Met een ongemeen grote ijver plant Pep Guardiola zijn visie over op Bayern München. Hij vraagt van de spelersgroep de moed om te vernieuwen. Na het meest succesrijke seizoen uit de clubgeschiedenis lijkt het alsof Bayern opnieuw moet leren voetballen.

Wat Pep Guardiola anders doet dan Jupp Heynckes, wilde een journalist op een persconferentie van Bayern München van Jérôme Boateng weten. De centrale verdediger zat achter een grote tafel naast zijn nieuwe trainer, Bayern toefde op trainingskamp aan de boorden van het Gardameer, de zon brandde, er zaten meer dan honderd journalisten in de zaal en Boateng leek te schrikken van de vraag. Wat moest hij daar nu op antwoorden? Heel even viel er een stilte en dan prevelde Boateng aarzelend: “Hier en daar is zijn aanpak toch een beetje anders dan die van Heynckes.”

Met ‘een beetje anders’bedoelde hij eigenlijk ‘helemaal anders’. Al in de eerste oefenmatchen die Bayern speelde, werd er met een totaal nieuw systeem geëxperimenteerd, een offensief concept vol risico’s. Het is het spel van FC Barcelona, de vorige club van Guardiola: met één defensieve middenvelder voor de verdediging, met veel spelers in het centrum, met flankverdedigers die op de helft van de tegenstander opereren, zonder echte aanvaller, met ongewone looplijnen, met alle ideeën van Guardiola die het DNA van Barcelona vormden en waarvan Franck Ribéry na het einde van het oefenkamp constateerde “dat het allemaal toch een beetje vreemd is.”

Toen Pep Guardiola eind juni als de nieuwe trainer van Bayern München werd voorgesteld, was het de verwachting dat de Spanjaard de lijn van Jupp Heynckes zou doortrekken. De hoekstenen waren gelegd, er stond een hongerige ploeg op het veld die attractief, snel en gedisciplineerd voetbalde en zo de al imposante trofeeënkast in een wervelend seizoen had uitgebreid met een titel, een beker en de Champions League. Er was voor Bayern na deze luid bejubelde treble een nieuw tijdperk aangebroken en Pep Guardiola leek de ideale stuurman om de club verder te begeleiden op de weg van het succes. Tijdens zijn presentatie zei de nieuwe trainer nog in een bui van bescheidenheid dat hij zich aan de groep zou aanpassen. “Het voetbal”, sprak hij, “is van de spelers en niet van de trainers.” Naast hem spon de bestuurstop van Bayern München van tevredenheid. Uli Hoeness, Karl-Heinz Rummenigge en Matthias Sammer twijfelden er niet aan dat Guardiola het roer bij de beste club van Europa niet drastisch zou omgooien.

Een jaarmarkt

Maar snel bleek dat een misrekening. Pep Guardiola beleefde eerst een cultuurschok toen de eerste trainingen aan het Gardameer door duizenden supporters werden bijgewoond en de hele omgeving tot een soort jaarmarkt werd omgevormd. Dat is even slikken voor iemand die vrijwel altijd achter gesloten deuren trainde. Maar Guardiola had geen tijd om zich daarover op te winden. Er viel ander werk te doen. Op het veld ageerde hij als een bezetene. Zelden schreed de nieuwe coach over het veld, neen: hij rende van de ene hoek naar de andere. Wild gesticulerend gaf hij aanwijzingen in een mix van Spaans, Engels en Duits. Hij oogde gehaast, alsof hij tijdens de trainingen onvoldoende tijd had om zijn spelers datgene over te brengen wat hij wilde. Hij corrigeerde voortdurend, sprak de vedetten belerend toe, alsof hij de winnaar van de Champions League het abc van het voetbal moest aanleren. Er zijn trainers die het werk op zich aan hun assistenten overlaten en vooral observeren, maar Guardiola nam alles zelf voor zijn rekening, het liefst van al had hij ook de kegels zelf opgesteld. Hij zat heel dicht op de spelers, als een pitbull die zijn prooi niet wilde lossen.

Als iemand op een gegeven moment de bal met een hakje doorspeelt, onderbreekt Guardiola onmiddellijk de training: “Stoppe!” Zo wordt er niet gevoetbald. Een jonge voetballer wil indruk maken en pakt uit met een dribbel. Guardiola is als door een adder gebeten: “Stoppe! No dribbling!” Als een verdediger na balverlies niet meteen een stap naar voren zet om de tegenspeler ogenblikkelijk weer onder druk te zetten, roept hij weer: “Stoppe!” En als er op combinaties wordt getraind en de bal te traag circuleert, krijgt de Catalaan bijna een beroerte: “Stoppe, stoppe, stoppe!” Er wordt herbegonnen, onderbroken, gecorrigeerd en weer herbegonnen. En telkens klinkt het duidelijk: “Stoppe! Again! New!” Tussendoor maakt Guardiola notities en hij spreekt zelfs al eens een ballenjongen aan om te zeggen waar die tijdens de trainingen moet staan om de bal zo snel mogelijk weer in het spel te brengen.

