Woensdagavond wordt in Oostende de Gouden Schoen gekozen. Het moet al erg tegenzitten als de winnaar geen (ex-)speler van Standard wordt. Een gesprek met technisch directeur Dominique D’Onofrio over het goud van Standard.

Aan de kaartverkoop van Standard in tribune II is het aanschuiven voor tickets voor de Europese wedstrijd van de Rouches tegen het Portugese Braga. Naast het kantoor van technisch directeur Dominique D’Onofrio zijn Luciano D’Onofrio en algemeen directeur Pierre François druk in gesprek. Voor aanvang van het interview stopt Luciano zijn broer nog een dvd in handen. “Heb je hem gezien?” De voormalige hoofdtrainer knikt. “Héél goed”, is zijn oordeel.

Achter zijn bureau hangt een foto van vorig jaar: Steven Defour die fier zijn Gouden Schoen toont. Wint Standard vanavond weer, dan heeft het na Sérgio Conceição en Defour zijn derde Gouden Schoen in vier jaar.

Had men u, toen u tweeënhalf jaar geleden stopte als hoofdtrainer, gevraagd wat de namen Axel Witsel, Dieumerci Mbokani, Milan Jovanovic en Steven Defour u zegden, wat had u daarop geantwoord?

Dominique D’Onofrio: “In de huidige kern blijven amper drie spelers van toen over: Jérémy De Vriendt, Oguchi Onyewu en Mohamed Sarr, die toen invaller was. Steven Defour zat nog bij Genk, maar wij waren toen al overtuigd dat hij bij ons een rol van betekenis zou kunnen spelen. Dat hij al op zo jonge leeftijd Gouden Schoen werd, toont ook hoe snel hij als voetballer in geen tijd geëvolueerd is. Daarom hebben we voor hem als kapitein gekozen, hoewel je in België zelden een kapitein van negentien ziet.

“Dat er een goeie lichting jongeren aankwam, wisten we. Marouane Fellaini en Axel Witsel hadden onmiskenbaar talent. Alleen moest dat talent zich nog openbaren. Zodra ze in het team kwamen, had het geen zin meer om ze terug te zetten. Al na drie, vier matchen hadden ze lef, karakter, persoonlijkheid en zin voor initiatief getoond. Gekoppeld aan talent moest dat leiden tot vooruitgang, op voorwaarde dat ze in een omgeving vertoeven die in hun voordeel speelt. Dat wil zeggen: in een goed draaiend elftal. Ik heb Fellaini bij de A-kern gehaald toen we op stage gingen in Portimão. Ik wilde ook Witsel meenemen, die nog geen zeventien jaar was, maar Michel Preud’homme vond het toen nog wat te vroeg. Uiteindelijk gingen Fellaini, Yanis Papassarantis ( nu bij Roeselare, nvdr), Miguel Dachelet ( nu bij Zulte Waregem, nvdr) en Samuel Piette ( bij de tweede ploeg van Osasuna, nvdr). Het volgende seizoen zaten Fellaini, Witsel en Papassarantis in de kern.”

Voorheen bekommerde Standard zich amper om de eigen jeugd.

“De omstandigheden zijn de laatste jaren erg veranderd. Men hechtte voordien ook te weinig belang aan een goeie communicatie met de ouders van jonge spelers. Dat probeer ik nu te doen, goed anticiperen. De bouw van de Académie Robert-Louis Dreyfus heeft ons, niet alleen in België maar ook in het buitenland, een enorme geloofwaardigheid gegeven in het jeugdverhaal. Veel jonge Franse en Belgische talenten melden zich hier spontaan aan. Onze structuur is niet alleen top in België, maar ook in Europa. Vergeet niet van waar Standard komt. Elf jaar geleden was het een club vol problemen, ook qua infrastructuur. Onze jongeren moesten trainen bij kleine clubs uit de buurt. Zelfs voor de eerste ploeg werkten we in abominabele omstandigheden. Nog maar tweeënhalf jaar geleden moest ik 70 procent van de trainingen naast het stadion laten plaatsvinden, op het veldje van Standard Fémina, dat niet eens de vereiste afmetingen had, waar na twee maanden al geen gras meer op stond en waar we, bij regenweer, gaten in de grond moesten maken om het water te laten weglopen. Gerenommeerde spelers als Conceição en Costa moest je in zulke omstandigheden motiveren om aan het werk te gaan. Met de bouw van de Académie kan het verwachtingspatroon flink omhoog. Tevoren geloofden jonge spelers niet altijd in doorgroeimogelijkheden bij ons. Pocognoli, Mirallas en Legear waren op hun vijftiende al weg. Blijven ze, dan zijn ze nu titularis bij Standard.

