Dit is ontegensprekelijk het seizoen van Maxime Lestienne. Maar hoe schopte het goudhaantje van de Moeskroenopleiding het tot uitblinker bij het huidige Club Brugge?

Maxime Lestienne (20) is met voorsprong het grootste talent dat Moeskroen heeft voortgebracht. Alleen Jonathan Blondel kon ooit ook aanspraak maken op die titel, maar die koos ervoor zijn vechtersmentaliteit in plaats van zijn technische vaardigheden in de verf te zetten. De nu iets meer dan twintig jaar geleden in Moeskroen geboren Maxime Lestienne is een rasechte mouscronno. Tot zijn overstap naar Club Brugge in januari 2010 had de kleine linksvoetige winger nooit voor een andere club dan Moeskroen gespeeld. Hij werd niet alleen opgeleid in Futurosport, hij woonde er ook in de buurt. Zijn wijk, leNouveau-Monde, ligt tussen het stadhuis en de Franse grens, en bood destijds onderdak aan menig textielarbeider. De buurt mag er dan wel niet angstaanjagend uitzien, op een goede naam en dito imago heeft ze nooit kunnen rekenen.

Nooit laten doen

“Max is lang geen slechte jongen, maar hij is wel grootgebracht in een wijk waar de verleiding om stommiteiten uit te halen en jeugdzondes te begaan groter was dan elders. Moeskroen is niet de meest rooskleurige omgeving”, erkent Stéphane Pauwels, een van de bekendste inwoners van de stad. Lestienne zelf gaf in een interview in Sport/Voetbalmagazine vier jaar geleden al toe: “Ik heb best wel wat stommiteiten begaan in mijn jeugd, maar ik heb nooit iemand overvallen, iets gestolen of iemand verkracht. Ik heb me evenwel nooit laten doen. Als er oproer in de wijk was, liet ik me daar zien. Al was het maar om te tonen dat ik er ook bij was. Ondertussen ben ik al heel wat rustiger geworden.”

“Hij heeft altijd wel een paar vrienden gehad met wie hij zich vaak achter de kerk ophield”, herinnert vader Fabian zich. “Hij zal weleens een bewoner op de zenuwen gewerkt hebben, maar ik heb nooit gevreesd dat hij ook echt in het criminele milieu terecht zou komen.” Neefje Giovanni Seynhaeve kent de buurt als geen ander. De voormalige Moeskroenspeler – meer dan zeventig wedstrijden in eerste klasse -groeide in le Nouveau-Monde op. “Le Nouveau-Monde is een populaire wijk waar flink wat jeugdbendes rondhangen. De familie Lestienne verhuisde twee jaar geleden, maar vroeger woonde Max op honderd meter van jeugdhuis la Fregatte, waar zijn vrienden meestal zaten. Het spreekt voor zich dat hij snel afgeleid was. Nu is er gelukkig zijn vriendin die voor de nodige stabiliteit zorgt.”

“Hij ziet die jeugdvrienden ook gewoon minder omdat hij er simpelweg geen tijd meer voor heeft”, vervolgt vader Lestienne. “Voetbal was al heel snel een evidentie voor Max. Temeer omdat naar school gaan en studeren niet echt zijn ding was.” Zelf zei Maxime daarover het volgende: “Ik heb nooit iets gedaan voor school. Ik was er ook niet gelukkig. Het was pas ’s avonds, tijdens de training, dat ik weer op adem kon komen.”

Fan van Club

Dat hij talent heeft, stond snel buiten kijf. Ploegmaats en jeugdtrainers waren het erover eens: deze jongen heeft iets extra’s. “Toen hij zeven of acht jaar oud was, wist ik al dat hij ooit in eerste klasse zou spelen”, zegt vader Fabian. “Niet dat ik zo’n geweldige voetbalkenner ben, maar iedereen bleef me maar vertellen hoe goed mijn zoon was.”

“De snelheid die hij met de bal aan de voet kan ontwikkelen, is een gave”, weet neef Giovanni. “We deden oefening na oefening en telkens weer bleek dat wat Maxime kan amper haalbaar is voor de gemiddelde voetballer.” Ondanks zijn weinig indrukwekkende gestalte mocht de kleine Lestienne al snel een jeugdcategorie hoger gaan spelen. “Ik herinner me nog dat ik met hem gewed had wie het meest zou kunnen scoren in een seizoen”, zegt Guillaume François, een ander jeugdproduct van Futurosport dat na een passage bij Beerschot nu bij Charleroi is beland. “Ik speelde bij de U17, Max bij de U16. Hij versloeg me met een doelpunt verschil. Hij was mager, maar zowel zijn snelheid als zijn balbehandeling was fenomenaal. Het verbaast me dan ook hoegenaamd niet dat hij nu zo succesvol is. Max is het type speler dat op eender welk moment een wedstrijd kan beslissen.”