Luisteren naar God

Een club die kampioen wordt, de beker wint en de Champions League verovert, kan kennelijk veel verkeerd doen. Matthias Sammer, de sportmanager, zat tijdens iedere training aan de rand van het veld. Op de vraag hoe zijn verhouding is met Pep Guardiola antwoordde hij wat geïrriteerd: “Gevoelig maar goed.” Sammer is wel onder de indruk van de gedrevenheid van Guardiola, maar zegt: “Het heeft tijd nodig om alles in een goede plooi te laten vallen.” Het doel, vindt de om zijn voetbalinzicht geprezen ex-international, is de ploeg flexibeler te maken en de details te verbeteren, zodat het de tegenstanders nog moeilijker valt zich op Bayern in te stellen.

Pep Guardiola heeft nooit een geheim gemaakt van zijn voetbalfilosofie. Hij gaf het spel van Barcelona een nieuwe dimensie. Onder zijn regie speelde de Catalaanse grootmacht sneller, preciezer, efficiënter en mooier dan de andere clubs. Guardiola bewondert trainers die offensief en balgeoriënteerd voetballen. In een van zijn zeldzame interviews refereerde hij daarbij aan Marcello Bielsa, Louis van Gaal en vooral Johan Cruijff. Van Cruijff komt de zin dat je wedstrijden niet achteraan of vooraan wint, maar wel met een man meer in het middenveld. Guardiola heeft deze bemerking in zijn hoofd opgeslagen. Het is zijn credo en het hoort bij de universele voetbalwijsheden waaraan Barcelona zich al jaren voedt. Wie het spel door het midden domineert, zo vindt hij, die domineert de wedstrijd. Van daaruit vloeit de ploeg in elkaar.

Op de vraag of hij het defensieve blok voor de verdediging, Bastian Schweinsteiger en Javier Martínez, uit elkaar zal trekken en de Spanjaard binnen een andere veldbezetting meer achteraan gaat posteren, knikt hij. Dat is vreemd, want zijn voorganger had in de loop van vorig seizoen juist op de komst van Martínez gehamerd, het was voor hem op het middenveld de laatste ontbrekende pion op het schaakbord. Maar Pep Guardiola heeft andere ideeën en opvattingen. Als er bij hem geïnformeerd wordt of hij met een ‘valse nummer negen’ wil spelen, laat hij weten dat dit inderdaad een optie is. Deze laatste variant, zo doceert hij op de toon van een universiteitsprofessor, heeft het voordeel dat de spits zich telkens in het middenveld laat terugvallen om zo de verdedigers van de tegenpartij uit hun defensieve zone te lokken, waardoor er plots ruimte ontstaat. Die, zo gaat hij verder, moet meteen benut worden.

Weke stem, harde hand

Zo wil Pep Guardiola voetballen. Het is alsof hij de fundamenten die Jupp Henyckes heeft gemetseld, afbreekt om een nieuw gebouw op te trekken. Hoewel hij de spelersgroep naar buiten uit met complimenten overlaadt en hun intelligentie prijst, toont hij zich daarbij nooit tevreden. Toen Bayern de Telekom Cup won en in wedstrijden van 60 minuten tegen Hamburg (4-0) en Borussia Mönchengladbach (5-1) met voortdurende positiewissels imponeerde, stapte Guardiola aan de rust van deze laatste partij samen met Arjen Robben naar de kleedkamer en praatte onophoudelijk. Hij bleef op een bepaald moment staan en wilde de Nederlander met handbewegingen iets duidelijk maken. Robben stond er met open mond bij, alsof hij naar de Messias luisterde.

Geen voetballer van Bayern die onder Guardiola zeker is van een basisplaats. Alle posities zijn dubbel bezet, voor het middenveld kan hij zelfs kiezen uit elf voetballers voor vijf, maximaal zes plaatsen. Het middenveld van Bayern oogt als een horde toeristen die wachten aan de gate van een overboekte vlucht. Ze hebben allemaal een geldig ticket, maar toch kunnen er een paar niet mee. Dat de voor 37 miljoen euro van Borussia Dortmund overgenomen Mario Götze op dit moment door een blessure niet inzetbaar is, daar wordt nauwelijks over gepraat, laat staan gesakkerd. Het is de verwachting dat Guardiola gaat roteren, al plaatst voorzitter Uli Hoeness daar toch een paar vraagtekens bij. Volgens hem heb je een ingespeeld team nodig. En hij wijst naar de periode van Guardiola bij Barcelona, waarin de coach verschuivingen tot het strikte minimum beperkte en acht spelers altijd zeker waren van hun plaats. Dat moet, zo zegt Hoeness, ook bij Bayern zo zijn. Het klinkt als een waarschuwing.

Pep Guardiola zal er nauwelijks rekening mee houden. Hij is de baas en zijn beslissingen moeten geaccepteerd worden. Zo praat hij en zo gedraagt hij zich. Hij heeft een weke stem maar regeert toch met harde hand. Hij komt ontspannen over maar legt zijn wil op. Een zeldzame kwaliteit. Hij weet dat een grote kern voor onrust kan zorgen, maar liever dat dan een kleine selectiegroep waarin er bij blessures geen alternatieven zijn. En het seizoen wordt lang en slopend. Guardiola heeft uitgerekend dat er dit seizoen zestig wedstrijden gespeeld zullen worden. Voor de internationals zijn het er nog wat meer.

