IN DEZE RUBRIEK DIEPT JACQUES SYS ANEKDOTES OP UIT DE KELDER VAN ZIJN GEHEUGEN. VANDAAG: RIK DE SAEDELEER.

Het is een warme lentedag in 2009. In hotel/restaurant Tower Bridge, langs het kanaal tussen Brussel en Willebroek, wordt op een persconferentie het boek Circus Voetbal van Gille Van Binst voorgesteld. Er zijn ook tal van oud-spelers van Anderlecht aanwezig. Carl Huybrechts staat in voor de presentatie en van Huybrechts kwam ook het idee om Rik De Saedeleer voor dit gebeuren te inviteren. Dat was verrassend, want de voormalige voetbalcommentator van de VRT, die intussen al een hele tijd in Knokke woonde, had zich wat van de buitenwereld afgeschermd. Interviews gaf hij nauwelijks nog, vrijwel iedere aanvraag wees hij kordaat en vaak zelfs kregelig af. Maar, zo wist Huybrechts zeker, als je De Saedeleer thuis gaat ophalen en hem ook terugvoert, zal hij graag op de uitnodiging ingaan.

Zo kwam het dat de voorstelling van Circus Voetbal werd opgeluisterd door de aanwezigheid van Rik De Saedeleer. Tijdens de daaropvolgende barbecue, in de tuin van het hotel en overgoten door veel wijn, bleek hoe rad van tong en scherp van geest de Mechelaar nog altijd was. Hij voelde zich goed tussen alle vroegere gloriën: Jean Trappeniers, Jean Plaskie, Jacques Teugels, Rob Rensenbrink en Swat Van der Elst. In hun gezelschap herleefde Rik De Saedeleer. Er werd gemijmerd over de tijd van toen en naarmate de namiddag vorderde, werden de verhalen steeds sterker en pikanter.

Het liep al tegen zes uur toen de De Saedeleer vroeg om weer naar huis gebracht te worden. “Hij heeft een ongelooflijk mooie dag meegemaakt”, zei Carl Huybrechts, die De Saedeleer altijd als zijn mentor had beschouwd, met enige ontroering in de stem. En in de auto, tussen Grimbergen en Knokke, grasduinde De Saedeleer verder in zijn herinneringen tegen Geert Lambrecht,de directeur van uitgeverij Roularta Books die voor de gelegenheid dienstdeed als chauffeur. “Hij sprak ononderbroken, het was alsof ik naar de radio luisterde”, zei Geert achteraf en ook Els Vanhuysse van Roularta Books, die De Saedeleer ’s ochtends was gaan ophalen, kwam onder de indruk van de enorme woordenvloed van het voetbalicoon.

Die dag in de Tower Bridge was een van de zeldzame keren dat Rik De Saedeleer in het openbaar verscheen. Na 44 jaar wereldvoetbal en twaalf wereldkampioenschappen zocht hij de publiciteit niet nadat hij in 1998 een punt zette achter zijn actieve carrière. Alsof hij wist dat er een tijd is van komen en gaan. Dat Rik De Saedeleer vorige week in intieme kring werd begraven en het bericht van zijn overlijden, op 89-jarige leeftijd, pas twee dagen later werd meegedeeld, past bij zijn verlangen naar anonimiteit. Het liefst van al legde hij een kaartje in zijn stamcafé aan het station van Knokke. Of ging hij eens lekker eten.

Niet dat hij het voetbal niet meer volgde. De Saedeleer had nog altijd pijn als zijn club RC Mechelen verloor en volgde alle ontwikkelingen op de voet. Dat bleek bijvoorbeeld toen hij anderhalf jaar geleden zijn medewerking verleende aan het boek Rik De Saedeleer, de stem van het volk, een zeer toepasselijke titel van de niet toevallig door Carl Huybrechts geschreven memoires van dit voetbalmonument. Hij had over alles zijn mening. Over de Rode Duivels, die volgens hem toen te weinig op elkaar ingespeeld waren en waarin er altijd moest worden teruggegrepen naar een ruggengraat van zeven of acht man, over Vincent Kompany, die ze dringend vanuit de verdediging naar het middenveld moesten schuiven omdat hij daar met zijn lange pass nog meer zou renderen, tot Jan Vertonghen,die centraal in het middenveld moest staan en die hij als een soort René Vandereycken beschouwde, en over nog veel meer.