“Ook aan Axel Witsel werd op zijn vijftiende hard getrokken door buitenlandse clubs, vooral Duitse en Engelse, maar hij koos om hier te blijven, op aangeven van zijn entourage. Zij snapten dat de beste oplossing voor hem was om hem niet weg te trekken uit zijn vertrouwde milieu. Zijn vader werkt trouwens bij Standard, hij traint de min 12-jarigen. Hij begreep dat Axel zich het best zou ontwikkelen door te blijven. We gaan nu een jongen terugnemen die ons begin dit seizoen – op zijn vijftiende – verliet voor een Franse club. Wel tien keer heb ik met de vader gesproken, maar hij wilde weg, en omdat hij geen zestien was, konden we daar niets tegen doen. Terwijl wij, op dit moment, toch de Belgische club zijn die het meeste vertrouwen geeft aan jonge spelers.”

Axel Witsel

Wanneer heb je Witsel voor het eerst gezien?

“Toen ik naar mijn zoon ging kijken die met Standard op Wezet speelde. Wat me frappeerde, was zijn natuurlijke elegantie. Alles zag er zo gemakkelijk uit. Toen al, hij was amper elf, stak hij erboven uit. Alleen kan je op zo’n moment niet voorspellen hoe iemand verder gaat evolueren. Maar ook in de oudere leeftijdscategorieën was hij de beste. Hij heeft een bijna perfect parcours afgelegd en toont nu dat hij op een dag in een grote competitie kan spelen, ook al is zijn opleiding nog niet af en heeft hij nog een enorme progressiemarge voor zich, op élk vlak. Maar wat hij op zijn leeftijd laat zien, is uitzonderlijk.”

Hoe gaan jullie om met een talent dat elke dag in de Engelse pers geloofd wordt?

“Hij weet ook dat hij hier nog grote sportieve momenten kan beleven: hij kan nog eens kampioen worden, hij kan de Gouden Schoen winnen en hij kan Europees nog sterke prestaties neerzetten. Hij is nog geen twintig jaar, hé! Zelfs als hij nog één of twee jaar bij ons zou blijven, is hij nog piepjong.”

Heeft hij oren voor die boodschap, of vreest u een leegloop?

“Ik denk niet dat je voor een leegloop moet vrezen als een club net een bod van vijftien miljoen euro heeft geweigerd, zoals wij voor Steven Defour deden. We weigerden ook een miljoenenbod voor Milan Jovanovic omdat we vonden dat de geboden som niet in verhouding stond tot zijn talent. Aanvankelijk wilden we ook Fellaini houden. Bij een bod van vijftien miljoen hebben we nog ‘nee’ gezegd. Toen ze met 20 miljoen kwamen, lag dat anders. Dante is wel vertrokken. Dit keer konden we hem niet tegenhouden, nadat hij vorig jaar niet naar Dinamo Moskou mocht, omdat we toen dachten dat Jovanovic weg zou gaan.”

Hoe reageren spelers daarop? Zeggen ze: fijn, we hebben het hier ook naar onze zin?

“Steven Defour blijft daar nuchter bij. Misschien omdat hij op zijn leeftijd een maturiteit toont die Witsel nog niet heeft. Hij gaat beter om met wat over hem geschreven wordt dan Witsel.

“Op 25 of 26 jaar bereik je de volle maturiteit. Helaas hebben weinigen het geduld om zo lang te wachten, door de veranderde economische context. Door de prestaties in de UEFA Cup hebben een paar spelers hun marktwaarde enorm verhoogd. Tegen Sampdoria zaten 27 scouts van topclubs in de tribune. Standard is het mooiste uitstalraam van België. Het is logisch dat de spelers in die omstandigheden een meerwaarde hebben gekregen.”

Anderhalf jaar geleden juichte AA Gent nog toen het iets meer dan vier miljoen euro kreeg van Sint-Petersburg voor Lombaerts. Peanuts, vergeleken met de sommen die nu geboden worden.

“Er is iets fundamenteels veranderd, door Standard. Voorheen kwamen clubs naar hier met het idee: als we in een klein voetballand als België twee miljoen euro bieden, moet om het even welke club een speler laten gaan. Dat is nu niet meer het geval. Onze financiën zijn gezond. Standard moet geen spelers meer verkopen. Dat was al voor het vertrek van Fellaini zo. We hebben het vierde budget van België, maar we zullen nooit in het rood gaan. Pas op, de laatste tijd wordt ook op de Belgische markt duur ingekocht. Standard kan zich niet permitteren die prijzen te betalen.”

