Ook tegen Argentinië toonde Duitsland nog maar eens welk toekomstpotentieel er in de ploeg schuilt. Het komt er nu op aan met de juiste puzzelstukken verder te bouwen en de stuurman aan boord te houden.

Het was midden de tweede helft in de wedstrijd tussen Duitsland en Argentinië. Miroslav Klose rukte bij een 2-0-voorsprong met de bal aan de voet naar de goal op. Helemaal rechts stond de jonge Thomas Müller vrij. Hij zwaaide met de armen om de bal te krijgen. Maar Klose, nochtans niet het prototype van de egoïstische spits, besloot zelf zijn kans te gaan. Hij werd meteen door Müller kordaat op de vingers getikt. Zo is het nieuwe Duitsland: jong en ongecompliceerd, onbevangen en ambitieus.

Voor de wedstrijd tegen Argentinië werd er aan Thomas Müller gevraagd of hij verbaasd is dat hij zich het ritme van het internationale topvoetbal zo snel eigen kon maken. “Waarom zou ik daarover verwonderd moeten zijn?”, vroeg Müller. “Ik ben naar hier gekomen om te leren. Of dachten jullie dat het was om Johannesburg te bezoeken?”

Wat verderop stond bondscoach Joachim Löw en knikte instemmend. Dat heeft hij graag. Een tikkeltje bluf, maar geen arrogantie. En zo bouwt hij verder aan de Duitse nationale ploeg. Zonder lastige karakters. Of beter gezegd: zonder stoorzenders. Geen moment is het bijvoorbeeld in hem opgekomen om voor dit WK de geblesseerde Michael Ballack te vervangen door de geroutineerde Torsten Frings. Dat mag dan een van de hoekstenen zijn van de ploeg die in 2006 eveneens tot de halve finale doordrong, in de filosofie van Löw paste hij niet meer.

Metamorfose

Met stijgende verbazing blijf je kijken naar de complete gedaanteverwisseling van de Duitse ploeg.

Hoe kan het eigenlijk dat sluipschutters als Miroslav Klose en Lukas Podolski na een tegenvallend seizoen plots weer boven water komen en hun slagkracht hervinden?

Waar komt plots Jérôme Boateng vandaan, een linksachter van 21 jaar met Ghanese roots, in de ploeg gedropt nadat zijn leeftijdsgenoot Holger Badstuber voor dat niveau nog wat te groen uitviel? Boatang speelde tegen Argentinië een vlekkeloze wedstrijd en viel in de duels nauwelijks te passeren.

En steeds weer moet je de waarde van die ijzersterke centrale as voor de verdediging bewieroken. In de eerste plaats Bastian Schweinsteiger, op dit moment samen met de Spanjaard David Villa de man van het toernooi. Vooral mensen die Bayern München van nabij volgen blijven zich verbazen over zijn metamorfose. Vroeger durfde Schweinsteiger bij wijze van spreken geen duel aan te gaan. Nu zei hij op een van de persconferenties dat het hem een kick geeft “om me meer naar achteren te oriënteren”. Geen speler die meer aan de bal is dan Schweinsteiger. Dat was ook al in de Bundesliga zo. In de laatste competitiewedstrijd van Bayern op het veld van Hertha Berlijn beroerde hij liefst 155 keer de bal. Niemand deed ooit beter. En de vroeger zo vlakke Bastian Schweinsteiger begint langzamerhand ook in interviews open te bloeien. Met de nodige zelfironie. Toen hem na de 4-0-zege in de bekerfinale tegen Werder Bremen werd gevraagd wat hij van zijn wedstrijd dacht zei hij ” sehr zufrieden te zijn omdat hij voor de beslissende 4-0 had gezorgd.” Opvallend ook dat Schweinsteiger steeds meer op andere spelers afstapt. “Hij is typisch een speler die groeit als je hem verantwoordelijkheid geeft”, zegt Jochim Löw.

