Football Manager, de legendarische game waarvan vrijdag versie 2016 uitkomt, laat je toe in de huid te kruipen van de trainer van je lievelingsploeg. De bijzonder realistische simulatie slaagt er zelfs in om de voetbalwereld in real life te beïnvloeden.

Chelsea verkeert in moeilijke papieren op dit moment. Na de landstitel vorig seizoen zijn Eden Hazard en zijn ploegmaats nog slechts een schaduw van zichzelf. Weinig supporters van The Blues die zich dat bij het begin van het seizoen hadden kunnen voorstellen. Nochtans zullen ze eraan moeten wennen, aangezien de dierbare club van Roman Abramovitsj nog amper één keer kampioen zal spelen in de Premier League de komende… duizend seizoenen. In ieder geval als je de simulatie op Football Manager mag geloven van een Brit die stapelgek is op het spel van Sports Interactive. Lorf–Yizmo, zijn pseudoniem op de communitysite Reddit, liet zijn pc 58 dagen lang 24 uur op 24 draaien om duizend jaar voetbal in Engeland en wereldwijd na te bootsen. Terwijl Chelsea achterblijft, doet Tottenham Hotspur het nauwelijks beter met slechts vijf titels, ofwel minder dan – lukraak – Chesterfield (7), Bromley (32) of het verrassende koptrio Barnsley (93), Burnley (138) en Sheffield United (167). De brave man simuleerde ook de overwinningen in de Champions League, waarin Real Madrid zijn record behoudt (108 titels), én de Wereldbeker. Zo komen we te weten dat België vijf wereldtitels zal behalen, alleen Marokko (één WK) de hegemonie van de Europese en Amerikaanse landen zal doorbreken en Nederland nog geduld zal moeten oefenen tot in 2586 om eindelijk een finale te winnen.

Dergelijke voorspellingen zijn natuurlijk fantasie gezien het grote aantal nagespeelde jaren. Niettemin blijft Foot Manager het meest realistische sportmanagementspel ter wereld en zowel de eenvoudige liefhebber als de voetbalwereld zelf is dat gaan beseffen.

MCLEISH EN MESSI

‘Je zou zeggen dat het niet reëel is, maar het is echt een en al emotie. Kijk naar het stadion en de tribunes en je zult zeggen dat het een echte club is.’ In de middencirkel op een in nevelen gehulde Britse grasmat is Tony Jameson in gedachten verzonken. Het stadion is dat van de Blyth Spartans, een bescheiden club in de zevende afdeling in Engeland. ‘Ik wilde nergens anders zijn, vermoed ik. Ik heb de Premier League gewonnen, de Europacup… Ik ben nu 85.’ Als de comedian zijn virtuele pensioen nadert, is het omdat hij zijn uren op FM niet meer telt maar er een onemanshow over maakt, met de ironische titel Football Manager Ruined My Life. Daarin lacht hij met zijn eigen verslaving aan het spel. Een spel waar duidelijk veel aanhangers dol op zijn.

‘Je kunt een boek lezen en de leefwereld ervan binnentreden, maar dat blijft zonder gevolgen’, nuanceert Miles Jacobson, die aan de basis ligt van het spel. ‘In Football Manager heeft alles wat je doet een weerslag op de wereld.’ Woorden die tot nadenken kunnen stemmen, maar al enkele jaren blijkt het spel rechtstreeks de werkelijkheid te beïnvloeden en onder zijn trouwste fans grote namen aan te trekken.

‘Je komt een speler op het spoor en ziet dat hij een ster kan worden’, vertelt Ole Gunnar Solsjkær, grote tegenstander van Jordi Cruijff online. ‘je koopt hem op zestien, zeventien jaar en in het echte leven zie je hem evolueren. Ongelooflijk.’

Kortom, de database van het spel werd sinds zijn ontstaan zodanig uitgebreid en vervolledigd dat je vaak op een potentieel toekomstige topper kunt stoten. Alex McLeish mocht dat door schade en schande ervaren. Zijn zoon Jon, scout en speler van FM, ontdekte een goudhaantje in de derde ploeg van Barça, sprak er logischerwijs over met zijn vader opdat hij hem naar de Rangers zou halen. Vergeefs. ‘Hij beweerde dat die kerel de beste speler ter wereld zou worden’, spoelt de ex-trainer van Genk de film terug. ‘Ik zei: oké jongen, en gaf hem een tikje op zijn hoofd.’ De kerel in kwestie? Lionel Messi… McLeish vertelt verder dat ook Andrés Iniesta in werkelijkheid de rangen van de Rangers had kunnen vervoegen – gehuurd – dankzij de virtuele inschattingen van zijn zoon.

Begin jaren 2000 is het de beurt aan ex-profspeler Demetrio Albertini om het spel te leren kennen. Hij maakt tegenwoordig deel uit van het onderzoeksteam van Sports Interactive in Italië. ‘Ze hadden het gevoel dat een echte voetbalspeler alle eigenschappen juister zou kunnen bepalen’, opent de legende van AC Milan. Ook Massimo Oddo en Andrea Pirlo zijn besmet met het FM-virus. Ze aarzelen niet om informatie op te zoeken in de database van het spel en Giovanni Trapattoni te informeren over hun tegenstrevers.