Pleidooi voor variatie

Pep Guardiola is geen wondertrainer, maar zijn reputatie snelt hem vooruit. Veertien titels in vier jaar met Barcelona, het is niet niets. Guardiola verkondigt bij Bayern München gewoon zijn evangelie, maar het blijft afwachten of het allemaal functioneert. Eén zaak heeft hij alvast bereikt: er wordt heel anders over voetbal gepraat. In de kranten wemelt het van grafieken om het systeem dat Guardiola wil aanwenden met getallen en pijlen te illustreren. 4-3-3 of 4-1-4-1, wat is nu beter voor Bayern? Guardiola pleit bovenal voor variatie. Hij vindt een systeem veel meer een vangnet dan een starre tactiek. De spelers moeten zich deze manier van denken eigen maken. Ze reageren verdeeld over de manier van functioneren van hun nieuwe trainer, die in de aanloop naar het seizoen ook verbijsterde door aanvoerder Philipp Lahm, al jaren vleugelverdediger, in het middenveld neer te zetten. Voetballers moet binnen Guardiola’s manier van denken multifunctioneel zijn. Op een bepaald moment zei de Spanjaard zelfs dat Mario Mandzukic, de kopbalsterke en bonkige spits, met zijn postuur ook in de defensie moet kunnen spelen. Niemand durfde te vragen of hij dat nu schertsend bedoelde.

Pep Guardiola zal zijn stempel drukken bij Bayern, dat op een heel andere manier gaat voetballen. Nadat hij twee weken had getraind, werd hem gevraagd hoe hij zich voelt. “Ik ben heel tevreden”, sprak Guardiola. Op hetzelfde moment stapte hij naar het bestuur en eiste de komst van Thiago Alcántara, het supertalent van Barcelona. Die, zei hij, is 22 jaar oud en kost 20 miljoen euro. Hij motiveerde zijn verzoek: Thiago Alcántara heeft het voordeel dat je hem niet hoeft uit te leggen hoe er gevoetbald moet worden. Bovendien kun je hem op vijf posities neerzetten. Of het bestuur hem niet snel, zeer snel, kon aantrekken?

Pep Guardiola hielp hen een handje en gaf het telefoonnummer van de manager van Thiago Alcantára: zijn broer Pere, die in Barcelona een groot spelersagentschap runt. De bestuurlijke top van Bayern keek verbaasd, maar willigde de vraag van de trainer meteen in. Met bewondering wordt er gekeken naar de bloedfanatieke manier waarop Pep Guardiola werkt, maar anderzijds is er toch ook bezorgdheid. Wat als deze radicale ommezwaai niet het gewenste effect oplevert?

Een blik van tristesse

Het zijn vragen die Pep Guerdiola zich niet stelt. Ook niet nadat Bayern in de finale om de supercup met 4-2 verloor van Borussia Dortmund. Het was voor hem niet meer dan een momentopname, een etappe in een leerproces. Dat Bayern niet kon rekenen op een aantal zogenaamd vaste waarden vernoemde hij zelfs niet. Terecht, want basisspelers zijn er niet echt voor Pep Guardiola. Toch frappeerde na die verloren wedstrijd één beeld: terwijl zijn spelers al in de kleedkamer zaten, keek Pep Guardiola naar het feestje dat de voetballers van Borussia op het veld bouwen. In zijn ogen zat een blik van tristesse.

Sinds de Spanjaard medio 2008 tegen een gering salaris als hoofdtrainer van Barcelona aan de slag ging, als opvolger van Frank Rijkaard, is er veel veranderd. Zijn contract bijvoorbeeld, dat nu negen bladzijden telt. Toch blijft de vraag of Pep Guardiola in staat is om met Bayern de successen verder te zetten. Sceptici willen weleens spottend roepen dat iedere trainer met voetballers als Messi, Xavi en Iniesta trofeeën kan pakken. Is er niet het voorbeeld van Frank Rijkaard, die met Barcelona in 2006 de Champions League won en nu haast verloren door de trainerswereld holt?

Het is het risico dat Pep Guardiola in München aangaat: kan hij het maximum overtreffen? Het gezicht van een mens toont zich in de nederlaag. Die kent Guardiola niet. In München kan het anders zijn, daar kan hij verliezen. Vooral dan tegen zichzelf. Al gaan daar slechts weinigen van uit. Uit een rondvraag van Bild wie de Trainer van het Jaar wordt, tipte 35 procent van de lezers Pep Guardiola. Echt verwonderlijk is dat niet: sinds de Spanjaard in München tekende, besteedt het boulevardblad dagelijks een volle pagina aan de activiteiten van Guardiola.

DOOR JUAN MORENO EN JACQUES SYS – BEELDEN: IMAGEGLOBE

Het is alsof je naar de Messias luistert.

Het is alsof Pep Guardiola alle fundamenten die Jupp Heynckes metselde, afbreekt om een nieuw gebouw op te trekken.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content