Met uitzondering van het wereldkampioenschap won Sven Nys vorig jaar zowat alles wat er te winnen valt in de cyclocross. Om de uitdaging nog wat groter te maken reed hij de afgelopen zomer verscheidene wereldbekerwedstrijden mountainbike. In 2008 wil Nys, die zondag de eerste WB-cross in het Zwitserse Aigle won, immers voor een olympische medaille gaan. Een man met een hek maakte twee weken geleden ei zo na een einde aan al die mooie plannen.
Sven Nys : “Ik ben heel blij dat ik niks gebroken heb. Mijn seizoen of zelfs mijn carrière had hier gedaan kunnen zijn. Gelukkig bleef de schade beperkt tot een gekneusde pols, een pijnlijke rug en verkrampte spieren.”
Blijf je erbij dat die man geprobeerd heeft om een aanslag op jou te plegen ?
“Of het nu zo is of niet : hij stond daar terwijl er absoluut geen doorgang was. Persoonlijk heb ik nog altijd het gevoel dat er opzet in het spel was. Daarom heb ik ter plaatse ook een klacht ingediend. De zaak zit bij de politie en advocaten, dus dat lost zich wel op de komende maanden. Ik hou me daar verder niet meer mee bezig.”
Je hebt een klap uitgedeeld aan die man. Vrees je een schorsing door de UCI ?
“Er is bij mijn weten geen klacht ingediend. Iedereen in het veldritwereldje beseft wel dat dit een aparte situatie was, en een menselijke reactie van mijn kant. Het was niet vergelijkbaar met iemand die iets naar je roept of met bier gooit.”
Je reed een aantal MTB-wedstrijden. Betekent dit dat je minder crossen afwerkt deze winter ?
“Wel wat minder crossen, maar de belangrijkste wedstrijden en klassementen – Superprestige, Gazet van Antwerpen, wereldbeker, kampioenschappen – blijven op mijn agenda staan. Ik wil er ook staan van de eerste tot de laatste cross. Voor oververmoeidheid ben ik niet bang. Normaal rij ik in de zomer wegwedstrijden om competitieritme op te doen, nu waren dat meer MTB-wedstrijden. Ik heb ervoor gezorgd dat ik genoeg energie overheb om aan de winter te beginnen.”
Die MTB-wedstrijden van twee uur hebben ook geen gevolgen voor je explosiviteit in het veld ?
“Die wedstrijden van twee uur wegen absoluut door en qua explosiviteit zijn ze totaal niet te vergelijken met de cyclocross. Maar als je het niet te veel doet en je je cyclocrosstrainingen – korte spurtjes, vinnigheid – blijft onderhouden, is het goed te combineren. Je komt daar als cyclocrosser eigenlijk alleen maar sterker uit. In het mountainbiken doe je een inspanning van twee uur, aan vergelijkbare hartslagen als in de cross. Als je vervolgens een cross van een uur rijdt, heb je een mentaal voordeel. Zo’n cross lijkt dan ineens korter.”
Tot slot : wie worden je concurrenten dit seizoen ?
“Voor het seizoen gokte ik op de jonge garde : Zdenek Stybar en Niels Albert. Stybar heeft een grote stap voorwaarts gezet, maar Albert valt op dit ogenblik een beetje tegen. In de eerste wedstrijden zag ik ook een hele sterke Sven Vanthourenhout. Ik vind het heel spijtig dat hij naar Sunweb vertrekt, want we kunnen het goed met elkaar vinden. We bellen elke week een paar keer, gaan samen op vakantie. Voorts verwacht ik de bekende namen. Erwin ( Vervecken, nvdr) zal Erwin blijven : hij zal tegen de kerstperiode en de kampioenschappen weer in optimale vorm zijn. Over Bart Wellens kan ik heel weinig zeggen : ik heb hem deze zomer heel weinig bezig gezien. Maar Bart blijft een talent, met hem moet je altijd rekening houden.”
DOOR LOES GEUENS