‘Het is een ongelooflijk nuttig instrument, vooral voor een journalist zoals ik, die zich op de hoogte moet houden van de actualiteit en met name van de statistieken en de eigenschappen van de voetballers’, onderstreept Iain Macintosh van ESPN, auteur van Football Manager Stole My Life. ‘Met de database komt u alles te weten over eender wie, eender waar. Ik vertrouw er meer op dan op gelijk welke internetsite.’ En Macintosh is niet alleen: Everton en Huddersfield tekenden officiële akkoorden met SI, terwijl OGC Nice zich op een meer discrete wijze van de database bedient.

FELLAINI EN DE PRINSES VAN KENT

Het is eind jaren negentig wanneer de game zich begint te verweven met de werkelijkheid. Ray Houghton, destijds trainer van Crystal Palace, pleegt een telefoontje met Miles Jacobson: ‘Hij zei: luister, ik wil een goeie maar niet te dure linksachter maar vind er maar moeilijk één’, herinnert de uitvinder van het spel zich op SoFoot.com. ‘Dat was in 1998 of 1999. Ik heb een lijst gemaakt van goeie linksachters uit Oost-Europa, twee maanden later liet Crystal Palace een van die spelers tekenen.’

OGC Nice is de eerste Franstalige club die dat voorbeeld volgt. Nice zou inderdaad Nemanja Pecjinovic in 2010 getransfereerd hebben op aanraden van zijn scout Jonathan Beilin, een ervaren FM-fan. In de scoutingcel van Huddersfield, momenteel in The Championship, vind je vertegenwoordigers van Sports Interactive en Prozone. En Everton zou via FM de markt geprospecteerd hebben om de Fransman Magaye Gueye te kopen en een zekere… Marouane Fellaini.

Evenveel info die bijdraagt tot de authenticiteit van het videospel, maar ook tot zijn legende. Wanneer Vugar Huseynzade in 2012 op zijn 21e sportief directeur wordt van Bakoe, schrijft men zijn vroegtijdige succes toe aan zijn virtuele prestaties. Zelf zal hij echter beweren dat hij online slechts ‘de basiskennis’ heeft opgedaan.

Het spel eist dus meer en meer een plaats op in de aktentas van de scout 2.0, maar het kan ook de aanbidders helemaal gek en verslaafd maken. ‘Voor om het even welke spelversie is de beste ervaring wellicht een kostuum te dragen of zelfs de nationale hymne op te zetten voor de wedstrijden’, vervolgt Macintosh. Een idee dat helemaal komaf maakt met dat van de klassieke geek, die uren aan een stuk in onderbroek zit te spelen. Nochtans is het resultaat bijna hetzelfde: je blijft alleen, in de steek gelaten door een vriendin die het niet kan begrijpen. In de documentaire An Alternative Reality vertelt Adam Clery over zijn drukke avonden, die hij tot in de puntjes gekleed eenzaam voor zijn pc doorbrengt. Na een overwinning in de UEFA Cup, in real time gespeeld, juicht hij zo luid dat men aan zijn deur komt bellen. Ei zo na wordt hij opgepakt door de politie… ‘Ik heb de agenten moeten uitleggen dat er geen enkel gevaar was, dat ik alleen maar te opgewonden was door de gedachte een bekerfinale te spelen. Waarschijnlijk het moment in mijn leven dat me het meest tot nadenken gestemd heeft.’

Zijn vriend Johnny Sharples verklaart zijn liefdeaan Wesley Ngo Baheng, de donkere Frans-Kameroense aanvaller die hem in het spel geluk brengt met Gateshead, een bescheiden non-leagueclub. De aanbidding gaat zover dat hij een lied maakt te zijner eer en het clubsecretariaat belt om een shirt te bedrukken met de naam van de doelpuntenmaker. Enkele maanden later laat Gateshead hem in werkelijkheid testen. Zonder succes.

Of het nu in de tactische opstelling is van een ploeg of in de menselijke aansturing ervan, Football Manager streeft naar de perfectie en maakt het spel heel begrijpelijk en echt. De minste fout wordt cash betaald en een virtuele speler kan inmiddels zelfs in conflict treden met zijn trainer. Wat soms het fanatisme ten top drijft.

Deze zomer legde Alessandro Colombini, een Italiaan van negentien, meer dan 5000 kilometer af van Livorno naar Derry om zijn virtuele goalgetter Patrick McEleney te ontmoeten. Een andere speler had de gewoonte om zijn deurklink een hand te geven, alsof hij handen schudde op de voorstelling van zijn ploeg aan de prinses van Kent. Nog iemand anders had een vuilnisemmer in brand gestoken en voor zijn venster gehangen voor een virtuele verplaatsing naar Galatasaray, om de sfeer op te roepen van Istanbul, bekend voor zijn lampions en bijgenaamd ‘de stad van de duizend lichten’.