De dag dat Lestienne zestien wordt, komt zijn carrière in een stroomversnelling. Hij ondertekent meteen een semiprofcontract en enkele maanden later krijgt hij zijn eerste speelminuten tijdens een invalbeurt tegen… Club Brugge. “Ik trainde nog maar een week mee met de A-kern en herinner me mijn eerste balcontact na mijn invalbeurt maar al te goed. Ik dribbelde meteen twee tegenstanders en het stadion veerde op. Dat vergeet ik nooit meer.” Moeskroen wint de wedstrijd met 5-1. Groot feest bij toenmalig trainer Enzo Scifo en zijn jongens dus. Voor Lestienne is het evenwel wachten op de komst van Miroslav Djukic voor zijn eerste basisplaats. “Onder Enzo was het voor Maxime te vroeg, hij moest toen nog wat boterhammetjes eten”, glimlacht Alexandre Teklak, voormalig ploegmaat bij Moeskroen en tegenwoordig analist bij Belgacom en RTBF. “Toen Djukic in de zomer van 2009 naar Moeskroen kwam, gaf hij Lestienne een kans en die greep Max met beide handen. Ik was meteen onder de indruk van zijn snelheid en drang naar voren. Niet alleen zijn snelheid is indrukwekkend, ook conditioneel staat hij erg sterk. Het feit dat hij die sprints kan blijven trekken, bewijst wat voor een grote motor hij heeft. Dat doen er hem niet veel na. Bij de uithoudingstests moest hij alleen Idir Ouali laten voorgaan – en dat was dan nog een ex-atleet.”

Het seizoen 2009/10 zal het seizoen van de ontbolstering zijn voor Lestienne. Het is tevens het seizoen waarin Moeskroen failliet gaat. De verkoop van Lestienne dringt zich, in een laatste poging om de schulden gedeeltelijk weg te werken, op. In januari 2010 trekt Club Brugge aan het langste eind. De concurrentie was nochtans groot. “Zowat elke Europese (sub)topclub wilde hem”, vertelt voormalig Deens international en huidig makelaar van Lestienne, Mikkel Beck. “Maar de ouders van Maxime wisten zeer goed wat ze wilden: hun zoon moest en zou in België blijven. We hebben ook met Anderlecht, AA Gent en Standard onderhandeld, maar Club Brugge kwam als beste uit die hele reeks onderhandelingen. Naar Club gaan was de keuze van het hart en de rede.”

“Het gesprek met Adrie Koster deed de balans helemaal in het voordeel van Club overhellen”, legt vader Lestienne uit. “Hij was naar ons gekomen en had het alleen maar over het spel van Maxime gehad. Het gesprek met Michel Preud’homme en PSV was ook positief, maar uiteindelijk viel de keuze op blauw-zwart. Maxime was eigenlijk altijd al fan van Club.” “Zoals zo veel mensen uit de buurt”, gaat neef Giovanni verder. “We keken elk weekend samen naar Week-end Sportif en Maxime hield de resultaten van Club toen al extra goed in het oog. Het is zijn peter, die een kapsalon in Menen heeft en al jaar en dag Clubsupporter is, die de liefde voor blauw-zwart aan Maxime heeft doorgegeven.”

Bij de psycholoog

“Dat Max en zijn ouders voor Club kozen, vind ik nog steeds heel slim”, aldus Stéphane Pauwels. “Bij Club voetbalt hij op amper vijftig kilometer van zijn ouderlijk huis en zo hoefde hij niet meteen uit zijn familiale coconnetje te worden weggerukt. Als hij bij Anderlecht was gaan spelen, zou hij gegarandeerd de geneugten van de grootstad ontdekt hebben en bijgevolg ook de stommiteiten opgestapeld hebben. Toen hij naar Club ging, werkte ik voor Valenciennes. Ik had het bestuur al getipt, maar ik moet toegeven dat ik Max in die tijd eerder een gok dan een zekere investering vond. Talent genoeg, maar hij leek me iets te licht voor de atletisch sterke competitie die de Ligue 1 toch wel is.” “Het ware ideaal geweest dat hij nog een of misschien zelfs twee jaar bij Moeskroen had kunnen blijven”, vindt Alexandre Teklak. “Dat was uiteraard niet mogelijk en met zijn overstap naar Club heeft hij een stap overgeslagen. Ik denk dat hij toen nog niet klaar was voor een transfer naar een topclub. Hoe zou hij daar ook klaar voor geweest kunnen zijn? Maar ik merk dat hij veranderd is, in positieve zin. Vooral dan op vlak van discipline.

“Al wil ik wel even benadrukken dat Max, ondanks zijn jeugdzondes, de waarden die hij van thuis uit heeft meegekregen altijd zeer hoog in het vaandel heeft gedragen. Hij luisterde altijd naar wat je hem zei en respecteerde, in tegenstelling tot anderen, de hiërarchie. Hij was wel verknocht aan zijn gsm. Ik herinner me nog dat die eens begon te rinkelen tijdens de training. Het spreekt voor zich dat de trainer daar niet om kon lachen”, grijnst Teklak.