Dus haken jullie af voor Stijn De Smet als Cercle de prijs optrekt?

“Wij haasten ons niet om iemand te kopen. Wij laten ons niet onder druk zetten.

“Weet je dat de kampioensploeg van vorig jaar, alle spelers samen, geen zes miljoen euro heeft gekost? En dat terwijl onze spelers nu voor een aantal gerenommeerde buitenlandse clubs al niet meer te betalen zijn. Ik ervan overtuigd dat Everton met de aankoop van Fellaini een goeie zaak heeft gedaan. Ze hebben 20 miljoen betaald, maar binnen een jaar of twee gaan ze er veel meer voor krijgen van een echte topclub.”

Steven Defour

Door het vertrek van Fellaini kwam Witsel centraal te spelen, waar hij het heel goed doet.

“Dat verraste me niet, omdat hij heel zijn jeugd centraal op het middenveld speelde, af en toe zelfs als diepe spits. Michel Preud’homme heeft hem naar de flank gehaald. Daar scoorde hij meer dan nu. In het moderne voetbal is zijn polyvalentie een enorme troef. Het verraste me wél dat hij al in de eerste wedstrijden in het eerste team zo’n indruk liet. Als je op je achttiende tegen topploegen zulke prestaties neerzet, heb je persoonlijkheid te koop, ook al is hij introvert. Axel heeft een grote loopbaan voor zich.”

Hoe reageer jij als Witsel en Defour in de krant verklaren dat ze hier nog weinig kunnen leren?

“Steven zal achteraf wel snel begrepen hebben dat hij hier nog veel kan leren. Wie zegt dat hij bij Ajax hetzelfde traject had kunnen afleggen als hier? Hier is hij Gouden Schoen geworden, een van de jongste uit de Belgische voetbalgeschiedenis.

“Hij heeft er het laatste jaar een dimensie bij gekregen, in het beheersen van zijn prestaties en het lezen van de wedstrijd. Sinds hij voor de verdediging speelt, recupereert hij meer ballen, maar geeft hij ook assists en trapt hij op doel. Vorig jaar liep hij in een meer aanvallende positie een beetje verloren, vandaag voetbalt hij efficiënter. Tevoren zag je hem overal opduiken, maar kwam hij amper voor doel. Zijn statistieken waren niet goed. Als nummer tien was hij niet efficiënt genoeg, maar ik blijf ervan overtuigd dat Steven een grote nummer tien wordt.

“Een jonge speler moet een carrièreplan opmaken. Defour is net zo’n goeie speler geworden door de topprestaties die hij hier kon leveren. In het soort club waar hij heen wil, zijn er 30 volwaardige profs en zal hij vaker op de bank belanden, zoals Tom De Mul bij Sevilla. Bij Standard is zijn traject duidelijk. De raad die ik hem geef, is niet te snel te vertrekken. Als hij op een dag vertrekt, zal Standard hem helpen om een betere club te vinden dan Moskou. Dat is een van onze troeven. Lucien ( D’Onofrio, nvdr) denkt niet alleen aan het belang van Standard, maar zoekt ook de beste oplossing voor de speler.”

Verrassend waren niet zozeer de goeie resultaten van Standard in de UEFA Cup, wel het feit dat ze behaald werden met dominant voetbal.

“De mentaliteit is veranderd. Zo gauw we de bal hebben, denken de spelers dominant. Dat begint al van bij de aftrap. Tevoren hadden spelers altijd twijfels. Als je twijfelt, kan je niet bevrijd spelen. Als je jong, onbezorgd en bewust van je sterkte bent, heb je daar geen last van. Onze jonge spelers durven hun gereputeerde tegenstander in het wit van de ogen te kijken. Ze zijn niet onder de indruk, integendeel: het stimuleert hen. Toen ik voor Liverpool met Fellaini praatte, zei hij: ‘Wacht maar, je zal eens wat zien.’ Hij straalde wilskracht en overtuiging uit. Toen wist ik: die gaat ervoor. Dat is de echte kracht van Standard. Op hun leeftijd hebben die jonge voetballers een ongelofelijke competitiedrang. Ze steunen mekaar ook. Kijk maar hoe Jovanovic, Wilfried Dalmat of Igor De Camargo terugplooien en mee komen werken bij balverlies. Bij balbezit kunnen we de betere ploegen in Europa in problemen brengen. Na de match thuis tegen Liverpool wist ik dat we konden rivaliseren met sterke teams.”