En wellicht heeft ook de ontbolstering van Sami Khedira te maken met de sturende en stuwende aanwezigheid van Schweinsteiger. Khedira is een voetballer met een fantastische winnersmentaliteit. De zoon van een Tunesische vader en een Duitse moeder verbindt elegantie met fysieke kracht. Naar het beeld van de vernieuwde Mannschaft.

Geen banaliteiten

Hoe kan het eigenlijk dat iemand als Joachim Löw zo schitterend werkt en als clubtrainer nauwelijks een palmares heeft? Vier jaar geleden zei middenvelder Bernd Schneider dat hij tijdens het WK in Duitsland in de nationale ploeg meer had geleerd dan bij zijn club. Dat werd toen als een kaakslag aanzien voor de trainers uit de Bundesliga en een ode aan het vakmanschap van de toenmalige bondscoach Jürgen Klinsmann. De werkelijkheid was echter dat het compliment toen al voor Löw gold. Hij was de trainer op het veld, Klinsmann meer de observator die zich bezighield met teambuilding.

Nu legt Joachim Löw graag uit hoe hij het voetbal ziet. Ook op officiële persconferenties wil hij zijn filosofie ontvouwen. “Het belangrijkste”, zegt hij, “is dat je de ruimtes optimaal benut. Wat zie je vaak bij spelers? Ze geven de bal af en vergeten volgens te bewegen. Daar werk ik constant aan. Telkens opnieuw. Voetbal is herhalen.”

Spielen und Gehen is dan ook het credo van Joachim Löw. “Mijn grootste plezier”, zegt hij, “is dat ik een ploeg vooruitgang zie maken. Ongedacht tot welke resultaten dat leidt. Ik wil dat we voetballen en niet dat we de bal verwerken.” Löw zei het al vaak en hij blijft het zeggen.

Opvallend dat Joachim Löw zich tijdens persconferenties niet laat verleiden tot banaliteiten. Ook als de boulevardpers wat tendentieuze vragen stelt, blijft hij beleefd. Nooit valt deze uit Freiburg, in het Zwarte Woud, afkomstige trainer uit zijn rol. Op persconferenties gaat dat bijvoorbeeld zo.

Hoe ziet u zichzelf eigenlijk als trainer, Herr Löw?

Joachim Löw: Sagen wir mal zo: ich bin ein Kamptrainer. Ik leef in mijn eigen wereld en laat me door niemand beïnvloeden. En ik probeer alle storende elementen zo veel mogelijk te weren. Dat kost zeer veel concentratie en energie. Daarom ben ik op zo’n toernooi ook alleen maar met voetbal bezig. Ik kijk nooit naar televisie. Ik wil me helemaal op mijn job focussen. Dat was nu niet anders. Alleen toen er een nieuwe bondspresident werd gekozen, heb ik even gekeken.”

Hoe gaat u om met druk?

“Ik heb daar absoluut geen last van, al merk ik na zo’n toernooi wel dat het veel kracht heeft gekost. Belangrijk is wel dat ik het gevoel heb dat we goed voorbereid zijn. Dat is mijn vangnet. En dat was bij dit WK het geval. We hadden een zeer goed trainingskamp in Sicilië en in Zuid-Tirol. Vanaf dat moment wist ik dat we gewapend waren. Dat geeft me een grote innerlijke rust.”

Hoe komt het eigenlijk dat Duitsland als een toernooiploeg geldt?

“Wellicht omdat we erin slagen in een toernooi te groeien. Lichamelijk maar zeker ook mentaal. En dat begint vanaf de voorbereiding. Er is dan sprake van een opwaartse trend. Die zetten we in het toernooi verder. Bovendien is het zo dat wij als ploeg opereren. Wij zijn niet afhankelijk van individuele spelers. Onze sterkte is ons systeem. Van daaruit willen wij voetballen. Domineren en ageren, het zijn twee woorden die ik steeds weer in de mond neem. En het zo simpel mogelijk houden. Eenvoudig en efficiënt voetballen, dat is het moeilijkste wat er is.”

