Hij is een oorlogskind uit Kroatië, werd meermaals miskend door zijn moederclub NK Zadar en verloor al vroeg zijn vader. Maar zijn geloof in God en zichzelf verrichtte wonderen. Het verhaal van Ivan Santini, de religieuze Dalmatische reus van KV Kortrijk.

Het veldje van Sint-Michael ligt vlak aan een baai van de Adriatische Zee en dat leidt tegenwoordig wel eens tot extra kosten. De ploeg van coach Kreso won net met 7-0, maar er is ook slecht nieuws. “We zijn vier ballen kwijt”, zegt hij. “De tegenstander trapte die uit frustratie het water in. Met de bries van vandaag zijn die snel in de open zee en dan mag je het vergeten. Vroeger stond er tijdens wedstrijden altijd iemand met een roeibootje klaar om die meteen weer op te kunnen vissen, maar sinds de financiële crisis vinden we daar geen vrijwilliger meer voor.”

Het is zondagochtend en we zijn met Lucana en Simona, de moeder en de zus van Ivan Santini, aan het kijken naar jeugdvoetbal in Sutomiscica, een dorpje van driehonderd zielen op het eiland Ugljan. Toen hij een jaar of veertien was, voetbalde de huidige topscorer van de Jupiler Pro League hier een seizoen op uitleenbasis. Zoals wij vandaag deden, moest hij destijds telkens in Zadar de veerboot nemen voor een overtocht van twintig minuten tot in Preko, waar zijn opa hem opwachtte en hem met de wagen drie kilometer verder naar de training of de wedstrijd bracht.

Lukoran

Santini’s grootouders aan moederszijde wonen in Lukoran, een wat verderop gelegen vissersdorp. Met een buitengewone gastvrijheid ontvangen ze ons in hun huisje in het groen op tweehonderd meter van het water. Op het menu onder meer huisgemaakte rode wijn, zelf gekweekte en gedroogde vijgen, en vis bereid met olie van zelf geteelde olijven. Ivan en zijn twee jaar oudere broer Krsevan, die nu als doelman voor de Oekraïense eersteklasser FC Zorya Luhansk speelt, gingen hier graag op vakantie, en dat geldt nu ook voor zus Simona en haar neef Matteo. Luciano weet nog dat hij de broers leerde zwemmen en schaken, dat zij tussen de olijfbomen begonnen te voetballen en dat hij hen op het onverharde pad dat erheen leidt, liet spurten tegen de tijd. Lucana vergeet dan weer nooit die keer dat haar moeder om geitenmelk ging en dat de kan plots overal bleek te lekken. Met pijl en boog, die zijn opa vervaardigd had uit een oude paraplu, had Ivan die immers doorzeefd, en daarna, zonder iemand iets te zeggen, weer in de keukenkast gezet.

Maar Ugljan was voor de Santini’s niet alleen een nabijgelegen idyllisch vakantie-eiland. Tijdens de oorlog deed het dienst als toevluchtsoord. “In september 1991, na de eerste aanval op Zadar, ben ik met de kinderen eerst naar Slovenië gevlucht”, vertelt moeder Lucana. “Met de boot naar Rijeka en vandaar met de trein naar Maribor. Ivan was toen twee en een half, Krsevan vier. Verschrikkelijk… Je hoort de bombardementen, je weet dat je man naar het front moet en je neemt afscheid van elkaar met het idee dat het misschien de laatste keer is dat je elkaar zult zien. Hartverscheurend. Drie maanden zijn we daar gebleven. Een keer per week konden we met elkaar telefoneren en voor de rest volgden we met een bang hart de oorlog op tv. Daarna keerden we terug en telkens als er weer een aanval aangekondigd werd, gingen we naar het eiland. Maar ook dat werd enkele keren gebombardeerd.”