Volksvermaak

Rik De Saedeleer wilde na het einde van zijn actieve voetbalcarrière eigenlijk trainer worden en als dusdanig bekeek hij ook het voetbal. Hij was een verstokte aanhanger van de nationale ploeg en de manier waarop hij soms commentaar leverde, kwam over als blinde adoratie. Maar het was in de eerste plaats volksvermaak en een poging om mensen een goed gevoel te geven. Zijn hoera-aanpak zou in het huidige tijdsbeeld niet meer passen, zijn memorabele en vorige week in alle kranten vanonder het stof gehaalde citaten al evenmin. Maar met zijn aparte en volkse manier van commentaar geven en vooral met zijn groot inlevingsvermogen kluisterde hij wel miljoenen mensen aan het scherm, kenners maar evenzeer niet-kenners. En hoe hij zich vaak ook liet meedrijven in de stroom van de euforie, het betekende niet dat Rik De Saedeleer in mindere momenten geen kritische kanttekeningen kon plaatsen op dat wat hij zag. Dat Walter Meeuws als bondscoach moest opstappen, was mede het gevolg van de aanhoudende kritiek van De Saedeleer, die het onder meer ook niet had begrepen op het spel van Enzo Scifo.

Rik De Saedeleer was een voetbaldier. Hij verveelde zich nooit als hij een wedstrijd volgde. Omdat er volgens hem altijd iets te zien viel. Al waren het maar de professionele fouten: hoekschoppen die niet van de grond gaan en al door de eerste verdediger werden ontzet, of passes die niet in de loop van de medespeler werden gegeven. Hij noemde voetbal een grote wekelijkse verwondering, maar waarschuwde er al twintig jaar geleden voor dat het grote geld het voetbal zou destabiliseren. Toen de eerste loges werden gebouwd, schudde hij meewarig het hoofd. Een wedstrijd bekijken in zo’n loge zou hij later omschrijven als een echte gruwel waarop hij alleen inging als het niet anders kon. Hij volgde de wedstrijden veel liever op de televisie. Met de videorecorder in de aanslag. Zodat hij eventueel kon terugspoelen om te zien wat er fout liep.

Graag praatte Rik De Saedeleer met trainers. Dat hij op het einde van de jaren zeventig de man was die, na vier jaar afwezigheid, voor de terugkeer van Wilfried Van Moer in de nationale ploeg zorgde, is een al even eigen leven gaan leiden als het verhaal dat hij in de periode van Guy Thys eigenlijk de ploeg opstelde. De Saedeleer had de over het gebrek aan een leider klagende Thys wel de tip gegeven eens naar de toen voor Beringen voetballende Van Moer te gaan kijken. Maar de middenvelder bedankte voor de eer, waarop Thys hem zei dat hij niet wist dat hij zo weinig karakter had. Hij bleek bij Van Moer de gevoelige snaar te hebben geraakt.

Guy Thys minimaliseerde de inbreng van De Saedeleer nooit: de Antwerpenaar verstond de kunst de indruk te geven naar anderen te luisteren en vervolgens toch zijn zin te doen. De attitude van Guy Thys gaf De Saedeleer het gevoel belangrijk te zijn. Toen er met diens opvolger Walter Meeuws geen identiek contact mogelijk was, irriteerde dat De Saedeleer in hoge mate. Een vorm van ijdelheid was hem niet vreemd. Zeker als het over voetbal ging. Met het gegeven dat hij als regisseur mee aan de wieg stond van een moderne vorm van wielerverslaggeving koketteerde De Saedeleer anderzijds nooit.

Heel graag vertelde Rik De Saedeleer, een liefhebber van het Engelse voetbal, over zijn ontmoetingen met de legendarische Liverpooltrainer Bill Shankly. Telkens als hij een wedstrijd van Liverpool moest verslaan, maakte die een uurtje voor hem vrij. Dat Shankly dat deed, zegt eigenlijk veel over de voetbalkennis van Rik De Saedeleer. Hij was een meester in het voorspellen van wedstrijdsituaties. Uren en uren kon je in een informeel gesprek luisteren naar zijn voetbalopvattingen en voetbalwijsheden, steeds weer verbaasde je je over alle (geschiedkundige) details die in zijn geheugen waren opgeslagen. In feite was De Saedeleer een openbare voetbalbibliotheek.

Toch zocht Rik De Saedeleer nooit het grote gezelschap op. Tijdens Europese uitwedstrijden of verplaatsingen van de nationale ploeg ging hij vaak in zijn eentje zijn gang. Het liefst toefde hij in een hem vertrouwde kring. Zo werd hij ook begraven. In alle stilte en zonder bombastische redevoeringen.

Rik De Saedeleer noemde het voetbal een grote wekelijkse verwondering.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content