Bruno Govers

Kéré en Dagano waren de vierde en vijfde in België voetballende Afrikanen, die dit jaar met malaria naar hun club terugkeerden. Gevaar voor besmetting is er niét.

Ahmed Salah Hosny (Egyptenaar, AA Gent), Gilles Yapi Yapo (Ivoriaan, Beveren) en Singa Manzangala (Congolees, Lokeren) waren er begin dit jaar al mee teruggekeerd uit Mali, waar de Afrikaanse Landenbeker had plaatsgevonden. De Burkinezen Mahamoudou Kéré (Charleroi) en Moumouni Dagano (Genk) liepen het onlangs op. Malaria.

Carl Willem, een van de dokters bij Sporting Charleroi, is behalve sportarts ook gespecialiseerd in tropische geneeskunde. “Malaria,” zegt hij, “is in de hele wereld de voornaamste parasitaire en tropische aandoening. Afrika vertegenwoordigt negentig procent van de gevallen in de wereld, en ook Mali en Burkina Faso behoren tot de risicolanden. De overige tien procent doen zich vooral voor in Zuid-Amerika en Zuid-Oost-Azië. De symptomen zijn : koorts, spierpijnen en lichamelijke zwakte, vaak gepaard gaand met aanvallen van migraine. Als je niet op tijd ingrijpt, kan het leiden tot een coma die in het ergste geval dodelijk is. Elke dertig seconden sterft er ergens ter wereld een kind aan. Maar om elk misverstand uit de weg te ruimen : malaria is niét besmettelijk.”

“Kéré en Dagano,” weet Willem, “raakten besmet tijdens hun verplaatsing naar Burkina Faso voor de kwalificatiewedstrijd voor de Africa Cup 2004 tegen de Republiek Centraal Afrika. Dat wij zowel als Genk zo snel gereageerd heeft, is een groot geluk geweest. Dat de malaria zich toch heeft ontwikkeld bij allebei, kan maar twee zaken betekenen : ofwel hebben deze jongens de voorzorgsmaatregelen niet gerespecteerd, ofwel werkte de medicatie onvoldoende. Afrikanen moeten zich evenzeer wapenen tegen de ziekte als een westerling : aangepaste kledij, anti-muggenmelk, aangepaste medicatie. Zij zijn even vatbaar voor de ziekte als eender welke Europeaan, want na twee of drie maanden verblijf buiten Afrika verdwijnt de immuniteit ook bij hen vanzelf.”

Jacques Everaert, clubdokter van Lokeren, herinnert zich nog enkele precedenten. “Destijds kregen we klachten van Stephen Keshi, John Etim Esin en Samson Siasia, maar ik ga ervan uit dat die jongens gewoon ziek waren. Ik maakte voor het eerst kennis met malaria in oktober 2001. De zoon van Mamadou Coulibali bleek er toen erg door getroffen te zijn, waarna Mamadou meteen het vliegtuig naar Ivoorkust nam. Gezien de ernst van de situatie konden we onvoldoende medicatie voorschrijven, zodat Coulibali ziek terugkeerde. Afgelopen juni werden we door een tweede geval opgeschrikt : Singa Mazangala. Hij had simpelweg zijn medicatie vergeten te nemen.”

Paul Vercruyssen, als sportdokter werkzaam op de Beverense Freethiel, kreeg de laatste maanden ook met twee malariaslachtoffers te maken. “De ene was Yapi Yapo na de Africa Cup, de andere de vrouw van één van onze Ivoriaanse spelers. Met Afrikaanse spelers moet je er niet alleen rekening mee houden dat ze de ziekte in hun land kunnen oplopen, maar evengoed terwijl ze met hun nationale ploeg elders in Afrika rondreizen – overal lopen ze gevaar. In het begin bezorgde ons dat enorme kopzorgen, maar tegenwoordig gebruikt zowat iedereen Lariam, een middel dat in de meeste Afrikaanse landen wel werkt.”

“Ik had de ziekte vier of vijf jaar geleden al eens”, geeft Kéré toe. “Ik verbleef toen even in een ziekenhuis in Ouagadougou, maar na twee dagen was alles al vergeten. Dit keer voelde ik me echt slecht, en opeens kreeg ik een klap. Daarna een zwart gat. Ik herinner me niets meer, alleen dat ik op slappe benen stond. Naar het schijnt hebben verscheidene mensen mij op dat moment moeten ondersteunen. Ik ontwaakte pas in het ziekenhuis, nadat ik in een coma was gesukkeld.”

Ook Dagano moest enkele dagen in het ziekenhuis rusten. Hij weet wél nog precies wat hem overkwam. “Aanvankelijk dacht de clubdokter aan een virale infectie, omdat ik op dat ogenblik enkel wat koorts had. Zelf dacht ik meteen aan malaria. De dagen voor de crisis voelde ik me abnormaal vermoeid. Het duurde veel te lang vooraleer ik recupereerde, en misschien was dat wel de verklaring voor mijn mindere prestaties van de laatste weken. Ik hoop dat ik zo snel mogelijk weer de oude ben.”

door Bruno Govers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content