Je bent een jonge, ambitieuze sporter en je wil graag je vleugels uitslaan. Marc Herremans en Cedric Dumont helpen talenten op de weg naar het succes. In Sport/Voetbalmagazine stellen we er om de twee weken een voor. Deze week: discuswerper Philip Milanov (23).

Philip Milanov: “Ik ben een laatbloeier als discuswerper. Mijn vader had, toen hij nog in Bulgarije woonde, meer dan zestig meter geworpen, en trainde in Brugge Jo Van Daele, tot vorig jaar Belgisch recordhouder. Ik ging geregeld naar de trainingen kijken, ik voel me echt thuis op de piste in Brugge, ook al ben ik nu lid in Vilvoorde. Ik heb speerwerpen geprobeerd, maar na een maand of zes ben ik gestopt. Geen gevoel voor. Als klein manneke gooide ik enorm graag met steentjes, de stap naar het kogelstoten en discuswerpen was vanzelfsprekend.

“Mijn prestaties met de kogel waren gevoelig minder. Pas sinds vorig jaar, toen ik van de aanglij- naar de draaitechniek overschakelde, heb ik een enorme progressie gemaakt. Meer dan 2,5 meter verder gegooid, naar 17m30. Een redelijke afstand, maar op Europees niveau stelt dat nog altijd heel weinig voor. Toch blijf ik de twee combineren, alleen al om meer variatie in de trainingen te kunnen steken. En: het kogelstoten heeft een positieve invloed op stabiliteit, techniek en explosiviteit.

“Ik ben pas intensief beginnen te trainen toen ik achttien, negentien jaar was, ervoor trainde ik nooit meer dan drie keer per week. Andere interesses, hé… (lacht) Pianospelen, skateboarden, tekenen en muziek producen, wat ik nog altijd heel graag doe. Ideaal om ’s avonds de zinnen even te verzetten. Of ik ga met mijn vader een uurtje tennissen.

“In 2010 werd ik, ondanks het beperkte aantal trainingsuren, toch Belgisch juniorenkampioen in het discuswerpen. Sindsdien pakte ik jaar na jaar de Belgische titels. Ik ben nog altijd geen ‘veeltrainer’. Per week niet meer dan elf à twaalf sessies, inclusief de krachttrainingen, maar in iets minder dan vijf jaar gooi ik tien meter verder. Het was lang zoeken naar de ideale techniek, die bij iedere werper verschillend is. Nu heb ik eindelijk gevonden welke techniek het best bij mijn lichaamsbouw past.

“Begin dit jaar pakte ik het Belgisch record van… Jo Van Daele, de ex-poulain van mijn vader. En op de meeting in Hengelo, begin juni, deed ik nóg beter: 66,02 meter, op dat moment goed voor een zevende plaats op de Europese ranking. Een afstand die ik op training al had gegooid – zelfs al 66,80 meter – maar ik had nooit verwacht dat het ook al op wedstrijden zou lukken. Een meevaller, waardoor ik naar het EK in Zürich mocht en voor een aantal meetings van de Diamond League werd uitgenodigd.”

Het eerste grote toernooi

“Tijdens de voorbije winter heb ik meer krachttrainingen ingelast, maar ik moet nóg sterker worden. Zonder te overdrijven, want in juni kreeg ik plots pijn in de rug. Op training wilde ik eens tonen welk gewicht ik in de deadlift kon tillen. Show-off… (lacht) Kromme rug, verkeerde beweging. Op de scans was er geen zwaar letsel te zien, maar blijkbaar zijn er kleine stabilisatiespieren in de rug getoucheerd. Ik heb er zes maanden later nog altijd last van, ook als ik op een stoel zit.

“Dat verklaart wellicht ook gedeeltelijk waarom ik op het EK niet door de kwalificaties geraakte. Amper 59,85 meter… Ik was enorm ontgoocheld. Toen ik achteraf de worpen in de finale zag, was mijn teleurstelling nog groter. Robert Urbanek werd met 63,81 meter zelfs derde… Maar, en dat is typisch in het discuswerpen: er is altijd een enorm verschil tussen prestaties op meetings en in EK’s of WK’s, waar meer op zekerheid wordt geworpen. Het grappige is dat ik de dag erna, op training, constant 63 meter gooide.

“Ik was enorm onder de indruk van de omstandigheden tijdens mijn eerste grote kampioenschap. Een week op voorhand al vertrokken, hoge verwachtingen en dertig deelnemers, waardoor je ook meer moet wachten. Ik was overweldigd door al dat publiek, door de mensen die rond de werpring stonden én door de zes televisiecamera’s. Ik had mezelf ook te veel druk opgelegd. ‘Ik mag absoluut niet minder dan 60 meter werpen…’ Ik wilde ‘het’ te veel en betrapte mezelf erop dat ik af en toe in de camera keek (lacht) en daardoor mijn techniek verwaarloosde.

“Maar, en dat is een troost, ook de grote atleten maken foutjes. Zoals Europees kampioen Robert Harting, die tijdens zijn laatste poging uitgegleden is. Gladde schoenen, een explosieve en ‘snelle’ discipline en de vochtigheid, de grootste vijand van discuswerpers. Als het regent, dan moeten we zelfs de werptraining afgelasten, waardoor het heel moeilijk is om met een vast trainingsschema te werken.

“Met meer ervaring moet ik zulke tegenslagen kunnen vermijden, uiteindelijk ben ik nog heel jong voor een discuswerper, die pas rond hun dertigste aan hun top zitten. Nog zeven jaar… (lacht) Op de Diamond League in Monaco en Brussel gooide ik telkens rond de 63 meter. Minder druk, minder deelnemers, minder belangstelling. Een totaal ander gevoel… Ik heb er geen idee van hoe ver ik in de toekomst kan werpen. Moeilijk in te schatten. Sport is voor zestig procent gevoel, vind ik. Mijn vader, die sterker was, zegt altijd dat ik veel meer talent heb dan hij.

“In vergelijking met de echte toppers, die 130 kilogram wegen, ben ik met mijn 108 kilogram een lichtgewicht. Daar moet nog iets bij, maar door die rugproblemen kan ik tijdens de krachttrainingen niet voluit gaan. Gelukkig is pure kracht niet alles, een grote armwijdte en snelheid zijn op zijn minst even belangrijk.

“Het eerste doel is de limiet halen voor het WK van volgend jaar in augustus in Peking. Twee jaar geleden werd je met een worp van 65,09 meter geselecteerd, het minimum voor volgend jaar zal ergens in die buurt liggen. En dan, het jaar erna, de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. De droom van iedere atleet, maar voor mij kan het realiteit worden. Hoop ik toch…”

DOOR CHRIS TETAERT – BEELDEN: CHRISTOPHE KETELS / BELGAIMAGE

“Op het EK had ik mezelf te veel druk opgelegd.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content