Guy Vanhengel wil voor zijn opvolger als Vlaams minister van Sport meer dan een verdubbeling van de middelen.

Z et sport op 1. Met die slogan richt Vlaams minister van Sport Guy Vanhengel (VLD) zich in het laatste jaar van de huidige legislatuur – die voor de Vlaamse regering afloopt in juni 2004 – op de hele bevolking. De 1 staat volgens de minister voor “de prioriteit die sport in de samenleving moet krijgen. We willen de meerwaarde die sport biedt benadrukken, niet alleen qua fitheid en gezondheid van de bevolking, maar ook het economisch belang ervan en het sociale netwerk dat de sportwereld creëert.”

Vanhengel richt zich vooral ook naar zijn collega’s beleidsmakers, die hij wil overtuigen om een budgettaire inhaalbeweging te steunen voor het ministerie waarvan hij aan het hoofd staat. Dit jaar besteedt de Vlaamse regering 69.694.000 euro aan sportbeleid, een stijging van bijna 9 miljoen euro in vergelijking met 2002. “Maar het neemt niet weg dat het relatieve gewicht binnen de Vlaamse begroting bijzonder klein is”, zegt Vanhengel. “Het aandeel van sport daarin bedraagt amper 0,4 procent. Ter vergelijking : dat van cultuur bedraagt 2,2 procent.”

En dat is een wanverhouding die de minister wil wegwerken. Want de 1 betekent ook 1 procent van de Vlaamse begroting. Vanhengel wil met andere woorden het sportbudget meer dan verdubbelen. En dat zou al in het volgende Vlaamse regeerakkoord opgenomen moeten worden. Het lijkt een onrealistische doelstelling, maar dat is het volgens Vanhengel niet. “Als je via een begrotingscontrole alleen al 9 miljoen euro kan losweken en als ik bovendien merk dat heel wat van mijn collega’s het idee genegen zijn om de sportwereld te steunen, dan geloof ik erin dat de volgende regering die plannen zal kunnen waarmaken.”

Als invulling van de campagne Zet sport op 1 zal Vanhengel in de loop van de komende twaalf maanden op geregelde tijdstippen proberen aan te geven wat er allemaal kan gebeuren met een surplus aan middelen. “We willen sport op de agenda plaatsen, de maatschappelijke relevantie ervan benadrukken tijdens een aantal sportieve happenings, want een beetje verzuring in de benen gaat de verzuring van de maatschappij tegen.” Zo zal eind deze maand het Gordelparcours rond Brussel voorzien worden van permanente bewegwijzering en plechtig ingereden worden door een aantal BV’s. “En hopelijk ook door heel veel minder bekende fietsliefhebbers”, voegt Vanhengel eraan toe. “Met dit initiatief willen wij sport voor allen centraal stellen. We willen belang schenken aan de regelmatige sportieve activiteit, in clubverband, maar zeker ook op niet-georganiseerde basis. Niet minder dan 27 procent van de Vlamingen doet immers geregeld aan sport zonder lid te zijn van een sportclub.”

Eind juni vindt de Gordel voor Scholen plaats en eind september de Vlaamse veldloopweek voor scholen. “Met die twee initiatieven willen we het belang van sport in de opvoeding van jongeren belichten.” Omdat “topsport een voorbeeldfunctie vervult” zal de minister ook het topsportbeleid aangrijpen om de noodzaak van een budgetverhoging te staven. “Zoals tijdens de opening van het Bloso-sporthotel volgende maand op de Blaarmeersen in Gent, waar dankzij onder meer de topsporthal en het Wielercentrum Eddy Merckx een volwaardig topsportcentrum komt. We zullen ook de uitreiking van de topsportstatuten onder de aandacht brengen en daarmee het puike werk dat de 9 topsportscholen in samenwerking met 14 federaties verrichten.”

Een sleutelmoment in de campagne vormt de door Bloso georganiseerde Staten-Generaal van de sportclubs op 20 en 21 september.

Tot slot wil Vanhengel ook werk maken van de verbetering van de sportinfrastructuur in Vlaanderen. “Tot 2002 was er in de Vlaamse begroting 1,25 miljoen euro ingeschreven voor investering in sportinfrastructuur. Naar aanleiding van de begrotingscontrole hebben we bekomen dat er dit jaar 7,25 miljoen euro voor wordt uitgetrokken. Daarmee kunnen we toch al een aantal projecten financieren, zoals bijvoorbeeld de uitbouw van het basketopleidingscentrum in Oostende en van het Vlaams Wielercentrum Eddy Merckx.

“We zijn op de goeie weg,” concludeert Vanhengel, “maar er is nog werk aan de winkel. Ik ben er in elk geval van overtuigd dat volgend jaar bij de Vlaamse verkiezingen sport bij álle partijen een belangrijke plaats zal innemen in het programma.”

door Roel Van den broeck

‘Een beetje verzuring in de benen gaat de verzuring van de maatschappij tegen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content