Hebt u na de nederlaag tegen Servië nooit gevreesd dat alles uiteen zou vallen?

“Geen moment. Omdat ik geloof in deze groep. We hebben veel gepraat. Open en bloot. Daar leer je alleen maar uit. Je moet ook de spelers goed benaderen. Na die eerste match tegen Australië kreeg Mesut Özil heel veel lof. Dan feliciteer ik hem. Maar op hetzelfde moment maak ik hem ook duidelijk dat het in het voetbal om stabiliteit gaat. En dat hij defensief nog moet verbeteren. Spelers laten groeien door ze positief te benaderen maar toch met de voeten op de grond te houden.”

Rationale benadering

Joachim Löw geeft zichzelf zelden complimenten. Hij praat niet over het speciale programma dat hij opstelde voor Miroslav Klose en waardoor de labiele en bij Bayern München op de bank verzeilde topschutter weer helemaal zichzelf werd. Hij heeft het niet over de ontelbare praatsessies met de spits die twee keer scoorde tegen Argentinië en in 100 interlands liefst 52 goals aantekende.

Op geen moment zal Joachim Löw ook jammeren over tegenslagen. Dat deed hij al niet toen Michael Ballack uitviel. Hij toont geen openlijke tekenen van twijfel na de onterechte gele kaart die Thomas Müller tegen Argentinië kreeg en waardoor hij de halve finale tegen Spanje moet missen. Löw benadert dat soort zaken ratio-neel.

Ook toen hem zondag de internationale pers onder ogen werd geschoven en er werd gesproken van voetbal van een andere planeet, bleef hij op de vlakte. Löw zal nooit meezweven op een wolk van euforie.

Op één vraag ging Joachim Löw tijdens dit WK zelden in. Op zijn toekomstplannen. Het is bekend dat de contractbesprekingen stokten. Financieel maar misschien meer nog wat zijn takenpakket betreft. Löw wil verregaande bevoegdheden, op alle niveaus, hij eist de totale supervisie. Het is duidelijk dat de Duitse voetbalbond het zich niet zal kunnen veroorloven om die wensen te negeren. Anders maakt ze zichzelf ongeloofwaardig. Heel anders dan vier jaar geleden toen de vraag of Jürgen Klinsmann bondscoach zou blijven ook de natie beroerde. Dat Klinsmann uiteindelijk zijn contract niet verlengde had niets met geld te maken. Het lag uitsluitend aan hem. Hij vond dat het genoeg was geweest en wist dat er een opvolger klaarstond. Klinsmann betrok Löw vaak bij bij de successen. Toen werd nog gedacht dat hij dat deed uit beleefdheid. Inmiddels weet iedereen beter.

Maar veel liever dan over zijn toekomst te dubben geniet Joachim Löw nu van de prestaties van zijn elftal. Van het gegeven dat Manuel Neuer nu echt tot een betrouwbare sluitpost is uitgegroeid en zijn keuze voor de keeper van Schalke 04 terecht is. Over het feit dat Per Mertes-acker tegen de Argentijnen eindelijk op niveau speelde, dat het middenveld nog maar eens als een harmonica in elkaar schoof. En dat de tactische marsroute klopte: de manier waarop Lionel Messi aan banden werd gelegd, toonde dat Joachim Löw ook een onderschatte tacticus is.

Opmerkelijk trouwens dat deze Duitse nationale ploeg bestaat uit spelers die in de Bundesliga actief zijn. Alsof de Duitse markt nog niet helemaal door het buitenland is ontdekt. Best mogelijk dat dit na het WK anders wordt. Wie weet heeft ook Joachim Löw zichzelf dan in de etalage gezet.

door jacques sys – beelden: reporters

Schweinsteiger is typisch een speler die groeit als je hem verantwoordelijkheid geeft. Joachim Löw benadert alles rationeel. Schweinsteiger is typisch een speler die groeit als je hem verantwoordelijk-heid geeft.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content