Lucana krijgt het moeilijk. Vijf jaar geleden lag haar echtgenoot op een ochtend dood naast haar in bed. Romeo Santini was een man die in Zadar veel harten beroerde. Een artiest. “In zijn jeugd voetbalde hij en haalde hij op Joegoslavisch niveau zelfs eens een bronzen medaille in het speerwerpen, maar zijn grote passie was muziek”, vertelt ze. “Romeo speelde gitaar, schreef liedjesteksten en zong. Destijds is hij nog met enkele vrienden voor enkele maanden met de wagen naar Duitsland en Slovenië gereden om er op te treden in Kroatische restaurants. Hij droomde ervan door te breken als zanger. Maar dat is niet gelukt, omdat hij alles zelf moest doen. Zijn kinderen wilde hij de steun geven die hij in zijn carrière nooit kreeg.”

Ook Ivan toonde aanvankelijk belangstelling voor muziek. “In het eerste jaar notenleer was hij de primus. Als instrument koos hij daarna accordeon, maar de leraar lag hem niet en hij is ermee gestopt. Ivan sportte vooral veel. Ook in tennis was hij goed. Mensen kwamen mij zelfs zeggen dat we een privétrainer moesten nemen, omdat hij zó goed was. Maar dat konden we niet betalen. Daarom vroeg ik hem een andere sport te kiezen.”

Dat werd voetbal, profvoetbal intussen. Toen zijn vader overleed, zat Santini op internaat in Salzburg, waar hij voor de beloften van Red Bull speelde. “We hadden op krediet een computer gekocht om met Ivan te kunnen skypen. Romeo deed dat elke dag, om hem te steunen, want alleen in het buitenland was in die tijd zwaar voor hem. De avond voor zijn dood belde hij laat nog met Ivan. Daarna is hij gaan slapen en nooit meer wakker geworden.” Traanvocht welt op. “Tot op vandaag denk ik soms nog: dit zijn filmfragmenten, dit is niet echt gebeurd. Helaas is het dat wel.”

Ivan was 19, Krsevan 21. Simona was 5. “Ik vroeg de psycholoog om advies omdat ik mij zorgen over haar maakte”, bekent Lucana. “Ze zei dat het van haar en van de jongens sterkere personen zou maken. Van de jongens denk ik dat ook wel. Ze kregen verantwoordelijkheid voor hun moeder en hun zus, werden gedwongen om over hun leven na te denken en groeiden als persoon sneller dan anderen. Van Simona weet ik het niet. Zes maanden na de shock zei ze: ‘Ik ben zo verdrietig omdat mijn papa zo goed was voor mij.’ Romeo was een lieve man die zijn liefde voor zijn vrouw en zijn kinderen kon tonen. Hij kon luisteren, hij begreep mensen en gaf hen raad. Iedereen hield van hem. Ivan lijkt erg op Romeo, fysiek én karakterieel.”

Bili Brig

De avond is al aan het vallen wanneer we weer in Bili Brig zijn, de wijk in het noordoosten van Zadar waar Ivan Santini opgroeide. Lucana loopt met ons nog snel even het appartementengebouw om. Ze wil ons de parking tonen waar haar zonen elke dag voetbalden. Onderweg wijst ze op sporen van granaatinslagen op muren en paden. De kruidenierswinkel om de hoek is intussen gestopt. Maar de verhalen leven verder. “Het gebeurde dat Ivan hier van mij om brood moest komen, maar dat hij onderweg begon te voetballen en vergat waarom hij naar beneden was gegaan. Soms moesten we oud brood eten of lunchen zonder brood.” (lacht)

In haar appartement op de eerste verdieping is die avond haar vriendin Vedrana op bezoek. “Ivan kwam destijds bij mij om zijn examen Engels voor te bereiden”, zegt ze. “Ik merkte snel dat hij intelligent en verantwoordelijk was. Hij wilde zeker zijn dat hij de leerstof kende. Maar hij besliste om niet naar de universiteit te gaan en verder te voetballen. Ivan koos voor wat hij het liefst doet. Het belangrijkste is dat hij gelukkig is. Maar ik ben er zeker van dat hij was geslaagd in eender wat.”

