Wat hebben Mbo Mpenza, Stijn Stijnen, Steve Dugardein, Giovanni Seynhaeve en Dany Verlinden met elkaar gemeen? Twee dingen: het zijn allemaal (ex-)voetballers en ze komen zondag op bij de gemeenteraadsverkiezingen.

Meer nog dan bij de parlementsverkiezingen duiken tijdens de gemeenteraadsverkiezingen tal van bekende Belgen links en rechts op bij een politieke partij. En ze komen uit alle sectoren van het sterrendom. Uit de media (denk maar aan Carl Huybrechts en Phaedra Hoste), uit de muziek ( Lou Deprijck – dit keer zonder zijn Hollywood Bananas) en uit gerechtelijke middens ( Michel Bourlet). Ook de sportwereld laat zich in deze niet onbetuigd. Ook uit die wereld vinden we immers een heleboel potentiële stemmentrekkers terug op de gemeentelijke kieslijsten. We merken onder meer Christophe Rochus, Filip Meir- haeghe, GaëlleValcke (hockey), Ulla Werbrouck, Marc Deheneffe (basket), Tom Steels en atleten AnjaSmolders, Veerle Dejaeghere en Sandra Stals op. Uiteraard proberen ook een heleboel voetballers (zie kaderstuk) de kiezers te verleiden. Als beoefenaars van de meest populaire sport ter wereld zou het best wel eens kunnen dat de heren voetballers er bovendien in slagen om een groot aantal stemmen te halen. Ook al hebben ze in de Belgische politiek vaak een slecht imago.

Strikt lokale ambitie

Je zou je kunnen afvragen waarom ex-voetballers zich in de gemeentepolitiek storten. Welk doel hebben ze voor ogen en welke resultaten hopen ze te behalen? Enkele dagen voor de gemeenteraadsverkiezingen zochten we enkelen van hen op en vroegen we hen wat hun ambities zijn. Feit is dat de meeste spelers – of het nu om Mbo Mpenza, Olivier De Cock of de Moeskroentandem Giovanni SeynhaeveSteve Dugardein gaat – eerder toevallig of door toedoen van een (vage) kennis in de politiek gerold zijn. Al zal elke sporter zeggen dat hij “altijd al wel met politiek bezig geweest is hoor”. Opvallend is wel dat de meesten onder hen duidelijk maken dat ze strikt lokale ambities hebben. Misschien wel omdat ze gezien hebben hoe het Marc Wilmots is vergaan in mei 2003. De huidige bondscoach kwam op voor de MR en werd met 109.000 (!) voorkeurstemmen verkozen in de Senaat. Amper twee jaar later hield Wilmots het uit eigen beweging voor bekeken. Het lijkt erop dat de huidige sporters met politieke ambitie het zware werk aan de grote jongens willen overlaten, terwijl ze zelf in de schaduw van Kamer en Senaat willen werken. Ze zijn zich wel degelijk bewust van hun beperkingen en het negatieve imago dat hen nog steeds achtervolgt. “Uiteindelijk blijven de mensen denken dat wij maar domme voetballers zijn”, aldus een opkomende sporter met politieke ambities die liever anoniem wil reageren. “Die opmerking heb ik al meerdere malen te horen gekregen en als ook de politieke klasse er zo over denkt, zal het moeilijk worden om dat vooroordeel te doorprikken.”