Jacobson kent er anders ook wat van, van dit soort zottigheden. Als verstokte fan van Watford sinds zijn prille kindertijd is hij inmiddels de shirtsponsor en mag hij de trainingssessies bijwonen om die in het spel te vervolmaken. In 2002 was hij ook betrokken bij de redding van Wimbledon. Voor de eerste match na de onderbreking waren The Wombles er zo erg aan toe dat ze de bedrijfstenuetjes van SI moesten lenen… ‘Ik geloof dat de relatie die mensen met hun ploeg in Football Manager hebben, beter kan zijn dan in het echte leven’, besluit de bedenker van het spel.

500.000 SPELERS

Het mag duidelijk zijn: de realistische kant geeft pit aan het spel. Maar hoe beginnen ze aan een betrouwbare database die ongeveer een half miljoen voetballers inventariseert van de Zuid-Afrikaanse eerste klasse tot de vijfde afdeling van het Franse voetbal? Het antwoord kan in één woord worden samengevat: passie.

Meer dan 1500 vrijwilligers over de wereld verzamelen in hun vrije tijd gegevens voor het spel. Eenvoudige fans die een waar titanenwerk verrichten. Iedere speler wordt beoordeeld volgens veertig eigenschappen, van technische kenmerken tot fysieke en mentale kwaliteiten. Daar worden gegevens aan toegevoegd over de voorgeschiedenis van de spelers en clubs, maar ook informatie over de stadions, bestuursleden of leden van de staf.

Concreet wordt iedere scout een club of regio toegewezen en wordt hij verondersteld om de wedstrijden, jeugdtoernooien en trainingen af te schuimen, met de clubs of spelers contact te leggen om de informatie te checken, de pers te lezen op zoek naar evaluaties en vervolgens alles door te spelen naar zijn nationale Head Researcher, betaald door Foot Manager. Die laatste neemt dan contact op met zijn collega’s in het buitenland en zorgt ervoor dat de gegevens globaal overeenstemmen, kwestie dat de statistieken van bepaalde spelers niet worden opgeblazen door een al te enthousiaste vrijwilliger. Een formule die haar deugdelijkheid heeft bewezen, zoals blijkt uit het vertrouwen dat de clubs in de database stellen, maar die natuurlijk niet vrij is van valse noten (zie kader).

ZELFTRANSFERS EN HUWELIJKSBEDROG

Terwijl scouts het spel als hulpmiddel gebruiken en duizenden gamers over de wereld talloze fora vullen met hun ontdekkingen of tactische raadgevingen, hebben ook bepaalde voetballers, (échte, op schoenen met noppen), het virus te pakken. Antoine Griezmann gaf al toe dat hij de wedstrijden aaneenrijgt, terwijl Nacer Chadli zijn passie voor het spel, waarin hij Tottenham managet, deelt met zijn volgers op Twitter. Bafétimbi Gomis, die zo mogelijk nog meer dol is op de game, verklaarde in 2014 dat hij na zijn contractondertekening bij Swansea met zijn nieuwe ploeg een wedstrijd was begonnen om vertrouwd te geraken met zijn nieuwe medespelers.

Paul Pogba van zijn kant werd begin vorig seizoen door de Britse tabloids bij Chelsea gemeld op basis van een foto in een vliegtuig tijdens het WK in Brazilië. Je zag de Juventusspeler tijdens een FM-wedstrijd met Chelsea, waar hij zichzelf naar had getransfereerd.

Een andere schizofrene situatie: de Engelse international Andros Townsend transfereerde zichzelf naar PSG, maar hij kon nooit een plaats vinden voor zijn digitale dubbelganger en zag zich verplicht hem met verlies te verkopen. De speler van de Spurs zit overigens niet om een FM-anekdote verlegen: begin dit seizoen sprak zijn vriendin Hazel O’Sullivan hem aan over een zogenaamd gemiste training. De WAG had simpelweg een screenshot van het spel op een sociaalnetwerksite voor waar aangenomen. Townsend werd zogezegd beboet voor zijn afwezigheid.

Ook in de Jupiler League zijn sommigen echt gebeten door het spel, zoals de CaroloClinton Mata: ‘Met mijn vrienden Jonathan Buatu, Dolly Menga of Christian Kabasele zijn we echt verslaafd. Als ik speel, ben ik op en top geconcentreerd. Ze mogen dan niet tegen me praten. Ik ben in staat om liever een grote wedstrijd te spelen dan uit te gaan.’ En het tijdrovende karakter van het spel heeft zo ook zijn voordelen: ‘Als ik met de nationale ploeg voor Angola ga spelen, glijden de lange vliegreizen veel vlugger voorbij. Het geweldige is dat jij de baas bent. Jij leidt je ploeg en zoekt oplossingen als het niet gaat, werkelijk alsof je een echte coach bent.’ Clinton, binnenkort de opvolger van Felice Mazzu?

DOOR JULES MONNIER EN NICOLAS TAIANA – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Mijn zoon beweerde dat ene Messi de beste speler ter wereld zou worden. Ik zei: oké jongen, en gaf hem een tikje op zijn hoofd.’ – EX-GENKCOACH ALEX MCLEISH

‘Ik ben in staat liever een grote wedstrijd op FM te spelen dan uit te gaan.’ – CHARLEROISPELER CLINTON MATA

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content