alleen: zo dik lopen die niet gezaaid. Herman Van Holsbeeck komt vrij, maar na jaren in dienst van Lierse en Anderlecht wil die liever alle organisatorische taken afstaan en zich hooguit nog inlaten met het sportieve. En daarvoor is er al D’Onofrio. Komt de ene, dan gaat de andere, want dat laat D’Onofrio intern gemiddeld één keer of twee per week verstaan: als iemand zich met het sportieve bemoeit, is hij weg.

Sportief

Als Paul Gheysens iets aanpakt, wil hij dat het goed is. Dat geldt voor de infrastructuur, dat geldt voor de organisatie en dat geldt ook voor het sportieve. Antwerp bokste in de reguliere competitie een tijdje boven zijn gewicht, op een plaats in de top zes. Dankzij een ijzeren discipline en een wat verdedigende aanpak, die beter rendeerde op verplaatsing dan thuis. Toen een en ander in een definitieve plooi viel, greep men net naast een plaats in play-off 1. De beloning: een derby tegen ‘Wilrijk’, zoals de rivaal van het Kiel steevast wordt genoemd. De laatste officiële competitiederby, toen nog tegen Germinal Beerschot, dateert van 22 februari 2004, jaar waarin Antwerp naar tweede klasse degradeerde. De laatste op de Bosuil is van 21 september 2003, gewonnen door de bezoekers met 0-4.

Op zich was het seizoen van Antwerp uitstekend, gezien de extreme make-over in de kern. In twee transferperiodes kwamen uiteindelijk 28 (!) nieuwe spelers naar de Bosuil. En had het van Luciano D’Onofrio afgehangen, het waren er misschien nog meer. De Luikenaar, die in Antwerpen is komen wonen, was niet vies van een tester minder of meer. Er kon altijd een goeie tussen zitten…

Alle bewondering voor László Bölöni, die alles in goeie banen leidde en er een geheel van maakte. Geen hecht, daarvoor werd er te veel gewisseld en nu en dan iets te veel geïmproviseerd. De Roemeen heeft zijn stijl en enige soepelheid in uren van trainingen moesten de spelers erbij nemen. Ook zijn staf moest soepel zijn en soms slikken, niet altijd geraadpleegd over inhoud van oefenvormen, noch over de juiste intensiteit of het gebruik van data. Polars, gps-vesten… Antwerp heeft alle moderne data, maar de coach is er eentje van de oude stempel (net als D’Onofrio trouwens, eerder een man van contacten en telefoon dan van laptop en data). Af en toe wrong intern een en ander. Aanpassingen aan staf of interne verschuivingen deze zomer vallen niet uit te sluiten.

Voor volgend jaar ligt de lat immers hoger. Van bovenhand willen ze geen nieuwe derby met Beerschot – excuseer: Wilrijk – in de lente. Paul Gheysens wil play-off 1. Er komt deze zomer opnieuw een pak volk, om de ruggengraat die er nu is te versterken. Een injectie van kwaliteit. Bölöni wéét dat hij zal moeten bijsturen in zijn aanpak. Speculeren in de openingswedstrijd van het seizoen op een 0-0 thuis, en dat vieren als een overwinning, zal er niet meer bij zijn. Het wordt aanpassen voor de trainer-tandarts, in de teamvorming binnen zijn technische staf, maar ook in de aanpak op het veld. Het voordeel is: hij weet het nu al. En het voordeel is ook: van zó ver als tien maanden geleden komt Antwerp niet meer. De infrastructuur staat er, de organisatie ook, en de spelerskern is al veel rijker dan een jaar geleden. Daartegenover staat: het ongeduld van de baas is groter. Twintig minuten te laat komen voor het ontbijt, dat strategie noemen en, als er wat van wordt gezegd, de dag erna nog eens twintig minuten later: dat zal niet meer kunnen. Ook niet meer voor de hoofdcoach.

Geld voor communicatie

Qua communicatie is er nog veel rek, vinden ze bij Antwerp. Toen onlangs de naam van Michel Preud’homme viel als mogelijke trainer, wist men niet goed hoe daarop te reageren. Uiteindelijk werd de chef voetbal van de grootste sportkrant van Vlaanderen uitgenodigd voor een etentje met László Bölöni, die volgend seizoen nog onder contract ligt en een en ander sportief kon nuanceren.

Om die communicatie nog beter te sturen is een smak geld beschikbaar, waarmee op de sociale media veel wordt gedaan en gepusht. In Brugge, organisatorisch de best geleide Belgische club, zijn ze op dat vlak zelfs wat afgunstig. Een en ander is in handen van de GMGroup, de mannen achter onder meer Express en Newsmonkey, dat zichzelf op de website omschrijft als een mengeling van journalistiek en entertainment. Infotainment. Als Paul Gheysens iets aanpakt, wil hij dat het goed is, dus budgetten zijn voorlopig – alles zit in een opstartfase – geen probleem.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content