De jonge Lestienne komt bij Club in een totaal andere omgeving terecht. Infrastructuur, mentaliteit, taal en sfeer, alles is er anders. Maar het is vooral de bikkelharde concurrentie die Lestienne van zijn roze wolk doet donderen. “Ik had verwacht dat ik sneller en vaker aan spelen zou toekomen. Het was niet makkelijk om te leven met het etiket van toekomstige topper van de Jupiler Pro League en tegelijkertijd toch op de bank te moeten zitten.” Een hamstringblessure en een enkelbreuk vertragen zijn evolutie nog meer. Daar komt nog eens bij dat de 18-jarige Lestienne op mentaal vlak nog niet klaar is voor de eisen van een topclub. “Toen ik bij Club belandde, was ik nog een echt jongetje. Ik wilde me alleen maar amuseren.” Oplossing: een paar sessies bij een psycholoog in Kortrijk, die hem leert hoe hij kalm moet blijven in bepaalde situaties.

Soms afwezig

Nabil Dirar mag zich dan al wel meer dan een jaar verstoppen in Monegaskische luxe, zijn maatje Lestienne is hij nog lang niet vergeten. “We werden al snel vrienden en houden ook vandaag nog contact, hetzij via sms, hetzij via Facebook. Het leuke aan Maxime is dat hij het succes nooit naar zijn hoofd zal laten stijgen. Je zult hem ook geen uur voor de spiegel zien staan. Max is een eenvoudige jongen die altijd in is voor een grapje. Als je hem een beetje te vaak pest, begint hij zelfs te blozen. (lacht) Maxime is echt zo’n jongen van de straat. Hij doet me terugdenken aan kerels met wie ik opgegroeid ben. Hij had nooit douchegel bij zich en bedelde dus altijd bij ploegmaats. Na verloop van tijd had hij zo veel douchegels bij elkaar gebedeld dat hij er te veel had en dus zelf maar douchegel begon uit te delen. En niemand die het doorhad, hé”, vertelt Dirar. “Dat hij ondanks zijn succes en de vele moeilijke momenten nog steeds dezelfde vrienden en dezelfde goede band met zijn familie heeft, zegt alles over Maxime. Hij is echt een goeie kerel.” “Een terughoudende jongen ook”, vult neef Giovanni aan. “Maxime observeert liever wat er rondom hem gebeurt dan dat hij op tafel zal springen om het hoge woord te voeren.”

Hij mag vandaag dan wel de lieveling van het Clubpubliek zijn, Lestienne heeft de neiging om zo nu en dan eens iemand de kast op te jagen. Elke trainer heeft zich weleens de stem schor geschreeuwd om hem weer bij de les te krijgen. “Hij leek soms zo afwezig op training”, vertrouwt een van zijn voormalige coaches ons toe. “Soms leek hij even helemaal weg van de wereld.” “Maxime kan inderdaad een heel ongeïnteresseerde indruk geven”, weet zijn vader. “Daar heb ik me ook al vaak aan geërgerd. Soms lijkt hij totaal niet bezig met wat er op dat moment aan het gebeuren is. Dat had hij al van kleins af aan. Maar ik weet dat hij diep vanbinnen altijd heel geïnteresseerd is.” “Dat onbezorgde is ook zijn kracht”, vindt Teklak. “Dankzij die ingesteldheid heeft hij al aardig wat stormpjes weten te doorstaan. Want vergis je niet: die kleine jongen kan heel wat incasseren, hoor.”

Sleutelspeler

Christoph Daum en de play-offs van vorig seizoen zorgen ervoor dat Lestienne voorgoed ontbolstert. Dit is het seizoen van de bevestiging. Vooral sinds de komst van Juan CarlosGarrido. Daar waar Georges Leekens hem nog als supersub gebruikte, zet de Spanjaard Lestienne steevast in de basis. “Hij is zowel op professioneel als op menselijk vlak volwassener geworden”, vindt vader Lestienne. “Hij speelt slimmer nu. En met Garrido heeft hij een coach getroffen die hem vertrouwen schenkt. Het Spaanse spel met de nadruk op techniek, dat hij al kende van Miroslav Djukic bij Moeskroen, ligt hem echt.”

“Max is een typische winger, die negentig minuten lang tegen de lijn kan kleven en zijn man keer op keer voorbij zal gaan. Zo zijn er niet veel in België”, analyseert Teklak. Met zijn twaalf doelpunten en zeven assists in 1860 minuten – ofwel een beslissende actie om de 98 minuten – doet Lestienne het lang niet slecht.

“Het verbaasde me enigszins dat hij zo belangrijk is voor Club”, geeft Dirar toe. “Zijn snelheid en goeie linker vond ik meteen een gigantische troef, maar ik denk dat Maxime vooral nood had aan wat extra ervaring.” Sleutelspeler bij de Belgische beloften is hij al, maar op een selectie bij de Rode Duivels is het voor Lestienne nog even wachten. EdenHazard, Kevin De Bruyne, Nacer Chadli, Kevin Mirallas en Dries Mertens staan nog een paar stapjes verder in hun ontwikkeling. Verdomde gouden generatie ook…

DOOR THOMAS BRICMONT – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Toen hij zeven of acht jaar oud was, wist ik al dat hij ooit in eerste klasse zou spelen.” vader Fabian Lestienne

“Hij kan een heel ongeïnteresseerde indruk geven. Daar heb ik me ook vaak aan geërgerd.” vader Fabian Lestienne

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content