Lucana: “Ivan speelde elke dag buiten, maar daarna werkte hij altijd ook nog voor school. Ook al was het elf uur toen hij van de training terugkeerde, en ook al was hij dan moe. Soms was hij tot middernacht of zelfs later met zijn huiswerk bezig. Zijn broer deed dat niet en dat zag je ook aan zijn punten. Toen Krsevan naar het gymnasium ging en Ivan zag dat die al ging slapen op het moment dat hijzelf nog moest beginnen te studeren, zei hij dat hij ook graag naar die school zou gaan. (lacht) Ivan was lief, ongecompliceerd en open voor anderen. Al moet ik toch opmerken dat hij van in het kleuteronderwijs tot zijn tiende jaar vaak vocht in de klas. Iedereen moest weten dat hij de sterkste was. De invloed van de oorlog? Dat weet ik niet. Is dat niet eigen aan jongens van die leeftijd?”

Ze bladert in een fotoboek en houdt halt bij een beeld van haar man in oorlogstijd. De omliggende dorpen waren toen al helemaal met de grond gelijkgemaakt, vertelt ze, en hij verdedigde als vrijwilliger mee de stad. Lucana: “Ivan was nog zo klein maar wist al wat er gebeurde. De man bij wie we toen in Slovenië woonden, werkte als cameraman voor de televisie. Op een avond zaten we met zijn familie samen rond de tafel en haalde hij zijn filmtoestel boven, zo’n oud model, om opnames van het gezelschap te maken. Maar toen hij scherp wou stellen, riep Ivan plots: ‘Schiet niet op mij!'”

NK Zadar

’s Anderendaags zijn we op stap met Zeljko Zivkovic en Luka Peranic, de eerste trainer van Ivan Santini bij NK Zadar en diens latere assistent. Zij rijden met ons naar een oude legerkazerne met sportfaciliteiten in de wijk Visnjik. Die doet nu dienst als recreatief sportcentrum. “Tijdens de oorlog werden slachtoffers met helikopters naar dit voetbalveld gebracht en van hier met ambulances naar het ziekenhuis gereden”, vertelt Luka, de enige van de twee die Engels spreekt. “Daarna is de jeugd van NK Zadar hier beginnen te trainen, omdat het de enige plaats in de stad was waar dat nog kon. Je zult zien: het complex is in een erbarmelijke staat, maar toen was het nog veel slechter.”

Zeljko en Luka wandelen tot bij enkele verweerde handbalvelden. “Vraag het Ivan en hij zal zeggen dat hij hier het meest leerde. Minivoetbal!” Ze herinneren zich vooral zijn ongebreidelde liefde voor voetbal en zijn wil om beter te worden. “Hij stelde altijd maar vragen, zoals: hoe moet ik mijn voet plaatsen om hard te schieten en de bal laag te houden? Elk detail wilde hij weten. Zijn begrip van het spel was zijn grootste kwaliteit.”

We komen bij een oud militair hindernissenparcours. “Dat was nooit efficiënter dan na de oorlog”, lacht Luka. “Dit is een NAVO-standaardsetting. Soldaten werden hier getraind en getest, zoals je dat in de films Full Metal Jacket en An Officer and a Gentleman kunt zien. Maar Zeljko gebruikte het voor techniek- en coördinatietraining. Dan moesten zijn spelers behendig overal over, onder en tussen kruipen zonder de controle over de bal te verliezen. Als de faciliteiten schaars zijn, moet je je verbeelding gebruiken.”

Een bal moesten de voetballertjes van NK Zadar in die tijd bijvoorbeeld zelf meebrengen, merkt Luka op. “Na de oorlog was er hier geen water, geen gas en geen elektriciteit”, zegt hij. “Maar de coaches kwamen op het idee om boven op de kleedkamer een grote plastieken container te zetten en die zwart te schilderen. Om zo beter de zonnewarmte te absorberen en het regenwater op te warmen om de kinderen toch een douche te kunnen laten nemen.” Een van hen was Luka Modric, die zou uitgroeien tot de ‘Johan Cruijff van de Balkan’ en tegenwoordig voor Real Madrid speelt. “Zijn familie vluchtte naar Zadar nadat hun huis een kilometer of twintig hier vandaan was gebombardeerd. Ze leefden een tijd in een kamer van een militair hotel wat verderop. Later kocht hij hier vlakbij een appartement voor zijn ouders. Daar wonen zij nog altijd.”