Alex Teklak werd bij de vorige verkiezingen door zowel cdH als MR benaderd – dit keer werd hij gevraagd door een onafhankelijke lijst waarvan hij zich de naam al niet meer herinnert – maar legde alle aanbiedingen beleefd naast zich neer. “Ik wil niet veralgemenen – en ik weet dat ik een heleboel mensen tegen de borst stuit door dit te zeggen – maar ik heb van alle keren dat ze me benaderden nooit echt het gevoel gehad dat er een degelijk project achter zat”, legt de ex-Carolo uit. “Ik ben ook niet naïef: ik weet best wel dat ze me voor mijn naam vragen en niet voor de kwaliteiten die ik ten opzichte van mijn gemeente zou kunnen hebben. Als je het mij vraagt moet de politiek, en dan zeker op gebied van sport, toebehoren aan echte specialisten. Net zoals sportfederaties op hun beurt dan weer niet correct bestuurd kunnen worden als dat door bureaucraten gebeurt die niets van de sport op zich weten. Ik wens mijn collega-voetballers alle succes met hun politieke aspiraties, maar ik meng me liever niet in debatten als ik niet zeker weet dat ik iets aan de situatie zal kunnen veranderen. Zomaar op een lijst gaan staan omdat ze denken dat mijn bekende kop de partij veel stemmen zal opleveren, wil ik niet. Ik zeg niet dat ik nooit in de politiek zal stappen, maar je moet de dingen ook durven zeggen zoals ze zijn: sport is het zwakke broertje in de Belgische politiek. Er is geen langetermijnvisie en er wordt zelden in sport geïnvesteerd. Met de economische crisis daarbovenop heb ik er geen goed oog in dat daar de komende jaren verandering in zal komen. Wie gaat er budget vrijmaken voor de Belgische sport?”

Meer dan alleen voetbal

Olivier De Cock komt op voor Open Vld in de stad waar hij het leeuwendeel van zijn carrière doorbracht. Toch treedt de ex-Clubverdediger het Brugse politieke leven met de nodige bescheidenheid tegemoet. “Prioriteit nummer één blijft voor mij een luisterend oor zijn voor de mensen die ik in het dagelijkse leven ontmoet, hetzij op straat, hetzij tijdens mijn werk als vastgoedmakelaar”, aldus De Cock, die momenteel nog bij FC Damme (1e provinciale) speelt. “Ik zie mezelf geen job uitoefenen waarbij ik een hele dag achter een bureau moet zitten! Ik heb beweging nodig. En sociaal contact waarbij ik in aanraking kom met mensen uit alle lagen van de bevolking – net zoals er ook in een voetbalstadion mensen van alle sociale klassen te vinden zijn. Mijn ambities zijn duidelijk: ik wil mijn expertise aanwenden in de twee sectoren die ik het best ken, namelijk sport en vastgoed. Brugge is een stad met ongeveer 7000 studenten en ik vind dat je die studenten tegen een redelijke prijs moet kunnen huisvesten, net zoals je hen ontwikkelingsmogelijkheden moet bieden, onder meer via sport.”

Voormalig Moeskroenspeler Steve Dugardein is algemeen coördinator in de sportschool van Futurosport en prijkt op de zestiende plaats van de PS-lijst, twee plaatsjes hoger dan zijn ex-ploegmaat Giovanni Seynhaeve. “Net zoals Giovanni kom ik uit een bescheiden milieu, uit de wijk Nouveau-Monde in Moeskroen. Ik ben een kind van een arbeidersgezin en mijn ouders zijn altijd socialisten geweest. Aangezien ik zelf mijn hele leven voor een rood-wit team heb gespeeld, zou ik voor geen andere politieke kleur dan het rood van de socialisten kunnen uitkomen. Nadat ik even de tijd heb genomen om grondig na te denken over het voorstel, ben ik tot de conclusie gekomen dat ik de gemeenschap wil helpen. En wel via de sport, maar dan heb ik het wel over sport voor allen. Excelsior was een mooie periode uit mijn leven en ik ben dan ook maar wat blij dat de club met de hulp van Lille haar tweede adem heeft gevonden, maar toch kan ze beter bestuurd worden. Er moet meer oog voor de lokale identiteit komen, en dan heb ik het niet alleen over voetbal. Het waterpoloteam van Moeskroen wint jaar na jaar in competitie en beker, maar mag op internationaal vlak zelfs niet meedoen. Ik wil maar zeggen dat er meer is dan voetbal alleen. Ook andere sporten hebben onze interesse nodig. Het belangrijkste is dat de jongeren zich al sportend kunnen ontwikkelen.”