Een paar jaar geleden, toen u nog trainer was, kreeg Standard thuis nog een pandoering van Athletic Bilbao.

“Toen had je nog veel spelers die snel gingen twijfelen zodra het moeilijk werd. Krijgt Standard nu een goal tegen, dan weet iedereen dat we kunnen terugkeren. Toen was dat nog niet zo. Zelfs voor spelers met veel ervaring was het truitje van Standard te zwaar om hun schouders. Dat gold niet voor Conceição, die ons zijn grinta bijbracht. Sérgio leerde de andere spelers dat je ’s zondags speelde zoals je trainde, zelfs al was hij moeilijk te sturen en heeft hij ons ook wat gekost door zijn schorsing: een landstitel.”

Mbokani-Jovanovic

Twee jaar geleden had Anderlecht geen zin meer om met Mbokani door te gaan. Wat zette Standard ertoe aan om zo’n moeilijk geval te halen?

Mbokani volgde ik toen hij met de reserven speelde bij Anderlecht. Toen die mogelijkheid zich aanbood, hebben we goed de voor- en nadelen afgewogen. Vandaag zijn we tevreden dat we de knoop hebben doorgehakt in zijn voordeel. Het voornaamste argument dat voor hem pleitte, waren zijn enorme voetbalmogelijkheden. Mbokani kan een grote speler worden, als het hoofd het lichaam volgt. Je moet hem wel goed begeleiden. Als er iets is, belt hij me. Ik probeer in alle stilte zijn problemen op te lossen. Soms moet je hem duidelijk maken dat hij als profvoetballer anders moet reageren dan hij van nature zou doen. Hij is in positieve zin geëvolueerd omdat hij zich hier gewaardeerd voelt. Bij Standard heerst een menselijke warmte, die hij misschien bij Anderlecht niet voelde. Je zou kunnen zeggen: een prof moet daarboven staan, maar de meeste spelers, ook profs, zijn grote kinderen.”

In welke zin heeft Jovanovic je verrast?

“Spelers met zijn kwaliteiten vind je niet veel in Europa. Toen hij hier in de tijd van Boskamp drie weken testte, zagen we meteen welke kwaliteiten hij had. Daarom kreeg hij meteen een contract. Intussen is hij nog veel sterker geworden. Hij kan op een zeldzame manier een verdediging doorboren: met zijn snelheid, zijn dribbels, zijn explosiviteit trekt hij altijd twee, drie tegenstanders mee. Zo heb je er niet veel in Europa. Als hij zich voorneemt om in zijn eentje het verschil te maken in een match, kan hij dat ook. Hij is een van de leiders van dit Standard, maar dé natuurlijke leider is Onyewu.”

Opvallend is dat Jovanovic in zijn nieuwe rol op de linkerflank nog sterker is dan in de punt.

“Toen Jan Boskamp hier nog trainer was, speelde hij in de voorbereiding ook op links, maar dan in een 4-4-2 in plaats van een 4-3-3. Hij dribbelt, geeft goeie passes, scoort, is helemaal opengebloeid.”

Voor Jovanovic komen alle dagen aanbiedingen binnen. Hoe gaat hij daarmee om?

“Hij heeft daar mentaal afstand van genomen. Jovanovic heeft vertrouwen in Standard. Hij weet dat, als er een passend en concreet bod voor hem komt, wij ons woord zullen houden en hem zullen laten gaan. Maar dan moet de prijs die geboden wordt wel in verhouding staan tot zijn talent. Het bedrag dat PSV vorige zomer voor hem bood, stond niet in verhouding tot zijn talent. Als er geen goed bod komt, blijft hij.”

Fellaini hebben jullie voor 20 miljoen verkocht. Hoeveel moet Jovanovic kosten?

“Wij zijn geen vragende partij om hem te verkopen, dus is het niet aan ons om een prijs te zeggen. Het is aan wie hem wil om een bod te doen. Hij ligt nog onder contract, dus wij hebben het laatste woord.”

Als hij volgende week vertrekt, kost dat jullie de titel.

“Nee, want hij gaat volgens ons niet weg. Er is meer kans dat hij blijft. Hij weet ook dat dit een goeie ploeg is, de beste van België én goed genoeg om Europees een prijs te winnen.” S

door geert foutré – beelden: reporters

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content