Ivan Santini was toen nog een middenvelder. Hij botste bij NK Zadar vaak op weerstanden, weten zijn eerste trainers. “Drie keer was er geen plaats voor hem”, zegt Luka. “De eerste keer toen hij een jaar op het eiland Ugljan moest spelen. De tweede keer toen hij zeventien was en naar de toenmalige tweedeklasser NK Inter Zaprešic vertrok. Ivan was intussen aanvaller geworden, sommigen vonden hem te traag en geloofden niet in hem. De derde keer was nadat hij na de dood van zijn vader geblesseerd was geraakt, bij de Duitse tweedeklasser FC Ingolstadt geen nieuw contract kreeg en naar huis moest terugkeren.

“In die periode kwam ik hem bijna elke ochtend om kwart voor acht tegen in de oude stad: hij op weg naar de kerk en ik naar mijn werk. Deze club was toen naar tweede gezakt, zat zonder geld en kon niet anders dan hem opstellen. Dat sommigen niet in hem geloofden, ontmoedigde Ivan niet. Integendeel: het motiveerde hem. Hoewel hij hier al vaak last had van blessures, speelde hij met zijn hele hart en kuste hij bij elk doelpunt het clubembleem op zijn shirt. Nadat hij topschutter werd en tot beste speler van de Kroatische competitie was verkozen, kon hij voor het eerst met een goed gevoel bij NK Zadar weggaan. Dat hij al die obstakels met liefde overwon, noem ik een mirakel.”

NK Parking

Eindigen doen we een paar honderd meter verderop in The Bar, de koffiebar van ex-profvoetballer Marjat Buljat. Daar hebben we afgesproken met Kreso Jaklin, die in hetzelfde appartementengebouw als Ivan en Krsevan Santini opgroeide. “Gisterenavond op het internet gekeken naar Zorya Luhansk?”, vraagt hij bij zijn aankomst. “Ze wonnen voor het eerst in twintig jaar van Dynamo Kiev en Krsevan was de beste man op het veld.”

Kreso ontmoette de broers Santini voor het eerst tijdens de oorlog. “Ik weet nog dat we buiten aan het voetballen waren en opeens sirenes hoorden. Onze ouders riepen ons binnen om in de kelders te schuilen en enkele minuten later vielen er bommen op de plaats waar we gespeeld hadden…”

De oorlogsgeneratie noemt hij zichzelf en zijn vrienden. Oorlog was in hun kindertijd normaal. Wanneer ze als kind thuis of op school een tekening maakten, was dat er nogal vaak een van tanks, mitraillettes, soldaten en bommen. En ze speelden zelf ook wel eens oorlogje: de Kroaten tegen de Serviërs. “Dan schilderden we ons gezicht in de oorlogskleuren groen en zwart. En we maakten geweren van hout.” Maar na de oorlog gingen ze steeds meer voetballen en dat deden ze altijd op de parking aan de achterkant van het flatgebouw waar ze woonden. Voetbalveldjes waren er in de wijk niet. Tussen de woonblokken van Bili Brig vind je alleen basketbalterreinen. “Zadar is een basketbalstad”, zegt Kreso. “KK Zadar was vele malen kampioen van Joegoslavië. Maar ons interesseerde op den duur alleen nog voetbal. Ik weet nog dat we om twee uur ’s nachts eens met een man of vijf een handbaldoel gingen stelen bij NK Zadar. Zelfs op oudejaarsavond voetbalden we buiten. Tot om middernacht enkele ouders met hun oorlogswapen in de lucht schoten. (lacht) Dit is een mythische plaats. Hier speelden we toernooien van building tegen building, ook tegen de building van Luka Modric.”

Op het einde van de parking is een graffitimuur waarop nog altijd onder meer de namen ‘Kreso’, ‘Ivan Santini’ en ‘Ive’ staan. “‘Ive’, dat is ook ‘Ivan'”, zegt Kreso. “Zo noemen we hem hier.” Op de omheining boven op de muur hangt ook nog altijd een bordje dat waarschuwt voor een gevaarlijke hond. “Een Duitse herder, héél gevaarlijk! Ontelbare ballen heeft hij kapotgebeten. Wanneer er weer eens een bal over de muur beland was, probeerde een van ons de hond bezig te houden terwijl iemand anders de bal probeerde te pakken. Maar dat lukte niet altijd. Gelukkig woonde er in onze building een trainer die altijd weer nieuwe ballen voor ons meebracht.”