Kritiek vóór de stembusgang

In tegenstelling tot de ‘echte’ politici proberen de heren voetballers in alle discretie de politiek in te raken. Ze zouden de kaart van de bekendheid kunnen trekken, maar dat doen ze opvallend genoeg niet. In Grez-Doiceau treffen Mbo Mpenza, op de onafhankelijke lijst L’Equipe, en Christophe Rochus, die achtste staat op de Avec Vouslijst van burgemeester Alain Clabots, mekaar. De voormalige Anderlechtspits loopt nochtans niet meteen flyers uit te delen op de plaatselijke markten. Hij kwam op zijn 35e enigszins toevallig in de politiek terecht om het project dat hij al twee jaar in zijn hoofd heeft te verwezenlijken. Al is Mpenza nu ook weer niet van plan om zich daarvoor te ‘prostitueren’. “Het belangrijkste is dat mijn project van integratie via de sport bekend en erkend zal worden”, aldus Mbo – die zijn activiteiten als voetbalanalist voor een maandje aan de kant heeft geschoven. “Ik wil dat mijn plan in eerste instantie op gemeentelijk vlak bekend wordt, maar het kan wat mij betreft ook regionaal – en waarom niet nationaal? – ontwikkeld worden. Mensen kennen me en weten dat ze me altijd kunnen aanspreken, maar de strategische, berekende politiek is aan mij niet besteed. Als ik lees dat men vindt dat ik me verstop, maakt dat me kwaad. Ik heb deelgenomen aan sportevenementen, mijn lijstgenoten meermaals ontmoet om hen mijn project uit te leggen en ik had ook al contact met meerdere bekende politici om te zien wat mijn mogelijkheden zijn. Wat me mateloos stoort, is dat iedereen blijft denken dat een voetballer zijn plaats niet heeft in de politiek. Ik ben een burger, net zoals iedereen, en ook ik betaal belastingen. Ik weet wel dat ik geen tien jaar politieke en sociale wetenschappen gestudeerd heb en ik ben ook geen jurist, maar ik luister, ik deel mijn kennis en ik evolueer in een milieu dat ik steeds beter leer kennen.”

Giovanni Seynhaeve verdedigt zich tegen de stelling dat hij een pure stemmen-trekker is: “In Moeskroen weten de mensen wie ik ben en ik vind het leuk om op straat te worden aangeklampt door mensen die willen weten waaruit ons programma bestaat. Misschien kan ik dankzij mijn bekendheid als voetballer iets goeds doen voor de sport in Moeskroen en het zou dan ook stom zijn dat ik die kennis niet in de praktijk zou brengen. Als ik kan profiteren van de bekendheid die ik via mijn voetbalcarrière heb opgebouwd, waarom zou ik dat dan niet doen?”

Voormalig ploegmaat en lijstgenoot Dugardein concludeert als volgt: “Tijdens mijn carrière heb ik heel wat kritiek te slikken gekregen. Er werd me onlangs gezegd dat ik afgemaakt werd op een paar fora, maar daar trek ik me niets van aan. Als mensen denken dat ik alleen maar in de politiek ben gekomen als stemmentrekker, dan is dat hun goed recht, maar ik zie mezelf niet zo. Ik heb een heleboel vrienden met een andere politieke overtuiging en ze hebben me al laten weten dat ze niet op mij zullen stemmen. Daar heb ik geen probleem mee. Niemand is sant in eigen land. Het enige wat voor mij telt, is dat ik me kan inzetten voor mijn gemeente. Ik wil mijn kennis en energie nuttig besteden. De huidige schepen van Sport doet het goed, maar wie weet, kan ik helpen om een nog beter beleid uit te bouwen… Ik probeer anderen altijd te helpen, in de mate van het mogelijke. Ik ben in ieder geval niet het type dat dingen belooft die hij niet kan waarmaken. En geloof me maar als ik zeg dat lang niet iedereen zo is.”

DOOR VINCENT JOSÉPHY

“Het irriteert me mateloos dat men nog altijd denkt dat een voetballer zijn plaats niet heeft in de politiek.” Mbo Mpenza

“Als ik kan profiteren van de bekendheid die ik tijdens mijn voetbalcarrière heb opgebouwd, waarom zou ik dat dan niet doen?” Giovanni Seynhaeve

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content