Hier begon het allemaal. “De bewoners wisten dat ze hun wagen aan de zijkant moesten zetten, zodat ons veld vrij was. Bij wie dat niet deed, gingen we aanbellen met de vraag om hem te verplaatsen. Desnoods deden we dat zelf wel. (lacht) Een van de bewoners reed met een legertruck en die gebruikten we dan als kleedkamer en als spelershome. Soms zaten we daar bij kaarslicht te kaarten.”

Het was de tijd dat Kroatië in 1998 derde werd op het WK in Frankrijk. “Ivan noemde zichzelf toen Davor Suker, dat schilderde hij zelfs op zijn T-shirt. Hij leefde altijd al van goals. Wel nooit gedacht dat hij zo’n grote speler zou worden. Het resultaat van hard werken en in zichzelf blijven geloven. Zijn broer was meer getalenteerd, maar luier en minder ernstig. Maar ook hij dronk geen alcohol. Hij werd zelfs eens uitgelachen toen hij een appelsap bestelde, aangezien hij ’s anderendaags moest trainen. Maar toch plooide hij niet.”

Krsevan en Ivan waren zoveel sterker dan de anderen, bedenkt Kreso. “En de plotse dood van hun vader maakte hen nog sterker. Sommigen verliezen dan hun geloof, bij hen groeide het nog. Vooral Ivan is sindsdien veranderd. Voor alles dankt hij God en hij deelt die beleving nu ook met iedereen. Sveti Ive wordt hij genoemd. Heilige Ivan. Telkens als hij scoort, kijkt hij naar de hemel. Ik weet niet wat hij dan zegt, maar ik denk dat hij elke goal aan zijn vader opdraagt. Dat was zijn beste vriend. Van Duitsland bracht hij voor ons Milka en Nutella mee, en ook onze eerste Nintendo.”

In Zadar leeft Romeo Santini voort in zijn hit uit 1997: Kamena Dalmacija. “Iedereen houdt ervan”, getuigt Kreso. “Elke thuiswedstrijd van basketbalclub KK Zadar zingen ze het met duizenden tegelijk.” Hij toont ons daarvan beelden op zijn smartphone. Alsook van een tafereel in de bar waar hij in het weekend werkt. We horen het lied en zien in een dampende sfeer een dame die boven op een tafel danst.

Warriors for life

Om de hoek loert echter de rauwe werkelijkheid. Op de afsluiting is indrukwekkende graffiti ter herdenking van de slachtoffers van de bloedbaden in Vukovar en Skabrnja op 18 november 1991 aangebracht. Ondertekend door Tornado, de supportersverenging van de voetbal- en de basketbalclub in Zadar. Kreso vertaalt voor ons de slogan die eronder staat: “Zij verdedigden samen het land als krijgers van het licht tegen de duisternis… Dank je voor alles, want wij zijn nu vrije mensen.” Hij zucht. “Dat is het werk van jongeren die in onze building opgroeiden en die familie en/of vrienden verloren in de oorlog. Maar de toestand waarin ons land nu verkeert, is niet deze waarvoor die mensen vochten en stierven. Die jongeren vechten nu met dezelfde bezieling tegen het onrecht dat corrupte politici ons aandoen.”

Het is tijd om afscheid te nemen. “Voor de Santinibroers is het een verhaal met een happy end”, besluit Kreso. “Zij zijn ook krijgers. Warriors for life. Zij knokten zich doorheen vele strijden en dat is de reden waarom zij nu comfortabel leven in het buitenland. Jongens met meer talent die na de training in de bars naar de meisjes gingen lonken terwijl Ivan nog naar doel stond te trappen, beseffen nu dat hij de slimste is geweest.”

* Heilige Ivan

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE IN KROATIË

“Dat Ivan al die obstakels met liefde overwon, noem ik een mirakel.” Jeugdtrainer Luka Peranic

“Zelfs op oudejaarsavond voetbalden we tot middernacht buiten.” Jeugdvriend Kreso Jaklin

“Tot hij tien jaar was, vocht Ivan vaak in de klas.” Moeder Lucana

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content